• No results found

Details

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Details"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Keuzedeel mbo

Werken in een

restauratieomgeving geschikt

voor niveau 2 en 3

gekoppeld aan één of

meerdere kwalificaties mbo

Code

(2)

 

Penvoerder:  Sectorkamer specialistisch vakmanschap Gevalideerd door: Sectorkamer specialistisch vakmanschap Op: 10-11-2015

(3)

1. Algemene informatie

D1: Werken in een restauratieomgeving geschikt voor niveau 2 en 3 Studielast 240 Beroepsvereisten Nee Certificaten Nee

Gekoppeld aan kwalificatie(s)

Zie bijlage op www.s-bb.nl/kwalificatiedossiers

Toelichting

Het keuzedeel “werken in een restauratieomgeving” is ontwikkeld naar aanleiding van een bijeenkomst van een

vertegenwoordiging van bedrijfsleven, onderwijs, vakgroepen en kenniscentra op 11 juli 2012. Aanwezige partijen hebben zich uitgesproken om samen te werken aan borging en waar mogelijk verbetering van kwaliteit van opleidingen. Zij spannen zich in om de kwaliteitscyclus te sluiten door opleidings- en kwaliteitseisen vast te leggen in kwalificatiedossiers en branchespecifieke erkenningsregelingen.

Ter voorbereiding op het werken in een restauratieomgeving is een gemeenschappelijk keuzedeel ontwikkeld met daarin gemeenschappelijke elementen van kennis, vaardigheden en attitude.

 

Relevantie van het keuzedeel

Door middel van dit keuzedeel vergroot de beginnend beroepsbeoefenaar de inzetbaarheid in restauratie-omgevingen. Hij leert op verantwoorde wijze in deze omgevingen te handelen.

Het keuzedeel is geschikt voor branches die gerelateerd zijn aan de bouw en omgeving (zoals timmer- en metselbranche) en voor branches voor roerend goed (zoals textiel-, leer- en meubel- en autobranche).

De context, rol en verantwoordelijkheid van de beroepsbeoefenaren verschilt sterk per branche. Het keuzedeel biedt de mogelijkheid voor branchespecifieke invullingen.

Beschrijving van het keuzedeel

In dit keuzedeel bereid de beginnend beroepsbeoefenaar zich voor op het werken in een restauratie-omgeving. Hij krijgt gevoel voor historische objecten en voor de grenzen van de eigen bekwaamheid. Hij leert objecten in context te plaatsen, de gevolgen van zijn handelen te overzien en af te stemmen met andere (erfgoed)professionals.

Branchevereisten

Nee

Aard van keuzedeel

Verdiepend

(4)

2. Uitwerking

D1-K1: Werkt aan een restauratieobject Complexiteit

Het veld van restauratie en conservering van cultureel erfgoed is complex. Veel partijen en functionarissen zijn op diverse terreinen actief. Objecten, omstandigheden en betrokkenen wisselen voortdurend. Een deel van het uitvoerend werk is routinematig, maar er kan nooit zomaar gestart worden aan een opdracht. “Twijfel” over het object en wat te doen is het startpunt. Het erfgoed heeft een hoog afbreukrisico en vraagt van de beginnend beroepsbeoefenaar specifieke (basis)kennis en vaardigheden. Zo is bijvoorbeeld (basis)kennis noodzakelijk van kenmerken van materieel erfgoed, kunstgeschiedenis en restauratie-ethiek. Ook moet hij stijlen kunnen herkennen.

Werkzaamheden op het scheidsvlak van verschillende restauratiedisciplines maken het werk extra complex. Naast dat het essentieel is om kennis te hebben over het voorkomen van schade, moet de beginnend beroepsbeoefenaar namelijk weten waar de grens ligt van zijn eigen kennis en kunde, en waar die van een ander begint. Alleen door adequate communicatie en

samenwerking worden juiste beslissingen genomen voor ons cultureel erfgoed en wordt onnodige schade voorkomen. In de praktijk betekent dit veelal dat de beginnend beroepsbeoefenaar de situatie inventariseert en vervolgens het probleem voorlegt aan zijn leidinggevende ofwel aan een meer ervaren of gespecialiseerde collega.

Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid

De beginnend beroepsbeoefenaar werkt veelal zelfstandig onder supervisie aan een opdracht. Hij is verantwoordelijk voor de eigen werkzaamheden en heeft oog voor de consequenties daarvan voor het object, de omgeving en het werk van anderen. Wanneer dat nodig is, doet hij een beroep op zijn leidinggevende of een meer ervaren collega.

Vakkennis en vaardigheden De beginnend beroepsbeoefenaar:

§ Heeft basiskennis van kenmerken van materieel erfgoed en de zorg daarvoor relevant voor het eigen vakgebied § Heeft basiskennis van kunstgeschiedenis relevant voor het eigen vakgebied of aandachtsgebied(en)

§ Heeft kennis van het proces van conservering en restauratie en verschillen in intensiteit en gevolgen van ingrepen § Heeft kennis van restauratie-ethiek; de algemene principes en verplichtingen tegenover cultureel erfgoed, de eigenaar of

wettelijke beheerder en collega's

§ Heeft kennis van kennis, kunde, rol en verantwoordelijkheid van verschillende beroepsbeoefenaren relevant voor het vakgebied

 

§ Kan afstemmen met andere functionarissen in de kolom van restauratie en conservering over taakafbakening. § Kan stijlen herkennen van erfgoed binnen het vakgebied of aandachtsgebied

 

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Streep het oorspronkelijke antwoord door, omcirkel het juiste antwoord of kruis deze aan en zet een pijl voor het volgens jou goede antwoord?. een korting op het gewicht

BAC 1.03 gewijzigd Noemt op hoofdlijnen de inhoud en verschillende items van een geheimhoudingsverklaring volgens de Wpbr.. BAC.1.05 toegevoegd Benoemt het

• Het bijhouden en verrekenen van de maandelijkse kosten ten behoeve van Mastercard en de Caribbean Credit Card Corporation Limited. • Het maandelijks rapporteren aan de

Kenmerk: VOMES-RKA.i002 Versie: 2020-01 Status: vastgesteld Pagina 1 van 14 Titel: Interpretatiedocument praktijkexamen OOO Vastgesteld door het bestuur

Adviesvraag: Voorontwerp van decreet tot opheffing van de wettelijke bepalingen inzake de basiskennis bedrijfsbeheer Adviesvrager: Philippe Muyters - Vlaams minister van

» Beton neemt druk op, staal trek.. » Beton hecht goed

Onderwerpen, niveau en weging: De eindtermen zoals opgenomen in het overzicht in Deel 2 van dit document geven aan over welke onderwerpen zorgverleners in de complementaire zorg

De lesdagen bij de opleiding Medische basiskennis zijn sterk op de praktijk gericht: geen theoretische verhandelingen, maar interactieve colleges waarbij u aan de hand van