• No results found

Boekbespreking: The biology of symbiosis, D.C. Smith & A.E. Douglas (eds.). Edward Arnold, London, 1987, 302 pp.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Boekbespreking: The biology of symbiosis, D.C. Smith & A.E. Douglas (eds.). Edward Arnold, London, 1987, 302 pp."

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Boekbesprekingen

The biology of symbiosis. D. C. Smith & A. E. Douglas.

Edward Arnold, Londen. 1987. 302 blz. ISBN 07131 -2939-5.

Het bos is een levensgemeenschap van planten en dieren, waarin boomvormende organismen aspectbe-palend zijn. Met deze omschrijving van bos wordt al-weer zo'n 15 jaar gepoogd om gestalte te geven aan bosbeheer en bosbeleid. Het is echter moeilijk om daarin ook op effectieve wijze de niet-boomvormige bewoners van het bos te betrekken. Onbekend maakt in dit geval niet onbemind maar ongebruikt. En tot nu toe was er geen handzaam boekje waarin men een over-zicht kon vinden van grote groepen van dergelijke orga-nismen en hun functioneren in het bos.

Met "The Biology of Symbiosis" heeft niemand meer het excuus van onbekendheid met deze groepen van boscomponenten en de processen waarvan ze de dra-gers zijn. Overzichtelijk gerangschikt in korte paragraaf-jes, en met een goede index worden de feiten gepresen-teerd, waarbij inleiding en slotbeschouwing van elk hoofdstuk welkome overzichtsbeeld en en perspectie-ven bevatten. Het is een Europees boek, en men vindt hier dan ook de hypothesen die thans wetenschappelijk verkend worden, een soms ver gaande speculatie waarvan de Amerikanen zo bang zijn, maar die het begrip van en het nadenken over zo'n gebied zoveel produktiever kan maken.

Bij de interessante feiten en gegevens vindt men bij-voorbeeld een klassificatie en een uitleg van het func-tioneren van stikstofbindende wortelknolletjesbacteriën (blz. 68 e.v.). Verrassend komt dit terug in het para-graafje over de ecologische betekenis van mycorrhizae (blz. 178), met de hypothese: "Er is een boeiende mo-gelijkheid dat netten van zwamdraden één van de we-gen zouden kunnen zijn, waarlangs vastgelegde stikstof verplaatst wordt vanaf weide-Leguminosen, die vaak zwaar vol mycorrhizae zitten, naar andere planten." Een nieuw gezichtspunt in de rol van de stikstofbindende Els als vulhoutsoort tussen Populieren?

De hoofdstukjes over nutriënten-stromen van

my-corrhiza-schimmel naar gastheer bevatten een aantal opmerkelijke, door experimenten gestaafde gegevens (blz. 167 e.v.). Fosforopname uit zeer verdunde bodem-oplossingen is vier tot zes maal hoger in wortels met mycorrhiza dan zonder (beuk, Pinus radiata). In de my-corrhizaschede opgeslagen nutriënten konden boom-zaailingen gedurende eenentwintig dagen blijven voe-den, wanneer ze in een steriele grond geplaatst werden. Fosfaat beweegt 100 maal sneller door zwamdraden dan met simpele diffusie kan worden verklaard. Stikstof wordt met eenzelfde efficiency getransporteerd via de schimmeldraden als fosfor, waarbij de zwamvlok een cylinder van tussen twee en zeven centimeter straal rond de wortel bestrijkt, veel meer dan de haarwortels. Het is maar een greep uit dit rijke boek. Maar breng dit bij voorbeeld eens in verband met stikstofdepositie in bossen, een probleem van de eerste orde in de Neder-landse bosbouw. Die depositie wijzigt de zuurgraad, dus ook de schimmelflora in zijn soortensamenstelling en -frequentie. Daarmee verandert ook de verhouding in stikstof en fosfor die de bomen via de schimmeldraden bereiken. Men heeft het dan nog niet eens over de keten van mycorrhizae begrazende aaltjes en roof-aaltjes, die bij wijziging van de schimmelflora verandert, ook in zijn invloed op strooisel verteren de insektjes. Die staan niet in het genoemde boek. Maar alleen al het beeld van de wortelsymbiosen, goed onderlegd via "The Biology of Symbiosis" zou iedereen aan het denken moeten zetten over uitwerking en nut van wat men tegenwoordig "cor-rectiebemesting" noemt. Ook voor beter begrip van de meest normale bosbouwingrepen, zoals dunningen of aanplant geeft dit boek trouwens een aantal fascine-rende invalshoeken.

Ik wil het elke lezer van het Bosbouwtijdschrift aanbe-velen, ofschoon er geen verklarende woordenlijst in staat zodat een enkel subhoofdstuk wel eens onbegrij-pelijk kan zijn. De opbouw van de tekst maakt dat echter niet onoverkomelijk. De moeite van het weer in de ma-terie duiken wordt, denk ik, ruimschoots terugverdiend door de ontdekking van deze symbiotische wereld.

(2)

B O f c k f c M P R e f c w c . U t v j c ^ B u ^ K c w ^ l d " i v n I a W e * L u i j * ( W w W d T ü x c n I 4 & 6 , O n ^ a l t 4 U r U m W e l t & c K u i x , fo&'S . l i * D . t i - K ^ U r ^ V f i ' e e r f r e s t a ^ e t v f f i ^ y W ^ i ^ t o . J t e c M r * t f r t t e U ? v o p p ' - x y n f ^ e r V U d e * * , w e s w t i f t U « i e W U l j j ^ e T u c c e w U t ' ^ H f c t W V K v o o l & U w a t \ \ l d o t b < j e * c W v e * fvij - t u r f j e * ' Z i j f v V w c i f U l h m w ^ e v w a * * u i V c t t t U s J t k * t v * * * s j o r i * * . V ö m d é H & V l u ^ ^ J f l W U i d e H i l ^ v t f l K ó n a U tffepikl V A * d t l e u r w w e ^ u a W k é U , ^ voor a l t « t v S t i k b e x U f U * ö V v r f ^ ^ o f l l u v . N J U b a r ï A U x v j t v k u , s n - b ^ f e « . ^ i j a a a ^ a c k t 0

Mooi van de redactie: Niet altijd wordt kopij zo mooi aangeleverd! Daarom geven we deze boekbespreking in facsimile weer.

(3)

f ä V f c - G ^ * WfiX k & l V ^ O-Wv V C A W ^ & v

J5 L Om r tovfl £ Wv Um/z 6W<tp b tov

do er W ta*WiX^rÄV A t a u à U + v y & i w v U ' » , l * ^ ^ taeii* ^ e ^ d v w j t i ^ 4 t • V ö o v 0 I * d i t " t o u ^ t e t » - t e U z l ^ ß ü / . ( e l f c f e i wluAtri'cjcL \f% I t l ô u ^ ^ ~ ä w i l j ä t e ' * r u U v » ö * / * u W j & ^ V t v i j U ^ v f e s ^ ^ w M U o U U t f U k z o j f o * v < v * k e f v O v » V<JH U ^ ^ U m ^ j « / . U ^ f t f w W o U » f e f s j r t t AVrboelc, flv** oltf 1K a i g r ^ ' H flloria U ajk

(4)

Persbericht Bosschap

Bosschap bepleit structureel meer geld voor de bos-bouw

Tijdens het periodiek overleg met Minister Braks heeft het dagelijks bestuur van het Bosschap gepleit voor beschikbaar stellling van meer geld voor de bosbouw. Door het tekort aan middelen moesten dit jaar de bijdra-geregelingen voor bosinstandhouding en herbeplanting al in januari worden opgeschort. Daardoor werd de re-guliere werkgelegenheid in de bosbouwsector ge-schaad en iedere vorm van planning doorkruist. Als er niet meer gelden beschikbaar worden gesteld, zullen de problemen alleen maar groter worden en zal de bosin-standhouding in gevaar komen. In dit verband werd van Bosschapszijde gewezen op de extra maatregelen die bosbedrijven in bepaalde regio's moeten treffen in ver-band met de gevolgen van de verzuring. De beleids-doelstellingen met betrekking tot het bos en de door het bos te vervullen functies, zoals de regering die heeft vastgesteld in het Meerjarenplan Bosbouw, zullen niet worden gerealiseerd, aldus het Bosschap. Alleen al voor herbeplanting is In 1988 twee miljoen gulden meer nodig.

Minister Braks erkende dat de voor de bosbouw be-schikbare middelen beperkt zijn, doch dat de financiële mogelijkheden van de rijksoverheid onder druk staan en dat de bosbouw bij bezuinigingen altijd relatief gespaard is. De bewindsman was het met het Bosschap eens, dat opschorting van bijdrageregelingen leidt tot discontinuï-teit en gebrek aan mogelijkheden tot planning bij de bosbedrijven. Het zou - aldus Minister Braks - een goede zaak zijn als in de toekomst vroegtijdige opschor-ting van de bijdrageregelingen zou kunnen worden voorkomen. Afgesproken werd dat vertegenwoordigers van het ministerie en van het Bosschap gezamenlijk zullen bezien welke mogelijkheden daartoe bestaan binnen het huidige budget

In het kader van het overleg met de bewindsman over de bijdrageregelingen kwam ook de betekenis welke een erkenningsregeling voor bosbouwloonbedrijven zou kunnen hebben aan de orde. Over een dergelijke erkenningsregeling vindt momenteel overleg plaats bin-nen het Bosschap tussen belanghebbenden. Minister Braks stelde dat hij de totstandkoming van een erken-ningsregeling voor bosbouwloonbedrijven bij het Bos-schap zou toejuichen, omdat door een dergelijke rege-ling de sociale structuur van de bosbouwsector kan worden versterkt en de kwaliteit van het werk.

Reorganisatie Staatsbosbeheer

Het dagelijks bestuur van het Bosschap sprak zijn vol-doening uit over het feit, dat de voorgenomen scheiding

van bosbouw en landschapsbouw niet doorgaat en dat die beide taken zullen worden ondergebracht bij de te vormen beleidsdirectie bos- en landschapsbouw. Daar-mee is aan een van de verlangens van het Bosschap voldaan. Het Bosschap zou er de voorkeur aan geven indien de directie bos- en landschapsbouw op het mi-nisterie in Den Haag zou worden gehuisvest

Het Bosschap benadrukte in het overleg dat de reor-ganisatie van het Staatsbosbeheer zo spoedig mogelijk moet worden afgerond. Dat is in het belang van het Staatsbosbeheer zelf en van de bosbouwsector. De te vormen directies - aldus het Bosschap - zullen moeten kunnen beschikken over de middelen, de mankracht en de deskundigheid die nodig zijn voor een adequate taakvervulling.

Informatica-ontwikkeling ten behoeve van de bosbouw-sector

Een punt van overleg vormde voorts de informatica-ontwikkeling ten behoeve van de bosbedrijven. Minister Braks en het Bosschap waren het eens over het grote belang dat informaticatoepassing voor de bosbouw kan hebben. De bewindsman zegde desgevraagd toe een verzoek om financiële ondersteuning aan de hand van concrete door het Bosschap in te dienen voorstellen constructief tegemoet te zullen treden.

Vitaliteit van het bos

Het dagelijks bestuur van het Bosschap vroeg speciale aandacht voor de vitaliteit van het bos, welke in be-paalde regio's grote zorgen baart. In de sfeer van de herplantplicht kan dit tot problemen gaan leiden. Minis-ter Braks stelde de bezorgdheid van het Bosschap te delen en wees erop, dat de vitaliteitsproblematiek veel aandacht krijgt, niet in de laatste plaats in de sfeer van het onderzoek.

Persbericht Natuurbeschermingsraad

Paddestoelen, mossen en korstmossen bedreigd

Vele soorten paddestoelen, mossen en korstmossen {lagere planten) worden ernstig in hun voortbestaan be-dreigd. Voor deze groep van soorten zal daarom een beschermingsbeleid ontwikkeld moeten worden. Dit schrijft de Natuurbeschermingsraad in een advies over de bescherming van lagere planten aan de minister van Landbouw en Visserij.

Oorzaken van de bedreiging zijn onder meer veran-deringen in het grondgebruik, verdroging, verzuring en eutrofiëring van het milieu. Lagere planten reageren sterk op veranderingen in het milieu omdat zij, anders dan bij hogere planten het geval is, in staat zijn voe-352

(5)

dingsstoffen direct uit de lucht of het regenwater op te nemen. Verslechtering van de milieukwaliteit wordt daarom direct weerspiegeld in de achteruitgang van paddestoelen, mossen of korstmossen.

De raad heeft een drietal lijsten van bedreigde ten opgesteld. Deze bevatten enkele honderden soor-ten paddestoelen, ongeveer honderd vijftig mossen en ruim honderd soorten korstmossen. De raad adviseert de minister zijn beschermingsbeleid in het bijzonder op deze bedreigde soorten te richten. Dit beschermingsbe-leid dient de volgende onderdelen te bevatten: • handhaving en verbetering van de algemene en de bijzondere milieukwaliteit

• bescherming en eventueel aankoop van groeiplaat-sen van bedreigde paddestoelen, mosgroeiplaat-sen en korstmos-sen

• publikatie van rode lijsten van bedreigde lagere piantesoorten. De bij het advies gevoegde lijsten bevat-ten daarvoor het materiaal

• verder wetenschappelijk onderzoek naar de sa-menhang tussen milieukwaliteit en lagere planten.

De Natuurbeschermingswet biedt de mogelijkheid bedreigde soorten planten te beschermen tegen pluk-ken of uitstepluk-ken. Wettelijke soortbescherming biedt ech-ter geen soelaas voor de in het advies gesignaleerde bedreigingen.

De raad acht wettelijke soortbescherming voor lagere planten daarom weinig zinvol, behalve voor enkele soorten die door overmatig verzamelen bedreigd kun-nen worden (alle soorten Veenmos en Kussentjesmos).

Het advies wordt franco toegezonden na betaling van ƒ 7,- op postgiro 1565666 van de Natuurbeschermings-raad te Utrecht, onder vermelding van "lagere planten". Bijscholingscursussen Bosbouw en

Cultuurtechniek Programma 1987/1988

De Vereniging van Afgestudeerden van de Bosbouw en Cultuurtechnische School organiseert in samenwerking met de Bosbouw en Cultuurtechnische School bijscho-lingscursussen voor afgestudeerden. De Stichting Bij-scholing Bosbouw en Cultuurtechniek is hiervoor in 1986 opgericht. De cursussen zijn bestemd voor perso-nen met een MBCS- of een HBCS-opleiding en voor mensen met een vergelijkbaar MBO-/HBO-niveau, die in hun functies in de bosbouw, de groenvoorziening, het beheer of de cultuurtechniek werkzaam zijn.

Er wordt naar gestreefd de cursussen zo praktisch mogelijk te richten. De cursussen worden overdag ge-geven.

Informatiefolders en aanmeldingsformulieren zijn tele-fonisch aan te vragen bij de BCS te Velp, tel. 085-695911. Inlichtingen zijn ook hier verkrijgbaar.

Cursusoverzicht

* Bosverjonging: 23, 24 en 25 september 1987 en enkele dagen bedrijfsbezoek.

* Bodembescherming en Bodemsanering: 29, 30 ok-tober en 12 en 13 november 1987.

* Bedrijfsvoering in bos en natuurterreinen (MBO-ni-veau): 5,6,19 en 20 november 1987.

* Natuurtechniek: vervolgdag voorgaande cursussen natuurtechniek: 3 september 1987.

* Bosbedrijfsplanning (HBO-niveau): 21 en 22 januari 1988.

* Inleiding cursus automatisering oppervlaktewater-beheer: Programmeren Fortran 77:4,11,18 en 25 maart 1988.

* Automatisering van oppervlaktewaterbeheer {Tool-box Galop): 7, 8,14 en 15 april 1988.

* Taxatie van Agrarisch Vastgoed: 4 dagen in maart/ april 1988.

* Vastgoedinformatie en -registratie: 4 dagen in mei 1988.

* Natuurtechniek: ecologische aspecten bij voorberei-ding, aanleg en beheer van civiel- en cultuurtechnische werken: 4 dagen in mei/juni 1988.

* Aanleg en Beheer van Landschappelijke Beplantin-gen: 4 dagen in juni 1988.

* Automatisering van groenbeheerssystemen {i.s.m. RHSTL Boskoop en Post HLO): 24 en 25 februari en 9 en 10 maart 1988 (wordt gehouden in Velp).

Agenda

12 en 13 november 1987

Najaarsbijeenkomst Kon. Ned. Bosbouw Ver. 12 nov. v.m. bijeenkomst in de Cantharel, Ugchelen; 12 nov. n.m. en 13 nov. excursie op De Hoge Veluwe. Thema: De rol van de douglas bij de bosontwikkeling. 18 november 1987

Symposium: Toekomst voor de natuur Plaats: Jaarbeurscongrescentrum Utrecht Organisatie: Stichting Natuur en Milieu Tel.: 030-331328

19 november 1987 Studiedag Boom en Bodem Plaats: IAC, Wageningen

Organisatie: Kring Praktiserende Boom verzorgers Informatie: Secretariaat KPB

Tel.: 08370-95301 20 november 1987 Symposium Bosbemesting Plaats: De Reehorst, Ede

Organisatie: Nederlands Meststoffen Instituut, Den Haag Tel.: 070-469370

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij die besluitvorming hecht de raad van Albrandswaard er sterk aan, dat van eventuele uittreding van deelnemers geen sprake zal zijn, zolang de meerjarige borging van

Betreft: Zienswijze I' begrotingswijziging 2021 SVHW Geacht bestuur,. Wij hebben kennis genomen van de I' wijziging

Factors influencing patient choice of dialysis versus conservative care to treat end-stage kidney disease. Treatment adherence of youth and young adults with and without a

Wanneer naar hun verwachtingen werd gevraagd, kwam naar voor dat ze in de toekomst geen beperkingen meer hopen te hebben en ze ervan uitgaan niet meer afhankelijk te zullen

In deze bachelor proef werd dan ook gezocht naar het antwoord op volgende onderzoeksvraag: “Hoe ervaren niertransplantatie (NTx)-patiënten hun kwaliteit van leven, welke

Daarom hecht de ChristenUnie sterk aan goede zorgvoorzienin- gen, aandacht voor de minima en kwetsbaren in de samenleving, de invoering van een Centrum voor Jeugd en

Zolang er geen plantgoed van resistente essen beschikbaar is, adviseert het Bosschap om voorlopig geen es in lanen aan te planten.. Dunning of knotwerkzaamheden uitstellen Omdat

Lucy Fischer, editor, New Brunswick, N.J. Deze studies leiden tot een stroom van publikaties die tege- lijkertijd wel en niet over film gaan: er worden films bestudeerd, maar