MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN Brussel, 14 maart 2002 VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU
---
Bestuur van de Gezondheidszorgen ---
Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid ---
NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUIS- VOORZIENINGEN
---
Afdeling “Programmatie en Erkenning”
O/ref. : NRZV/D/ 202-1 (*)
ADVIES INZAKE DE N.M.R.
DE VOORZITTER,
getekend
Prof. Dr. J. PEERS
2
De ministers F. Vandenbroucke en M. Aelvoet richten aan de NRZV een adviesaanvraag m.b.t. de normen waaraan een dienst waarin een magnetische resonantie tomograaf wordt opgesteld, moet voldoen.
De adviesaanvraag betreft twee onderdelen :
1. De mogelijkheid tot het opstellen van een “dedicated toestel” zou voortaan niet meer worden beperkt tot het tweede of het derde toestel in een erkende dienst ; de huidige beperking, waarbij dit slechts als tweede of derde toestel kan worden opgesteld, zou worden geschrapt. Het dedicated toestel blijft wel beantwoorden aan de definitie van de magnetische resonantie tomograaf, waardoor de erkenningsnormen en het maximum aantal diensten (en derhalve ook het maximum aantal toestellen) hierop van toepassing blijft. 2. Het aantal opnamen van een ziekenhuis, wat de rangorde voor de toewijzing van de te erkennen diensten (en toestellen) impliceert (art. 6, §§ 1,2,3, en 4, K.B. 27 oktober 1987), zou voortaan eveneens kunnen worden bereikt door middel van een samenwerkingsakkoord of associatie van meerdere ziekenhuizen, voor zover de vestigingsplaatsen met de voornaamste activiteit van deze ziekenhuizen zich binnen een afstand van 5 km van elkaar bevinden.
Inzake punt 1 van de adviesaanvraag neemt de Raad acte van het feit dat de Europese Commissie in het kader van een geschil over de naleving van het EEG-verdrag, de Belgische Regering verzocht heeft om in de erkenningsnormen elke uitzondering voor de dedicated toestellen ten aanzien van de overige apparaten te schrappen.
De NRZV wenst te benadrukken dat er een wezenlijk verschil is tussen een dedicated toestel (voor gespecialiseerde en beperkte toepassingen) en een algemeen NMR-toestel (voor multiple toepassingen). De NRZV is daarom van mening dat het argument gesteld door de Europese commissie inzake het niet naleven van de concurrentieregels, derhalve niet van toepassing is.
Bijkomend vraagt de Raad inzage in de officiële documenten waarop de adviesaanvraag gesteund is.
Inzake het tweede onderdeel van de adviesaanvraag acht de Raad een wijziging van de regelen inzake toewijzing van diensten en toestellen zinloos indien niet tegelijkertijd het maximaal aantal diensten dat mag worden erkend, wordt verhoogd. Bijgevolg blijft de huidige regelgeving van toepassing. De punctuele wijziging, zoals hier voorgesteld, kan enkel betekenen dat een individueel geval geviseerd wordt. In dit geval distantieert de Raad zich hiervan.
Elke programmatienorm is tijdsgebonden en soms snel voorbijgestreefd. De Raad verklaart zich daarom bereid om het geheel van programmatie- en erkenningstechnieken in dat domein te analyseren.
In het kader van een eventuele wijziging van het totaal aantal te erkennen NMR-diensten stelt de Raad zich ter beschikking om nieuwe voorstellen uit te werken inzake erkenningsnormen, overeenkomstig het document “Agenda 2002 voor verandering in de gezondheidszorg”.