bioKennis
In Nederland vindt het meeste onderzoek voor biologische landbouw en voeding plaats in grote, voornamelijk door het ministerie van LNV gefinancierde onderzoekprogramma’s. Aansturing hiervan gebeurt door Bioconnect, het kennisnetwerk voor de Biologische Landbouw en Voeding in Nederland (www.bioconnect.nl). Hoofduitvoerders van het onderzoek zijn de instituten van Wageningen UR en het Louis Bolk Instituut. De resultaten vindt u op www.biokennis.nl. Mail vragen en/of opmerkingen over het onderzoek voor biologische landbouw en voeding aan: info@biokennis.nl.
Uitgangsmateriaal
en veredeling
Behoefte aan een breder rassenassortiment
In Nederland geteelde biologische tarwe levert een belangrijke bijdrage aan de smaak en kwaliteit van het brood. Er is echter een breder rassenassortiment nodig om deze kwaliteit ook op de langere termijn op peil te houden en te verbeteren. De afhankelijkheid van slechts een beperkt aantal rassen maakt de sector kwetsbaar.
Aart Osman (Louis Bolk Instituut)
Broodnodige biologische tarwe
Louis Bolk Instituut
Aart Osman, a.osman@louisbolk.nl, 0343 52 38 60
De huidige veredeling levert voor biologisch te
weinig op
Biologisch rassenonderzoek laat zien dat de bakkwaliteit van nieuwere rassen minder goed is dan van de rassen Lavett en Thasos, die al meer dan 10 jaar oud zijn. Bij de huidige selectie geven tarweveredelaars een hogere prioriteit aan opbrengst dan aan bakkwaliteit. Vooruitgang in bakkwaliteit is alleen mogelijk als veredelaars speciaal op bakkwaliteit selecteren. Gezien de beperkte biologische markt, is dit voor hen echter economisch niet aantrekkelijk.
Kan de sector de veredeling in eigen hand nemen?
Betere baktarwerassen komen alleen beschikbaar als de sector zelf het initiatief neemt. Een eerdere analyse laat zien, dat met een investering van ongeveer 1 cent per brood, speciale selectie binnen een bestaand veredelingsprogramma financieel haalbaar is. Dit vergt echter samenwerking binnen de gehele keten. In het project ‘Broodnodige Biologische Tarwe’ hebben we gesprekken en bijeenkomsten georgani seerd met de diverse biologische ketenpartners en drie Europese verdelingsbedrijven. Dat heeft een nieuw initiatief opgeleverd voor een ketenbrede zomertarweveredeling.
Volgende stappen
Drie verdelingsbedrijven stellen nog niet geregistreerde rassen beschikbaar voor verdere selectie onder biologische omstandigheden. Deze lijnen zullen we in 2009 uitzaaien.