35 legen
in
de driehoek Rotterdam-Delft-Maassluis.Men kan
hiernu
inderdaadnog van ruimte
spreken,maat
dezedreigt te
worden verslonden door stadsuirbreidingen, wegenbouw ennrin-bouw
onder glas. Teneinde eenplan voor
deontwikkeling
en het gebruik van het gebied re onrwerpen dat ook garanries zou kunnen biedenvoor
blijvende
bruikbaarheid,is
in
1963
aan-gevangen met bestudering der problemenin commissieverband.
Nu,
vijf
jaar
Iater,is
door de Stichting
,,OnderzoekMidden-Delfland"
een rapporrin de openbaarheid gebracht,
dat op wel zeer duidelijke wijze de problemen en de mogelijke oplossingenvan
ruimtebestedinglaat
zien.Het
,,rapport
in
hoofdlijnen" steunt op een documentatie van acht deelrapporten, die elk ver-schillende facetten van de plannen behandelen.In
eenuitmun-tend
verzorgdeuiwoering
worden
de
lezer overzichtelijk
de aspectenvan indeling en inrichting,
landschapen recrearie,
land- en tuinbouw, waterhuishouding, bodemopbouw enspecie-winning
en tenslottedie
van bestuurlijke, financiële en sociale aard uiteengezet.Herstrucrurering
van het
landschap,het
wegenparroofl, de wa-terhuishouding, de bedrijvenen
de bodemis
noodzakelijk om de openruimte
een blijvende optimale waarde re geven voor de stedelingen en de bewoners van de streek.Op
kortetermijn
zal begonnen moeten worden met deinrichting
om het gebied ook als bufferzóne voldoende tegenwicht te geven tegen de aan de rand verrijzende stadswijken.Dit geldt met
name voor deaan-leg van
beplantingen,die
immers veel meertijd behoeven
om eenredelijke
hoogcete
bereikendan
flatgebouwen. Teneinde een gezondeonrwikkeling
van deze beplantingen te garanderen,zal
veel
aandacht moetenworden
besteed aan de keuze van houtsoorten(warbij
zekerook
aan depopulier
gedacht dientte
worden),
bodemvoorbereidingen aanlegmethoden.
Juist in
deze geiitbaniseerde gebieden kan men zich geen mislukkingenpermitteren. Ontwikkelingen
als
in
Midden-Delfland
vrorden dan ook met de grootste aandacht door verschillende onderzoek-instantiesin de bosbouw bestudeerd.
Ir. J.
L. GuldemondD. Doom
/
lnsektenaantastingen
van populier en wilE
in
19ó8
')
ItbonSchade door insekten aan populieren en
wilgen
wasin
1968in
het algemeen van minder betekenis danin
1967.Zo namen
de aantastingen door de satijnvlinder (Leucoma. salicis)in de
popu-lierenculruur
zuidelijk van de
grote
rivieren duidelijk
af. In
Oostelijk
Flevolanden
bij
Scheemdakwam
echternog
kaal-vreterij voor. De
houtboorders Saperda carcbar'ias en Cossus cossus blljvenvooral in
het
oostelijk
deelvan
Noord-Brabant zotgetr baren, evenalsplaatselijk
in
de
Betuwe
in
weg- en
grensbeplantingen.De
gatenin stammen, gemaakt
door delar-ven van de
grote
populiereboktor, bevorderen bovendien de schadeals gevolg
van het
secundairopteden van de
wilge-houtrups. Dergelijke bomendie
dan een groot gevaar voor het wegverkeer betekenen, dienenonmiddellijk
te
worden geveld.In
de wegbeplantingenmet wilgen
ootstaan z.g. Cossus-bomenvoornamelijk
doordathet
wegverkeerde
bastvan
die bomen
tevoren ernstig heeft beschadigd. Daarnaastzijn
door bliksem-inslag getroffen bomen ookin een enkel geval als Cossus-boom
waargenomen.In
de populierenculruur treedtde satijnvlinder
plaatselijk nogactief op.
Zoals hiervoren reedsis
vermeld,zijn
bomen kaal-gevreten geweestin
het
populierenbosbij
Roggebotsluis on-danks hetfeit
dat men er metArkotine
(DDT)
heeft bestreden.Er
kondenduidelijk
banen kaalgevreten bomen worden waar-genomen, zodat mag worden veronderstelddat het
insekticideniet
gelijkmatig over
het gebied verspreid
is
geweest.Bij
Scheemda enZuidbroek
stondende
populieren
in
eenweg-beplanting opnieuw
kaal. I7interbestrijdingsproevenzullen
erin
overlegmet
ons door
de
Rijkswaterstaat omstreeks maart worden toegepast.Bij
Roermond, Hedel,Elst
en \Toensdrecht waren de aantastingenin graden
variërend tussenlicht
en matigte
kwalificeren.
TussenBergeijk
en
het
Belgische Lommel, alwaarin de
periode 1959tot
1963 een plaag heerstedie
zich toenin
noordelijkerichting
tot
de bossen rondBoxtel
en Bestheeft uitgestrekt, is opnieuw
een verhoogdepopulatie
waar-genomen.Men
dient er rekening mee re houden dat het boven-genoemd gebiedin
1969(na
10 jaren dus) opnieuw binnen de aantastingssfeervan
de satijnvlinder
kan geraken.
-
De
grote populierebok tot
( S apeda
carc hniat
)
veroorzaakte ernsrigescha-de
aaneen
wegbeplantingbij
Beersen
in
een weggedeelte tussenVinssen
en Bergharen.In beide genoemde beplantingen
komen
hier
en daar tevens aantastingen door de wilgehoutrups (Cossus cotsus) voor.Van
matige
betekenis warende
aanras-tingen
door de grote boktor o.a. bij Houten, Duiven en Geffen, Foto1.
Rupsen aan de satijnulind.er op popdierestam.36
terwijl in
deprovincie Drente
algemeen eenlichte
aantastingis
opgegeven.-
De
kleine populiereboktor (Saperd.a popalnea),voornamelijk
schade toebrengend aan populieretakkenvan
degroep Leuce, deed
dat
in
Oostelijk
Flevoland enop De
HogeVeluwe.
-
De
populiereglasvlinder (Sci.apteron tabaniformi:)bleek schade
van matige
betekeniste
hebben veroorzaakt aanjonge populierebeplantingen
bij
Ospel
(L.) en bij
Oosterland(2.).
Bij
de
laatstgenoemde beplantingis
door
mij
waargeno-men dat de infecties zich
via
de snoeiwonden hebbenvolffok-ken.
-
Italiaansepopulieren
in
particuliere
tuinen
in
Ede enOtterlo
werden kaalgevreten door de grasgroene rupsen van depopuliereuil
of
,,Roesje" (Scoliopteryxlibatrix),
Bij
Dodewaard waren enkelewilgen
in
een ouderewegbeplan-ting
zodanig door de wilgehoutrups aangetast, dat de Gemeente ze op ons advies heeft geveld en vernietigd;dit
laatste omver-spreiding tegen
te
gaan.De
bomen blekenvóór
de aantastingdoor het verkeer beschadigd
te
zijn.- Het
wilgehaantje(Phyl-lod.ecïa sp.) veroorzaakte een matige aantasting van Salix pur.
purea
in
de stadsplantsoenen te Haadem en Den Haag;in
eerst. genoemde plaatswerden
bovendienook
andere wilgesoorten^aÍgetast.
- In
een boomkwekerijbij
Haaren(N.8.) trof
menaan de stammetjes en op de takken van Salix
alba'Liempdd
de dromedarisluis(Tuberohchnu
salignws)in
grote aanrallen aan.De
schade door deze soort kan van tweeërlei aard zijn,nl.
bros-heid van het
tijs
en verkleuring van het hout van blankewilge-tenen. Aangezien
het
insekr
in
ons land
slechtsin de
herfstoptreedt en
in
dewinter
dood vriest, moet een aantasting hetvolgend jaar
op
dezelfde plaatsvrijwel
uitgesloten wordenge-acht.
Een bestrijding
van
dit
insekt
kan
derhalveals
zinloosworden beschouwd, aldus
Dr. D. Hille
Ris
Lambers(bladluis-onderzoek T.N.O.), die
voot
ons tevens de luis determineerde.Foto
2.
Grote popaliereboktor op éénjarige twijg ttan pop*lierINTERESSANTE BEPLANTINGEN 1)
(xrr)
Ten
oostenen
zuidoostenvan
Assen, russen deze plaats en deHondsrug,
vindt men
een landschapdat
eenheel
apartebe-koring
heeft. Eén van de mooiste gedeeltenis
het beekdal vande Drentse
Á,
zoals mendat
onder anderevlak buiten
Amen,als
men
op
weg
is
naarGrollq
aan weerszijdenvan de
wegziet
liggen.
Men
moet dan vooral letten
op het
gedeelte tennoorden
van
de weg.De
lage graslanden, medelanden, wordener
doorsnedendoor
prachtige houtwallenmet
eiken, elzen enbetken (zie
foto
1).Langs beide
kanten van de weg Amen-Grollo,
waar deze hetbeekdal passeert, staat een
rij
populieren
die
sindsvele
jarenmijn
aandachttrok
door een merkwaardig vedoopin
de groei.Als men Amen
uitrijdt
komt
mendirekt
buitendit
kleine dorpzowel
links
als rechtsvan
deweg
zeermatig
groeiendepopu-lieren tegen
(foto
2);
naarmate men de brug over de DrentseÁ
nadert
worden ze geleidelijk beter
(foto 3), om ná de
brugweer sterk
in
groei af te nemen.Dit
groeiverloop is aangegevenin figuur I,
waat elke stip een boom aangeeft; de afstand tussenstip
en
de horizontalelijn,
die
de wegAmen-Grollo
voorstelt,geeft
de
diametervan
die
boom
aan.Duidelijk
blijkt
dat
degroei geleidelijk afneemt naarmate de populieren verder van de
beek
verwijderd
zijn;
dit
geldt voor
beide kantenvan
de weg.Pas onlangs
was
ik in
de
gelegenheidom
samenmet mijn
medewerker de heer
Kolster
de siruatie eens beterte
bekijkenen de oorzaak van de groeiverschillen proberen te achterhalen.
Eerst iets over de beplanting. Deze
is
aangelegdin
1952 met-jarig
plantsoen.Hoewel
het
gebruikte
raste
boek
staat als'Heidemij', vragen
wij
onsaÍ oÍ
hethier
tochniet
om 'Robusta'gaat; hietover hebben we nog geen zeketheid omdat verschillen Foto