N i e t voor p u b l i l c a t i e Nadruk verboden
I n t e r n e I o t a l o . 48 BEDRIJPSHUZB VMKMSBOIKSOÜDIIG
1. Aantal deelnemers aan de varkensboekhouding per 1-1-1957 Kantoor Assen Zwolle Arnhem Oss Tilburg Horst Den Haag Aantal deelnemers 30 32 17 17 14 24 35 Begin administratie najaar 1954 begin 1955 voorjaar 1955 voorjaar 1955 najaar 1955 najaar 1955 voorjaar 1956 najaar 1954 Totaal 169
2. Bij de bedrijf skeuze is besloten, dat de bedrijven in prinolpe niet langer dan .3 jaar zullen deelneiaen, zodat indien hetzelfde aantal bedrijven zal worden gehandhaafd in bet najaar van 1957 voor Zuidholland en Drente nieuwe bedrijven moeten worden gekozen.
3. Inkrimping van het aantal bedrijven is alleen verantwoord indien dit niet ten koste gaat van de betrouwbaarheid van de gegevens. Hoewel per bedrijf per jaar meer dan een waarneming wordt verkregen, moet toch wel een behoorlijk aantal bedrijven worden ingeschakeld, daar niet vaststaat of d© versohillende gegevens van een bedrijf als onafhankelijke waarnemingen kunnen worden'besohouwd.
Ben aantal van + 30 bedrijven per gebied lijkt mij'daarom gewenst.
4. Inkrimping van het aantal bedrijven ie dus alleen mogelijk indien blijkt, dat enkele gebieden kunnen worden samengevoegd. De gebieden, die hiervoor in aanmerking kunnen kenen zijn
Drente, Overijsel en Gelderland.
Voor Brabant en Limburg bestaat de indruk, dat er onderling in dit gebied nog verschillen bestaan. Zo bleek uit een onderzoek, ingepteld door de Voorlichtingsdlonet in Eindhoven, dat het gemiddeld voederverbruik per kg groei 4,- v.e. bedraagt. In hot consulentschap Tilburg is dit 4,29 v.e. Of het hier werkelijke verschillen betreffen kan alleen worden nagegaan, indien vol-doende gegevens bekend zijn, zodat m.i. het zuidelijk zandgebied voorlopig niet voor inkrimping in aanmerking komt. In Zuidholland
» 2
-treft men de zwaar-mesterij aan, zodat dit gebied dus afwijkt van d© overige gebieden.'Het zal daarom'nodig zijn
bier aanstaande najaar ©on aantal nieuwe bedrijven "te kiezen (_+ 30). 5. Er moet dus worden nagegaan of de gebieden Drente, Overijsel en Gelderland kunnen worden samengevoegd. Globaal kan dit worden beoordeeld aan de uitkomsten van de mesterij,
Van de in 1956 &f geleverd© kopp©:fs mestvarkens is hot geniddeld voederverbruik per kg groei berekend.
Gebied Aantal waarnemingen V.o. per kg groei
Drent©
~~ W~
' T j Ö ~~~~"
Overijsel 212 3,84 Gelderland 110 3,84
Hst verschil in voederverbruik per kg groei tussen deze gebieden ia,zoals uit het bovenstaande overzicht blijkt, niet van betekenis. Ook de spreiding van het materiaal blijkt weinig verschil te vertonen (zie bijgaand© frequentieverdeling). 6. Uit hot voorgaande valt af te leiden, dat do gegevens van de gebieden Drente, Overijsel en Gelderland onderling zo weinig verschil vertonen, dat d© gegevens van dez© gebieden zonder ^©zwaar kunnen worden samengevoegd. Voorzichtigheidshalve kan hat totaal aantal bodrijven dan nog &an de ruime kant worden genomen, b.v. in totaal 45 badrijven, dus 15 per gebied. In .Drent© ©n Ovar ij sel kan het, aantal bedrijven dus tot de helft
worden teruggebracht. In Drente kunnen dan de bedrijven, dia in het najaar 1954 zijn begonnen het eerst afvallen. De bedrijfs~ keuze voor deze gebieden begint dus eerst in het voorjaar'.-van
1958 weer urgent te worden.
' s-Gravenhage, februari .19-57. ••• • ' ••'• : • Afd» Bedrijfseconomisch Onderzoek Landbouw
G.J.H. Walvoort
3
-CUMULATIEF PROCENTUELE FHEQUIITIMEIDELIIG ¥ M BE KOPP1LS MBSTVARKlfS HAM U T VOEDBRIFIKBITJIK EER KG GH01I
Prooentueol aantal waarnemingen 100-90 80 70 60 50 -40 30 20 10
* Bronte (Gem.vooterverfcruik per kg g r o e i 3,?8 v . o . )
= Overig e e l (gera#voeaerverbruik; por kg g r o e i 3f8 4 v . o . ) » O e i d s r i a n d (gsia»Yo©d©iM?©t'"bmiiie p s *
kg g r o e i 3,84 • • • • )
2»7 2 , 9 3,1 3 , 3 3,5 3,7 ' 3,9 4,1 4 , 3 4,5 4 , 7 4,9 5>0
v o e d o r v e r b r u i k per kg groef, i a V.E«
