• No results found

Op zoek naar het geheim van stalmest in de teelt van hyacinth

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Op zoek naar het geheim van stalmest in de teelt van hyacinth"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

• BLOEMBOLLENVISIE • 16 juli 2009 16 juli 2009 • BLOEMBOLLENVISIE • • BLOEMBOLLENVISIE • 16 juli 2009 16 juli 2009 • BLOEMBOLLENVISIE • 20 • BLOEMBOLLENVISIE • 16 juli 2009 16 juli 2009 • BLOEMBOLLENVISIE • • BLOEMBOLLENVISIE • 16 juli 2009 16 juli 2009 • BLOEMBOLLENVISIE • 21 naar alternatieven voor stalmest.

Uitgangs-punt is om verantwoord te bemesten binnen de gegeven normen.

BodemvruchtBaarheid

Het mestbeleid zorgt voor nogal wat onrust in de bloembollensector, omdat aanvoer van meststoffen als stikstof en fosfaat beperkt wordt in onder andere de voorgestelde Nitraat-richtlijn. Ook de fosfaatgebruiksnorm grijpt sterk in op de traditionele bemestingsstrategie waarin stalmest een grote rol speelde. Op duin-zandgronden, waar bijna alle hyacinten wor-den geteeld, is de afbraaksnelheid van orga-nische stof in de bodem hoger dan op andere gronden. Door een verlaging van de aanvoer van stalmest en de hoge afbraaksnelheid van

h

et mestbeleid van de overheid dwingt ondernemers in de agrarische sec-tor de aanvoer van stikstof en fosfaat te beperken. Veel hyacintentelers zijn zeer bezorgd dat door de veranderende mestwetge-ving een optimale teelt niet meer mogelijk zal zijn. PPO voert daarom meerjarig onderzoek uit naar verschillende vormen van organische bemesting in hyacint. Doel van het onderzoek: vaststellen van de effecten van gebruik van stal-mest op opbrengst en kwaliteit, en onderzoek

organische stof in de bodem vrezen veel telers dat de bodemvruchtbaarheid in hun percelen zal gaan dalen. De voorgestelde mestwetge-ving in 2006 heeft geleid tot ondertekening van een petitie die is aangeboden aan de toenma-lige LNV-minister Cees Veerman. Deze heeft toen besloten dat een onderzoek duidelijk-heid moest geven over de noodzaak van stal-mest voor een optimale teelt van hyacint. PPO is gevraagd dit onderzoek uit te voeren, waarbij nauw contact is met Plant Research Internatio-nal in Wageningen, en een klankbordgroep van telers/broeiers. De proef wordt gefinancierd door het ministerie van LNV en het Product-schap Tuinbouw.

meststoffen vergelijken

Het doel van het onderzoek is tweeledig. Zo worden verschillende doseringen stalmest en GFT-compost met elkaar vergeleken, even-als combinaties van beide. Maar ook wordt gezocht naar een verklaring voor de speciale werking van stalmest, zeg maar de X-factor van stalmest. Om deze doelstellingen te bereiken is een opzet met 19 behandelingen bedacht, waarbij iedere behandeling voor enkele jaren wordt voortgezet op precies hetzelfde veldje. De hoeveelheden stalmest en GFT-compost die vergeleken worden zijn 20, 40 en 80 t/ha en de combinatiebehandelingen bestaan uit 10 t/ha stalmest + 20 t/ha GFT en 20 t/ha stal-mest + 40 t/ha GFT. De bijzondere werking Tekst: Paul Belder en Peter Vreeburg, PPO

Bloembollen Foto’s: PPO Bloembollen

Stalmest is voor met name de teelt van hyacint altijd als

onmis-baar beschouwd. De wetgeving op het terrein van bemesting

maakt het toedienen van de hoeveelheden stalmest die lang

gangbaar waren nauwelijks mogelijk. Protest uit de sector

zorg-de in 2006 voor zorg-de toezegging van LNV dat nazorg-der onzorg-derzoek

nodig was op duinzandgrond. PPO voert dit project uit en geeft

een eerste indruk van de resultaten.

op zoek naar het geheim van stalmest in de teelt van hyacint

onderzoek

van stalmest zou in het nutriëntenleverend vermogen van stalmest kunnen liggen. Daar-om is gepoogd met kunstmest in de vorm van stikstof, fosfaat, kalium, magnesium en borium dezelfde hoeveelheid mest te geven die in 40 t/ ha stalmest zit.

Tevens wordt dit gedaan voor 40 t/ha GFT - een mogelijk alternatief voor stalmest - waarbij ook weer extra hoeveelheden nutriënten wor-den gegeven, maar nu met aftrek van de hoe-veelheid die al in de compost zit.

Vanwege de gewasrotatie kan maar een keer in de drie jaar hyacint worden geteeld. De ande-re jaande-ren worden narcissen en tulpen geplant, waaraan verder geen metingen worden ver-richt, behalve het op peil houden van de stik-stofvoorraad in de bodem voor een optima-le teelt. Er zijn momenteel twee proefvelden waarvan aanvankelijk een proefveld 4 jaar zou worden aangehouden (hyacint in jaar 1 en 4) en een naastgelegen proefveld voor 2 jaar (hya-cint in jaar 2). Voor het bemesten van de gewas-sen wordt de adviesbasis gebruikt waarbij voor-afgaand aan ieder seizoen de beschikbaarheid van de belangrijkste nutriënten wordt geme-ten. Als proefgewas is hyacint gekozen, omdat dit gewas in gewasgroei het duidelijkst reageert op vooral de stikstofopname.

metingen

Aan het gewas en de bodem worden metingen gedaan. Naast het volgen van het gewas in het seizoen worden de opbrengst, maatsortering en nutriënteninhoud bepaald, waarna afbroei plaatsvindt in december. De stikstofbodem-voorraad wordt tijdens het groeiseizoen een keer in de drie tot vier weken gemeten. Daar-naast wordt voorafgaand aan ieder seizoen de

beschikbare hoeveelheid van de belangrijkste nutriënten bepaald. Naast veranderingen in chemische bodemkwaliteit wordt ook gekeken naar veranderingen in fysische en biologische bodemkwaliteit. Zo is een biotoets gedaan met Pythium in het tweede seizoen, die overigens nog geen verschillen liet zien tussen behande-lingen.

eerste resultaten

In het eerste seizoen is stikstof bijbemest op basis van de controlebehandeling, terwijl in het

tweede groeiseizoen stikstof per behandeling is bijbemest. Er zijn tot nog toe weinig verschil-len in stikstofvoorraad tussen behandelingen waargenomen. De eerstejaars opbrengstresul-taten gaven weinig of geen verschillen tussen behandelingen te zien. Ook het stikstofgehalte van de bol verschilde weinig tussen behande-lingen (zie grafiek 1). De afbroei van het eerste veldseizoen liet weinig verschillen zien, hoewel organische bemesting met stalmest en GFT leidde tot een hoger aantal nagels per hoofd-bloem en langer blad. De verwachting is wel dat verschillen groter gaan worden naarmate de proef langer duurt.

toekomst

Voor een goede beoordeling is behoefte om de proef langer dan vier jaar te laten doorlopen. Intussen wordt gesproken over verdere aan-scherping van de fosfaatgebruiksnorm, waar-door het gebruik van stalmest verder ingeperkt wordt.

Een aantal onderzoeken sluiten nauw aan bij dit onderzoek. Zo wordt specifiek gekeken naar de afbraaksnelheid van stalmest en GFT-com-post op duinzandgrond en is er een onderzoek om te bezien of de stikstofbenutting van stal-mest verhoogd kan worden. Ook is een pro-jectplan opgesteld om te kijken of fosfaatarme organische meststoffen ingezet kunnen wor-den in de bollenteelt.

Dit onderzoek wordt gefinancierd door het PT en het ministerie van LNV

Grafiek 1. Stikstofgehalte van de bol bij oogst eerste veldseizoen voor verschillende hoeveel-heden stalmest en GFT

Overzicht proefveld voorjaar 2009

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze reeks werd gebruikt als input voor een eenvoudig PDM-model.. Het resultaat van dit model kan dienen als hulpmiddel bij de verbetering van de

Met behulp van de opmerkingen uit de visuele inspectie, opmerkingen uit de analyse van de debietkromme, de reeks van Thiessenneerslag voor het stroomgebied, de gemodelleerde reeks

SintJansbeek te Merkem, AMWA nr. De nulhoogte van de peilschaal bedraagt sindsdien 3,581 m. De limnigraaf werd geplaatst in mei 1986 afwaarts van de brug.. De maximaal

Deze spreiding gebeurde met de KMI- pluviograaf EA25 te Geel die zich op een afstand van 40 km van het centrum van het stroomgebied bevindt, waarvan de waarden op hun beurt

De limnigraafpeilen kunnen niet eenduidig omgezet worden naar debiet waardoor de reeks onbruikbaar is voor de calibratie van hydrologische modellen zoals PDM.. Laten we het model

Ook voor de periode voor 1990 kan moeilijk met zekerheid gezegd worden of de limnigraaf een werkelijk hydrologische beeld geeft van de afvoer van het stroomgebied, gezien

Met behulp van de opmerkingen uit de visuele inspectie, opmerkingen uit de analyse van de debietkromme, de reeks van Thiessenneerslag voor het stroomgebied, de gemodelleerde reeks

Met behulp van de opmerkingen uit de visuele inspectie, opmerkingen uit de analyse van de debietkromme, de reeks van Thiessenneerslag voor het stroomgebied, de gemodelleerde reeks