• No results found

De stroming van het grondwater in de omgeving van poreuze drainbuizen of drainbuizen met een relatief groot aantal perforaties

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De stroming van het grondwater in de omgeving van poreuze drainbuizen of drainbuizen met een relatief groot aantal perforaties"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

T VOOR CULTUURTECHNIEK EN WATERHUISHOUDING NN31545,0152 N 0 T A N O , 1 5 2 dd. 6 november 1962

De stroming van het grondwater in de omgeving van poreuze drainbuizen of drainbuizen met een relatief

groot aantal perforaties

BIBLIOTMEEI

7

E S >•'.'.

Droevendaîise'ï ?•-..-A '«•; L.F.Ernst Postbus '>•• '

6700 AE W a g e u ^ - i i

De stroming van het grondwater in de omgeving van drainbuizen mag niet altijd uitsluitend twee-dimensionaal worden beschouwd. Dit geldt in het bijzonder bij de stroming naar de stootvoegen tussen gebakken drain-buizen, Hetzelfde geldt in zekere mate ook voor die gevallen, waar de bui-zen doorlatend zijn tengevolge van openingen van andere vorm. Alleen als de doorlatendheid van de buis vergelijkbaar is met de doorlatendheid van de grond, mag worden aangenomen dat de buis homogeen doorlatend is en is dus een twee-dimensionale beschouwing toegestaan. Bij poreuze buizen met een relatief klein aantal poriën, mag niet zonder meer worden aangenomen, dat dit wel het geval is.

Met de volgende afleiding zal een formule worden verkregen voor de grootte van de weerstand, welke de stroming in de omgeving van de

drain-buis ondervindt. Hoewel zekere benaderende veronderstellingen werden inge-voerd en de invloed hiervan niet zorgvuldig is nagegaan, mag worden

ver-wacht, dat deze formule voldoende nauwkeurig is voor de praktijk»Hieruit aal blijken dat de toelaatbaarheid van de veronderstelling van een homogeen door-latende drainbuiswand van meerdere omstandigheden afhankelijk is, zoals van de doorlatendheid van de grond, de diameter van de poriën of perforaties en .

Ti

van de verhouding van de totale oppervlakte van deze openingen ±èn. opzichte. van de oppervlakte van de cylindermantel waarin deze openingen zijn gelegen.

Bij de volgende afleiding wordt aangenomen, dat de openingen homogeen zijn verdeeld over de wand van de drainbuis en dat alle openingen een gelij-ke cirgelij-kelvormige doorsnede hebben. Bij elk van deze openingen behoort een gelijke stroombuis en moet een gelijke weerstand worden gevonden. Men kan zich dus beperken tot de beschouwing van de stroming behorende bij een en-kele opening, daar uit de weerstand per opening onmiddellijk de totale weer-stand of de weerweer-stand per strekkende meter kan worden afgeleid.

In figuur 1 is daarom slechts een stroombuis met stroomsterkte Q' gete-kend; A is het middelpunt van de kleine opening; AB is een lijn loodrecht op de as van de drainbuis. Een doorsnede door AB en de as van de drainbuis is afgebeeld in figuur 2. Een andere doorsnede door AB zou een ander resultaat

177/ 1162/60

LANDBOUWCATALOGUS

(2)

tonen, daar er geen zuivere rotatie-sjanmetrie om AB is, maar van deze ver-schillen wordt zonder meer afgezien. Hoewel de begrenzing van het gebied op de drainbuis wand bij A feitelijk een deel van een cylindermantel is, mag dit bij benadering worden vervangen door een deel van een plat vlak met als rand een cirkel met straal a. Indien er n openingen zijn op een drain-buis met buitendiameter 2r en lengte L, is het betrokken oppervlak op de

° 2

drainuiswand per opening gelijk 2itr L/n en geldt a = 2r L/n.

De totale weerstand, welke in deze stroombuis aanwezig is kan men nu veronderstellen als volgt te zijn samengesteld (zie fig. 2 ) :

1 2 3 4

W. de v/eerstand binnen de buis, kan verder buiten beschouwing blijven; W is de weerstand in een buisje met diameter 2b en lengte D, waarbij zal wor-den aangenomen dat het buisje vrij is van grond; de somvdn \f. en^p ^-5 ^e weerstand in de grond, waarbij de mogelijkheid nog open sta./, de gemeen-schappelijke grens (aequipotentiaalvlak met stijghoogte h ) ;\,ssen de twee betrokken gebieden wat te verschuiven.

Wordt als grens tussen de gebieden met W1 en W_ een dichter bij A gelegen aequipotentiaalvlak genomen dan in deze figuur is aangegeven, dan geeft dit twee voordelen, namelijk dat een oppervlak wordt verkregen dat vrij goed bolvormig is, en bovendiendat W.k.aji wor"deji .gSlijk-ge-maak-t aan de weer-stand bij een twee-dimensionale stroming.

Indien aan deze laatste gelijkheid kan worden voldaan, gaat het om de bepaling van de som van W en W . Teneinde voor W een eenvoudige formule

te vinden, wordt het aequipotentiaalvlak met stijghoogte h. vervangen door een aequipotentiaalvlak in de vorm van een halve bol van zodanige grootte dat W niet verandert.

Wordt W nu berekend als weerstand voor de radiale stroming tussen deze twee fictieve aequipotentiaalvlakken (zie fig. j ) , dan volgt:

w . _J_

(

_L _

±.)

2 2ttk vr r '

Worden nu twee coëfficiënten a en ß ingevoerd om de vrij constante ver-houding tussen a en r en tussen b en r in rekening te brengen, dan gaat deze formule over in:

2 27tk

K

b a

}

(3)

-3-*) Indien a » b, dan is de waarde van a van weinig betekenis ' . Bij

kleine waarden van a/b moet ook W klein zijn. Indien a/b tot 1 nadert, moet ïï tot 0 naderen, hetgeen alleen mogelijk is als « = ß « Wordt voor ß

een waarde van 1,5 ingevoerd ;, dan volgt tenslotte als bruikbare formule voor 17 :

W =

-I- (1

-

1)

2 4k vb a;

Als de poriën van de drainbuis zo nauw zijn. dat de stroming in deze in steeds lamina'

bruik worden gemaakt

•poriën steeds laminair is, kan -tfoor W van de formule van Poiseuille ge-3 2 8T) dx

w,

=

8T)D 3 4. ^ ïïQgb^

Bij een gegeven stroomsterkte Q' in de stroombuis kan nu het poten-tiaalverschil h. - h, onmiddellijk worden berekend uit de volgende formule

i 3

h1 - h3 = Q ' ( W2 + W?)

Bij twee-dimensionale afbeeldingen van de stroming wordt de stroom-sterkte gerekend per strekkende meter van de drainbuis (q met dimensie m"/dag) en werkt men met de radiale weerstand (w met dimensie dagen/meter) of de extra term van de radiale weerstand (w met dezelfde dimensie)

v, * Q *

ü1 - h, = q w = L W

Uit figuur 1 volgt onmiddellijk, dat voor de verhouding tussen de Gtroomsterkte Q' in een van de genoemde stroombuizen en de totale strocm-sterkte Q naar een drainbuis geldt:

_2

Ü

Q = 2roL

'Volgens het patroon van stroomlijnen en aequipotentiaallijnen in figuur 5 geldt a = 2,3.

'Voor een stroming welke uit het oneindigeyàfkomstig is en daar een homo-gene verdeling heeft, geldtß = %/2.

(4)

Voor w kan dus gezien de dri© laatste formules worden geschreven:

Q *

w

Q' (W

0

+ W_)

en

*

=

a i

T.

^w o. w

Ï

=

JL

w =

T

. L (W

+

W ) = J L . (w

2 +

W ).

o

Evenals W kan ook w in twee termen, die betrekking hebben op de

weerstand in de grond en op de weerstand in de perforaties worden gesplitst;

w*

=

JsLtl

_ 1)

2 8kr

v

b

a

)

of wel;

en

i * 1 b a ,a . \ k W

2 = 8~-b'(b -

1

)

o

* ATJa

2

D

w = —^

3 *9gr n

b

4

of wel:

4T)D

W

3

=

^T

j

^'

De laatste formules zijn zodanig geschreven, dat hieruit duidelijk

wordt dat er 5 parameters zijn, namelijk T), k, D,_p_ en f;. Wordt *) als

vis-b ' '

çositcit van het water bij een zekere temperatuur als bekend aangenomen en

kunnen verder langs andere weg de doorlatendheid k van de grond en de

drainbuisafmetingen r

Q

en D worden gemeten, dan blijven er 2 onbekende

pa-rameters over: a/b en r

0

/b.

Om een indruk te krijgen van de verhouding Wg/wj kan de volgende

for-mule worden uitgeschreven, waaruit blijkt dat voor a >> b de verhouding

a/b hierop van te verwaarlozen invloed is.

w

9 3

—- = rcpg

b

• a-b

w

* 32k^D a

3

Deze verhouding kan ook anders worden geschreven al naar gelang voor

de doorlat-endüeid van het buisraateriaal, k, •= Q-gb- /&3a , in de formule wordt

gesubstitueerd of voor de doorlatendheid van de grond met d als gemiddelde

(5)

w

-5-2

korreldiameter wordt ingevoerd k = Qgd /lOOOr]..

ZZ

^ V (

a

-

b

) 100 b^(a-b)

* - 4kbD .2 '

w ^ a d D

;5

Als hulpmiddel bij praktische toepassing zijn de formules voor w en

, in grafische vorm gebracht (fig. 4

e

n 5)

m e t a

/*>

e n r 0

/

b

langs de

as-sen logarithmisch uitgezet. In een derde grafiek vindt men de verhouding

AL -lt.

w

2

/w^ (zie fig. 6 ) .

Volgens voorgaande beschouwingen zijn er minstens twee metingen nodig

voor een bepaling van a/b en r /b.

Voor genoemde twee metingen zou men fijn zand en grof zand kunnen

ne-men (bijv. k = 1 m/dag en k = 30 m/dag) of eventueel een meting in fijn

zand en een meting met uitsluitend water. Een ondersteuning van de

theo-rie kan men slechts vinden door meer dan twee metingen te doen. Wegens de

op pagina 1 ingevoerde benaderende veronderstellingen met betrekking tot

de geometrie van de poriën, is er in die gevallen, dat geen regelmatige

aecdeline: of g^en constante grootte van de openingen is verzekerd, nog

meer reden om de uitvoering van meer dan 2 metingen aan te bevelen.

Metingen van deze soort zouden kunnen worden gedaan door de drains

buis horizontaal te monteren in een bak waarvan de kleinste horizontale

afmeting minstens enkele decimeters is, De buis moet bij voorkeur op

onveer halve hoogte in een minstens drie decimeter dikke zandlaag worden

ge-legd. Toevoer en afvoer van water moeten zodanig worden geregeld dat het

zand geheel onder water komt, terwijl zand en drainbuis bij voorkeur geen

lucht mogen begatten. Door plaatsing van enkele stijgbuisjes is het

moge-lijk de potentiaalverdeling in het gebied met een vlakke stroming (dus tot

op ongeveer een centimer afstand van de drainbuis) zo nauwkeurig te

bepa-len, dat hiermee een waarde voor de doorlatendheid k kan worden gevonden.

Een bezwaar van de beschreven opstelling is dat in het zand een

ge-laagdheid evenwijdig aan de as van de drainbuis zou kunnen ontstaan. Dit

zou kunnen worden verholpen door de bak bij de vulling met zand zo te

plaatsen, dat de drainbuis vertikaal komt te staan. Ook zou men om de

me-tingen bij een vertikale stand van de drainbuis te kunnen uitvoeren een

iets andere opstelling kunnen maken» bijvoorbeeld met behulp van een

(6)

ver-tikale dubbelwandige cylinder met geperforeerde binnenwand; in de binnen-ste ruimte dient het zand en de vertikale;van onder gesloten drainbuis te komen.

(7)

fig. 1

\ \ Wi \ \ \

y \ \

w

2

\ \ \ S S \ \ \ Unkultur it JttifiiMiiitii :

w

3

! ! i '

• fr i i i i

w.

2b

"icT

f i g . 2

6 2 C - 8 6 - 1

(8)

gemiddelde

straal

62c 86-5

(9)

D - Q O » , en X D-lD ^ •—- uQ crlo ^

(10)

0> to o I 00 O) I w o In <D X x < D | O (O O . O o, II p CJ1 <0 X n O 3 I Û ai

£ o

H P o 3 a a>' 3 •CJ ^ i Q ^ i Il II II II n- o -"• <D -1 (5 o o ODiQ •o W J n n -»"O 3 3 O 2. ^ oj

n» S

~5 O T O t S

of^

1

r

N

er

01

(11)

u [ O ^ UI <£ o °! E > a> o O - x u £ o o- *~ û f , ? " u F - ? F u *~i*« „ U E O , .

... 'S - - ° ~ o'

> I > II II II II » II Q 10 O X <0 (O 00 I O CM (0

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hij of zij zal je zeggen welke medicatie voor de ingreep gestopt moet worden en welke medicatie je de ochtend van de operatie met een klein slokje water moet innemen.. Vergeet

Vraagt men zich af, waar in concreto de problemen van sociologische aard liggen, die enerzijds het aanvaarden van bepaalde cultuurtechnische verbete- ringen in de weg staan en

In dat kader hebben Wageningen Economic Research en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) de opdracht gekregen om een raming op te stellen van de handel van Nederland

Scharrelen (%) 19,7 60,7 Pikken in voerpannen (%) 33,6 n.v.t. Daardoor kon op deze resultaten geen statistische analyse worden uitgevoerd. De resultaten laten zien dat het

Gewenst resultaat • Er zijn duidelijke en beargumenteerde keuzes gemaakt voor de ondernemingsvorm • Met het plan (gemaakte keuzes) kan gericht gewerkt worden aan de

In figuur 1 is het resultaat weergegeven, dat in 1946 'op het proefveld NH 471 (zeeklei) verkregen is met zomertarwe. Bij P-citr 12 is bij' een verse gift van 50 kg P2O5 reeds

Avis de la Commission paritaire relatif à l’avis de la Chambre de chiropraxie concernant la définition de la chiropractie en application de la Loi du 29 avril 1999

Het doel Tan het bezoek was niet ©p de eerste plaats de tuinbouw aldaar te bestuderen* doch doordat voor andere doeleinden het hoge Noorden bezocht werd is tevens van de