• No results found

Parel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Parel"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Een nieuwe parel aan Rotterdams museumketting

Toen Minister Brinkman op 19 december 1984 de eerste paal voor de Schouwburg sloeg, maakte hij bekend, dat zijn keuze voor de vestiging van een Instituut voor Architectuur en Stedebouw op Rotterdam was gevallen. De stichting Architectuurmuseum (SAM) en de Stichting Wonen, initiatiefnemers van een Architectuurmuseum in de Beurs van Berlage te Amsterdam, toonden zich zeer teleurgesteld over Brinkmans keuze en staakten hun medewerking aan het project. De derde initiatiefnemer, het Nederlands Documentatiecentrum voor de Bouwkunst (NDB), kon vanwege zijn ambtelijke status moeilijk meer dan slikken.

De ontwerpnota legt een vrij zware nadruk bij de kunsthistorische benadering en de presentatiefunctie, zonder overigens de historische benadering en de archieff unctie geheel uit het oog te verliezen. Een voorbeeld: de instituutspartners recruteerden hun stagiaires tot nog toe vooral bij het Kunsthistorisch Instituut van de Vrije Universiteit van Amsterdam. De recente erkenning dat archiveren een vak apart is, heeft hun belangstelling voor stagiaires van de Archiefschool opgewekt. Ook historici scoren de laatste tijd hoger dan voorheen. Het is wellicht een goed idee voor de Rotterdamse maatschappijhistorici om hun licht eens op te steken over de werkgelegenheid in het nieuwe Instituut voor Architectuur en Stedebouw.

Als het lnstituut het predikaat ‘Museum’ wil voeren zal het op één museaal been niet kunnen lopen. Zonder verantwoorde conservering van de collectie is een museum vrij snel vleugellam. De vestiging in Rotterdam, de beloofde nieuwbouw en het heropende overleg met de ministeries van VROM en WVC bieden de initiatiefnemers de mogelijkheid om alle ingrediënten voor een veelzijdig instituut opnieuw op de weegschaal te leggen.

De kans lijkt uitgesloten, dat het lnstituut - laten we het voor het gemak vast ‘Museum voor Architectuur en Stedebouw’ noemen - in een ‘gewoon’ gebouw gevestigd wordt. De vlag, die de museumlading moet dekken, wordt naar alle waarschijnlijkheid de zoveelste parel aan Rotterdams museumketting. We raken er langzaam aan gewend, dat Rotterdam meer is dan een haven.

Jan van den Noort

Verscheen eerder in Kroniek (uitgave Historisch Genootschap Roterodamum; november 1986) 53, 7.

De toezegging van Brinkman, om diep in de beurs te tasten, bracht de gesprekspartners weer rond de tafel. Hij honoreerde de eis van de initiatiefnemers, om in plaats van een bestaande locatie (de voormalige Gemeentebibliotheek) een nieuwe plek, naast museum Boymans van Beuningen, tot dat doel te bestemmen. Op basis van de nota ‘Ontwerp voor een Nederlands Instituut voor Architectuur en Stedebouw’ (1984), oorspronkelijk toegesneden op een hoofdstedelijke vestiging, wordt nu, in samenspraak met de ministeries van VROM en WVC, overlegd over de te kiezen opzet voor een vestiging naast het Rotterdamse kunstpaleis.

De bouwpublicist J. H. W. Leliman schreef al in 1912:’... terwijl iedere krabbel door een schilder van naam zorgvuldig bewaard blijft, is het de gewone gang van zaken, dat de beste concepten van befaamde architecten spoorloos verdwijnen.’ Driekwart eeuw later bestaat de kans, dat in Rotterdam de voorwaarden worden geschapen om dat euvel de wereld uit te helpen. De ‘wereld’ is echter niet alleen gebouwd door befaamde architecten en als het Instituut voor Architectuur en Stedebouw zijn naam wil waarmaken, zal het niet alleen aandacht moeten besteden aan de, zonder twijfel interessante, elite van zeer succesvolle ontwerpers en bouwers, maar ook aan minder bekende vormgevers van onze omgeving.

Dankzij de wettelijke verplichting om een bouwvergunning aan te vragen, bezitten de Nederlandse archieven een schat aan informatie over de gebouwde omgeving. Werpt het Instituut zich ook op dergelijk materiaal of spant het zich vooral in om bekroonde ontwerpen binnen de instituutsmuren te hijsen? Anders gezegd: streeft het lnstituut voor Architectuur en Stedebouw een kunsthistorische dan wel een historische benadering na? En in samenhang daarmee: bestemt het Instituut zijn collectie vooral voor tentoonstellingen: de presentatiefunctie of poogt het de collectie zo goed mogelijk te conserveren? Deze taak, de archieff unctie, vergt een heel andere benadering en laat minder ruimte voor presentatie aan het publiek.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het Toeristisch Recreatief Actieplan 2015 is in concept voorgelegd aan de stakeholders op dinsdag 3 februari in het Stadhuis van Alkmaar.. Vooraf was in de uitnodiging voor de middag

P: Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef genadig vrede in onze dagen, dat wij gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde, en beveiligd tegen alle angst en

Instructies voor verwijdering : P501 - Deze stof en de verpakking naar inzamelpunt voor gevaarlijk of bijzonder afval

Om tot criteria voor de landschappelijke inpassing van het nieuwe hotel en de recreatiewoningen te komen dient het landschap op drie schaalniveaus te worden geanalyseerd.. Ten

• als vertegenwoordiger van personeel en ouder(s)/verzorger(s), invloed uitoefenen op het beleid dat op school door schoolleiding, namens het bevoegd gezag wordt gevoerd;.. •

Want voor u is de belofte en voor uw kinderen en voor allen die veraf zijn, zovelen als de Heere, onze God, ertoe roepen zal.. En met veel meer andere woorden legde hij getuigenis

Voor Habitatrichtlijnsoorten en Vogelrichtlijnsoorten (alle vogels), die alle in tabel 3 staan, is geen ontheffing bij ruimtelijke ontwikkeling mogelijk, omdat deze

De verborgen