Uitwerkingen Mulo-A Examen 1925 Meetkunde RK
Opgave 1.
We kunnen ADBconstrueren. We tekenen eerst een lijn, waarop de punten A en B liggen. Op die lijn nemen we een punt A en richten de loodlijn CD (gegeven) op. Denk er aan, dat een loodlijn oprichten in die tijd geconstrueerd werd. In het punt C nemen we de gegeven hoek A over (teken eerst door C een lijn evenwijdig met de lijn door A en B) en wel zo, dat ACD
het complement is van de gegeven hoek A. Het tweede been van Csnijdt de lijn door A en B in D. Pas nu op de lijn door A en B het lijnstuk AB + BC af vanuit D. Het tweede snijpunt noemen we E. Verbind nu C met E. Door van het lijnstuk CE de middelloodlijn (die AE snijdt in B) te construeren ontstaan de twee congruente driehoeken CFB en EFB, waardoor geldt
BEBCen dus AE AB BC . We hebben nu de gevraagde ABCgevonden. Opgave 2
.
Uit de congruentie van de driehoeken ABF en CBE (zhz) volgt EAS FCSen BEC BFA
AES CFS . We vinden dus 1 zhz 3 ( zijde) EAS FCS AE CF AES CFS AES CFS ESFS.
Hieruit volgt weer 1 zzz 3 ( zijde) (gemeen) ES FS EB FB BS BS o ( 45 ) EBS FBS
, dus in o.a. ABFis BS bissectrice. We passen nu de bissectricestelling toe in ABF .
Er geldt dus 2 2
3 3
: : lengte zijde vierkant : lengte zijde vierkant 1: 3: 2
AS SF AB BF .
Opgave 3
.
In ACDgeldtsin CAD CD CD AC sin CAD AC o 1 2 sin 60 3 CD b b . Ook geldt
cos CAD AD AD AC cos CAD AC o 1 1 2 2 cos 60 AD b bBD c b.
We passen nu in BCDde stelling van
Pythagoras toe: 2 2 2 1 2 1 2 3 BD CD BC BD c b CD b BC a 2 2 2 1 1 2 2 (c b) ( b 3) a 2 1 2 3 2 2 2 2 2 4 4 c bc b b a a bc b c