29 AFZETTINGEN WTKG21 (2), 2000
Artikelbespreking
Hoe
oud
is het
Tertiair
vanBelgië?
FrankWesselingh*
‘Sequence stratigraphy’ is eenconcept datvooral in de
jaren tachtig eenenorme vluchtnam.Hetidee erachter is vrij eenvoudig. In deloopvandegeschiedenis iser
sprake
van zeespiegelbewegingen die zich op mondiale dan wel regionale schaal voordoen. Dezebewegingen zijnte
be-schrijven alscycli (transgressie-regressie) die in
margi-naal marienegebieden stratigrafische opeenvolgingen
(se-quenties) achterlaten. Met het introducerenvan een
glo-balezeespiegelcurve door Vail c.s. in dejaren zeventig werdgedacht dat hetmogelijk zoumoeten zijn om cycli overalterwereldtekunnen correleren.Deze verwachtin-genzijnteoptimistisch gebleken,daarregionale tektoniek
een veel grotere rol bleek te spelen in het vormen van
transgressieve-regressieve cycli dan eerder werd
aange-nomen.Eenperiode vansterkebekkendaling gevolgddoor
stabiliteit levert immerseenafzettingsopeenvolgingop die
nauwelijks teonderscheiden isvansequentiestengevolge
van mondialezeespiegelverhoging gevolgd door verla-ging. De mondialecurve was vooral gebaseerd op het
Noordzeebekkenen de AmerikaanseGulf-coast, alwaar
hetconceptsequencestratigraphyineersteinstantiewerd
ontwikkeld dooroliegeologenom de
oliehoudendeafzet-tingen goed te kunnen begrijpen. De ‘sequence
strati-graphy’ heeft in deafgelopen 15jaar eenstormachtige
ontwikkeling doorgemaakt. Een mooi voorbeeld daarvan
is het artikel vanVandenberghe etal.
InBelgië,enmetnamein het Vlaamsedeel, ligteengroot
aantal formatiesuit verschillendeperiodenvan het
Ter-tiair.Dezeformatieszijnallang onderwerpvanstudie,en
dat heefterondermeertoegeleid datereenaantalvan
deze formaties model heeftgestaan voor internationaal
erkende chronostratigrafïsche eenheden,zoals het Ypre-sien(vroeg Eoceen) enhetRupelien (vroeg Oligoceen).
Vandenberghe et al. geven in het artikeleen
samenvat-tingvandeBelgische afzettingen vanPaleoceentot
Plio-ceen. Deels gebruiken zegepubliceerde data(veel
boor-gegevens), maarhet isduidelijk datzeookputtenuit hun
ruimeeigen ervaringen inontsluitingen. Deauteurs zijn
opzoekgegaannaarpatronendiewijzenopcyclivan
trans-gressieenregressie. Eengoedvoorbeeldvoor
aanwijzin-gen van transgressies zijn hiaten, transgressieve
basis-grinden enfmingup trends. Maximalezeespiegelstanden
worden vaak door marieneafzettingenvanmaximale
diep-ten (die meest fijnkorrelig zijn) gekenmerkt, terwijl
re-gressieve afzettingen wordengekenmerkt doorgeringere
afzettingsdiepten, envaakeenvergroving vande
korrel-grootte(coarsening uptrends). Regressieve afzettingen
vallen vaaktenprooi aanerosie(alsde betreffendelagen
naafzetting aanhetoppervlak komenteliggen, of door
omwerking tijdens de erop volgende transgressie). Het
gevolg is dat hetTertiairinBelgiëvele hiaten bevat.
Des-alnietteminzijn er afzettingen uit bijna alle perioden
bekend.
Door hetkoppelen vandecycli aanbiostratigrafische (en
soms magnetostratigrafische) zoneringenontstaateen
ui-termategoedoverzichtvandeouderdomvande
verschil-lende eenheden.
Infiguur 1 vindtudeafzettingen waarvanmij bekend is
datudaarmogelijk in verzameld heeft. Uit hetfiguurkomt
ondermeernaar voren dat de fossielhoudendeafzettingen veel minder tijd omvattendan deperioden waarvan we
geen fossielen kennen.
Eenprobleempje methet artikel is dat de vele
diagram-men enillustraties nietaltijd evenduidelijk zijnomtrent
deexacteouderdom. Eengoed voorbeeld daarvan is te
vinden infiguur 10vanhet artikel. Deonderstesequentie
in de betreffendefiguur, dieo.m.de VroegEocene
Zan-denvan Egem,de Merelbeke klei ende Pittem Klei
om-vat, blijkt in hetfiguur uit eendubbele
transgressie-re-gressie sequentietebestaan, terwijlerwordtgecorreleerd
naar een enkele sequence in deglobale curve(namelijk
diebegintop 50miljoen jaar oud). In hetfiguuris de ba-sis vandeafzettingenechtergetekend terhoogte vanhet
beginvantweecycli daarvoor,opeenouderdomvan51.5
miljoen jaaroud. De figurenzouden dus ietwat
duidelij-ker kunnen.
Een meer fundamenteel punt vankritiek is de
cirkel-redenatie betreffendeglobale zeespiegelcurve en lokale
tektoniek.Vandenberghe etal.onderkennenhetprobleem, Vandenberghe, N.,P.Laga, E.Steurbaut, J. Hardenbol&
P. R. Vail(1998) -Tertiarysequencestratigraphy atthe
southemborder ofthe North Sea Basin inBelgium. SEPM
Special Publication No. 60: 119-154.
Dit is geenboekbespreking, maar eenartikelbespreking.
Het is niet erggebruikelijk om eenartikel tebespreken,
enzeker nieteendieal 2jaargeledenverschenenis,maar
gezienhetpotentiële belangvoorde WTKG ledenwijkik
voor eenkeer van deongeschreven regel af. Het
betref-fende artikel behandelt de Tertiaireafzettingen inBelgië
ineensequence-stratigrafisch raamwerk,enbevat derhalve
belangrijke chronostratigrafische informatie
(ouderdom-men) overfossielhoudendeafzettingen waarin velenvan onsdeafgelopen decennia actief verzameld hebben.
Aan-gezienhetartikel isverschenenineenboekwerkdat
bui-ten het blikveldvan velenvan onsligtbesteed ik erhier
AFZETTINGENWTKG21 (2), 2000 30
Chronostratigrafie
van
Kenozóïsche
afzettingen
inBelgië
naar
Vandenberghe
etal.,
1998
(Compilatie
F.Wesselingh)
AFZETTINGENWTKG 21 (2), 2000 31
maarstellen dat lokaleafwijkingen van mondiale
patro-nen stuk voor stuk zullenmoeten worden geëvalueerd.
Mijn eigen ervaring leertdateroveralterwereld opeen
onkritischewijze gebruikwordtgemaakt vande‘globale
zeespiegelcurve’, endat dat vaaktotalgemeenaanvaarde
stratigrafische theorieënleidt diefeitelijknietjuist zijn.
De inherenteproblemenmetsequence-stratigrafie zullen
ermogelijktoeleidendat debevindingen nog openstaan
voorverdereverfijning. «
Desalniettemin is het artikel van Vandenberghe c.s. een
belangrijke bijdrage in destratigrafische locatievan
Ter-tiaireafzettingenin hetBelgische, enbiedt het denodige
aanknopingspunten voorhetevaluerenvanafzettingen van
vergelijkbare ouderdom in aangrenzend Nederland en
Duitsland. Hoe is het tochmogelijk dat de Laat Miocene
enPlioceneafzettingen in Nederland in slechtstwee
for-maties wordenonderverdeeld, terwijlerin het zelfde
tijds-bestek inBelgië aanwijzingen zijnvoor minstens 5
trans-gressie-regressiecycli? Ook is het overzichteengoede
aan-leidingomde formele‘ranking’ vanformatiesenmembers
in hetBelgische te beschouwen. De Plioceneafzettingen
inhet Antwerpse wordenformeel in twee formaties
on-derverdeeld(Kattendijk enLilloFormatie),die iederweer
eenaantal membersomvat. Deze members(Kattendijk,
Luchtbal, Oorderen,Merksem enKruisschans) blijken vrijwelallenteinterpreteren als eensequence,enhetzou
daaromlogischer zijnom dezeeenheden allemaaltot
for-matieteverheffen.
Ikhoopdat dit overzichtvanVandenberghe etal.zal
bij-dragen aan het gebruik van internationaalerkende
ouderdoms-aanduidingen voor de verschillende
afzettin-gen(enhet definitiefdoenverdwijnen vanaanduidingen
alsTongriaan (Tongrien) enAuversiaan(Auversien)). Het
is, kortom, verplichte stofvooreenieder die zich
bezig-houdtmetdegeologie enpaleontologie vanhetzuidelijke
Noordzeebekken.
*FrankWesselingh, Nationaal Natuurhistorisch
Mu-seum,Naturalis, Postbus9517, 2300 RALeiden,
emailwesselingh@naturalis.nnrn.nl
Sheppardiconcha sp.
SantaTeresa, Peru. Pebas Farm., Miocene.
(Tek. Frank Wessellngh)
Sheppardiconcha tuberculifera
Santa Julia. Peru. Pebas Farm..
Miocene.