• No results found

Onderzoek dakpanelen in opdracht van de firma Lijmdak BV te Uden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek dakpanelen in opdracht van de firma Lijmdak BV te Uden"

Copied!
69
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Onderzoek dakpanelen in opdracht van de firma Lijmdak BV

te Uden

Citation for published version (APA):

Ploeg, van der, J. H. (1978). Onderzoek dakpanelen in opdracht van de firma Lijmdak BV te Uden. Technische Hogeschool Eindhoven.

Document status and date: Gepubliceerd: 01/01/1978

Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be important differences between the submitted version and the official published version of record. People interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at: openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

1

t,

: ..

l

7

8

L

3

J

LRE!ICP,RTCP,J:Wm

HCUT~CnSTfhlJt.t;TJ:ES

Onderzoek dakpanelen

Rapport HK 78-1

ir. J.H. van der Ploeg

juli 1978

(3)

Technische Hogeschool

Eindhoven

Afdeling der Bouwkunde

Rapport HK 7 8 - 1

Onderzoek dakpanelen in opdracht van de firma . LIJMDAK BV te UDEN

B

I

B L

l

O

T H

EEK

!---·

·

·-·

-

-

··

·

-

·

--~

juli

1978

ir. J.H. van der Ploeg

Tel.

o4o - 473957

Postbus

513

5600 MB Eindhoven

7907531

T

.H.

EINDHOVE~J

(4)

~ Zonder toestemming van opdrachtgever en/of rapporteur

is het niet toegestaan dit rapport of gedeelten hier-uit te vermenigvuldigen op enigerlei wijze.

Ook het beschikbaar stellen aan derden is zonder toe-stemming niet toegestaan.

(5)

Onderzoek dakpanelen Inhoudsopgave - - - -··- · - · · · - · ·----· -1. Inleiding en verantwoording 2. Beschrijving panelen 3. Proefresultaten a. Algemene opmerkingen b. Doorbuigingen c. Spanningen

d. Evenwichtscontrole middendoorsnede paneel I e. Spanningen t.p.v. de lassen f. Scheurvorming lasnaden g. Breukstadium h. Invloed bouwvocht 1. Lijmverbindingen 4. Conclusies

5. Bepaling Et fins vuretriplex I/

6.

Beschrijving proeven a. Opstelling

b. Aanbrengen belasting 7. Fotobladen 8. Figuren 1. Dakpanelen 2. meetpunten op dakpaneel II 3. idem op I 4. idem op III · 9. Grafieken 1. Doorbuigingen dakpaneel II 2. idem paneel I

3. idem paneel III

4. Spanningen in triplex dakpaneel II 5. idem paneel I

6.

idem paneel III

7. Verloop spanningen tussen twee langsribben van dakpaneel I 8. Spanningsverval boven langsrib dakpaneel II

9. idem paneel III

10. Spanningsverval boven lasplaat van dakpaneel II 11. idem paneel III

blz

2

3 4 5,

6

7, 8, 9 10 11 12 13 14, 15 16 17,18,19 20 21

12 Spanningsverdeling in ribben van dakpaneel I links van 7 13. Vergroting kierwijdte dakpaneel II

14. idem paneel III

15. Invloed vochtgehalte op doorbuigingen van dakpaneel IV 16. Kracht-weg diagrammen trekproeven triplex

17. Verlengingen van de triplexproefstukken (meetklokjes) 1 0. Tabellen

I-1 Gemeten~, berekende~. triplex dakpaneel I

I-2 idem van ribben, panlatten board, paneel I

II-1 en -2 Gemetent , berekende~, triplex en ribben paneel II II-3 Verplaatsingen meetbeugels over las paneel II

III-1 idem paneel III

III-2 Gemeten ~, berekende ~. ribben paneel III .· III-3 idem triplex paneel III

(6)

Onderzoek dakpanelen 1. Inleiding en verantwoording

- 1

-In dit rapport wordt een onderzoek besproken, dat is gedaan op verzoek van de heer ing. H.Busch, hoofd van de konstruktieafdeling van LIJMDAK bv te Uden, op dakpanelen vervaardigd door LIJMDAK.

Gevraagd werd naar de optredende doorbuigingen en spann1ngen 1n de panelen onder verschillende belastingen, de daarbij optredende kierwijdte in de

lassen van de triplexhuid en de bezwijklast van de panelen. Ook werd gevraagd de invloed van bouwvocht op de vormveranderingen na te gaan.

Ten behoeve van het onderzoek heeft LIJMDAK vier panelen ter beschikking gesteld.

Na overleg met de Afdeling der Bouwkunde is besloten dit onderzoek te aan-vaarden en onder te brengen in de rubriek contract-research. Het contract is

gesloten door het College van Bestuur van onze Hogeschool, dat met dit onder-zoek heeft ingestemd, waarvoor ook namens de Afdeling onze dank wordt gezegd. De beproevingen zijn verricht in het Laboratorium voor Technische Mechanica

·van de Afdeling der Werktuigbouwkunde, die ruimte en apparatuur ter beschikking stelde. Voor de zeer bereidwillige medewerking van de heren S.D.Zorge en J.M.M.IJzermans is een woord van dank op zijn plaats.

In de maanden rond de jaarwisseling

'77-'78

zijn drie panelen beproefd en tot breuk belast en 1s een paneel onderworpen aan wisselende luchtvochtigheid s-omstandigheden.

Voor het bepalen van enkele eigenschappen van het triplex zijn een aantal proeven gedaan in het Stevin-Laboratorium te Delft bij de Groep Houtkonstruk-ties. Speciale dank voor de geboden gastvrijheid en hulp aan de heren

P.B.J.Kurstjens en J.C.Koelewijn.

De metingen zijn gedaan door de heren P.M.J.Klomp en H.M.J.Donders met een belangrijke inbreng van student-assistent H.Jonkèrs.

(7)

Onderzoek dakpanelen 2. Beschrijving panelen

2

-De ter beschikking gestelde panelen bestonden uit een raamwerk van vijf langsribben van 34 x 170 mm en twee afsluitende kopribben van 19 x 170 mm, dat aan een zijde is voorzien van fins vuretriplex dik 9 mm en aan de andere zijde van 3.2 mm dik asbestcementboard, tengels 10 x 30 mm en panlatten 25 x 40 mm in lengterichting van het paneel, zie figuur 1. De langsribben waren zodanig geschaafd dat zij een gebogen vorm hadden met een zeeg van 25 mm. Ook waren de langsribben voorzien van twee sponningen breed 5 mm en diep 47 mm, waardoor ribben van 28 x 47 mm tussen de langsribben konden worden aangebracht h.o.h. 600 mm en dienst deden als spijkerribben voor de bevestiging van board, tengels en panlatten. Ter vergroting van de dwarsstabiliteit werden kantel-schotten 19 x 170 mm aangebracht tussen de langsribben.

Het triplex, waarvan de vezels van het dekfineer in de lengterichting van het paneel lopen, is op de ribben gelijmd met resorcinol-formaldehyde lijm. De afzonderlijke triplexplaten waren 2400 mm lang (~ breedte paneel) en 1500 mm breed. De richting van de vezels van het dekfineer liep dus in de breedte-richting van de geleverde platen.

Bij één paneel (paneel I) was het triplex gelast door middel van schuine lassen, bij de andere panelen (panelen II, III en IV) door onder de koud tegen elkaar lopende platen een strook triplex te lijmen. Deze werden tezelfder tijd gelijmd als waarop het triplex op de ribben werd gelijmd. De lasstroken lopen

uitsluitend tussen de langsribben, met de vezels van het dekfineer evenwijdig aan de lasnaad.

De foto's 1 en 2 op blad A geven beelden van de panelen.

De foto's 3, 4 en 5 op blad A geven beelden van de stuktuur van het triplex. In het triplex van paneel I zitten rijen kwasten, als gevolg van het schillen van het fineer. Deze-rijen komen ook in de tussenlagen voor, Zle foto's 3 t/m 7 op blad D2.

(8)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten a. Algemene opmerkingen

3

-Op grafieken (zie achterin dit rapport) Z1Jn de resultaten van de metingen aangegeven als functie van de belasting.

Als beginwaarden voor de metingen met de rekstrookjes Z1Jn aangehouden de waarden die gemeten zijn in de toestand waarbij het paneel op de luchtkussens zweefde en nog niet tegen de opleggingen werd gedrukt.

Als beginwaarden voor de doorbuigingen zijn steeds aangehouden die waarden,

. . . -2

dle behoren blJ de s1tuat1e waarblJ het paneel met een belastlng van 0.25 kNm tegen de opleggingen werd gedrukt, waardoor het eigen gewicht van de panelen in de proefopstelling in de juiste richting werkte (zie onder 6.b, aanbrengen belasting).

De duur van de proef was steeds omstreeks

6

uren, waarbij gedurende het vierde uur de proef werd onderbroken met een constant gehouden belasting.

Als belastingen zijn aangebracht de componenten,loodrecht op het dakvlak, van de vertikale krachten die in werkelijkheid .zullen optreden, als de panelen onder een hoek van 30° met het horizontale vlak worden gesteld.

De ontwerpbelasting omvat de som van eigengewicht van de konstruktie incl. dakpannen en de veranderlijke belasting.

(9)

Onderzoek dakpanelen 3. Proefresultaten b. Doorbuigingen

4

-1 - - - -

-

---

·

·

---

- - - -·-··- - - -·

I

·

I

I

I

Op de grafieken 1, 2 en 3 ZlJn de doorbuigingen uitgezet als functie van de belasting. In alle gevallen is tijdens het opvoeren van de belasting vanaf

ongeveer tweemaal de ontwerpbelasting gekraak opgetreden, waarvan de plaats

niet was vast te stellen. Als mogelijke oorzaken van dit gekraak kunnen worden genoemd:

- het plaatselijk verbreken van een lijmlas,

- het optreden van langsscheuren in de ribben t.g.v. buiging en/of. dwarskracht. Bij de tweede en derde proef (panelen I en III) konden deze scheuren in een later stadium worden waargenomen aan de zijkanten van het paneel nabij de opleggingen, zie foto

5,

blad D1.

Het niet lineaire doorbuigingsverloop moet geweten worden o.a. aan het optreden van deze verzwakkingen van het paneel en het vervormen van de gespijkerde verbindingen van: vooral de panlatten en in mindere mate van de asbestcementboard platen. Zie foto

6

op blad D1.

Op foto 1 van blad D1 1s te zien dat één van de langsribben een grotere doorbuiging heeft dan de andere door verzwakking als gevolg van een scheur of een breuk.

(10)

Ondezoek dakpanelen

3.

Proefresultaten c. Spanningen

5

-Een spann1ng 1s een grootheid die wordt afgeleid uit een lengteverandering en een materiaalconstante, de elasticiteitsmodulus. Veelal bestaat er een

rechtlijnig verband tussen de spanningen en de rekken volgens ~=E·~. Ook voor triplex bestaat dit rechtlijnig verband; er moet echter worden aangegeven in welke richting de spann1ngen en de rekken worden beschouwd en wel afhankelijk van de richting van de vezels van het dekfineer.

Het triplex van de dakpanelen is geplaatst met de vezels van het dekfineer 1n de richting van de overspanning. In deze richting wordt het triplex dan ook 1n hoofdzaak belast door een normaalkracht (trekkracht) en een te verwaarlozen buigend moment. Uit trekproeven op genormaliseerde proefstukken is de

elasticiteitsmodulus gevonden ter grootte van

6190

Nmm-2. Zie blz

17

en

18.

De rekken van het triplex zijn gemeten in de middendoorsnede van het paneel en 1n enige, in de richting van de overspanning achter elkaar gelegen, punten boven de langsribben en op een lijn midden daartussen, doorlopend over de las. Zie figuren 2, 3 en 4 voor de plaats van de rekstrookjes en ook de foto's 1 en 2 op blad C3.

De metingen ZlJn genoteerd 1n de tabellen achterin dit rapport.

De gemeten rekken zouden in het ideale geval gelijke waarden moeten hebben 1n symmetrisch gelegen punten. De gevonden waarden zijn, na vermenigvuldiging met de elasticiteitsmodulus, als spanningen uitgezet in de grafieken

4, 5

en

6

telkens voor belastingen die een veelvoud zijn van de ontwerpbelasting.

Het verloop van de spanningen doet direct denken aan een vlies, dat wordt gespannen over een aantal gebogen lijne~, z1e de schets.

Op de lijnen A zal een iets grotere rek optreden dan op de lijnen B.

Een elastisch vlies vertoont loodrecht op de lijnen A een knik en 1s 1n het tussengelegen gebied flauw gebogen. Het triplex heeft echter een buigstijfheid en zal dit verschijnsel in veel geringere mate vertonen.

(11)

LICC I

/Y6'

_f'Hnt/d'&/tT'~ .5_/'/1/t/Y//Yt;'S /Y/1/E"&/t/ ~~ /00~

o.i-

""

..}f?l~l /Po?; - 4JUZ

-~.· _,,...,"/~/tH r r•"?N~~ /Á-f'~/lc/R-/ a

/

.6e/qJ//~ (~#m-J.)

___.,

I .2 .) ~ ~~

~

-

( /Ymm-,Y

"

~

~

l,eP~ -!J~ .J;ó'J ó{O.J _7-1~ ~:

%

1/lh

q;-

C'q

~f~M.·..Jq/%

~

.. .2J,I 2j?J ..JO,~ ..JtcP ..1.-Ç

.Ir

"

~

-

Z

vqh

ê7

J'{f'

-+f"""'" t:PJ,2

z

~

~:: .. cPJ-.l

&Jf

cPJ.l &,J~

~

-. ( /Y W,.+?-.z)

CJbl"

4 - f f ~.)~ ~t?~

b.

ó'/ J,ólJ '-l.

"

·

~

03=

=-

· ·%

Vl?h

o;-~

..J~ t:P .2J,~ J.?,

ó'

.z..s;o

2t~ ~_ft'M:.?cJ}J

:1

~

11

1

-· -·%

PA'h

q

&~b

~f""*':ó't~J'

~

~=

ó'..J,f ó'~s-

ó'*J

t?t2

't

S/'hi'h'/Y/#~ ft!'/?1/~.::k/q' ~V~/" f~Á~k

-"r-~ecr/e

K

-i

/;~~X

f/Y_.,,.,,

"',,.";I!'",~ VóYPhJ.·

er=

4..! (~x. - C?;.,~ r

0',;,.,:..,.

-~4X : Y"hr.-i::/~/n1- I (

"/k

/"t'~hf~;,.

bv.-n

~ /4'hfJ;.-;./,b,;? ~ ... h.· n 11 n 11 .~n.-N'dlh ~a"../vssen

.be/q...r/.-h.f

t'K~.~w~)--+ / 2

..1

~ ~.r .5" ó ~/~'/"*'~""'/

I

~tPf

-!

ó'.J

(o+

ó}.JO _7,~0

-

-&>/.:;u~"~ /4' h7 ' h /

_zz

~r; ..J:/f -f,J't:P

(?f

.. á?~

/qó'.r

~.#',/~mtPh/

LlZ

/, b' t? ~..16

_s;;6'

fl

0

7

Jf&>

-

-l

(12)

Ondezoek dakpanelen

3.

Proefresultaten c. Spanningen, vervolg

6

-beter gestrekt worden dan 1n het gebied daartussen, het sterkst nabij de einden van het paneel.

In de middendoorsnede ziet de vervorming van het triplex er schetsmatig als volgt uit:

s-ttrk~

L

.

k.r",."'"'."'J-

,.!

Dit verschijnsel wordt nog in de hand gewerkt door de in de dwarsrichting van het paneel veel geringere buigstijfheid van het triplex (vezelrichting dek-fineer evenwijdig aan langsribben).

Voor dakelement I zijn de uit de gemeten rekken berekende spann1ngen ln t.o.v

de langsribben symmetrisch gelegen punten gemiddeld en uitgezet in grafiek 14,

waardoor een reëel beeld wordt verkregen van het idiële spanningsverl~op,

zeker voor de lagere belastingen.

Voor de belastingen ter grootte van 1- en 2-maal de ontwerpbelasting is de

gemiddelde spanning berekend, die

87

%

van de maximale spanning boven de

langsribben bedraagt. Zie tabel hiernaast.

Uitgaande van de grootste en de kleinste gemiddelde waarden van de spann1ngen kan ook gesteld worden dat de gemiddelde spanning kan worden berekend als:

6"" = Ö . + 0.3(Ü -Cf.)

gem mln max mln

De minimum spanning is ongeveer 82

%

van de maximum spanning.

Bij de panelen II en III (met lasplaten) blijken de spanningen 1n het triplex tot aan driemaal de ontwerpbelasting goed met elkaar in overeenstemming te ZlJn. Daarboven treden afwijkingen op doordat onderdelen van de panelen bezweken ln

andere volgorde en in andere mate. De spanningen in paneel I zijn ruim 15

%

hoger dan in de beide andere panelen, waarschijnlijk omdat deze met een schuine las gelaste triplexplaten stijver zijn dan de platen met lasplaten, hetgeen het duidelijkst tot uitdrukking komt in de spanningen midden tussen de langsribben.

(13)
(14)

Onderzoek dakpanelen

a.

Proefresultaten

d. Evenwichtscontrole middendoorsnede

dakpaneel I 7

--- -- -- - - --- - -- - - --- -- ---

-Ter controle van de berekende spanningen is de volgende evenwichtsberekening uitgevoerd.

Bij de ontwerpbelasting van 1.0 kNm-2 is het moment in de middendoorsnede

2

-van het paneel: M = 0.125 x 1.0 x 2.40 x 5.25 = 8.27 kNm

In tabel I-1 zijn de rekken en de spanningen genoteerd voor de verschillende belastingen. In grafiek 1_2 zijn de spanningen in de ribben voor de belasting

-2

van 1.0 kNm uitgezet, waaruit blijkt dat de neutrale lijn voor elk van de ribben niet op gelijke hoogte is gelegen.

Voor de onderdelen van het paneel als volgt berekend:

a. Ribben: 2 ribben 1 : D = 0.5 x 3.8 x 27 x 93 x 2 = + 0.5 x 1.85 x 7 x 46 x 2 = T=0.5x3.1 x 34 x 78 x 2 = 2 ribben 2: D = 0.5 x 4.8 x 27 x 106 x 2 = + 0.5 x 2.6 x 7 x 59 x 2 = T = 0.5 x 3.0 x 34 x 66 x 2 = rib 3: D = 0.5 x 6.9 x 27 x 114 = + 0.5 x 4.0 x 7 x 67 =

worden de normaalkrachten en de momenten

7

-"'

-

-'ll~

·

:

»_

..

~.s-

-

-

---

\

Y

~ - - - ~ ~-~ / 9542 M = D x 0.67 x 93 = 591600 :, 596 3'f ~ + D x 0.67 x 46 = 18280 10138 N 8220 N + T x 0.67 x 78 = 427440 13738 + D x 0.67 x 1 06= 970820 528 + D x 0.67 x 59 = 20770 14265 N 6730 N + T x 0.67 x

66

= 296120 10620 + D x 0.67 x 114= 807120 240 + D x 0.67 x 67 = 41990 11560 N T = 0.5 x 3.4 x 34 x 57 = 3295 N + T x 0.67 x 57 = 125210 Nmm T = 18245 N

=

18.25 kN 35960 N = D 35.96 kN = D M

=

3299350 Nmm

=

3.300 kNm b. Panlatten: 0 -2

De gemiddelde spann1ng 1n de panlatten 1s berekend als 1.72 Nmm .

Aanwezig zijn 9 panlatten 25 x 40 mm, de gemiddelde afstand tot de neutrale

lijn is 131 mm. De normaalkracht is:

D

=

9 x 25 x 40 x 1.72

=

15480 N

=

15.48 kN

p

en het aandeel op het inwendig moment: M = D x 131 = 2030 kNmm = 2.030 kNm.

(15)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten

d. Evenwichtscontrole middendoorsnede

dakpaneel I - 8

-c. Asbestcementboard:

In dit board wordt ook een deel van de belasting opgenomen. De platen liggen koud tegen elkaar. Daar waar enige ruimte tussen de platen aanwezig is wordt de kracht opgebouwd door de nagels waarmede deze platen op de

langsribben zijn bevestigd. Boven deze ribben en in het midden van de platen

is de normaalkracht maximaal. Ter plaatse van de voeg kan de kracht geheel

afwezig zijn. Aangenomen wordt dat door de kromming van het paneel de platen

tegen elkaar gedrUkt worden. Bij de ontwerpbelasting wordt gesteld dat

20

%

van de maximale .waarde van de normaalkracht in rekening gebracht kan worden.

4

-2

De gemiddelde spanning in het board is 1.

6

Nmm , zodat:

D

=

0.2

x

3.2

x

2400

x

1.46

=

2240 N

=

2.24

kN en a M

=

D x

104

=

233.0

kNmm

=

0.233

kNm. a a d. Triplex: -2

De gemiddelde trekspanning in het triplex 1s

1.88

Nmm , zodat:

Tt

=

1.88

x

9

x

2400

=

40608

N

=

40.61

kN en Mt = Tt x

72

=

2924

kNmm

=

2.92

kNm. Srunenvatt ing:

=:

c:

.&

~

;

~

~

~ ~

~

·

.

·

·

·

·~

~: ~:

.

-

-

-

-

-

\

~

·-·

·~ ~~.~:

} r

=

5"8.

ar.

kM "-'l" .t~~

I

; " MDWI6."1 (I .t.o3o ", t j J J,

'"0

z.

f2 't' 8.

'!ij

kil ...

( tl. tu, 8.

27)

Op deze doorsnede blijkt dus een trekkracht te werken ter grootte van:

58.86- 53.68

=

5.18 kN.

De verklaring voor deze trekkracht kan worden gezocht 1n de WlJZe van opleggen

van de panelen in de proefopstelling. De steunliggers waren star aan de vloer

verbonden, zodat geen verschuivingen mogelijk waren. De panelen waren via een

lat op deze steunliggers opgelegd. De oplegkracht van het paneel is:

(16)

Onderzoek dakpanelen 3. Proefresultaten

d. Evenwichtscontrole middendoorsnede

dakpaneel I, vervolg -

9

-De wrijving tussen opleglat en stalen balk kan zo groot zijn dat een

horizontale kracht van

5.18

kN niet onmogelijk ls. Een ruwe berekening van

. . . -2

de hlerdoor ontstane normaalspannlng ln het paneel geeft 0.1 Nmm .

.

.

"

.

..

.

.

.

De hlerdoor te WlJZlgen spannlngsflguur geeft dan een een klelne ~èrgrotlng

van het inwendig moment van

0. 08

kNm tot

8. 57

kNm.

De fout die dit moment geeft in vergelijking met het theoretische moment ls:

(8.57 - 8.27) : 8.27

x 100

3.6

% ,

hetgeen een goed resultaat is voor rekstrookmetingen op hout.

(17)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten.

e. Spanningen t.p.v. de lassen.

- 10-Zowel boven als tussen de gordingen treden discontinuïteiten op in het

spanningsverloop in het triplex ter plaatse van de lassen. Omdat het triplex over de gehele lengte op de langsribben is gelijmd zal boven de rib een

kleiner effect geconstateerd moeten worden dan boven de lasplaten. Dit te meer

omdat zowel het triplex als de lasplaat een grotere vrijheid tot vervorming hebben tussen de langsribben.

In de grafieken

8

t/m 11 zijn de berekende spanningen uitgezet bij de

verschillende belastinggevallen. Duidelijk komt tot uitdrukking de grotere toegeeflijkheid in het veld dan boven de ribben. Deze vervorming kan worden geschetst als volgt:

hetgeen ook 1s waargenomen tijdens de proeven, zle foto 2 op blad D1, genomen bij een belasting van viermaal de ontwerpbelasting.

In grafiek

8

treden boven de langsribben drukspanningen op ln het triplex

juist ter weerszijden van de las. Dit kan verklaard worden door het niet

geheel vastgelijmd zitten van de triplexplaat op de rib of op de lasplaat.

Indien materiaal ter weerszijden of aan een zijde van het meetpunt naar rechts

getrokken wordt (zie schets) dan zal het materiaal dat wel vastgelijmd zit , in elkaar gedrukt worden.

<-o I . .:. .. :. ,<: .•.. , •• 4-··· I

:

~

:

.

,/

:

i

'7

~

-=·

.

L

·

;=

: ::~· I

I

i I , I ·--? +-~ _~ , .I J t l(..rcu-rti-::: i I) 5 -... -") . ____ :J ---=t~ ----~

·

-

t

-

'> -· >

In grafiek 10 blijven boven de lasplaat trekspanningen in de bovenlaag van

het triplex aanwezig. Dit is het gevolg van het aanwezig zijn van lijm tussen

de kopse kanten van het triplex. Pas ln het breukstadium is deze naad ter

plaatse van de meetlijn gedeeltelijk stuk getrokken.

De metingen bij paneel III zijn gedaan op meetlijnen die op het eerste gezicht

een goed resultaat deden verwachten, zoals b.v. geen lijm tussen de kopse

(18)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten

f. Scheurvorming lasnaden

- 11

-Met behulp van meetbeugels is de verplaatsing van twee punten ter weerszijden van de lasnaad t.o.v. elkaar gemeten, zie de schets. Ter controle is ook de onderlinge verplaatsing van twee punten op dezelfde lijn, maar aan één zijde van de lasnaad gelegen, gemeten. Zie de grafieken 13 en 14.

De zeer kleine verplaatsingen die met behulp van deze meetbeugels ZlJn

gemeten, zijn het gevolg van twee oorzaken nl. enerzijds de rek die optreedt waardoor de meetblokjes zich ten opzichte vàn elkaar verwijderen en anderzijds de kanteling die de meetblokje&(:mdergaan door de vervorming van de triplex-plaat en waardoor de meetpunten op deze blokjes een extra vertriplex-plaatsing krijgen in positieve of negatieve zin. Bij de meting over de lasnaad versterken beide oorzaken elkaar.

De werkelijke scheurwijdte 1s daarom ~leiner dan de gemeten onderlinge verplaat-Slngen en bedraagt bij tweemaal de ontwerpbelasting maximaal 0.4 mm. Dit moet gezien worden als een maat die op den duur zal ontstaan onder normale

gebruiksbelasting. De gemiddelde waarde bij eenmaal de ontwerpbelasting is 0. 12 mm. Yt!''l~""!/~ #/e ~

=

6-a

In *'.r.r/h.JI .br~ "'"/ vn·KUhd ~md'a"~;,.r/q,f /~,;,"_.·",.,/v~

.b/o-1/e

/~~~NI ~'!f~/6--'e

(19)

Onderzoek dakpanelen 3. Proefresultaten g. Breukstadium

- 12

-De drie panelen z~Jn zover belast tot een plotselinge vergroting van de doorbuiging optrad. De oorzaak was steeds het bezwijken van de triplexhuid. Bij de panelen

II

en

III

gebeurde dit ter plaatse van de las en bij paneel

I,

met schuine lassen in het triplex, op een , op het eerste gezicht vrij

willekeurige plaats rtabij de middendoorsnede. Deze breuk was echter opmerkelijk recht en loodrecht op de overspanning. Vermoedelijke oorzaak: een las in een van de tussengelegen fineerlagen en/of een serie kleine kwasten op korte afstand van elkaar als gevolg van het feit dat de fineren door schillen zijn verkregen. Zie b.v. foto 1 op blad D2.

Als gevolg van het plotseling vergroten van de inhoud van de luchtkussens

waarmede de druk op het paneel werd aangebracht, viel een deel van de belasting weg. Bij het weer opvoeren van de belasting konden de ribben verder tot breuk worden belast als gevolg van dwarskracht en/of moment. Helaas kon niet worden waargenomen in hoeverre de ribben reeds gescheurd en/of gebroken waren bij het bezwijken van het triplex. Er trad in ieder geval voor de tweede maal een plotselinge vergroting van de doorbuiging op.

Na het omkeren van de panelen en het verwijderen van de panlatten en het board bleken de ribben alle gescheurd te zijn. Het was niet mogelijk tijdens de proef de volgorde van optreden van deze scheuren te volgen. Vermoed wordt echter dat de scheur, beginnend bij de gebroken las in het triplex, vlak boven de triplex-huid en naar de einden van het paneel flauw omhoog lopende, niet het laatst is ontstaan. Dit kan als volgt worden verklaard:

Na het bezwijken van de las in het triplex worden de ribben door de nu

gescheiden delen van het triplex, maar gelijmd op de ribben, plotseling extra belast door de resultante van de krachten die vlak daarvoor nog door de las werden opgenomen. Deze kracht veroorzaakt samen met de reeds aanwezige spanningen, een schuifbreuk in de rib. Zie de foto's op de bladen D4 en D5.

-<····t-> .. ~.::,i...:.~.:. <---;. <-···~··? ~> I --1 -~:.~"' -- ·-J ~-~-' .... ,...

k

r~cl. i .r verd t.

/,',.!

vo'/,r hr~'<i_ trt:~n dt.. fa.s

I I [

__

_

I i_ kr4.ch iJ trtrd~

/,

·

,...1

(20)

Onderzoek dakpanelen 3. Proefresultaten h. Invloed bouwvocht

Het vierde dakpaneel is horizontaal opgesteld met het triplex aan de onderzijde. Als belasting is aangebracht de ontbondene van de belasting

- 13

-door de dakpannen loodrecht op het dakvlak indien het paneel onder een hoek van 30° wordt gesteld (355 Nm-2). De ruimte onder het paneel is met bebulp van een luchtbevochtiger en een ventilator gedurende twee weken op een

relatieve vochtigheid gebracht van ongeveer

85

%.

In deze periode is dagelijks de doorbuiging gemeten en het resultaat uitgezet in grafiek 15.

Met een streep-streep-lijn is aangegeven het vochtgehalte van de ribben.

Na deze periode is met grotere tussenpozen de doorbuiging en het vocht~ehalte opgenomen, waarbij de relatieve luchtvochtigheid veelal ruim 30

%

was.

De laatst verwerkte meting is die na 165 dagen, waarbij de doorbuiging bijna 19 mm was.

De doorbuiging bij het aanbrengen van de belasting bedroeg

7.

1 mm.

Na twee weken bevochtigen is de belasting korte tijd verwijderd, waarbij de terugvering 6.2 mm bedroeg waarna het paneel

5.5

mm doorboog na het weer aanbrengen van de belasting.

(21)

#JVI~ VP~,#'

-'tf

··

·

.?z.·

J'x

.JU.

.

4-x

.J"OO,#'/ .:l. · ~~k~Ar/

....

-'7

---i

I

i

i

I I I I

i

I I

___

j

_ _L __

ftv/

&?.· ei-;.,

P/

h?ll't!'~

;{oeR'h

/.:l..r

..lZ.·

.y)t

.liL

:

~x

/t:JJ

V<4'h ~H_?.r;~;6,6~

--.-·-

----~ I

!

I

!

I I

I

I

i

I

I

I

i

I

I

I I

_

_

_

_

_j

__ l_ __ f~ec/ ~v/ C".· .1-e:rA-d V4'# t!''"' /;:}:1/"'~/oa/ ,b ~.r V't:?h ;,;66~ #'w4'H? J/~,1'

.6j-

·.

-

..lZ

:

7}(

.lZ:

~

.7ff.. /

t:J )<

Z/[

.3 )(

~k/

"'·· Vlf'.r/ ~<14',1, ~;_N h~#-Y'k~~ /'{i~~ ~..r V'tl?h /wt!'t!'~

~-V:

h,~~/~~-·

-

-

,---

-

--

-

--,

I I I I I I I I _ ___ L_ ~u/~ /4'h~h vdh .bt!'/~ #~4-~~kh

#.s-ZZ: 2x

.lff:

:<

)<

(22)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten 1. Lijmverbindingen

14

-Bij het slopen van de panelen na de proeven bleek dat er enkele onvolkomen-heden waren aan de lijmverbindingen bij de dakpanelen met opgelijmde lasplàten. Omdat deze verbindingen belangrijk zijn voor de sterkte van het dakpaneel

werd vastgesteld wat deze fouten waren en hoe vaak ze voorkwamen.

De belangrijkste typen fouten zijn weergegeven op nevenstaande schets.

Tot de eerste soort behoren de lasplaten die niet over het volledige oppervlak worden gelijmd aan de triplexplaten, zie foto's 1 t/m

4

op blad F.

Tot de tweede soort behoren de minder goede verlijming van de triplexplaten op de langsribben ter plaatse van de lasplaten, zie foto's 5 t/m 7 op blad F. Een derde soort was dat een minder goede verlijming aanwezig was tussen

triplex en langsrib anders dan bij de lasplaten en kwam alleen voor aan één einde van het pa.neel.III, bij een langsrib aan de zijkant tweekeer over een lengte van 700 mm en bij de middelste langsrib eveneens over een lengte van 700 mm.

Dakpaneel I vertoonde geen lijmfouten.

Van alle langsribben en lasplaten bleek het contactoppervlak volledig en goed bestreken te zijn met lijm. Bij de meeste foute plaatsen was het tegen-overliggende contactoppervlak nog helemaal schoon en blijkbaar niet in contact geweest met de lijm van het andere deel. Bij enkele plaatsen was het tegenover-liggende deel wel even bevochtigd door de lijm van het andere vlak, doch niet vastgelijmd, omdat tijdens het drogen van de lijm er geen contact meer is geweest geweest tussen de vlakken. Alle lijmfouten zijn kennelijk veroorzaakt door

niet of onvoldoende aandrukken van de te lijmen vlakken.

De langsribben en lasplaten zijn in één arbeidsgang gelijmd aan de triplex-platen. Tijdens het verblijf in de pers werden de lasplaten van onderaf door houten steunblokken tegen het triplex geklemd. De fouten a t/m d, zoals 1n de schets is aangegeven, zijn waarschijnlijk het gevolg van het gebruik van deze blokken. Ter verduidelijking de volgende schets:

/.· .6ovt"he/i!'t!'/

/"';A.r

2: t!;:/f'/t>}l J.· /&~"}P/e..:.-/ ~-· /e;,hf.r;/~~~ $;. .s /t-~"" ,J' ,/&, ~ ,t'_. /~ / PP"_ ~~~..r

(23)

Onderzoek dakpanelen

3.

Proefresultaten

i. Lijmverbindingen, vervolg

15

-Als het steunblok te laag is wordt de lasplaat niet of met onvoldoende kracht tegen het triplex gedrukt. Hierdoor ontstaan de fouten a en b. Het triplex wordt wel goed aan de langsribben gelijmd.

Als het steunblok te hoog is wordt de lasplaat wel goed aan het triplex

gelijmd, maar het triplex wordt daarbij losgedrukt van de langsribben, waardoor de fouten c en d ontstaan.

Deze theorie wordt bevestigd door de waarnemingen. Bij dakpaneel II, waar de lasplaten goed bevestigd waren, kwamen veel fouten van het type c en d voor, bij dakpaneel III, waar wel fouten waren bij de lasplaten, kwamen minder fouten van het type c en d voor.

In werkelijkheid zal de situatie iets ingewikkelder ZlJn dan hier voorgesteld, wanneer het ondersteuningsblok zelf ook niet exact rechthoekig is.

Mogelijk is ook de ondergrond niet geheel vlak of zakt het triplex tussen de langsribben iets door tijdens het persen. Wellicht verdient een flexibele ondersteuning van deze blokken aanbeveling.

Fout e kan ontstaan als de pers plaatselijk minder druk geeft of als de langsrib enigermate scheluw is.

(24)

Onderzoek dakpanelen

4.

Conclusies

16

-Vastgesteld kan worden dat het lassen van de triplexplaten door middel van het lijmen van stroken triplex onder de stuiknaden een goede methode is. Wellicht kan nog enlge kwaliteitsverbetering bereikt worden indien de steun-blokken onder de lassen tijdens het lijmen apart worden ondersteund.

Het doorleiden van de in de platen aanwezige krachten gebeurt zodanig dat gesproken kan worden van een goede samenwerking van het triplex en de langs-ribben en dat deze panelen behoren tot het type stressed-skin panelen.

Het aan de buitenzijde opentrekken van de lasnaad bij de gebruiksbelastingen is van een onbetekenende grootte en gevolg van elastische vervorming van de las en mag niet een slechte eigenschap genoemd worden.

Enige verbetering is aan te brengen door de vezelrichting van de lasplaten loodrecht op de stuiknaad te nemen.

De doorbuigingen van de panelen zijn kleiner dan verwacht werd, Zle de

oorspronkelijke berekening van LIJMDAK. Enerzijds komt dit door het medewerken van board en panlatten in de drukzone. Indien aangenomen wordt dat tijdens de gebruiksduur van de panelen de panlatten niet verwisseld zullen worden lS er wat voor te zeggen om althans een gedeelte van de grotere stijfheid ln rekening te brengen. Anderzijds is de berekende doorbuiging afhankelijk van de aangenomen elasticiteitsmoduli van hout en triplex. Het triplex heeft in elk geval een hogere waarde.

Het bouwvocht oefent een nadelige invloed uit op de doorbuigingen van de panelen. Uitgaande van de gemeten doorbuigingen bij eenzelfde belasting van de panelen I, II en III, de begindoorbuiging van paneel IV en de reacties op het verwijderen en weer aanbrengen van de belasting na de vochtige periode, mag een doorbuiging na

5

maanden verwacht worden van ongeveer 1.5 x

7

=

10.5 mm. Het verschil van

8.3

mm tussen de aanwezige doorbuiging van

18.8

mm en de

geschatte 10.5 mm, kan redelijkerwijs worden toegeschreven aan de gevolgen van de vochtige omstandigheden.

Na het eventueel uitvoeren van een aantal langeduur proeven op doorbuiging van deze panelen in normale omstandigheden, zal het mogelijk zijn de doorbuigings-lijn op grafiek 15 vanaf b.v. t

=

20 dgn terug te construeren naar het aanvangs-tijdstip. De doorbuiging die de.n resteert op t

=

0 moet dan toegeschreven worden aan de invloed van het bouwvocht en zal ongeveer

8

mm bedragen.

Uit de grafiek blijkt dat na het beëindigen van de vochtperiode de doorbuiging weer afnam met een waarde van

5.4

mm.

(25)

Onderzoek dakpanelen

5.

Bepaling Et fins vuretriplex

/1

-1'7-In "NEN

3519,

Triplex, bepaling van mechanische eigenschappen" lS aangegeven op welke wijze de elasticiteitsmodulus van triplex moet worden bepaald. Het triplex van de panelen wordt ln hoofdzaak op trek belast in de richting van de vezels van het dekfineer. Er zijn

7

proefstukken gemaakt,

in

lengte-richting gezaagd uit de triplexhuid van een van de onderzochte panelen, zo dicht mogelijk bij de opleggingen. Aan weerszijden van de proefstukken zijn meetklokjes aangebracht tussen meetpunten op een onderlinge afstand van

250

mrn.

Op

twee proefstukken zijn tevens aan weerszijden, in de breedte verdeeld, drie rekstrookjes geplakt van hetzelfde type als ~ebruikt bij de beproeving van de panelen, zodat een vergelijking mogelijk werd met de verlengingen

gemeten met de meetklokjes en.tevens een verband kon worden gevonden tussen de gemeten rek en de optredende spanning in de proefstukken.

De trekproeven zijn verricht bij de Groep Houtkonstrukties van het Stevin-Laboratorium te Delft met een Schenck trekbank, voorzien van speciale klem-inrichtingen voor dU.nne brede proefstukken.

Op blz.

18

zijn de metingen van de meetklokjes verwerkt, waaruit volgt dat

. 6 -2

voor het vuretrlplex Et

=

190

Nmm gesteld moet worden.

1/

De standaardafwijking is

470

Nmm-2•

A -2

Voor ~t is gevonden een gemiddelde waarde van

25.8

Nmm , met een

standaard-.. . n

8

-2

afwlJkmg van 1. Nmm .

Bij een kracht van

15 kN

was de gemiddelde rek van de rekstrookjes op proef-st uk II

1840 /'-'"'/,_ ,

zie tabel op blz.

19.

De k-factor van de gebruikte

strookjes was

2.09

zodat de werkelijke rek gelijk is aan

1840

x

2.0 : 2.09

=

1760

'"'":!"..

De meetklokjes gaven bij deze belasting een verlenging aan van

0. 485

mm over de meetlengte van

250

mm, zodat de rek gelijk is aan

1940

IA-"';~.

De rekstrookjes geven dus een

9.3

%

lagere waarde.

Bij proefstuk III werd gevondenvoor de rekken

1648

resp.

1740i'""/....,..,

zodat hier de rekstrookjes een

5.3

%

lagere waarde gaven.

Wanneer het gedrag van de rekstrookjes op het paneel dezelfde is als op deze trek-proefstukken zou gerekend moeten worden met een andere waarde voor de elasticiteitsmodulus. Dit zal in een later onderzoek nog nader worden bekeken. De gemiddelde rek van de proefstukken II en III bij een belasting van

15

kN lS 1705~'ï'-, zodat uit de metingen van de rekstrookjes volgt:

E

=

lf'oCJo to'

=

6650

Nmm -

2 .

t t'f8.6-l( 8.tj · tJor

De foto's op blad B geven een beeld van de breuktoestanden van de proefstukken. De kracht-weg diagrammen, opgetekend door de aan de trekbank gekoppelde

(26)

Onderzoek dakpanelen

5.

Bepaling E ~ins vuretriplex t"

~etingen proefstukken:

~ =

+

+

r1l·

t

~~

-

{_

·

·

-?-F.o_.

-_+____,_3-""o"'-'o"'---f-z_s:_o_~_-

-Z-oo----.1+

l~oo ~

-18-dikte

=

t

Vezelrichting dekfineer is evenwijdig richting trekkracht

Meetlengte voor de verlenging is

250

mm,

aangegeven met +.

De verlengingen aan weerszijden van de proefstukken zijn gemiddeld en uitgezet

1n grafiek

17.

Door de getekende punten zijn rechten getrokken en daarop

I

aangegeven de plaats van P

=

40

%

van de breukbelasting.

De hierbij behorendeverlengingen Al zijn opgemeten en verwerkt 1n de tabel:

p Proefstuk max I II III IV V VI VII in

N

33100

35000

35000

37000

36700

32000

30800

b x t 2 1n mm

149.4

x

8.9

148.6

x

8.9

148.7

x

8.9

148.7

x

8.9

149.4

x

8.9

14e.6

x

8.9

149.0

x

8.9

I P =MP.,._, 61 in N in mm

13250

14000

14000

14750

14750

12750

12250

0.430

0.475

0.425

0.415

o.4oo

0.390

0.390

Voor Et volgt: p ~ L variantie s

2

= -

1-

1 {

t:, -

k)

=

224780 ,

., - I i. al zodat de standaardafwijking s

=

470

Nmm.-

2

.

172 ·10-5

190 ·1

o-

5

170·10-5

166 ·1 0-5

160·10-5

156 ·10-5

156 ·10-5

gem. ~ 2 ~

Voor ~t volgt resp. s

=

3.20

en s

=

1.8

Nmm •

11

d:.

p-·

E &

P'J...

iN ""b"':'T t 11 ó . i· iJl in Nmm-2. in Nmm-2.

24.9

26.5

26.5

28.0

27.6

24.2

23.2

25.8

5794

5571

6223

6714

6933

6180

5922

6190

(27)

Ondezoek dakpanelen

5.

Bepaling Et fins vuretriplex

19

-Tabel rekstrookmetingen

- - - ---

~---Belasting rekstrookjes op proefstuk II

in N

1

2

3

4

5

6

gem.

0

0

0

0

0

0

0

0

2500

280

290

302

345

335

325

313

5000

570

575

610

I

660

640

620

613

7500

870

865

920

980

945

015

916

10000

1170

1160

1235

1300 1255 1215

1222

12500

1465

1450

~~i~

:

~~~~

1560 1505

.,

1523

15000

1780 1755

1870 1810

1839

17500

2085 2050 2190

I

2285 2185 2105

2150

20000

2395 2350 2510 I 2620 2540 2405

2472

22500

2710 2650 2835 2960 2820 2705

2780

25000

3030 2955 3170 3315 3155 3010

3106

27500

3350 3255 3495 3660 3475 3315

3425

30000

3670 3535 3840 4010 3810 3620

3748

32500

3990 3845 4225 4410 4170 3950

4091

35000

4350 4160 4590

-

-

-

-Belasting rekstrookjes op proefstuk III

in N

7

8

9

10

11

12

gem.

0

0

0

0

0

0

0

0

2500

300

285

250

300

300

285

287

5000

605

570

495

595

595

565

570

7500

905

860

755

870

880

845

853

10000

1215

1160 1020 1155 1170 1125

1140

12500

1520 1455 1280 1440 1460 1405

1427

15000

1840

1760 1550 1725 1755 1705

1723

1

.

7500

2155 2060 1830 2010 2055 2005

2019

20000

2485 2375 2110 2305 2355

2310

2323

22500

2800 268o 2390 2585 2645 2605

2617

25000

3120 2990 2670 2864 2940 2915

2917

27500

3440 3290 2950 3150 3225 3214

3212

30000

3760 3600 3230 3435 3520 3510

3509

32500

4110 3910 3515 3720 3835 3885

3829

35000

4505 4240 3815

-

-

-

-De rekken zijn genoteerd in ,.-.-;~

(28)

Onderzoek dakpanelen

6.

Beschrijving proeven a. Opstelling

20

-De ter beschikking gestelde panelen Zl.Jn horizontaal opgesteld met de triplex-huid aan de bovenzijde en met een ruimte van ongeveer 150 mm tussen vloer en paneel. In deze ruimte zijn luchtkussens aangebracht die de belasting op het paneel verzorgden. De opleggingen van de panelen werden gevormd door aan de vloer verankerde stalen balken, waartegen de panelen steun vonden bij het opblazen van de kussens, zie de schets en de foto's op blad C1;

1: meetklokjes 2: steunbalken 3: dakpaneel

4:

luchtkussens

5:

vloer

1

4

s

Op drie lijnen J.n dwarsrichting van het paneel zijn meetklokjes opgesteld om de doorbuigingen te meten. Bij de opleggingen zijn meetklokjes opgesteld om de indrukking van de opleglat te controleren. Zie foto's 3 op blad C2 en 4 op blad C2.

Op het triplex Zl.Jn rekstrookjes aangebracht in de middendoorsnede van de panelen. Om de rekverdeling in de lengterichting van het paneel te vinden en vooral daar waar zich in het triplex een las bevindt, zijn op twee lijnen J.n langsrichting van het paneel ook rekstrookjes geplakt. Zie figuren 2 t/m

5

en foto's op blad C3. Bij dakpaneel I zijn ook rekstrookjes aangebracht op de ribben, op het asbestcementboard en op de panlatten, zie foto's op blad C3. Hierdoor is het mogelijk de totale krachtsverdeling en de ligging van de neutrale lijn te vinden. Alle rekstrookjes hebben een meetlengte van 20 mm.

Om het opentrekken van de lasnaden te kunnen vaststellen zijn meetbeugels aangebracht over de lasnaden, zie foto 2 op blad C2.

(29)

Onderzoek dakpanelen

6.

Beschrijving proeven

b. Aanbrengen van de belasting _

21 _

De luchtdruk in de kussens is aangebracht uit een persluchtleiding, waarvan de druk d.m.v. reduceerventielen teruggebracht is tot een regelgebied

-2

van 0 tot 10 kNm • Met een manometerstelsel kon de druk ingesteld, gemeten en constant gehouden worden, zie foto 1 op blad C2.

V66r de proef werd m.b.v. een electrische krachtmeetdoos het gewicht van één van de panelen vastgesteld. Dit was 3220 N.

Nadat het paneel in de opstelling was aangebracht, werd de druk zover opgevoerd

. ~

tot het paneel zweefde. De druk bedroeg 0.25 kNm , waardoor ook nu kon worden gevonden voor het gewicht van het paneel: 2.40 x 5.30 x 0.25

=

3.20 kN.

Deze druk is in het vervolg aangehouden als nulwaarde bij het aanbrengen van de volgende belastingen. Omdat de panelen waren voorzien van een dubbele laag van stroken hardboard op de panlatten om de druk van de luchtkussens gelijk-matig te verdelen, is voor de ontwerpbelasting aangehouden de waarde zoals in

de berekening van LIJMDAK is vermeld nl. 965 Nm-2 loodrecht op het dakvlak,

-2

hetgeen is afgerond tot 1.0 kNm .

In de zwevende toest~d van het paneel zijn de rekstrookjes gemeten en als nulwaarden aangehouden. Daarna is de druk opgevoerd tot de situatie bereikt was waarbij het eigen gewicht van de panelen als belasting aanwezig was.en de_ meetklokjes werden afgelezen. Deze waarden zijn als nulwaarden aangehouden voor de doorbuigingen. Vervolgens werden de componenten van het eigen gewicht van de dakpannen en resp. de veranderlijke belasting aangebracht. Daarna werd de belasting per halve of hele stap (

=

ontwerpbelasting van 1. 0 kNm -2) opgevoerd.

Voordat een volgende belasting werd aangebracht Z1Jn de meetklokjes afgelezen en de rekstrookjes en de meetbeugels gemeten.

(30)

1

2

1: Bovenaanzicht dakelement.

2: 1 Hetzelfde dakelement, na verwij de ring vau

panlatten, daktengels en asbestcementboard. 3, 4 en 5: Struktuur van de triplexhuid van

resp. dakelement I, II en III. Uit het rechterdeel van II zijn.de proefstukken t.b.v. de trekproeven ver-mardigd.

a

4

(31)

1

1: De proefstukken, welke ZlJn gebruikt voor de trekproeven. Het 3e en 4e proefstuk van links zijn voorz.ien van rekstroken.

2, 3, 4, 5 en 6: Details van de breukplaatsen.

2

b

(32)

1

2

3

5

6

1 en 2: Overzicht proefopstelling. 3: Stalen frame van de proefopstelling.

4: Detail bevestiging oplegbalk aan opspanvloer.

5: De drie luchtkussens.

6: Luchtkussen in opgeblazen toestand, te zien

(33)

2

1: Frame, waarop de instrumenten t.b.v. lucht-drukregeling en -meting bevestigd zijn. 2: Meetbeugels , gebruikt om de vergroting

van de kierwijdte te meten.

3: Meetk1okjes voor het meten van de doorbui-ging.

4: Idem, voor meten van zetting oplegging en hoekverdraaïng.

5: Staven met mm-verdeling, ter vervanging van

meetklokjes in laatste stadium voor breuk.

(34)

..-U1

1: Serie rekstroken, gelijmd in het midden van dakelement I, over de hele breedte.

2: Twee series rekstroken, voor meten

<-pannings-verval bij naderen naad.

~

3: Rekstroken op langsribbe.

4: Rekstroken op panlatten en astbestcement-board bij dakelement I.

5: Detail van foto 4.

(35)

'

'

1

2

3

1: Grotere doorbuiging van een van de langs-ribben (langsribben lopen in kijkrichting). 2: Vervorming van triplex nabij las.

3: Met lijm gevulde "stootvoeg".

4: Doorbuiging dakelement bij +4 x ontwerp-belasting.

5: Scheur door afschuiving nabij oplegging. Deze scheur veroorzaakt weer een scheur i.n de kopplaat (zie foto 4).

6: Spijkers van de panlatten zijn aan de uit-einden scheefgedrukt door de afschuifkracht.

5

(36)

1

2

1: Breuk in triplex van dakelement I bij kwasten-lijn.

2: Zijkant van deze plaat, aan de kant waar de breuk begon.

3, 4, 5, 6 en 7: Stuk triplex, gehaald uit de breukzone, laag voor lao.g "afgeschild".

5

(37)

1: Begin breuk bij dakelement III.

2: Dakelement III na breuk.

3: Dakelement I na breuk, asbestcementboard en panlatten Yeggenomen.

4: BezYeken vingerlas midden in een gording van dakelement I.

5: Idem, nabij breukplaats van dakelement III.

6: Voorbeeld van een scheur door afschuiving,

nabij oplegging.

7: Opstuiking in drukzone langsribbe , veroor

-zaakt door kwast.

3

4

(38)

1: Overzicht proefopstelling veerotproef.

2: Waterverdamper, met daarachter ventilator.

3: Schimmelvorming op het triplex.

(39)

2

3

4

1, 2, 3 en 4: Voorbeelden van slecht gelijmde lasplaten.

f

1: Triplexplaat aan uiteinde van dakelement III. Het gearceerde deel was niet gelijmd.

2 en 3: Lasplaten, afkomstig van de plaat op

foto 1.

~: Slechte lijmverbinding uit dakelement II, met daaronder de losgetrokken lasplaat.

~. 6 en 7: Voorbeelden van slechte lijmverbindin-gen tussen triplex en langsribbe ter plaatse

van lasplaat.

5

6

(40)

~ .I r::_.. e, )( "o

..

~ ~

·"!---\.

"""

~ 1: .", ~

....

~ a 0 ~ 11) 0 Q

"'

Co

""

0 ... )( ;,..

..

~

....

....

..,

·~ -...; L 1 I

(41)

!"

I I

I l

I

I

''~

I

I

I

I

I I

- t3- -

llln

/1

- ll'f

I g- 8 7

,,

r>-

7' IJ-/'ft'J.d..._ ra ... lae,t-fttne~/ ~ -~

I I

I

l

N ...

I I

i

:

I

t.Z.

.

'1

1 I

I I

I I

I I

I

I

r

1 Z3

tal

I

~

I

I I

I I

rL«-s

in. tr,'p/L)c_ I 13, :L

I I

2 2.Y 11!

I

3..

l

ZS'

tol I

I

I

I

I

I

I

I I

,t,zB

z~

UI

I I

I

I!

I I

I I

I

I

I I

I I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

'+-.. ':t)a.l:_j>,v,~eJ .JL ~ -11: ~

(42)

-I

I

I

I

l

....

c::

0 ~ to.... 0 " ' ... 0 "'to... 0 () 0 3 -41+--'t---t-~-t-~t---=""'--+----'--:--+---'-t-...;

t

('I~ t ~ t "' I ""' ~ ~ i --'-"'++ ----:-='--+----"...j--<t+--fl

r

;f._a..t

s r <

k

S é ro o

1:

j

t. S ( 11rs 1 ••. I~)

<>lt. ajsfa"t:len Z:f"' OI'/Y~9t.f,.,u~t'J '.V.m.. oniwJi.(.~v va" i:.wa..sét.n. .

,,

I

I

I

l

I

(43)

1

i_

I I

'll

8

f

1'0

!

11 ___

j

/2.

'll

rr·

-

-

-

-

--

-

!''

R. d: s

L

rook ju oj> Z!Jk.an t

1eflakf of

7o "'"'

v/l J.d

I

~ ; l.v ' ----+-- jlll I

I

I

/2o.r I!J.S

+

.j.. :"'f,'ft.tie.-.. V"""-~tt fO.nH./ - . -- r-+f-t.f _ _ _____ ___ t-~

La.s

1n. l.., N

-...., "'

I I

,,

'

}

-~'1---+-tt-'-1-···-····---~[_ I .D a.kfa.n u / lll..

I

~ •I· 111

~~~Zîf

l,j

(~-

'lr-'lHII+j--1 I

I

i

l I

t

I

I

I

'tl""

I I

I I

I

I

i j

,,

R.elcstrook/e.s Of'

zyka.,t

'

9t!la.i:f: o_P 9o ,."".., vié

l.~t

_I

n.,/è(.(~n.

(44)
(45)

.I

-

--

--

--

,.

~-·--·-; ~--~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~,~~~~~~~~~~~~=+~~~~~~~~~~~~~-+~~~~~~­

(46)
(47)

i

1

.DifKELE/1EIY T

.II

I) 4'-+-- - -;(,. 2 t ~ I \,.. .~ ~ a S,PIM~. Io/ /~ /;1)'/~X 01/~; -'??lc/c/t>~ dc>Wf/lec/t> / ) . /~ 11 10

a

,

6 - - - 1-.f 2 I ~ () ~---,---~---r----~--~~---~---~----~----~~---~ 0 12 11 /0 1 .3 2 ,j,

·~

·

~

~

t j

m

t'J d

-

L:...;

.

.

(48)

J)IIKEiEI'IEh T

I

i5 6' -~----·-· - ----

--t

"'

1

~ '- I ~ -~

~

~ () ~---~---~---~---~---~---~---r---~ ()

+J

.rJ .fd' 6.J 6'-t 6.r j._ _j.__

TI

I

f"'l n

fl

a

___

0 D

(49)

Grafit.lc {

./JIIKELEifEIYT

Dl'

T

(50)

SP.t9/)'/Y//YC..S" /1'-'/0/Y/'?E.· f~h7/<ll'q"e/t/e ~a-""'""'"hf~"'"' (

"""..,,..,-")

~

-

{

'~

~ ~

~

~~

-

~

~

't!

~

~

~~

~

~

~~

.be/q.r;;~

~~

/Y

"""-.z)

~

~

~ ~

-~

~

~~

!

~.s-~

-~

~

I

2

..;>

4-~~

~

\

\.

~ '\

J-

-

~

1-

-

· - · r - - - -· -.Cl .ZfJ'. ~ -9)1.-S& ~lf (;.,:::.<) ..fS/

,

~~/

J,ij

I

<-f~/s

~ .222,-4- Y~-:- 4-t:P-

..r_r.rf

~j'~.f J,~/ ~.ro J,.S/ c?.ftP.f ,

~

c

/Jl/r

~.5"- ~-

..r-.5'-60

(h:::~) /,6>/d' ~7/ -ft:PS c:f~

y,

oJ.$'

'-l.

rh= ~)

~

""'

q,..r

~~- ft!)- f.î-

6/

/._fPf J d ' f ,

6"' 0 /

,

~..~~

.x-..

J.J

~

t'h=+)

~

e

I

.27,0

~..J-f /

-.r.<

-s~

.2,

0/

~.l"l

tf.l/

_f!..JO /qf.F

~

6.z-66-

b7

t'h·}')

1(;/

~

/'

CJP , ~

.l-

.J'" .J - ÓJ

..l, /

.<.

i2f

.ff..lO /q~/ (~.:.J)

I

I

I

l I -· -\ ··- , - - -

·

---+

I !

12f

..!_ t:P I

~4-~

i

_)J

/ / (.t~, ... /) /,~

-t/

~6

;Jf

?

/}'*dJ /0 /,-' ~/

~/

6;.s

J"3

~

rh=/l')

-t

,1- f f _j _f-/..3

/, bS

-t6.s-

.r,..ro

,~..JS ~r.r \

,

I ,

~

( h=.Z)

~

.s

2-f,cP d>-

/-v

/,}P

J,7r

fcPO

,

IJ,_fP

cf_j'O

~

~'~· 2) I

I

&PS

~

i'

PO /

y-/f

/-d'S

.f,_y.r

.J;_?r _;?.JS

I ,

t'h:: ..l)

*)

~,,;~s/_.,.,,f- /,.? .&~ ",,-.,/ ~~"l'~".~~;,../ H/~ .. ~h

""'-' ...4-/

~ .ÁI'? . . ~

o/

~_.,_,.P4'h _.,";rA:.-K/ /J'.

J

(51)

1 .• .. I ï I I

lu' eJ

n: Çt. ~ s

t

I . . . . ' .. ~/)~~~---;~---~~---~~--~~---1 :I .. ,. - ---1-/.1 ,..---t-11

!

I .. ;

u~:---i---'-'-.--+---,-,--:-T,.--+·

-'-. -'--"--'---:---,-'-,---,..---...,..---,---r"

.

+

'

·

j· I ,· ' .I l

:i

-j--",-1-_;______;_--...-=---,---,-~--+-"7-"~----+----:---7---"-~~_:.__--'----__::::~_,____,__-;-tY L ~L I --+

I

; ;._

i· -:--·-· ---- '_;, ____ l ___ ...__ --·

(52)

T

~

~

~ ~ ·~ ~

~ 0'-+---~---r---~

I

~

Grafie.lc

8

- - - iH-6

s

j 2 I ... ····-·-·--·i

I

(53)

;;·, ~ ~ .JJIIKELEI1E/1T

.lil

IJ I! !0 ~ 1-4-- - ----·· -- ·--·-- --- - '-~ ·~ ~ lxo.i. I

~

0•~---~~---~---r-~~---,---t-O

2>

.

J, J,

*

±

--....----==-.=-=-~-==---:-··-=..:..._--===..:...=:: J,

tI

(54)

1~<-.IJ/IKELE11Eit T

.li

~~~---· ---11

{

i

~ -~ ~ ~ I) \--- - - ·- - - -·----··. ---·. -· - - -·- - -· .. - - -- -12 I/ 10

.,

J I

~ p~---~---~---~~~---;-0

2J ±

+

t t

f

I

I

I

I

,

...

·--·--·----·---,d

(55)

~IIKEI.El1EII

T DI

1}. IJ. I/ I/ /() /0 !I I 7

s

2 I 0~---~~---~---~~~~---~---~~0 11 JO i / J2 JJ .ss

*

*

t

t t

*'

;~~

I

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De minister antwoordde daarop dat hij een nader onderzoek zou instellen (4). Met dit rapport geeft de inspectie invulling aan de toezegging van de minister. Een

Een vergelijking tussen stap la en stap 2 van tabel 3 maakt duidelijk dat de invloed van hoe een toekomstige vader denkt dat zijn partner zijn betrokkenheid bij de

Ouders rapporteren ook veel opvoedingsonzekerheid over de communicatie met hun kinderen, zeker als het gaat om beladen en taboethema’s: worden moeilijke of

Hans Gerritsen is universitair docent aan de Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisa- tiewetenschap, Universiteit Utrecht en programmacoördinator van het leerprogram-

Opleiden voor innovatief vakmanschap betekent dat er mensen nodig zijn die het vak een slag vóór zijn en zelf onderzoek doen in de ontwikkeling van het vakman- schap.. De

Het bevat een brede waaier aan rechten die vaak al in andere mensenrechtenverdra- gen voorkwamen, maar die nu voor het eerst met een specifi eke focus op personen met een

De verplichte bijeenroeping van de algemene vergadering: beoordeling en afweging ten opzichte van andere actiemiddelen.. Het vraagrecht

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of