• No results found

Voeding beïnvloedt geuremissie uit varkensstallen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Voeding beïnvloedt geuremissie uit varkensstallen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

PraktijkKompas Varkens

20

Mei 2004

circa 20 belangrijke geurcomponenten te onderscheiden. Geurcomponenten worden vooral gevormd door microbiële omzetting van onbenutte voedingsstoffen in de dikke darm van het varken en door microbiële activiteit in de mengmest gedurende de opslag. De 20 geurcomponenten zijn in vier groepen in te delen:

1. Zwavelhoudende componenten. Deze worden geproduceerd uit sulfaat in de urine en uit eiwitten en zwavelhoudende ami-nozuren. Alhoewel vluchtige zwavelhoudende componenten in het algemeen een zeer sterke geur hebben, is hun rol in de geuremissie uit varkensstallen niet eenduidig.

2. Indolen en fenolen. Deze worden met name gevormd door afbraak van de aminozuren tryptofaan en tyrosine in het varken en in de mest. Indolen en fenolen zijn zeer sterk gecorreleerd met stank uit stallen.

De geuremissie uit varkenstallen kan mogelijk ver-minderd worden door aanpassingen in de voersamen-stelling. Vooral de bron en het niveau van eiwit en fermenteerbare koolhydraten in het voer lijken een belangrijke rol te spelen in relatie tot geuremissie. De komende jaren zullen A&F en ASG onderzoeken op welke manier voeding kan bijdragen aan een reductie van de geuremissie uit varkensstallen.

De agrarische sector is een belangrijke bron van geurhinder in Nederland. Met name in gebieden met hoge dierconcentraties komt vaak geurhinder voor. Elf procent van de bevolking zegt wel eens last te hebben van stank als gevolg van activiteiten in de landbouw. De doelstelling van de overheid is om ernstige geurhinder in 2010 volledig uit te bannen. Geuremissie kan worden verminderd door er voor te zorgen dat minder geur-componenten worden gevormd of door te voorkomen dat de gevormde geurcomponenten de stal kunnen verlaten. Uit het ammoniakemissie-onderzoek is gebleken dat voermaatregelen de ammoniakemissie uit varkensstallen aanzienlijk kunnen reduceren. Mogelijk geldt dit ook voor de geuremissie uit varkensstallen. Daarom is hiernaar in 2003 in opdracht van het ministerie LNV een literatuurstudie uitgevoerd.

Geurcomponenten

Uit het literatuuronderzoek blijkt dat urine, feces en mengmest de belangrijkste bronnen van geur zijn. In varkenstallen zijn

Voeding beïnvloedt geuremissie uit

varkensstallen

Carola van der Peet-Schwering,

André Aarnink

(A&F

), Age Jongbloed

(2)

beschikbaar is voor het onderzoek zal eerst bepaald worden wat het effect is van de belangrijkste omgevingsfactoren op geuremissie. Denk daarbij aan omgevingsfactoren als ventilatie-debiet, ruimtetemperatuur en emitterend oppervlak. Vervolgens bepalen we de afzonderlijke effecten van eiwitbron en eiwitni-veau en van bron en nieiwitni-veau van fermenteerbare koolhydraten in het voer op de geuremissie. Uiteindelijk kijken we naar het gecombineerde effect van eiwitbron en bron van fermenteerba-re koolhydraten in het voer. De proeven zullen uitgevoerd wor-den bij vleesvarkens.

3. Vluchtige vetzuren. Deze worden vooral gevormd door microbiële omzetting van fermenteerbare koolhydraten en onverteerd eiwit in de dikke darm van het varken en in de mengmest. In het algemeen leiden vluchtige vetzuren met lange vertakte ketens (afkomstig van eiwit) tot meer stank dan vluchtige vetzuren met korte rechte ketens (afkomstig van koolhydraten).

4. Ammoniak. Ammoniak wordt vooral gevormd uit afbraak van ureum in de urine. Ammoniak levert slechts een beperk-te bijdrage aan de geurconcentratie in varkensstallen. Het blijkt dus dat onbenutte eiwitten, aminozuren en fermen-teerbare koolhydraten de belangrijkste nutriënten zijn die omgezet kunnen worden in geurcomponenten.

Voersamenstelling

Er lijkt een relatie te zijn tussen de samenstelling van het voer en de geurproductie en geursamenstelling. Vooral de bron (soort grondstof) en de hoeveelheid eiwit en fermenteerbare koolhydraten in het voer lijken een belangrijke invloed te heb-ben op de geurproductie. Hoe hoog de geuremissie uit de stal uiteindelijk is, hangt echter bovendien af van omgevingsfacto-ren als temperatuur, ventilatiedebiet, verdunning met water en huisvestingssysteem. Tot nu toe is het onderzoek met name gericht geweest op het effect van voersamenstelling op specifieke geurcomponenten, maar niet op geurconcentratie. Bovendien is alleen gekeken naar het effect van of eiwit in het voer, of van fermenteerbare koolhydraten in het voer. Maar niet naar het gecombineerde effect. De verwachting is dat

geuremissie uit varkensstallen flink gereduceerd kan worden wanneer het voer een optimale, op het dier afgestemde, balans heeft tussen eiwitten en fermenteerbare

koolhydraten.

Toekomstig onderzoek De komende drie jaar gaan we de mogelijkheden onderzoeken om via voermaatregelen de geuremissie te reduce-ren. Als er voldoen-de geld

PraktijkKompas Varkens

21

Mei 2004

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij een vernauwing in de dikke darm door dikke darmkanker kunt u beter géén prikkelende voedingsmiddelen en/of voeding met grove vezels gebruiken?. Dit is

Tijdens het onderzoek kunnen we ook kleine ingrepen uitvoeren, zoals het verwijderen van poliepen, het wegnemen van kleine stukjes weefsel (biopten) voor verder onderzoek of

Voor het onderzoek is het erg belangrijk dat u zich zo goed mogelijk aan het vezelarme dieet houdt en het contrastmiddel (Telebrix Gastro) volgens schema inneemt.. Lees de

Wanneer u na het lezen van deze informatie nog vragen heeft, neem dan gerust contact op met de afdeling Radiologie. Telefoon 0413 - 40

Voor een optimaal resultaat van het dikke darm onderzoek is het belangrijk dat de darmen van uw kind zo leeg mogelijk zijn.. Daarom is het belangrijk onderstaand

Tijdens een sigmoïdoscopie worden soms kleine ingrepen gedaan, bijvoorbeeld het wegnemen van een stukje weefsel..

Tijdens het onderzoek blaast de arts via de endoscoop een beetje lucht in de dikke darm om de en- doscoop gemakkelijker te kunnen inbrengen.. Op de figuur krijgt u een beeld van

Deze vorm van diverticulitis wordt meestal alleen behandeld door toediening van antibiotica en door het volgen van een darmsparende voeding.. Graad 2: Gecompliceerde