• No results found

Lapilli

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Lapilli"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AFZETTINGEN WTKG 26 (3), 2005 52

Lapilli

Larsvanden Hoek+Ostende

Dinobaby’s

Daar isnu

verandering

in

gekomen.

Eenteam van

Cana-dese,

Amerikaanseen Zuid-Afrikaanse

paleontologen

berichtte in Scienceover

dinobaby’s juist

uit het

begin

vanhet

dinotijdperk (lit. 3).

In het Onder Juravan Zuid-Afrika vonden

zij

zeseieren. Eenvande eierenwas

ken-nelijk

al

uitgekomen,

maarde andere

vijf

bevatten

em-bryo’s

van de

prosauropode Massospondylus

carinatus. Van deze dino warenal heel veel fossielen in de Elliot Formatie

gevonden.

De vondsten waren onder andere

gebruikt

om de hele

ontogenetische

ontwikkeling (het

groeiproces)

vandesoort

nauwkeurig

in kaartte

brengen.

Nu werd die

ontwikkeling

dus

aangevuld

methet aller-eerste

begin.

En die

ontwikkeling

had de

nodige

verras-singen

inpetto.

Prosauropoden

zijn

de

voorlopers

van de echte reuzen onder de

dinosauriërs,

de

sauropoden.

Dat

zijn

die

grote monsters meteenkleine

kop, lange

nek,en een

lange

staart, beesten die heel

stevig

op vierpotenstonden. Deze

prosau-ropoden

warenveel kleiner.

Massospondylus

kon ‘slechts’

vijf

meter

lang

worden. Ook kondenze zich nog optwee poten

oprichten.

Maar uit de reconstructievanhet

baby-skelet bleeknu,dat de

allerjongsten

dat niet konden. Die

liepen

ook op vierpoten.De overgangvanafentoeop de

achterpoten

naar continue op vier is dus

eigenlijk

het Dinosauriërs

zijn

vooral indrukwekkend door hungrootte.Maar demeest

bijzondere

dinofos-sielen

zijn juist

klein.

Babyfossielen

zijn,

al-thans

bij gewervelde dieren, altijd

zeldzaam.

Baby’s

wor-dengrootof worden

opgegeten.En zehebben ook nog eens hele tere botten, wat de fossilisatiekans nogeens verkleint. Toch

zijn

van eenaantal dinosauriërs al

baby’s

beschreven. Of beter

gezegd, embryo’s,

wantmeestalgaat hetomdieren die nog in het eizitten, en

kennelijk

opeen of andere maniermetnest enal onder de modder

zijn

komen te

liggen. Dergelijke

fossiele eieren kunnen dan

met

behulp

vanzuren

geëtst

worden,totalleen de botten

overblijven.

Misschien wel hetmeestindrukwekkendevan die

botjes,

is dat zo’n kleine

baby

in korte

tijd

kan

uit-groeien

toteen

reuzenreptiel.

Dat onderzoek naar

embryo’s

is

natuurlijk

erg sexy,een

typisch

onderzoekwaar

Discovery

Channel

graag docu-mentairesvanmaakt. Vandaar ook dat ik

altijd

de indruk had dat inmiddelsal de

nodige dinobaby’s

bekendwaren. Maar

feitelijk

kenden wedeze

embryo’s

alleen

nogmaar uit het Laat

Krijt,

dus vanhet eind van de

heerschappij

(2)

AFZETTINGEN WTKG26 (3), 2005 53

vasthouden van de

kinderlijke eigenschappen

van de voorouder.

Een ander

opvallend

punt aan de

baby’s

was, datzezo

hulpeloos

leken. Nu vindenwedat

natuurlijk

al snelvan

baby’s,

maar er

zijn

genoegdiersoorten

waarbij

de

jongen

directnahet verlatenvanhet ei de

wijde

wereld in trekken. Voor de

jongen

van

Massospondylus lijkt

dateenwelerg

grote

uitdaging

geweestte

zijn.

De tandenvande

embryo’s

waren

bijvoorbeeld

nog niet

ontwikkeld,

terwijl

derest vanhet skelet alzo

goed

als afwas.Vandaar dat de

weten-schappers

dan ook suggererendat de

jongen waarschijnlijk

geen nestvliederswaren, maar in huneerste levensfase nog

afhankelijk

waren vande zorgvanhun ouders.

Schattig toch, dinobaby’s.

De

kortnek-langnek

In het

vorige stukje

staateenfout. Maar ik ben

er nueenmaalzo aan

gewend

om

sauropoden

te

beschrijven

alsgrotemonsters meteenkleine

kop, lange

nek, en een

lange

staart.Zelfs in de dinoteken-filmsvan

mijn

kinderen

(Platvoet

en

zijn vriendjes),

wor-den ze

aangeduid

als

Langnek.

Duitse en

Argentijnse

wetenschappers

hebbennuechtereen

Langnek gevonden

meteenkorte nek

(lit. 2).

De nieuwesoortheet

Brachy-trachelopan

mesai,enis

gevonden

in het Boven Juravan de Canadón Calcereo Formatie in

Argentinië.

Waar

sommige sauropoden

eennek hebben die vier keerzo

lang

is als de rug, is

bij Brachytrachelopan

dat slechts driekwart vande

ruglengte.

En heel erggrootwas

hij

ook

niet,

want metnog geentienmeter

lengte

washetmaar eenukkie als

je vergelijkt

metreuzenals

Apatosaurus,

Brachiosaurus

of

Diplodocus.

Feitelijk,

zostellen deonderzoekers,

lijkt

het

gereconstrueerde

silhouetvande nieuwesoortnog het meestop datvan

Iguanodon-achüge

hadrosauriërs. En dat is op zicheen

aardige gedachte,

want deze hadrosauriërs leefden in het Late

Krijt

wel op het

Noordelijk Halfrond,

maarontbreken in de fauna’svanhet

Zuidelijk

Halfrond. Datzou dus betekenen dat

Brachytrachelopan

dezelfde

ecologische

rol vervulde als de

Iguanodon- achtiger)

in het noorden. De

schrijvers

van het artikel in Nature hebben ookeenideeover wat die rolzoukunnen

zijn.

De nek is

tekortom echt tekunnen grazen, dus voedde

Brachy-trachelopan

zich

waarschijnlijk

met

lage

struikenvanzo’n

1 a2 meter

hoogte.

Ik denk niet dat ik

vanwegedezeenesoortnu

mijn

grove schetsvanwat

sauropoden zijn

ga veranderen.Groot, klei-ne

kop, lange

nek,

lange

staartdekt de

lading

wel afdoende. Maar het isnu wel

duidelijk

dat het echt eengrove

ken-schetsing

is. Het is zeker niet allemaaleenpotnat,enzoals deauteursterecht

opmerken,

er

lijkt

heelwalmeer diver-siteit in de groeptezitten dan

doorgaans

wordt aange-nomen.

Droogte

in het Eemien

Ooit zal het hierweer heel erg koud

zijn.

Het is

natuurlijk

wachten

op de

volgende

ijstijd,

en

wetenschappers

die zich

bezighouden

met het

uitpluizen

van

ijskemen

of

isotoopanalyse

doenaan

diepzeesedimenten,

gebruiken

dit vaak als de rationale achter hun onderzoek. Willenweweten watonstewachten staat, danmoetenwede

opeenvolging

van

vorige ijstijden

in detailbestuderen. Het

aantrekkelijke

vande

genoemde

onderzoeksmethoden

is,

datze

juist

heel erg

goed zijn

in dat detail. Maarvoorde buitenstaander

blijft

dat toch wel

erg abstract. Ik wil gewoonweten hoe daterhier

uitziet,

als ereen

ijstijd

aankomt. Het

ELSA-project

geeft

daar

een

goed

beeldvan.En het doet qua detail zeker niet onder voor de

ijskemen.

ELSAstaatvoor Eifel Laminated Sediment Archive. Dit

project

richt zich

op desedimenten in demaren van de Eifel. Omdat deze met varven

gevuld zijn,

kunnen de

ontwikkelingen

in de

regio

van

jaar

tot

jaar gevolgd

worden. Ook de

ontwikkelingen

aan het eind van het Eemien,dus vlakvoorhet laatste

glacial.

En daarin vonden de Duitse onderzoekerseen

opvallend verschijnsel (lit. 4).

Een

droogteperiode

die468

jaar duurde,

en118 kY

geleden

plaatsvond. Tijdens

deze

zogenaamde

LEAP

(Late

Eemian

Aridity Pulse)

verdwenen warmteminnendebomen zoals deels, eik, hazelaar,lindeen

haagbeuk

binneneeneeuw uit de Eifel. Het bos werd meeropen,zoals

blijkt

uit de toename van

graspollen.

Er moeten grote stofstormen

gewoed

hebben, zoals

blijkt

uit de 52

stoflagen

in de boorkemen. In het middenvande LEAPwarenstofstormen zelfseen

jaarlijks terugkerend verschijnsel.

En dan

eindigt

de

periode

netzo

abrupt

als

hij begonnen

is

(in

een

tijd-spanne van zo’n 20

jaar),

wanneer naaldbomen als een soort

pioniersvegetatie

weerin de Eifel

verschijnen.

De LEAP is herkenbaar door deextreem

nauwkeurige

datasetvande

ELSA,

maardeauteursmenenhemnuook teherkennen in gegevens uit de

Vogezen

en uit Duitse

boringen. Echter,

in veel boorkemen uit Centraal

Europa

is de

periode

nietterugtevinden. Aan deenekant kan dit komen door

de, geologisch gezien,

korte duur. Bovendien bevatten de sedimenten uit die

periode

veel zanden

silt,

en

palynologen

mijden

vaak

dergelijke lagen

omdatze

doorgaans

weinig goed

geconserveerde

pollenkorrels

bevatten.

De oorzaak van deze

droogteperiode

zoeken de

weten-schappers

in een

plotselinge verschuiving

van de Golf-stroom.Dezezou

tijdens

de LEAPmeer

zuidelijk zijn

gaan stromen.Ditpast

goed

in bestaande klimaatsmodellenvan die

periode.

Ze

wijzen

erook op hoe

fijngevoelig

het aardse

klimaatsysteem

blijkt

te

zijn.

Kleine

verschuivingen

hebbengrote

gevolgen,

enhet is

duidelijk

dat wehet klimaataan het beïnvloeden

zijn.

Voor

geologen

is 468

jaar

weliswaareenminuscule

periode,

voorde mensheid

(3)

AFZETTINGEN WTKG26 (3), 2005 54

Goeie Mie

De vroegere

kantinejuffrouw

vanhetmuseum in Leiden konpratgaan opeenberoemde fami-lie. Zewas eenverwant vanGoeie

Mie,

de be-ruchte Leidse

gifmengster,

dieaanhet eindvan de 19de

eeuw minstens 16 moorden op haarnaam hadstaan. Ik zaler maarmeteen

bij

vertellen,datonze

kantinejuffrouw

fantastische lunches maakte.

Gif,

het heeft zoiets achterbaks. Je associeert hetmeteen met

slangen, spinnen

enandere onaangename dieren. Het is niet iets waar

wij zoogdieren

aan doen. Dat is niet helemaalwaar,wanter

zijn

een

paar

onderkruipsels

(spits-muizen, solenodon)

ofrare snuiters

(vogelbekdier)

die wel

degelijk gif

aanmaken,maarhet is zeker nietzoinonze

traditie

ingebakken

als

bijvoorbeeld bij

de

reptielen.

O

ja,

en

je

hebt GoeieMie,maardatmensenzich nietzo aande traditiesvande dierenwereld

houden,

wistenwe

allang.

Maar als

je

rare

zoogdieren

wil

vinden,

die niet voldoen aande

regels

van

vandaag

de

dag,

dan

moetje

gaan

kijken

in het Paleoceen. In deeerste

periode

na het uitsterven

vande dinosauriërs werder

lustig

oplos

geëxperimenteerd

in het

zoogdierendom.

Richard Foxen

Craig

Scott hebben nu eennieuwe rariteit uit het

Paleoceen,

een

zoogdier

met heuse

giftanden (lit. 1).

Het

diertje

waarhetom gaatis een

pantolestide,

Bison-alveus browni. De

pantolestiden

zijn

een

uitgestorven

groep,een van de mesozoïsche

evolutielijnen

van zoog-dieren die

doorlopen

in het

Paleogeen.

Desoortis op zich-zelf al veel

langer bekend,

maar was

oorspronkelijk

be-schrevenvanniet al tebeste fossielen. FoxenScott had-den veel mooier materiaal uit de

Paskapoo

Formatie in Canada. En die nieuwe fossielen lieten zien dat de hoek-tandeneenmooie groeve hadden. Omdat de onderzoekers meerdere hoektanden

gevonden

hadden,wistenzedat het hier niet

ging

om een

toevallige pathologische afwijking.

En doorte

kijken

hoe het

ondergebit

aansloot

bij

het

boven-gebit,

konden zeook uitsluiten dat het nieteengroeve was die

gemaakt

werd door het schuren van de onder-kaakshoektand.Een

dergelijke

groeve is verder niet bekend vanwelk

zoogdieren

danook,fossiel ofrecent. Maar wel vande

boomslang Dispholidus

typus.De conclusie dat de groeveerdus wasom

gif

inte

brengen lag

voor de hand. Bisonalveus browni breekt dusmet de traditie. Toch

blijf

ik

erbij,

dat

gif

niet echt ietsvoor

zoogdieren

is. Dat is een

beetje

chauvinistisch,maar

zoogdieren

hebben zoveel

mogelijke aanpassingen

in het

gebit

enin hunledematen, datze

eigenlijk gif

niet

nodig

hebben. Gif is een wapen voor de zwakken, zoals de

onderkruipsels

en de rare snuiters.

Kijk

maar naarde

geschiedenis

van massamoor-denaars. Demeeste

gifmengers zijn

vrouwen.Ook Goeie Mie is onderdeelvan een traditie.

Literatuur

1 Fox,C.F. & Scott, C.S., 2005. First evidence ofa ve-nom

delivery

apparatusin extinct mammals.-Nature,

435,

pp. 1091-1093.

2 Rauhut, O.W.M., Rentes, K., Fechner, R., Cladera,G. &Puerta, R,2005.

Discovery

ofashort-necked

sauro-pod

dinosaur from the Late Jurassic

period

of

Patago-nia.- Nature435,pp. 670-672.

3

Reisz,

R.R., Scott, D.,

Sues,

H.-D., Evans, D.C. &

Raath, M.A.,

2005.

Embryos

ofan

Early

Jurassic

Pro-sauropod

Dinosaur and Their

Evolutionary

Signi-ficance.- Science

309,

pp. 761-764.

4

Sirocko, F., Seelos, K., Schaber, K., Rein,

B.,

Dreher,

F., Diehl, M., Lehne, R.,

Jager,

K., Krbetschek, M. &

Degering,

D., 2005. A late Eemian

aridity pulse

in central

Europe during

the last

glacial inception.-

Nature 436,pp. 833-836.

*Lars W. vanden HoekOstende, Nationaal Natuur-historisch MuseumNaturalis, Postbus9517,2300 RA Leiden,email: Hoek@Naturalis.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

voor hun belangrijke handelen afte leggen, zelfs niet aan de door ons gekozen volksvertegenwoordiging. De formaties ontaarden zo in on- doorzichtigheid en

Een te grote werkdruk en een te snelle groei van het aantal taakstraffen gaan onherroepelijk ten koste van ( de noodzakelijke pedagogische kwaliteit. Omdat de straf voor de

De bekendste zalven zijn: hydrocortison (merkloos, Locoid), triamcinolon (merkloos), clobetason (Emovate), fluticason (Cutivate), betamethason (merkloos, Diprosone, Dipro-

“Er is eerlijk gezegd best veel ruzie thuis, nu wij.. zoveel op elkaars

The influence of ICT and the challenges and opportunities that it brings to the legal profession are such that a process of osmosis, in which students incidentally pick up ICT

Based on the success of optimally designing three incremental FTTH networks, as obtained from the three case studies conducted and used for verification and validation purposes, it

 USB needs to actively try to keep experienced mentors for continuity & learning of new mentors – e.g. experienced mentors can choose who they want to mentor

In the light of the above, the South African National Disaster Management Centre (NDMC) commissioned the African Centre for Disaster Studies at North-West University’s