• No results found

Factsheet multidisciplinaire zorg en zorgvernieuwing bij de huisarts

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Factsheet multidisciplinaire zorg en zorgvernieuwing bij de huisarts"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1

Factsheet multidisciplinaire zorg

en zorgvernieuwing bij de huisarts

De zorgkosten stijgen. Daardoor staat de betaalbaarheid van het Nederlandse zorgstelsel onder druk. In dit factsheet laat Zorginstituut Nederland de recente kostenontwikkelingen zien van de multidisciplinaire zorg (MDZ) en zorgvernieuwing bij de huisarts.

Dit factsheet is gebaseerd op declaratiegegevens van de zorgverzekeraars. Het toont de recente zorg kostenontwikkelingen van de twee categorieën die binnen het budgettaire kader MDZ vallen: • De categorie multidisciplinaire zorg: dit betreft de ketenzorgprogramma’s van onder andere astma/

COPD, diabetes mellitus type 2 en cardiovasculair risicomanagement (zie pag. 1-3).

• De categorie resultaatbeloning en zorg vernieuwingen MDZ. Daarbinnen vallen onder andere substitutie, e-Health en meekijk consulten* (zie pag. 4-5).

Het ministerie van VWS stelt ieder jaar een budget vast voor deze twee categorieën in de MDZ. Voor 2019 was dat in totaal € 630 miljoen euro. Het totaal aan gedeclareerde kosten bedroeg in dat jaar € 583 miljoen euro, 93% van het beschikbare budget, een onderschrijding dus.

Ontwikkeling in kosten van ketenzorgprogramma’s: lichte stabiele groei.

De lasten die worden gedeclareerd onder de multidisciplinaire zorg zijn met 11% gestegen, van € 448 miljoen in 2015 naar € 496 miljoen in 2019 (zie figuur 1). Dat is een gemiddeld jaarlijks groeipercentage van +3%.

De grote kostenstijging van 2015-2018 in resultaatbeloning en zorgvernieuwing lijkt

niet door te zetten in 2019.

De kosten die worden gedeclareerd onder resultaatbeloning en zorgvernieuwing MDZ zijn vanaf de introductie in 2015 gestegen naar € 87 miljoen in 2019 (zie figuur 2). Dat is 13% van het VWS-budget voor multidisciplinaire zorg.

800 100 700 70 80 90 400 40 500 50 600 60 300 30 200 20 100 10 0 0

Figuur 1 | Multidisciplinaire zorg Figuur 2 | Resultaatbeloning en Zorgvernieuwing MDZ

Gemiddelde jaarlijkse groei +3%

KOSTEN IN MILJOENEN € KOSTEN IN MILJOENEN €

2015 2016 2017 2018 2019 2015 2016 2017 2018 2019 448 16 461 467 56 71 461 88 496 87

Overzicht van totale kosten van de twee categorieën onder het budgettair kader MDZ 2015-2019

* Deze categorie is nieuw vanaf 2015. Activiteiten voor resultaatbeloning en zorgvernieuwing kunnen ook onder het budgettair kader huisartsenzorg (HAZ) worden gedeclareerd. Dit factsheet gaat hier niet in detail op in.

(2)

Verschuivingen binnen de MDZ zijn (mede) oorzaak van ontwikkelingen keten zorg

-programma’s.

Na 2015 is de bekostiging voor MDZ uitgebreid met programma’s voor Hart- en vaatziekten, Verhoogd vasculair risico en Organisatie & infrastructuur. De kostenstijgingen bij deze nieuwe programma’s komen onder andere door verschuivingen vanuit de al bestaande programma’s, bijvoorbeeld vanuit ‘Vasculair risicomanagement’ naar ‘Verhoogd vasculair risico’ of naar ‘Hart- en vaatziekten’.

De kosten van diabetes mellitus type 2/vasculair risicomanagement zijn in 2019 ruim

6 keer hoger dan de kosten voor COPD/Astma. In 2015 was dat nog bijna 8 keer hoger.

• 63% (€ 312 miljoen) van de totale kosten in de MDZ (2019) komt voort uit ‘Diabetes mellitus type 2/ Vasculair Risicomanagement’. Tot en met 2018 is een lichte daling te zien van ongeveer € 35 miljoen. Dit komt deels door een verschuiving van kosten naar de nieuwe prestatiecodes voor ‘Verhoogd vasculair risico’ en ‘Hart- en vaatziekten’. In 2019 stijgen de kosten weer met € 15 miljoen ten opzichte van 2018. Daarmee dalen de kosten in de afgelopen 5 jaar gemiddeld 2% per jaar. • De kosten voor COPD/Astma zijn gestegen van € 42 miljoen in 2015 naar € 48 miljoen in 2019 (zie

figuur 5). Dat komt overeen met een gemiddeld jaarlijks groeipercentage van +3%. De kostenstijging voor COPD/Astma wordt veroorzaakt door de zorg voor astma van € 11 miljoen. De kosten voor COPD daalden in deze periode.

2015 2016 2017 2018 2019 350 300 200 100 50 150 250 0 KOSTEN IN MILJOENEN €

Diabetes mellitus type 2/ Vasculair Risicomanagement Geïntegreerde eerstelijnszorg

voor samenwerkings-verbanden COPD/Astma Verhoogd vasculair risico Hart- en Vaatziekten Organisatie & Infrastructuur

Figuur 3 | Kosten MDZ per type ketenzorgprogramma

350 60 200 40 250 50 300 150 30 100 20 50 10 0 0

Figuur 4 | Kosten Diabetes mellitus type 2/ Vasculair Risicomanagement

Figuur 5: Kosten COPD/Astma

Gemiddelde jaarlijkse daling -2% Gemiddelde jaarlijkse groei +3%

KOSTEN IN MILJOENEN € KOSTEN IN MILJOENEN €

2015 2016 2017 2018 2019 2015 2016 2017 2018 2019 332 321 302 297 312 42 43 45 46 48

Categorie multidisciplinaire zorg

(3)

3

HVZ en VVR: grote stijging na introductie van programma’s, daarna neemt stijging af.

• De programma’s voor Hart- en vaatziekten (HVZ) en Verhoogd vasculair risico (VVR) zijn in 2016 geïntroduceerd, waardoor de cijfers in dat jaar nog wat achter lijken te blijven (zie figuren 6 en 7). • Van 2017 – een jaar na de invoering – tot 2019 zijn de kosten voor HVZ met € 5 miljoen (23%)

gestegen en nam het aantal declaraties toe met een vergelijkbaar percentage van 21%.

• In de periode 2017-2019 zijn de kosten voor VVR nagenoeg gelijk gebleven (+<1%) en is het aantal declaraties licht gestegen (+3%). De kosten per declaratie daalden met 4% (€ 2).

Geïntegreerde eerstelijnszorg (GES): de kosten dalen sneller dan het aantal declaraties.

• Van 2015 tot 2019 dalen de kosten GES met 36% (€ 26 miljoen) en het aantal declaraties daalt slechts met 10% (€ 1 miljoen). De kosten dalen dus sneller (gemiddeld met -10% per jaar) dan het aantal declaraties (gemiddeld met -3% per jaar), zie figuren 8 en 9.

• In de GES worden de kosten vergoed voor de personeelsontwikkeling, organisatie en infrastructuur die nodig zijn om de multidisciplinaire zorg te organiseren. Vanaf 2018 wordt deze categorie afgebouwd en kunnen deze kosten worden gedeclareerd onder de betaaltitel ‘Organisatie & Infrastructuur’.

Hart- en vaatziekten Verhoogd vasculair risico Hart- en vaatziekten Verhoogd vasculair risico

900 35 400 20 600 30 500 25 700 800 300 15 200 10 100 5 0 0

Figuur 7 | Aantal declaraties HVZ en VVR Figuur 6 | Kosten HVZ en VVR

2015

2015 2016 2017 2018 2019 2016 2017 2018 2019

KOSTEN IN MILJOENEN € AANT

ALLEN X1000 14 30 28 30 12 23 25 28 247 380 445 757 472 720 781 537

KOSTEN IN MILJOENEN € KOSTEN IN MILJOENEN €

16 80 8 40 12 60 70 10 50 14 6 30 4 20 2 10 0 0

Figuur 9 | Aantal declaraties GES Figuur 8 | Kosten GES

Gemiddelde jaarlijkse daling -10% Gemiddelde jaarlijkse daling -3%

2015 2015 2016 2017 2018 2019 2016 2017 2018 2019 74 71 69 53 48 12 12 14 12 11

Categorie multidisciplinaire zorg

Ketenzorgprogramma’s Hart– en vaatziekten (HVZ) en Verhoogd vasculair risico (VVR)

(4)

De kostenstijging binnen de categorie ‘Resultaatbeloning en zorgvernieuwing (MDZ)’

wordt voor een groot deel verklaard door substitutie en innovatie

• Tussen 2015 en 2019 zijn de kosten voor ‘Resultaatbeloning en zorgvernieuwing (MDZ)’ met € 72 miljoen euro gestegen (zie figuur 2). De grootste stijging was van 2015-2017 en wordt voor een groot deel veroorzaakt door kosten voor ‘Substitutie’ en ‘Innovatie’ (zie figuur 10). Van 2017-2019 is de stijging van € 16 miljoen minder groot, maar ook deze wordt grotendeels veroorzaakt door kosten voor ‘Substitutie’ en ‘Innovatie’.

• De kosten voor resultaatbeloning zijn sterk gedaald van € 9 miljoen in 2015 naar € 0,9 miljoen in 2019 (zie figuur 10). De kosten die onder dit zorgtype worden gedeclareerd zijn bedoeld als beloning voor uitkomsten van de kwaliteit van de zorg en kosten. Afspraken over samenwerkingsverbanden binnen de contractering kunnen op verschillende plekken in de bekostiging landen. Daardoor kun-nen ze eerst worden opgenomen onder ‘Resultaatbeloning’ en later bijvoorbeeld onder ‘Organisatie en Infrastructuur’. 2015 2016 2017 2018 2019 50 40 30 20 10 5 15 25 35 45 0 KOSTEN IN MILJOENEN € Substitutie Resultaatbeloning Innovatie Ouderenzorg Individueel zorgplan Zorgvernieuwing Point of care testing Meekijkconsult Overige E-health

Figuur 10 | Kostenontwikkeling resultaatbeloning en zorgvernieuwing MDZ, 2015-2019

(5)

5

Sterkste kostengroei binnen de categorie ‘Resultaatbeloning en zorgvernieuwing (MDZ)’

is waargenomen bij prestaties voor substitutie en innovatie. De groei lijkt af te vlakken

in 2019.

• De kosten voor substitutie (€ 44 miljoen in 2019) en innovatie (€ 20 miljoen in 2019) maken geza-menlijk 73% uit van de totale kosten in de categorie ‘Resultaatbeloning en zorgvernieuwing (MDZ)’. • Substitutie: in 2019 komt 92% van de kosten gedeclareerd onder ‘Subtitutie’ voort uit de prestatie

‘Substitutie Cardiovasculair risicomanagement (CVRM)’. Deze prestatie werd in 2016 geïntroduceerd. Van 2017 – een jaar na de invoering – tot 2019 stijgen de kosten voor ‘Substitutie CVRM’ met 15% (€ 5 miljoen). Bij substitutie gaat het om verplaatsing van zorg uit de tweede lijn naar de eerste lijn. • Innovatie: de gedeclareerde kosten onder ‘Innovatie’ zijn van 2015 tot en met 2019 met € 18 miljoen

gestegen (zie figuur 12). Vanaf 2015 is het mogelijk om een aantal innovatie-experimenten onder ‘Resultaatbeloning en Zorgvernieuwing MDZ’ te declareren, in plaats van onder ‘Huisartsenzorg’. Omdat er verschillende prestaties nieuw zijn vanaf 2017 of 2018, zien we vooral in die jaren een sterke stijging en is het moeilijk om een trend in de kostengroei vast te stellen.

Uitgaven HAZ in 2019 meer dan drie

keer zo hoog als de uitgaven MDZ.

• Prestaties ‘Resultaatbeloning en zorg-vernieuwing’ kunnen sinds 2015 zowel onder MDZ als onder HAZ worden gedeclareerd. • De kosten van resultaatbeloning en zorg-

vernieuwing MDZ zijn gestegen naar € 87 miljoen in 2019 (zie figuren 2 en 13). • Ter vergelijking: de kosten van

resultaat-beloning en zorgvernieuwing HAZ zijn gestegen van € 182 miljoen in 2015 naar € 297 miljoen in 2019. Vanaf 2017-2019 is de stijging het grootst. Dit kwam vooral door prestaties in ‘Innovatie‘ en ‘Ouderen-zorg’ en de specifieke prestatie ‘Praktijk-management huisartsenzorg‘, die in 2018 werd geïntroduceerd. KOSTEN IN MILJOENEN € KOSTEN IN MILJOENEN € 25 50 20 20 30 35 40 45 25 15 15 10 10 5 5 0 0

Figuur 12 | Kosten voor Innovatie Figuur 11 | Kosten voor substitutie

2015 2015 2016 2017 2018 2019 2016 2017 2018 2019 2 31 38 45 44 2 4 7 18 20

Resultaatbeloning en zorgvernieuwing multidisciplinaire zorg Resultaatbeloning en zorgvernieuwing huisartsenzorg 350 200 300 250 150 100 50 0 Figuur 13 | Zorgkostenontwikkeling 2015-2019 KOSTEN IN MILJOENEN € 2015 2016 2017 2018 2019 71 88 87 56 16 182 204 207 245 297

Resultaatbeloning en zorgvernieuwing (MDZ)

Resultaatbeloning en zorgvernieuwing multidisciplinaire zorg (MDZ) vergeleken met

Resultaatbeloning en zorgvernieuwing huisartsenzorg (HAZ)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De stroom in de kring neemt dan af, lampje 10 krijgt minder stroom en zal minder fel branden. Eindexamen natuurkunde 1

• Bij het wekelijkse multidisciplinaire overleg dienen in ieder geval de volgende specialisten met aantoonbaar specifieke expertise vertegenwoordigd te zijn: chirurg,

In het hoofdlijnenakkoord tussen het kabinet en de medisch-specialistische zorg is afgesproken dat de zorgkosten van de ziekenhuizen na 2021 niet meer mogen stijgen, onder andere

In de tekst van de transformator staat een voorschrift voor de maximale lengte van een snoer aangegeven: “L USCITA MAX mt 2”. 3p 25 † Beredeneer met behulp van

3p 17 † Laat met een berekening zien dat de gegeven waarde van D zowel wat betreft getalwaarde als wat betreft significantie in overeenstemming is met de benodigde gegevens

In sommige gebouwen zijn boven een raam of een deur bakstenen gemetseld in de vorm van een cirkelboog.. Om deze bakstenen tijdens de bouw op de juiste wijze

De kosten in het kader van de Wet Inburgering zijn afgenomen ten opzichte van 2015, doordat we in 2015 vluchtelingen hebben opgevangen in de crisisopvang en in 2016 niet. Wanneer we

Hij is ondervoorzitter van het beheerscomité van het Fonds voor de Medische Ongevallen, lid van de Ethische Commissie Zorg van UZ en KU Leuven en van het Raadgevend Comité