• No results found

[Bespreking van: M. Roelofs (2015) The Cultural Promise of the Aesthetic] - Pages from s8

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "[Bespreking van: M. Roelofs (2015) The Cultural Promise of the Aesthetic] - Pages from s8"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)

UvA-DARE (Digital Academic Repository)

[Bespreking van: M. Roelofs (2015) The Cultural Promise of the Aesthetic]

van Rooden, A.

DOI

10.5117/ANTW2015.3.SLUR

Publication date

2015

Document Version

Final published version

Published in

Algemeen Nederlands Tijdschrift voor Wijsbegeerte

Link to publication

Citation for published version (APA):

van Rooden, A. (2015). [Bespreking van: M. Roelofs (2015) The Cultural Promise of the

Aesthetic]. Algemeen Nederlands Tijdschrift voor Wijsbegeerte, 107(3), 341-342.

https://doi.org/10.5117/ANTW2015.3.SLUR

General rights

It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Disclaimer/Complaints regulations

If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible.

(2)

Monique Roelofs (2015). The Cultural Promise of the Aesthetic. New York: Bloomsbury, 288 pp., 34€

Het is vandaag een hele uitdaging om de maatschappelijke meerwaarde van kunst te bepleiten. Traditionele filosofische argumenten over de verheffing van de kunst-beschouwer of de sociale harmonie van een geësthetiseerde maatschappij zijn goeddeels weerlegd of verdacht gemaakt. Een pleidooi over de culturele belofte van het esthetische vereist dus een kritische houding ten aanzien van die filoso-fische traditie. Tegelijkertijd plaatst zo’n pleidooi zich natuurlijk in diezelfde tra-ditie. Deze ambiguïteit zien we ook in Monique Roelofs’ The Cultural Promise of the Aesthetic. Filosofische bescheidenheid wordt hierin gepaard aan de ambitieuze uitwerking van een conceptueel kader dat de toets zou moeten doorstaan.

De centrale notie in Roelofs’ conceptuele kader is die van ‘esthetische relatio-naliteit’. De culturele belofte van het esthetische, aldus Roelofs, is te begrijpen als het leggen van een verband tussen bepaalde sociale relaties (tussen mensen on-derling of tussen mensen en dingen), het type appèl (of‘address’) dat hiervan uitgaat en de culturele belofte die hierin besloten ligt. Wanneer we Humes esthe-tica in termen van esthetische relationaliteit beschrijven, kunnen we bijvoorbeeld constateren dat een verfijning van de smaak middels de schone kunsten volgens Hume leidt tot een controle van de driften, wat volgens hem niet alleen zal leiden tot een verdieping van liefdes- en vriendschapsrelaties maar meer in het algemeen ook tot een beschaafdere maatschappij. De culturele belofte die in het esthetische besloten ligt is in dit geval dus die van een moreel hoogstaande, harmonieuze maatschappij.

Hume’s esthetica is niet de enige beloftevolle esthetica die Roelofs in kaart brengt. In veel achttiende-eeuwse esthetica’s – Roelofs behandelt onder meer die van Burke, Kant, Schiller en Shaftesbury– zijn uiteraard sterk vergelijkbaar. De inzet van The Cultural Promise of the Aesthetic is echter niet om deze culturele beloften in kaart te brengen, maar om aan te geven dat zij steeds ook bepaalde culturele gevaren als tegenhanger hebben. In Humes esthetica is dit volgens Roe-lofs een bepaald idee van‘aesthetic blackness’. Het is uitsluitend de blanke bemid-delde man die tot een verfijning van de smaak in staat is en die zodoende de culturele belofte weet in te lossen. De zwarte man (om over de zwarte vrouw maar niet te spreken) vormt binnen deze vorm van esthetische relationaliteit niet alleen een bedreiging voor die aan de culturele belofte ten grondslag liggende esthetische relationaliteit, maar vooral ook voor de inhoud van de belofte, die veelal neerkomt op het ideaal van een harmonieuze samenleving waarin de uni-versele menselijkheid zich ten volle heeft gerealiseerd.

The Cultural Promise of the Aesthetic bestaat uit acht essays, waarin vergelijk-bare bedreigingen van de culturele belofte worden uitgewerkt op het gebied van

RECENSIES

341

(3)

gender, lelijkheid, onwetendheid, nationalisme en culturele verscheidenheid. In elk van deze essays tracht Roelofs het nogal smalle en inclusieve cultuurideaal van de traditionele esthetische theorieën open te breken, vaak aan de hand van he-dendaagse kunstenaars (o.a. Lispector, Varo, Botero). Het doel daarvan is niet zozeer de loskoppeling van het esthetische van iedere culturele belofte, maar de uitwerking van een andere, meer open vorm van esthetische relationaliteit die niet langer uitgaat van een vooraf bepaald, eenduidig verband tussen een‘social rela-tion’, ‘address’ en ‘promise’. De culturele belofte van deze opener vorm van esthe-tische relationaliteit wordt juist gekenmerkt door meerduidigheid, veranderlijk-heid en conflicterende morele en politieke tendenzen. Roelofs’ conclusie luidt dan ook:‘The openness of structures of relationality and address to change [...] im-plies that the question of their moral, political and aesthetic desirability will always arise anew, and is not liable to closure.’ (p. 211)

Roelofs’ notie van esthetische relationaliteit is een welkome poging om het debat over de cultureel-maatschappelijke rol van kunst te onttrekken aan het verlammende achttiende-eeuwse idee van esthetische autonomie en kan boven-dien meer recht doen aan de rol van de kunstbeschouwer. Toch laat de uitwerking van deze notie op cruciale punten te wensen over. Zo is het onduidelijk in hoe-verre Roelofs afstand neemt, of wil nemen, van het achttiende-eeuwse harmonie-model waarin esthetische vorming gezien wordt als de opmaat naar de vervolma-king van een universele menselijke aard. Hoewel Roelofs dit model terecht beticht van onder meer eurocentrisme, etnocentrisme en fallogocentrisme, lijkt zij de opvatting van universaliteit als zodanig niet te bestrijden, noch het daarmee sa-menhangende teleologische cultuurideaal.

Waar menig lezer de open en zich oneindig vernieuwende structuren van esthetische relationaliteit uit Roelofs’ conclusie zal opvatten als een verwijzing naar differentiefilosofische theorieën als die van Deleuze of Derrida, wordt die-zelfde lezer uiteindelijk dus op het verkeerde been gezet. Roelofs vervangt het achttiende-eeuwse ideaal van een universele esthetische relationaliteit namelijk niet door dat van een singuliere zoals men zou verwachten, maar lijkt uiteindelijk een soort uitgestelde of gemedieerde vorm van universaliteit te bepleiten. Dit roept vragen op over hoe we de culturele‘belofte’ in Roelofs’ titel eigenlijk moeten begrijpen en hoe deze zich precies verhoudt tot de opener vorm van esthetische relationaliteit die zij bepleit. Doordat deze vraag grotendeels onbeantwoord blijft, is The Cultural Promise of the Aesthetic niet alleen een ambigu, maar soms ook een wat verwarrend betoog.

Aukje van Rooden

ALGEMEEN NEDERLANDS TIJDSCHRIFT VOOR WIJSBEGEERTE

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hoewel er in het materiaal geen expliciete verwijzing naar achterliggende theorieën te vinden is kan op basis van interviews worden geconstateerd dat de taakstraf een

The second analysis method related to this sub question regards the effect of climatic variables on dengue cases, a question which is influenced by research of Vincenti-Gonzales

Preanalytical quality improvement: in pursuit of harmony, on behalf of European Federation for Clinical Chemistry and Laboratory Medicine (EFLM) Working group for Preanalytical

Er zijn steeds meer voorstanders om de 2e ochtendurine te gaan gebruiken voor de analyse bij hematurie vanwege het (te) lange verblijf in de blaas van 1e ochtendurine.

• To measure the DNA copy number of the Microcystis specific 16S rDNA and microcystin producing genes, mcyB as well as mcyE in order to shed more light on toxin production in

– Meer kwetsbare ouders zijn toegerust voor het ouderschap en de opvoeding.. – Minder baby’s en jonge kinderen worden uit huis of

American Mainstream comics (5%) used greater amounts of separated panels than Hong Kong manhua, Japanese manga and Swedish comics (all <1%, all ps < 0.054), but did not differ

Dat zijn achtereenvolgens het onderwerp en de doelen van onderzoek (par. 2), de reikwijdte van het onder- werp en de door Spierings gehanteerde methode om de figuur van de