• No results found

Niveaucontrole op de bepalingen in boter : jaaroverzicht 1988

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Niveaucontrole op de bepalingen in boter : jaaroverzicht 1988"

Copied!
24
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Rapport 89.42 Juli 1989

Niveaucontrole op de bepalingen in boter

Jaaroverzicht 1988

J. Labrijn

~.

Afdeling: Algemene Chemie

Medewerkers: Afdeling Algemene Chemie

Statistische ondersteuning: dr W.G. de Ruig

Goedgekeurd door: dr J. de Jong

·~

Rijkskl-1aliteitsinstituut voor land- en tuinbomo,~produkten (RIKILT) Bornsesteeg 45, 6708 PD Wageningen

Postbus 230, 6700 AE Wageningen Telefoon 08370-19110

Telex 75180 RIKIL Telefax 08370-17717

(2)

Project 101.6010

Niveaucontrole op de laboratoria van melk- en zuivelcontrole instellingen en arbitrage in het kader van het Rijkstoezicht Projectleider: J.F. Labrijn Rapport 89.42 Juli 1989 Niveaucontrole op de bepalingen in boter Jaaroverzicht 1988 J. Labrijn

Afdeling: Algemene Chemie

Medewerkers: Afdeling Algemene Chemie

Statistische ondersteuning: dr W.G. de Ruig

Goedgekeurd door: dr J, de Jong

Rijksk1valiteitsinstituut voor land- en tuinbouwprodukten (RIKILT) Bornsesteeg 45, 6708 PD Wageningen

Postbus 230, 6700 AE \~ageningen Telefoon 08370-19110

Telex 75180 RIKIL Telefax 08370-17717

(3)

maakt door middel van fotokopie, microfilm. foto-offset of welk ander medium dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de directeur.

VERZENDLIJST

INTERN: directeur sectorhoofden

produktco~rdinator Dierlijke Produkten programmabeheer en informatieverzorging projectleider dr J. de Jong A.H.J. Sledsens C. Oostenk dr \>l.G. de Ruig EXTERN:

Dienst Landbomvkundig Onderzoek Directie Veehouderij en Zuivel(Zx)

Directie Voedings- en K'valiteitsaangelegenheden

Stichting Centraal Orgaan Zuivelcontrole, Leusden (3x) Boter en Kaascontrolestation "Friesland", Leeuwarden (2x)

(4)

-

1-INHOUD

SAHENVATTING

1 INLEIDING

2 GEBRUIKTE HETHODEN EN HATERTALEN

3 RESULTATEN 4 CONCLUSIE/DISCUSSIE TABELLEN blz 1 3 5 5 6 9

(5)
(6)

-3-SAHENVATTING

In 1988 heeft het RIKILT monsters boter en botervet voor niveau-verge-lijkend onderzoek aan de controlestations COZ te Leusden en BKCF te Leeu\oJarden gestuurd.

Het onderzoek wordt zoveel mogelijk onder vergelijkbare omstandigheden en op hetzelfde tijdstip uitgevoerd, volgens een vast jaarprogramma. Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond voor het vocht-, vetvrije melkdrogestof-, zout-, fosfatase- en diacetylge-halte in boter en het peroxide- en vochtgehalte (Karl Fischer) en de refractiewaarde van botervet.

Niveauverschillen '"erden aangetoond in de pH-\oJaarde en het koper- en vrije vetzurengehalte. De niveauverschillen waren gering. Het

resultaat is beter dan vorig jaar en kan in zijn totaliteit goed genoemd worden.

(7)
(8)

-

5-1 INLEIDING

In het kader van het Rijkstoezicht worden monsters boter en botervet

voor niveauvergelijkend onderzoek door het RIKILT verzonden naar de

laboratoria van het Centraal Orgaan Zuivelcontrole (COZ) .

Boter \mrdt onderzocht op: vocht, vetvrije melkdrogestof, zout, re -fractie, fosfatase, diacetyl en koper.

Botervet wordt onderzocht op: vocht (volgens Karl Fischer) vrije vet-zuren en peroxide.

Doel van het onderzoek is de bewaking van het niveau van de laborato-ria.

Niet acceptabele niveauverschillen worden opgeheven door de methode

kritisch te bezien, extra monsters voor onderzoek te verzenden of an a-listen uit te wisselen.

De analyseresultaten van een heel jaar worden statistisch verwerkt en

vastgelegd in een jaarverslag. De resultaten worden besproken in een

vergadering met directeuren en laboratoriumleiders van de laboratoria

van het COZ en het RIKILT onder voorzitterschap van de directie

Vee-houderij en Zuivel van het Ministerie van Landbouw en Visserij, die de feitelijke taak van het Rijkstoezicht uitoefent .

2 GEBRUIKTE HETHODEN EN MATERIALEN

De analyses zijn verricht volgens de Methoden van Bemonstering en Onderzoek behorende bij de Landbouwkwaliteitsbeschikking boterprodok

-ten 1982. Het materiaal voor de Rondzendmonsters is door het RIKILT ingekocht, gehomogeniseerd, in potjes gedaan en daarna per post naar de betreffende controlestations gestuurd, volgens een vast jaarschema. De deelnemende laboratoria zijn:

RIKILT RIKILT \~ageningen (Lab. 1)

coz

BKCF

= Centraal

Orgaan Zuivelcontrole te Leusden (Lab. 2)

(9)

2.1 Statistische verwerking en weergave van de resultaten

Van elk laboratorium is per monster het verschil tussen gevonden waar-de en waar-de over alle laboratoria gemidwaar-delwaar-de waarwaar-de berekend. Deze ver-schillen, het gemiddelde verschil en de standaardafwijking van de ver-schillen zijn per laboratorium vermeld in de tabellen 1 t/m 11.

De aldus berekende standaardahdjking s(v) van een laboratorium is af-hankelijk van de analyseresultaten van de andere laboratoria.

Indien men aanneemt dat de resultaten van alle laboratoria van maand tot maand ongeveer gelijk spreiden, dan is de standaardafwijking van de analyse binnen laboratoria gelijk aan s (binnen laboratoria)

=

VL..s2 (v)/(aantal laboratoria- 1)

Deze standaardaf1vijking is voor elke bepaling bij de conclusi.e ver-meld. Slechts 5% van de verschillen mag groter zijn dan tweemaal de standaardafwijking. Verschillen die groter zijn dan driemaal de stan-daardafl.lijking moeten in het algemeen als onbetrou~o1baar beschomo1d Hor-den.

Op de gemiddelde verschillen is de toets van Student-Ne\Yman-Keuls toe-gepast . Men plaatst de laboratoria in oplopende volgorde van niveau en onderstreept de laboratoria loTaartussen geen niveauverschillen zijn aan

te tonen. Er is, tenzij anders vermeld, getoetst met een onbetrouw-baarheid van 5%.

3 RESULTATEN

3.1 Vocht in boter (zie tabel 1)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond. BKCF -0,02

coz

+0,01 RI KILT +0,01

De standaardafHijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalte binnen de laboratoria is 0,045%. In 1982/83 bedroeg deze

0,050%, in 1984 0,040%, in 1985 0,047%, in 1986 0,068%en in 1987 0,055% •.

(10)

-7-3.2 Vetvrije melkdrogestof (vvmds) (zie tabel 2)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond. BKCF -0,02

coz

-0,01 RIKILT +0,02

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalte binnen de laboratoria is 0,059%. In 1982/83 bedroeg deze

0,094%, in 1984 0,080%, in 1985 0,060%, in 1986 0,075%en in 1987 0,053%.

3.3 Zout (zie tabel 3)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond.

RIKILT COZ BKCF

0,00 0,00 0,00

~---~---De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalte binnen de laboratoria is 0,011%. In 1982/83 bedroeg deze

0,030%, in 1984 0,017%, in 1985 0,015%, in 1986 0,012% en in 1987 0,014%.

3.4 pH (zie tabel 4)

Er zijn niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond. Het BKCF vindt lagere waarden dan de beide andere laboratoria. BKCF -0,045

coz

+0,019 RI KILT +0,026

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde waarde binnen de laboratoria is 0,052. In 1982/83 bedroeg deze 0,062, in 1984 0,034, in 1985 0,065, in 1986 0,051 en in 1987 0,056.

3.5 Koper (zie tabel 5)

Er zijn niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond. Het COZ vindt hogere waarden dan de beide andere laboratoria. BKCF -1,8 RIKILT -1,3

coz

+3 '1

(11)

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde

gehalte binnen de laboratoria is 3,9 ~g/kg. In 1982/83 was deze 7,1

~g/kg, in 1984 6,4 ~g/kg, in 1985 7,8 ~g/kg, in 1986 5,4 ~g/kg en in

1987 2' 4 ~g/kg.

3.6 Fosfatase (zie tabel 6)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond.

coz

-0,9 RIKILT -0,8 BKCF +1,8

De standaardah1ijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde

gehalten binnen de laboratoria is 3,8 ~g/g. In 1987 bedroeg deze 4,7 ~g/g.

3.7 Diacetyl (zie tabel 7)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond .

RI KILT -0' 04 BKCF +0,01

coz

+0,03

De standaardahlijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde

gehalte binnen de laboratoria is 0,11 mg/kg.

In 1984 \o7as deze 0,075 rug/kg, in 1985 0,080 mg/kg, in 1986 0,083 mg/kg

en in 1987 0, 14 rug/kg.

3.8 Refractie (zie tabel 8)

Er zijn geen niveauverschillen aangetoond.

coz

-0,02 BKCF +0' 01 RIKILT +0,02

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde

waarde binnen de laboratoria is 0,098.

In 1982/83 bedroeg deze 0,85, in 1984 0,100, in 1985 0,084, in 1986

0,084 en in 1987 0,077.

3.9 Vrije vetzuren (FFA) (zie tabel 9)

Er zijn niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond.

(12)

BKCF

-0,0053

COZ RIKILT

+0,0003 +0,0057

-9-De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalte binnen de laboratoria is 0,005%. In 1982/83 was deze 0,015%,

in 1984 0,011%, in 1985 0,010%, in 1986 0,010% en in 1987 0,007%.

3.10 Peroxide (zie tabel 10)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond.

coz

-0,01 BKCF 0,00 RI KILT +0,01

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalte binnen de laboratoria is voor gehalten tot 1 meq/kg 0,030 meq/kg. In 1982/83 bedroeg deze 0,107 meq/kg, in 1984 0,052 meq/kg, in

1985 0,044 meq/kg, in 1986 0,083 meq/kg en in 1987 0,034 meq/kg.

3.11 Vocht in botervet (volgens Karl Fischer) (zie tabel 11)

Er zijn geen niveauverschillen tussen de laboratoria aangetoond.

RIKILT -0,002

coz

0,000 BKCF +0' 002

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde

gehalte binnen de laboratoria is 0,004%. In 1987 was deze 0,011%.

4 CONCLUSIE/DISCUSSIE

Er zijn kleine niveauverschillen tussen de laboratoria geconstateerd

bij de volgende analyses: pH, koper en vrije vetzuren (ffa).

Het verschil in pH is evenals vorig jaar gebleven, het BKCF vindt weer lagere gehalten dan de beide andere laboratoria.

Het BKCF heeft onderzocht of het verschil mogelijk komt door verzuren

van het serum, dit bleek niet het geval te .zijn.

Het RIKILT zal de komende tijd een ijkbuffervloeistof meesturen met het rondzendmonster boter.

(13)

De niveauverschillen in het kopergehal te zijn gebleven, maar zijn niet

belangrijk omdat t .o.v. de norm (50 ~g/kg) de gehalten die gevonden

worden laag zijn(< 25 ~g/kg).

De niveauverschillen bij vrije vetzuren zijn gering (2e decimaal) en

daarom niet belangrijk.

De standaardafwijking van de verschillen tussen gevonden en gemiddelde gehalten binnen de laboratoria is behalve voor vetvrije melkdrogestof, koper en refractie lager dan vorig jaar.

Voor vvmds en koper is deze met uitzondering van 1987 beter dan

voor-gaande jaren.

Voor refractie is deze met uitzondering van 1984 slechter dan voor -gaande jaren.

(14)

Tabel 1 vocht in boter in l

Laboratorium 1 Laboratoriua 2 Laboratoriu11 3 6e11. per

1e 2e 6e11. 1e 2e Gea. 1e 2e 6ee. r;onster

Lab 1-3 Hanster 1 15.69 15.63 15.660 15.62 15.63 15.625 15.63 15.64 15.635 15.640 Hanster 2 15.53 15.48 15.505 15.54 15.53 15.535 15.60 15.62 15.610 15.550 Hanster 3 · 15.53 15.53 15.530 15.55 15.52 15.535 15.38 15.44 15.410 15.492 Hanster 4 15.59 15.57 15.580 15.63 15.61 15.620 15.54 15.56 15.550 15.583 Hanster 5 15.88 15.89 15.885 15.82 15.84 15.830 15.85 15.92 15.885 15.867 Monster 6 15.50 15.52 15.510 15.55 15.56 15.555 15.45 15.46 15.455 15.507 Hanster 7 15.35 15.34 15.345 15.38 15.40 15.390 15.26 15.26 15;260 "15.332 Hanster 8 15.41 15.42 15.415 15.41 15.37 15.390 15.30 15.3.1 15.305 15.370 Hanster 9 15.22 15.21 15.215 15.19 15.18 15.185 15.14 15.18 15.160 15.187 Monster 10 15.28 15.26 15.270 15.18 15.25 15.215 15.25 15.28 15.265 ·15.250

Gemiddeld per lab ~- 15.492 15.488 15.454 15.478

Afwijkingen van het monstergemiddelde (3 laboratorial ...

Lab 1 Lab 2 Lab 3 Monster 1 .0200 -.0150 -.0050 Hanster

.,

4 -.0450 -.0150 .0600 Hanster 3 .0383 .0433 -. 0817 Nonster 4 -.0033 .0367 -.0333 Monster 5 .0183 -.0367 .0183 Nonster 6 .0033 .0483 -.0517 Hanster 7 .0133 .0583 -.0717 Hanster 8 .0450 .0200 -.0650 Hanster 9 .0283 -.0017 -.0267 Hanster 10 .0200 -.0350 .0150

6em. per lab .0138 .0103 -.0242

(15)

Hanster ·1 1. 28 1.22 1.250 1. 20 1.21 1.205 1.19 1.21 1.200 1.218 Monster 2 1.34 1.29 1. 315 1.21 1.22 1.215 1.01 1.09 1. 050 1.193 Hanster 3 1.34 1.32 L330 1.24 1.27 1. 255 1.26 1.29 1.275 1.287 Monster 4 1.41 1.40 1.405 1.37 1.39 1.380 1.32 1.33 1.325 1.370 Hanster 5 1. 53 1. 57 1. 550 1. 51 1. 50 1. 505 1.46 1.47 1.465 1. 507 Hanster 6 1.29 1.35 1.320 1.27 1.25 1.260 1.34 1.36 . 1.350 1.310 Hanster 7 1.35 1.36 1. 355 1.32 1.32 1.320 :1.26 1.33 1.295 1.323 Hanster 8 1.18 1.18 1.180 1.21 1.22 1.215 1.22 1.23 1.225 1.207 Monster 9 1.39 1. 41 1.400 1.34 1.35 1.345 1.45 ' 1.46 1.455 1. 400 Monster 10 1.15 1.16 1.155 1.30 1.29 1.295 1.24 1.25 1.245 1.232

Geaiddeld per lab ·· 1.326 1.300 1.289 1. 305

Afwijkingen van het monstergemiddelde (3 laboratoria) Lab 1 Lab 2 Lab 3

Nonster 1 .0317 -.0133 -.0183 Monster 2 .1217 .0217 -.1433 Nonster 3 .0433 -.0317 -.0117 Henster 4 .0350 .0100 -. (1~50 Monster 5 .0433 -.0017 -.0417 Hanster 6 .0100 -.0500 .0400 Monster 7 .0317 -.0033 -.0283 Nonster 8 -.0267 .0083 .0183 Nonster 9 .0000 -.0550 .0550 Hanster 10 -.0767 .0633 .0133 6e111. per lab .0213' -.0052" -:0162 s(v) .0516: .0351 .0559

(16)

Tabel 3 zout in boter in l

Laboratoriu11 1 Laboratorium 2- Laboratoriua 3 Gea, per

1e 2e Gee~. 1e 2e Gea. 1e 2e Ges. monster

Lab 1-3

Nonster 1 .51 .51 .510 .52 . 51 .515 .52 .51 . 515 .513

Monster 2 .4a .46 .470 .47 .4a .475 .49 .49 .490 .47a

Monster 3 .44 .44 .440 .45 .46 .455 .46 .46 .460 .452 Nonster 4 1.00 1.01 1.005 --1.03 1.03 1.030 1. 02 1. 02 1.020 1.018 Henster 5 1.12 1.11 1.115 1.11 1.12 1.115 1.11 1.11 1.110 1.113 Hanster 6 .49 .49 .490 .49 .50 .495 .51 .51 .510 .49a Henster 7 .35 .35 .-350 .34 .34 .340 .35 .36 .355 .34a Monster a .52 .52 .520 .51 .51 .510 .51 .51 .510 .513 Nonster 9 .49 .49 .490 .47 .48 .475 .46 .46 .460 .475 Henster 10 .52 .52 .520 .48 .50 .490 . 51 .51 . .510 .507

Geaiddeld per lab .591 .590 .594 .592

Afwijkingen van het aanstergemiddelde (3 laboratoriaf Lab 1 Lab 2 Lab 3

Monster 1 -.0033 .0017 .0017 Monster 2 -.0083 -.0033 .0117 Monster 3 -.0117 .0033 .0083 Henster 4 -.0133 .0117 .0017 Nonster 5 .0017 .0017 -.0033 Nonster 6 -.0083 -.0033 .0117 Henster 7 .0017 -.0083 .0067 Nonster a .0067 -.0033 -.0033 ... Henster 9 .0150 .0000 -.0150 Honstér 10 .0133 -.0167 .0033 Gem. per lab -.0007 -.0017 .0023

(17)

Tabel 4 pH in bo;er

Laboratoriu1 1 Laboratorium 2 Laboratorium 3 6em. per

1e 2e Gem. 1e 2e Gem. 1e 2e Gem. monster

Lab 1-3 Hanster 1 5.12 5.14 5.130 5.01 5.01 5.010 5.05 5.04 5.045 5.062 Hanster 2 4.87 4.88 4.875 4.94 4.93 4.935 4.80 4.82 4.810 4.873 Hanster 3 5.06 5.06 5.060 5.08 5.08 5.080 4.97 4.98 4.975 5.038 Monster 4 4.70 4.71 4.705 4.85 4.85 4.850 4.64 4.64 4.640 4.732 Hanster 5 5.05 5.07 5.060 5.01 5.01 5.010 5.05 5.06 5.055 5.042 Monster 6 5.07 5.08 5.075 5.01 5.02 5.015 4.94 4.94 4.940 5.010 Hanster 7 5.35 5:36 5.355 5.30 5.30 5.300 5.32 5.34 5.330 5.328 Monster 8 5.62 5.63 5.625 5.65 5.65 5.650 5.56 5.56 5.560 5.612 Hanster 9 4.71 4.71 4 .,710 -4.74 4.75 4. 745 4.58 4.58 4.580 4.678 Hanster 10 5.38 5.38 5.380 5.31 5.31 5.310 5.33 5.33 5.330 5.340

6eaiddeld per lab - _ 5.098 5.091 5.027 5.072

Afwijkingen van het 1onste~gemiddelde (3 laboratoriaf

Lab 1 Lab 2 Lab 3

Hanster 1 . .0683 -.0517 -.0167 Monster 2 .0017 .0617 -.0633 Hanster 3 .0217 .0417 -.0633 Hanster 4 -.0267 .1183 -.0~17 Monster 5 .0183 -.0317 .0133 nonster 6 . 0650 .0050 -.0700 Monster 7 .0267 -.0283 .0017 Monster 8 .0133 .0383 -.0517 Hanster 9 .0317 .0667 -.0983 Hanster 10 .0400 -.0300 -.0100

6em. per lab .0260 .0190 -.0450

(18)

T~bel 5 koper in boter in ug/kg

Laboratorium 1 Laboratorium 2 Laboratoriu111 3 Se;. per

le 2e 6e11. le 2e Se;. 1e 2e Gem. AJonster

Lab 1-3 Monster 1 11.00 12.00 11.500 26.00 26.00 26.000 14.00 14.00 14.000 17.167 Monster 2 20.00 21.00 20.500 29.00 29.00 29.000 '22.00 22.00 22.000 23.833 . Monster 3 24.00 25.00 24.500 21.00 21.00 21.000 22.00 20.00 21.000 22.167 Monster 4 14.00 16.00 15.000 19.00 19.00 19.000 12.00 12.00 12.000 15.333 Monster 5 13.00 17.00 15.000 10.00 10.00 10.000 14.00 12.00 13.000 12.667 ~onster 6 6.00 8.00 7.000 14.00 15.00 14.500 7.00 7.00 7.000 9.500 Monster 7 17.00 19.00 18.000 15.00 15.00 15.000 20.00 20.00 20.000 17.667 Monster 8 14.00 15.00 14.500 19.00 20.00 19.500 18.00 16.00 17.000 17.000 Monster 9 14.00 14.00 14.000 16.00 ' 17.00 16.500 8.00 8.00 8.000 12'. 833 Monster 10 5.00 6.00 5.500 19.00 19.00 19.000 8.00 6.00 7.000 10.500

Gemiddeld per lab 14.550 18.950 14.100 . 15.867

Afwijbngen van het 11onsterge11iddelde (3 laborator·ia)"

Lab 1 Lab 2 Lab 3

Monster 1 -5.6667 8.8333 -3.lb67 Monster 2 -3.3333 5.1667 -1.8333 Monster 3 2.3333 -1.1667 -1.1667 Hanster 4 -.3333 3.6667 -3.3333 Monster 5 2.3333 -2.6667 .3333 Monster 6 -2.5000 5.0000 -2.5000 Monster "7 .3333 -2.6667 2.3333 Monster 8 -2.5000 2.5000 .0000 Hanster 9 1.1667 3.6667 -4.8333 Monster 10 -5.0000 8.5000 -3.5(100

GelD. per lab -1.3167 3. 0833 -1.7667

(19)

Monster 1 17.00 17.00 17.000 12.30 13.60 12.950 15.00 16.00 15.500 15.150 Monster 2 16.00 17.00 16.500 10.00 10.00 10.000 14.00 14.00 14.000 13.500 Monster 3 40.00 40.00 40.000 48.50 49.60 49.050 61.00 60.00 60.500 49.850 Monster 4 10.00 10.00 10.000 9.00 8.00 8.500 12.00 13.00 12.500 10.333 Monster 5 5.80 4.90 5.350 5.30 5.30 5.300 6.00 5.80 5.900 5.517 Hanster 6 8.00 8.00 8.000 11.00 12.00 11.500 11.00 11.00 11.000 10.167 Monstér 7 52.00 49.00 50.500 45.90 48.80 47.350 47.00 48.00 47.500 48.450 Hanster 8 18.00 18.00 18.000 13.60 14.20 13.900 19.00 20.00 19.500 17.133 Monster 9 15.00 14.00 14.500 18.20 18.40 18.300 20.00 20.00 20.000 17.600 . Monster 10 16.00 16.00 16.000 18.60 18.10 18.350 15.00 16.00 15.500 16.617

Gemiddeld per lab 19.585 19.520 22.190 20.432

Afwijkingen van het monsterge•iddelde (3 laboratoriar

Lab 1 Lab 2 Lab 3 Monster 1 1.8500 -2.2000 .3500 Monster 2 3.0000 -3.5000 .5000 Hanster 3 -9.8500 -.8000 10.6500 Monster 4 -. 3333 -1. 8333 2.11!67 Monster 5 -.1667 -.2167 .3833 Hanster 6 -2.1667 1.3333 .8333 Monster 7 2.0500 -1.1000 -.9500 Monster 8 .8667 -3.2333 2.3667 Hanster 9 -3.1000 .7000 2.4000 Hanster 10 -.6167 1.7333 -1.1167 Gem. per 1 a·b -.8467 -.J117 1. 7583 s(v) 3.6826 1.8185 3.3652

(20)

Tabel 7 diacetyi in boter in mg/kg

Laboratorium 1 Laboratorium 2 Laboratorium 3 Ges. per

1e 2e Ge;. le 2e Gem. 1e 2e Ge11. ~ons ter

Lab 1-3 Monster 1 1.38 1.39 1.385 1.13 1.15 1.140 1. 29 1.29 1.290 1.272 Monster 2 .80 .85 .825 .75 .75 . 750 .81 .83 .820 .798 Monster 3 .40 .46 .430 .41 .35 .380 .53 .53 .530 .447 Nonster 4 .95 .99 .970 .93 .89 .910 .97 .95 .960 .947 Monster 5 1.11 1.12 1.115 1.24 1.25 1.245 1.03 1.05 1.040 1.133 Monster 6 .60 .64 .620 .69 .68 .685 .76 .77 .765 .690 Monster 7 .91 .89 .900 .91 .93 .920 .96 .97 .965 .928 Henster 8 .20 .21 .205 .52 .50 .510 .31 .30 .305 .340 11onster 9 .14 .15 .H5 .53 .50 .515 .30 .30 .300 .320 11onster 1.. 0 .22 .22 .220 .56 .52 .540 .37 .39 .380 .380

6e1iddeld per lab .682 .760 .736 .726

Afwijkingen van het Ionstergemiddelde (3 laboratorial Lab 1 Lab 2 Lab 3 Henster 1 .1133 -.1317 .0183 Monster 2 .0267 -.0483 .0217 Monster 3 -.0167 -.0667 .0833 11onster 4 .0233 -.0367 .0133 Monster 5 -.0183 .1117 -.0933 Henster 6 -.070(1 -.0050 .0750 Henster 7 -.0283 -.0083 .0367 11onster 8 -.1350 .1700 -.0350 11onster 9 -.1750 .1950 -.0200 Monster 10 -.1600 .1600 .0000

Gem. per lab -.0440 .0340 .CHOO

(21)

Monster 1 42.30 42.31 42.305 42.26 42.27 42.265 42.10 42.11 42.105 42.225 Monster 2 41.54 41.55 41.545 41.55 41.54 41.545 41.60 41.60 41.600 41.563 Monster 3 42.18 42.19 42.185 42.07 42.07 42.070 42.18 42.20 42.190 42.148 Monster 4 41.55 41.54 41.54 5 41.66 41.65 41.655 41.66 . 41.70 41.680 41.627 Monster 5 41.65 41.66 41.655 41.37 41.38 41.375 41.70 41.72 41.710 41.580 Monster 6 41.56 41.56 41.560 41.65 41.64 41.645 41.38 41.40 41.390 41.532 Monster 7 41.57 41.58 41.575 41.50 41.50 41.500 41.48 41.48 41.480 41.518 Monster 8 41.64 41.63 41.635 41.60 41.58 41.590 41.48 41.53 41.505 41.577 Monster 9 41.63 41.63 41.630 41.56 41.56 41.560 41.74 41.74 41.740 41.643 Monster 10 41.79 41.82 41.805 41.82 41.82 41.820 41.93 41.95 41.940 41.855

Gemiddeld per lab . 41.744 41.703 41.734 41.727

Atwij~ingen van het constergemiddelde (3 laborato!ia·)

Lab 1 lab 2 Lab 3

Monster 1 .0800 .0400 -.1200 Monster 2 -.0183 -.0183 .0367 Monster 3 .0367 -.0783 .0417 Monster 4 -.0817 .0283 .0533 Monster 5 .0750 -.2050 .1300 Monster 6 .0283 .1133 -.1417 Monster 7 .0567 -.0183 -.0383 Monster 8 .0583 .0133 -.0717 Monster 9 -.0133 -.0833 .0967 Monster 10 -.0500 -.0350 .0850

Sem. per lab .0172 -.0243 .0072

(22)

Tabel 9 vrije vetzuren (FFA! in botervet in ~

.

Laboratorium 1 Laboratorium 2 1e 2e Sea. 1e 2e Monster 1 .30 .30 .300 .29 .29 Monster 2 .23 .24 .235 .24 .24 Hanster 3 .28 .28 .280 .27 .28 Monster 4 .19 .19 .190 .19 .19 Henster 5 .25 .24 .245 .23 .24 Henster 6 .25 .25 .250 .23 .23 Monster 7 .25 .25 .250 .23 .24 Hooster 8 .23 .24 .235 .23 .23 Henster 9 .23 .24 .235 .-.23 .23 Henster 10 .20 .21 .205 .21 .21

Gesiddeld per lab .243

Afwij~ingen van het monsterge~iddelde (3 laboratorial

Lab 1 Lab 2 Lab 3 Hooster 1 .0100 .0000 -.0100 Hooster 2 .0017 .0067 -.0083 Henster 3 .0050 .0000 -.0050 Henster 4 .0033 .0033 -.0(167 Honster· 5 .0083 -.0017 -.006.7 Monster 6 .0133 -.0067 -.0067 Henster 7 .0117 -.0033 -.0083 Henster 8 .0033 -.0017 -.0017 Henster 9 .0033 -.0017 -.0017 Henster 10 -.0033 .0017 .0017

Sem. per lab .0057 -.0003 -.0053

s(v) .0051 .0037 .0037 Laboratoriu; 3 Sem. 1e 2e .290 .28 .28 .240 .22 .23 .275 .27 .27 .190 .18 .18 .235 .23 .23 .230 .23 .23 .235 .23 .23 .230 .23 .23 .230 .23 .23 .210 .21 .21 .237 Se;. .280 .225 .270 .180 .230 .230 .230 .230 .230 .210 .232 Sea. per monster· Lab 1-3 .290 .233 .275 .187 .237 .237 .238 .232 .232 .208 .237

(23)

Monster 1 .91 .91 . 910 .81 .81 .810 .85 .84 .845 .855 Monster 2 .17 .17 .170 .17 .16 .165 .12 .13 .125 .153 Monster 3 1.01 1.02 1. 015 .96 .92 .940 .94 .95 .945 .967 Monster 4 .14 .14 .140 .13 .14 .135 .12 .13 .125 .133 Monster 5 .19 .19 .190 .17 .18 .175 .18 .18 .lBO .182 Monster 6 .17 .18 .175 .13 .13 .130 .21 .21 .210 .172 Monster 7 .21 .22 .215 .14 .15 .145 .20 .20 .200 .187 Monster 8 .22 .22 .220 .22 .22 .220 .20 .20 .200 .213 Monster 9 .21 .21 .210 .22 .22 .220 .22 .22 .220 .217 Monster 10 .16 .15 .155 .22 .23 .225 .19 .20 .195 .192

Gemiddeld per lab .340 .317 .325 .327

. AfwijKingeh van het monsterge~iddelde (3 laboratorial

Lab 1 lab 2 Lab 3

Monster 1 .0550 -.0450 -.0100 Monster 2 .0167 .0117 -.0283 Monster 3 .0483 -.0267 -.0217 Monster 4 .0067 .0017 -.OQ83 Monster 5 .0083 -.0067 -.0017 Monster 6 .0033 -.0417 .0383 Monster 7 .0283 -.0417 .0133 Monster 8 .0067 .0067 -.0133 Monster· 9 -.0067 .0033 .0033 Monster 10 -.0367 .0333 .0033

Gem. per lab .0130 -.0105 -.0025

(24)

Tabel 11 vocht in b~tervet (Karl Fischer) in X

Laboratoriulil 1 Laboratorium 2 Laboratoriu; 3 Ges. per

1e 2e Ge;. 1e 2e Ge;. 1e- 2e Gelll. monster

Lab 1-3 Monster 1 .06 .06 .061 .07 .07 .073 .OB .OB .079 .071 Monster 2 .11 .10 .105 .10 .10 .096 .11 .11 .10B .103 Hanster 3 .04 .04 .044 .05 -.05 .050 .04

.os

.045 .046 , . Monster 4 .05

.

os

.046 .05

.os

.050

.

os

.06 .056 .050 Monster 5 .11 .11 .112 .11 .11 .114 .11 .11 .112 .112 Monster 6 .10 .10 .100 .10 .10 .100 .10 .10 .102 •. 100 Monster 7 .10 .10 .097 .10 .10 .099 .10 .10 .100 .09B Monster 8 .09 .10 .095 .10 .10 .096 .10 .10 .103 .098 Hanster 9 .10 .10 .099 .09 .10 .095 .10 .10 .096 .096 Nonster 10 .09 .09 .089 .09 .10 .094

.

OB

.09 .OBS .089

Ge~iddeld per lab .084 .086 .088 .086

Afwij~ingen van het ;onstergemiddelde (3 laboratoria)"

Lab 1 Lab 2 Lab 3 Monster 1 -.0100 .0020 .0080 Monster 2 .0022 -.0073 .0052 Hanster 3 -.0023 .0037 -.0013 Monster 4 · -.0048 -.0008 .00.57 Monster 5 -.'0008 .0012 -.0003 Monster 6 -.0008 -.0008 .0017 Monster 7 -.0018 .0007 .0012 Hanster 8 -.0032 -.0017 .0048 Monster 9 .0023 -.0017 -.0007 Monster 10 -.0003 .0047 -.0043

Gem. per lab -.0020 -.0000 .0020

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In de komende twaalf jaar is het daarvoor nodig om:  het concept MaxiMi in een select aantal pilotgebieden te evalueren en een verbetering van de waterkwaliteit te waarborgen; 

De asfaltafwerker kiest de juiste gereedschappen, materialen en middelen en controleert ze, gebruikt ze zorgvuldig, efficiënt en effectief , en onderhoudt ze, zodat het

Wageningen Environmental Research beheert diverse modellen die gebruikt worden voor de toelatingsprocedure van gewasbeschermingsmiddelen. FOCUS_TOXSWA is een van

De balkman kiest de juiste gereedschappen, materialen en middelen en controleert ze, gebruikt ze zorgvuldig, efficiënt en effectief, en onderhoudt ze, zodat het asfalteerwerk goed

Hij kiest de juiste materialen en gereedschappen voor de werkzaamheden, is bekend met de neveneffecten, beperkingen en mogelijkheden hiervan zodat de zorgvragers materialen

 door een gespecialiseerd bureau of door de regionale diensten voor arbeidsbemiddeling, voor rekening van de werkgever.  omvat: analyse van vaardigheden en behoeften, begeleiding

PROEFSTATION VOOR DB GROMTBN- 5N FRUITTEELT ONDES GLAS TB NAALDWIJK... Proefveld gespoten 13

Gewenst resultaat De praktijkopleider heeft het opleidingsplan, het indivuele leerproces van de deelnemer, de begeleiding uitgevoerd door de werkbegeleiders en de begeleiding van