• No results found

De kartering van W-Schouwen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De kartering van W-Schouwen"

Copied!
34
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

HW3i3gt,2WM,l>

0 = o = = o = C D = ~>l=§ . & . = 0 = c n = < D = —1 = s — [ — ^ ^ _ r — ^ = o ^ = c ==> — —1 ^ = C ) '^

door Ir P.du Barok.

Het wastcl&$k daal va* iaat allaad Sf)MWl% *•*

«M ward gekarteerd, b«at»et uit «e»

&•* eU«*HJke âala) tar groatte

1500 am* aaa deal m het wadgebied «a 4* «m;

éi« sevel bestaaddel«a *»*de laatste al» va* '6k aamftUTBnt

tiag bevatte», taaaaua ©a 500 ha.

* Bet doel T«B bat werk wa», het asm hat §

vaoat «i^Bde deel van Scheme» (gekarteerd te abriebt

^w^w ^Bpa^ajapia^^Ä^a^w^avaw "V wr^j^e<'jB> w^RieN^BiA^w^affi^Ka^wFX ^P WPwe>^ ^ A ^ ^ M H M a ^ W •^y^PaPaaPPaMW^rTPWa^aiEg!

••Ttol|«iaf •«» ee»: a#g«**ed geheel, ayiwuiii là kaart t* breagen «a daarbij gegevens ta versaaelaa batraff «ad« «• M a * la hat geblad, «aar va«! fruitteelt la

al Su verba**»at beoordeling vaa uitbreldiag deaar caltear. .lat «ark la in da h*rf tt a» «later «au' 1948 verricht.

• J / ' X - Î

<?>

Taor da in hat karteriagagebled gelefea W&MttKÈSKU

da lege»** gebezlfd, dia voer feat overige (a.X.T.Ir *.F» ;''

Kalpers gekarteerde) Zealand .1« toegepaat.

™ ^^^^^w* ^^v^v jg^^Hn^^B^Bee^vv^^^^B^H^g^sBg^e^^^ viapE^^ ^^^1^^^» ^aaiB^aivf^^eaft^HM^aBa ^ge^eT^?^a*^p}BB»^Bw|ae' •HPS^^^^^^^^>^*^^?«C!Ç

#p hat groadvatorBell i s d* »e»er.(ßr wardt hier gedaaM ,

• 9 da laagate grodrfeater«tand, kenbaar aan #* limn an in peg

inm «• door ijxerafsettingen raad gekleurd« gOa^s*«« l a d *

e*sHf™?~^P'S^gf^"^^srBjF ep^Bw^flaaajtiBBF « M ^ e r e a w v v W w W^BF«> 4psBBMa*seji^gTne»sei ^B»ae^BF«pap*e»^ST •a^^^^aajHK|p ^asPfe^^aa^ai^

(2)

'A4. 'P* -il.fW'* * ..•>•-; ' V -^V.ï">" ' Btf*vV v s ^ -'*.

K*-^

^tr

\ v > # < . • • • "AS »fa-;*¥ - # . ?5Ä • <4 ^

(3)

vier

-

p.

- . .

$ft 3* (gread*ater,pl.au 8Q-10Qe» «aster aaatvelt}

; ï» e • * i®@-i2@ * «• • ;©» 4 ( • • • 120-34® « » • •

reed streepje* (Da 0 . ( « m * * * orttaio « Set iraausgehalte t s l a drie trappen aangegerea en welt

aatig hussushoudeiMl = llchtbrulme stippellag.

ge«* " tot ïmausrijk « doaksrbrufae stippelimg« Be ^ag*Cg«l>roi6«a> greaâeau wa&rMj gref (4ala)s*a* i m s * 4e wadsedimeBtea duidelijk aanpésig Is» l i j * a&agegevea, èU***y het symbool Cz (het eerste letterteken heeft betrekkin« op ce-ment, i . v . s . i e waargsaoaea oagfmstlg« structuur ea de £ op

I).

Qaderacheid is gesa&kt ni-.&r het *lib£*b.alte:

C«l ês&mmM set «einig slib (tot pl.au 15*) liehtgeel ast rade streepjes. €i2 lichte s*rr«lf tot geei 20$ slib. geel idea.

C*3 semre aavel groen •

€s4 klei felsav «

Ses« types zlja lm te slem met de ooraale wadaf setting«*,

1» zoverre Cxi em 8*2 al* stream? Cz3 als oT*rgaagsgro«d ea C»4

els komgroïid Is te beschouwen, slechts met verschil, dat greTsaad

Mjfeaesga Is.

Ia mm deel *am het gekarteerde gebied is de profielopbou» echte* zodanig, dat van koE-(poel)groad en overgang d&artoe niet kea

* orden gesproken, «maat de grond naar beneden tee «eer staresü

karakter verkrijgt. Er is dan la zekere sin vas e em kem*laag«

sprake. BIJ d© Ca3 is in dit geval een seer bleekgroene tint

ge-bruikt. Op «•. stigfMssfcsmrt is de asawezigheid va» bijv. liehte

tassen 50 ** en 100 ca. diepte ia het profiel

door achter 4e Cs-aanduiding B2 te plaatse«* Teer

ultaeöderlagsgevaUen is eek nog Cs S/4, ingewei*. W«

(4)

3

-hieraan toe, dat t e zonder nadere aanduiding »teed» t e hebben s e t een liehtzaveiige bouvvoor, deee 1« a l s eea deel van het stroomprofiel t e beschot»«».

Wasteer de bedoelae »vare laag minder mltgesoFOkes os n i e t diep r e i k t (weiaig voorbij 50 ae.) i s de idee Tam

strooagroas aangehouden X s e t zwaardere lagen k u i , âl« a l s zodanig «orden aangegeven* Opgeserkt z i j nog, dat een zware l a a g , âl® eerst na 50 e s . o.a. begint op da gebruikelijke wijze i s asagedui«, waarbij de bovenlaag a l s hoofd typ* I s beschouwe en de zware op de gebruikelijke wèjze s e t bijv. dd l » aangegeven.* Ook andere gebruikelijke aanduidingen kunnen aan deze Cx z i j a toegevoegd.

De lagen komen met aase i a de Burgn en Westland voer« I « een deel vas « i t gebied (onder Bargsluis) t r e e d t minder grof 2 S B I op e* vervalt de e z . l i e r i s gebruikt het teken

K(van (E)o*iift*g), waarbij Kc,£b e s Ka overeenkomen i a

zwaarte s e t de reap.reeks C«3,Cs3/4 en 0*4» $® *•*• streping i s hier weggelaten.

3* twMfflfflW ^ PP P^ip^APT«

Met betrekking t o t die gebroken gronden s e t avare laag

•ft

l a het p r o f i e l , zoals l a 4« y-j-ltfor Burgh en Westland voorko-men moet nog gewezen worden op het karakter van éeze zware lagen. 2e makes vaak de Indruk vas knik, doen wel *zenlg" aam, s l j a in het algeseea sterk slhoudend es i n veel ge-vallen weinig of s l e t koolxurekalkhoudend, doen velgen» de waaraeaingeÄ i s d i t l a a t s t e geen algesene r e g e l .

Zoals de kaart l a s t sten, koaen «# sware plekken vooral a l s «llasd'jes voor (r.ulks volgens de globale wijze vas karteren welke i s gevolgd), ea soa s op p l a a t s e * waar sen ze velgems de topografie s l e t zou verwachten, bijv., os-middellijk bi j kreaverlepeaâe s l o t e n , die de indruk mken, vroegere stroosdradea voor t e s t e l l e s . Bareateges vormen e*

(5)

4.

-lichtere stroomgrondem vaak een samenhangend geheel tot

uitdrukking komende la het grote stroomgebied laag s de

Meel-dljk (op deze afzetting Is de Äeeldijk ook aangelegd).

Even-vel blijken strooagrondon im hua lichte samenstelling niet

steeds door te lopen en stuiten se op een «fsetting, waarin

een leemlaag lm meer of mindere graad is ontwikkeld. We

ko-men hierop nog terug»

Anderzijds komen In het gekarteerde gebied gronden voer

die »eer aam eehter kom-(peel-) en evergangsgromdem daartoe

doen denken. De dnlnsandbljmenging Is dan vaak niet groot of

slechts in de bovenste laag van 50 o«.» In «elk geval se als

hoofdtype zijn beschouwd en aangegeven. Deze gronden blijken

ook vaak iets lager gelegen te sljn dan de omgeving en een

hunusrijke bouwvoor te bezitten« De lichtere gebroken

grond-typen liggen langs de rand van de duinen of zandvlakte

(tus-sen Haamstede en Renesse), doen blijkens de kaart ook op vrij

aanzienlijke afstand daarvan verwijderd, waarbij opvalt» dat

het profiel lagen grefsand kan bevatte« (»et dichte, rode

stippeling aangegeven). Het grove sand blijkt steeds koolxiwe

kalkloos te zijn on het voorkomt

het afkomstig van de fijnzandige (stroom-)afzettingen.

lom vrij juist oppervlak bestaat mit donkere oude

cultuur-grond, vooral bij Buyk, voorts te Haamstede* lestenschottvem

on Kemesse. Deze grond is vaak lieht van samenstelling

(slib-gehalte laag) en door duimsamd bljnenging gebroken.

Het gekarteerde zendgebied (buiten het eigenlijke

ter-rein) is voor een belangrijk gedeelte humusrijk on bij oen

betrekkelijk hoge grondwaterstaad, vochtig sand. Bet wordt

vooral langs de duinen en het randgebied in do zandvlakte

tussen Haamstede en Renesse. Behalve het huaaisrijke type

verspreid voor vochtig zand dat minder humus bevat.

(6)

5

-Tochtige, huaeuse s&ad i s te rinden, a i s t stelden

Het saad van de grote vlakte (de «polder«), westelijk van de l i j » Haasstede-Renesse, I s grotendeels huausara en in de uitgesproken gevalle» met P (»poldergroad") t a de

docteenta-têekaart asagegevea.

Be D M e» Bso-saadgroadea koaaa verspreid voor, zijn

liet droogst, huffiusana ea als zodanig als sainder goede polder

grondent© besohoasea. Vooral dese liggea aog raak in eea

nagenoeg natuurlijke toestand als "köpjesterrela*.

De zandgronden zijn vrijwel steeds diep (la het algemeen

minstens 75 ca) koolsuur kalkloas.

4* Isdare bodeakaadlge ea geologische beseaoawlag rm het

gt-kwartiertje gebied.

Besiea we eerst het poldertJe Bargh en Westland, dan

aeaea w© van dit gebied te aoetea vaststellen, d&t bet

gro-tendeels als "strooagebied" dient te «orden beschouwd, «aar

sleb onder bepaalde ©ast&adighedea zware en tevens »aak

kalk-arme koalagen hebbes kunnen ontwikkelen. Eet

eiadlgea vma geb.ee! lieïite afsettiagea aoet mm sieh wel

al-dus voorstellea» dat het strooasediateat sieh onder de zware

lagen voortzet. De se laatst ®. .hebbes sieh aiogelijk gevorad

la lagere gedeeltea van de strooaafsettlag, waar la els:

ge-val de strooBKtxftËtiMgsaelhaid aaasiealijk Blinder was* In

boeverre bierbij sprake is van verplaatst sediaeat (koagread?]

©f vaa eea autocnthone afsetting, kan op grond vaa de

versa-aelde gegeven» aiet worden vastgesteld. Het uraarge&oBea feit,

dat een volgens de topografie aan te nemen strooadraad

(gebo-gen sloot, stas 11 e,laag gelegea stroken ) begrensd

wordt door groad attt zwaardere lagea soa op groad vaa een

door snijding vaa oudere afzettingen door stroaea alt meer

(7)

6

-zijn vaa erosie zonder daaropvolgende sedimentatie. Het gehele beeld vaa het poldertje Burgh en «estland Is ook wel dat van een gebied waarop de see achtertereenvolgende malen invloed heeft uitgeoefend en de Meeldijk aaagelegd ter kering van de la het laad indringende see, die een grens vormt van

dit poldertJe is hiervoor eea duidelijke aanwijzing. Overigens is van dit gebied bekend, dat het aaa menigvuldige overstro-mingen heeft blootgestaan (Zie hiervoor eek A.W.Vlaa: Histo-risch-morphologisch onderzoek vaa Zeeuwse eilanden).

Zoals reeds vermeld, zijn echter ook hier de veer eea

»normaal« stromen- ea kommenlandschap kenmerkende onderdelen aan te wijzen. Behalve de stroomgronden laags de Meeldijk,

die eea samenhangend geheel vormen, komt eea doorlopende strooi veer bij Westeaschouwea op enige afstand aaa de zeezijde (aaa de zeezijde) vaa ea parallel met de Achterweg, die naderhand aageaeeg samenvalt met het trace vaa eea landweg, die iets Beer aaar het oosten afbuigt. Deze stroom is opmerkelijk van-wege de hege ligging t.o.v. het omringende laad ea de geringe breedte (weinige tientallen Ms) Verder bestaat het profiel

k^lkloos

op veel plaatsea uitsluitend uit grofzaad, terwijl ook vel fijnzandige, kalkhoudende lagen tussen het grove

kunnen voorkomen, eea verschijnsel, dat - seals we ook verder aeg zullen siea - ia oas karteringegebied algemeen verbreid is ea «aanzit blijkt, dat afzetting uit stromend water heeft plaats gevonden. Dat dit ook voor het grove saad geldt Is

alet onmogelijk, hoewel aaa het volstuiven vaa vroegere kre-ken met duinzand ware te denkre-ken. Het feit echter, dat de

afzettingen vaa grof saad aog tamelijk ver uit de duinstrook voorkomen (ook verder vaa Westeasehouwea af ia deze strooa-baan), maakt de af zettlag uit water wel waarschijnlijk. Ter« der siJa aanwijzingen verkregen, dat het materiaal grofkorre-lig er kan si Ja daa het duiazaad, wat verplaatsing door eea

(8)

7

-krachtige strooœ suggereert, ?aa belaag !• ook

rning, gedaan aaa een slootproflel dwars door des« strooaaf-zetting, «at het materiaal ia gedeponeerd 1 B eea laagte vaa een afzetting vaa zwaardere samenstelling, waardoor de ia-drak wordt gewekt van een erosiegeul, opgevuld aet grof-korreliger materiaal. Op de kaart is nabij Westenschouwen het

voorkomen vaa komgrond aangegeven op een plaats aam weerszij-den ven deze »trees. Eet is mogelijk, dat hier eem doorsnij-ding van een kerngebied deer de stroom heeft plaats gevonden.

lea som sich verder eek kunnen voorstellen, dat het kern-gebied oorspronkelijk een grotere uitbreiding heeft gehad, dech door sieh uitbreidende stromen, die stroomafzettlngen, al of niet met zware lagen la het profiel, tengevolge hadden, zijn verkleind tot gering aantal thans aanwezige vrij kleine keagehiedea. Wellicht is echter de hier bedeelde smalle baan ia eem andere periode en oader omstandigheden (hij

snelle stroming) ontstaan, teem de overige stroeaafaettinge» i.v.rn. de grovere samenstelling van het materiaal. Gelijk-soortige baaea met een laag grof «and ia het profiel kenen op nog aadere plaatsen ia de polder Burgh ea Westland weer. Ze zijn soms zeer saai, aaar meestem grotendeels ia kaart ge* bracht; eea sliagereade baaa aas eek op eea luchtfoto duide-lijk zichtbaar. Deze banen vallen gemakkeduide-lijk op deer eea duidelijk ongunstiger stand wan het gewas (suikerbleten rea-geren sterk) • Ze liggen echter alet hoger daa de omgeving,

hetgeen eea gevolg kan sija vaa egalisatie vaa terrein.

Anderzijds is eehter waargenomen het verschijnsel, dat iets lager gelegen grond Blader grof saad kaa bevatten daa het omliggende terrein, terwijl hij het laatste eek duidelijker uitgesproken zware lagea optreden. De lagere stroken hebben •eer iet karakter vaa fljasaadige stroostgrond. 0©k hier moet worden gedacht aaa uitschurende verklag dear het water,

(9)

«ea-r

. g

-der dat evenwel aM&tj«xisftxgcissfe*xxiEii 14 belangrijk« mate

nieuwe accuanJatie heeft plaats gehad.

Het prefielomderzoek van de gebroken (veelal) lichte

gronden tussen lestemschouwen en *emesse heeft aaswijzingen

verschaft nitraat een vrij uitgebreid stroomgebied im

vroe-ger tijd tussen deze plaatsen. Hier dient te worden gewesen

op het feit» dat volgend historische gegevens (ook oude kaar*

ten) een stroom, waarschijnlijk onder de naast Sohelverimghe

•an Renesse naa%het stilden liep langs Haamstede. Deze stroom

was omstreeks 1300 wel niet zeer aanzienlijk, in de XXXe

een» zou deze echter een scheiding hebben gevormd tassen

het duingebied en het overige Schouwen ( eerste streek

gold dan ook als één van de z.g. "zes delen", waaruit

Schou-wen eertijds bestond), terwijl volgens A.W.Vla* de naam o.a.

in een charter van 1291 wordt genoemd. Deze schrijfster

staat evenwel enigszins sceptisch tegenover de betekenis

van deze stroom, zulks ook i.v.m. het voorkomen van veen in

het prof iel, de afwezigheid waarvan voor haar een criterium

vormt van een streombeddlmg) waarbij het veen door de stroom

is aangetast.

Het verrichte prefielenderzoek heeft ons evenwel deze

conclusie in twijfel doen trekken. Wel bevatten de profielen

op vele plaatsen veel grof duinzand en overweegt dit zelfs

la het bodemmaterlaal en in verband met de nabijheid van de

duinen en de zandvlakte vormt dit geen aanwijzing voor de

aanwezigheid van een vroegere stroom. Evenwel Is dit zand

meer of minder slibhoudend en worden deze gronden niet

zel-den afgewisseld, zowel stratografisch ais In een en hetzelfde

profiel door duidelijke, kalkhondende, fljnsandlge

stroom-afzetting. Voorts is op verschillende plaatsen, o.a. aan de

duiazijde van Burgh en bij Haamstede onder een laag duinzand

(10)

9

-la voorts nog, het voorkomen V & B wrlj «ware, kalkarme klei

la profielen van overigens »eer lieht« samenstelling «a «el

seer locaal of zelfs als lenzen of brokstukke», aanwezig in

eenzelfde profielkuil. We schrijven, dit toe aan de eroderende

werking van stromend water, dat een klei-oppervlak heeft

aangetast, waarvan de raste» thans nog In de nieuwe afzetting

zijn aan te treffen. Dit la no. van Haamstede vai

Deze feltem wijzen op een stroom van aanzienlijke

die hier -vroeger bestead ia de nabijheid wan de

Dit dalmaand heeft sieh vermoedelijk verplaatst

gewald, als gevolg waarvan dese gronden een hoog gehalte

duinzand bevatten, doch ook hier kan het vervoer deer water

een verklaring vormen door de vrij grote afstand wan het

ei-genlijke duingebied of zandvlakte waar gromde** set weel

grof saad la het profiel voorkomen (sie op kaart de lichtgele

kleur, vooral die met rode stippeling).

Wat weea betreft werd dit op verschillende plaatsen wel

getroffen, maar soas onmiddellijk overdekt dees fijn of grof

\ , dat vroegere stroming ter plaatse aanwijst. In de tijd,

waarwan de berichten spreken sal de vroeger wellicht brede

stroom grotendeels reeds verlaad geweest zijn. Dese verlanding

soa la het begin wam de 14« eeuw voltooid zijn (P.D.de fest

Uit Schouwen ea Duiveland* verleden,1947) Het Is mogelijk»

dat de grotere uitbreiding van de stroom reeds la de eerste

eeuwen onzer Jaartelling bestond en dat toen ook reeds

stroom-afzetting plaats had gevonden. De hoge oude cultuurgronden

bij Burgh gelegen, zijn namelijk tea dele als »troonaf zet ting

op te vatten aaast die van duinzand, dat hier Is aangetroffen^

la de proflelea ea feehalve op andere plaatsen zijn ook hier

Frankische, maar ook wel eea enkele Romeinse scherf gevonden,

waaruit eea hoge omderdoa do s t r o « Is te concluderen.

(11)

10

-stormlopen te vladen, zoals een bochtig verlopende, smalle

sloot en de s.g. Vljvertjes laag gelegen peroelem tussen

Haamstede en Burgh. Dit zijn mogelijk« overall jfs«l«m van de

stroom uit de tijd, toen de stroom reeds gedeeltelijk «as

verlaad en ufc verschillende smallere stroomlopen beetoad. Âls

een min of meer duidelijke stroomdraad is de landweg te

be-• s

schouwen, welke loopt Yam Westenschouwen 1 B de richting van

de see« Hogelijk is dit ook een oude stroomdraad. Evenzo ka»

een wetering Be Hamer lm de polder Burgh en «estland deze

betekenis hebben.

lm dit verband zij nog "vermeld* dat langs genoemde laad"

weg eea vliedberg, bestaande alt ©Éde cultuurgrond ligt.

Bepaalde gedeelte» van de polder Burgh en Westland zijn dus

reeds zeer oud. Àestenschouwen Is overigens bekend als oude

nederzetting, die eohter door het opdringen van de se« I A

•or-val is geraakt. Ook Is het bekend, dat hier de duinen zijn

aangetast en aan te nemen is, dat deze verder zeevaar ts hebben

gelegen dan de tegenwoordige, die «el door recente afsluiting

zijn gevormd. Hierdoor is te verklaren, waarom éez@ vliedberg

so nabij de duinen geigen kan zijn, verder, dat komgrond

hl«-so dient bij het duin voorkomt.

Tenslotte zij met betrekking tot de slibhoudeade gronden

nog gevezen op de algemeen lichte breekgromd, terwijl dos«

naar onder vaak seer zwaar is. Hoewel des« van een nieuwe

overstroming afkomstig kan zijn, is het niet onmogelijk» dat

nen lichtere grond van elders heeft aangevoerd, zoals bij bc

egaliseren van het land ook zal plaats vinden. Overigens is

ons van één geval bekend geworden, dat lichte grond op zware

plaatsen is aangevoerd.

De kartering van het zand beeft enkel« bodem- en tevens

landbouwkundig« belangrijke gegevens opgeleverd. Zoals uit d« kaart blijkt, ligt het maaiveld

(12)

• 11

-groot gedeelte van de uitgebreide zandvlakte tassen

Haam-stede en Renesse (We s teren ea Oosterea tea) ea de raadstrokea

laags de duinen betrekkelijk laag, namelijk minder dam 1.20 a.

alt het grondwater, seals alt sieh la het droge seizoen la*

stelt. Dit is eea belangrijke reden, vaare« diese gronden

voor een goed deel la cultuur si Ja of daarvoor bruikbaar ge»

maakt zouden kunnen worden.

Eea opmerkelijk feit is Toorts» «at het zand over vrijwel h*

gehele gekarteerde oppervlak eea kalkarm« bovenlaag bezit

minstens 375 ca, terwijl alt voor eea groot gedeelte der

de* «rel 100 cm. of zelfs minstens 140 cm. (de diepte waartoe

kaa vordea gehoord) bedraagt« Het is Verder gebleken, dat de |

diepte, waarop koolzure kalk kaa vordea aangetoond, veelvuldig

nagenoeg samenvalt met de laagste grondwaterstand. Dit is

vel geen algeaeae regel, aangezien de kalk ook vel op eea

on-dieper niveau begint of beneden dat peil. Ia elk geval Is de

bovenste laag kalkarm; eea feit, waarop reeds door van der

Kloot (Batara ) is gewezen ea hen ertoe bracht, aaa

(verstoven) oud duialandschap te denken. Onderzoek van het

saad van de duinrand vees uit, dat dit vel kalkheadead Is, Ia

het algeaeea is de scheiding vrij «cherp, sodat de dulagreas

ia sekere sla ook eea k&lkgreas voorstelt, terwijl voorts kaa

vordea vastgesteld, dat op de plaatsen van overgang oader

kalkhoudend veer k&lkloos zaad volgde. Dese feltea vijsem «r

enigszins op, dat ve de vlakte gevormd door de v. ea o. Baa

ea bestaande uit tea dele vlak cultüurltnd ea voor eea sader

gedeelte uit laag «kopjes" terreia inderdaad als ouder

geolo-gisch duinlandschap soudea kuanen beschouwen, waaromheen

sieh eea gordel van joagere zaadafzettlag bevindt, die

on-middellijk op het oude terreia aaaslalt. Toadstea uit

(13)

12

-sporadisch es niet door onszelf) wijzen overigeas ook op de hoge ouderdom Tam dit zand, Kern moet sieb nu voorstellen, dat het jonge daim over het oude is gekomen. Dit blijkt niet

slechts mit de lagen met versehilleade kalkgehalten langs de randen, maar ook volgens gegeven feite» weet as». dat de dulaea landinwaarts sijn opgeschoven. Zo slja daardoor wegen, die langs de duinrand verliepen (eek een vanaf de

Vuur-toren »aar Reaeeee) ia onbruik geraakt. Verder toeft ook A.W.Vlaa ia haar stadie over Schouwe» fei tea betref f ende over-stulvinges ia de 17e e» iSe eeuw, waardeer o.a. beerderljea «IJ» bedolven. Ie» opmerkelijk feit bij het »ich verplaatsen van bet zaad is latus sea, dat sieb dit ever een beperkt

ge-bied veltrekt ea dat met grotere dele» vaa het eade dul&tér« rei» de jonge afsettiag is gedeponeerd. Dit Is wel tee te schrijven aaa de begroeiing, welke het verstoven zand weer spoedig vastlegt*

Het verschijnsel, dat de koolsure k&lkgreas ia veel ge* vallen nagenoeg samenvalt »et het grondwateraiveau beeft aanleid ing gegevea tot de veronderstelling, dat dit kaa be* rusten op uitloging vaa het zaad, seals bij dese oude afzetting mogelijk kaa zi ja. Een andere verklaring dient dam echter h&

voorkomen van kalk boven het grondwateroppervlak ea «reader* Het eerste sou verband kunnen bomde» met de grofheidsgraad vaa de schelpdeeltjes ea aard der bodemoplossing, waardoor de schelpresten «lader werden aangetast» Verder meet »e» be* denke»» dat het grondwaterpeil niet steeds gelijk geweest sal zijn ia de loop vaa de tijd ea ook door ontwater! agsaaatr«ga-lea is gewijzigd. Dit laatste is een bekead feit. Ook is bet mogelijk, dat stuivend ea reeds uitgeloogd samt op lagere plaatse» is gedeponeerd waardoor het voorkomen va» kalkloos

zand beneden de grondwaterlijn is te verklaren. Slechts door ir gedetailleerd veldonderzoek kan hierover meer bekead

(14)

- 13 - \

wordea. De diepte vaa het grondwater ia alt zandgebied is te

beschouwen als een functie van hoogteliggiag «ft localiteit,

aeer la het bizonder t.o.v. hoger gelegen terreinen «oalc

het duingebied. Deze laatste serges Toer een constante

water-toe Toer, het draagwater, waardoor betrekkelijk hoog gelegen

gronden laag s de duinrand voortdurend vochtig si ja. Dit

draag-water speelt voor de kwaliteit van de grond eea belangrijke

rel, wat zonder meer duidelijk Is. Ook kan ne* het ophouden

deer dammen in de afvoersletea, zodat aea eek la drogere

i

perioden heter tegea de nadelen van droogte gewaarborgd ie

halve langs de dularand heeft aea het tussen Haamstede e»

Re-nesse aaa de raad van de hoger liggende vlakte, waardoor eek

hier de kwaliteit van de groadea wordt begunstigd en eveaals

laags de duinen de frr.îtsultaar zieh het beste koa ontwikkelen.

Kaast de toevoer van hogere plaatsen speelt uiteraard de

hoogteliggiag eea relt Waaneer aea het hogere duin nadert,

daalt het grondmater, oadat de factor van de absolute hogere

ligging sal gaaa domineren boven die van het drangwater.

De grondwaterstand is ia de winter opgenoaen ea was toen

uiter-aard hoger dan la de zoaer« Zoals reeds vermeld, vormde de

onderzijde der reestzoae een aanwijzing voor de stand la het

droge selzeea. Aangenomen is nog, dat de greasafzettingea door

het omhoog koaea van het grondwater zijn gebleven. Dit ie

hier ea daar gecontroleerd, hoewel nadere contrôle nog gewamst

zou zijn. Dat de zoaerstand volgens zijn belangrijkheid werd

opgenomen ligt la zoverre voor de head, dat de groei

lijk la de zoaer plaats vindt ea eea watertekort la

tegen-stelling met andere delen van w.Nederland niet kan wordea

gevuld in ver baad aet het ontbreken vaa zeetwaterboezeaz.

Zulks la tegenstelling met de stand ia de winter, die aea door

afvoer vaa overtollig water kaa regelen. Het ie intussen

(15)

M

-in de beaallag zullen kunnen worden aangebracht. Het ie ge*

bleken bij het profielonderzoek, dat de hoogt«» waartoe het

water stijgt, 1 B het algemeen de wisseling ia stand gedurende

het jaar, niet goed Is af te lese» aan ijserafsetting (gier)

lm het profiel« De bovengrens van de ijzerzone valt veelal

niet sassen met de tegenwoordige waterstaad ea waar te nemen

is, dat he* uitstekende cultuurgrond, waar de waterstand, bijv.

voor fruit, goed Is te noemen, (ea 75 ca o,».) op geringe

diepte seer roestig Is. We schrijven dit toe aaa veranderingen

la de waterstanden, seals deze sieh Sa de loop Tan de tijd

hebben voorgedaan ea waarvam een goed kenner van de toestand

la de «esteresbna eas eea duidelijke schets heeft gegeven.

Volgens de mededelingen al. liet de ontwatering van dit

ge-bied vroeger zeer te «ensea over, ea niet zelden gebaarde

het» dat eea grote oppervlakte - tea dele ooit het

tegenwoor-dig© vliegveld - onder water kwaa te staan. Sedert 1916 Is

hierin verandering gekosen, door het la gebruik aemea vaa een

steasgesmal» dat het teveel la o.richting afvoert. Van belaag

is te vermelden, dat daardoor veel groad meer mogelijkheden

voor de cultuur verkreeg ea kan dese verandering weer worden

geslea als een vervulde voorwaarde voor de uitbreiding vaa

fruiteultuur, die sieh la het verleden daarvoor niet goed

leenden, (bv. een gedeelte vaa het fruitbedrijf vaa Toledo

te Haaastede» geheten *de Maire", dat vroeger «s-wlnters

oader water stead.).

Toorts is de wijze van afvoer la dit gebied» zoals reeds

vera©ld, niet steeds gelijk geweest» ea terwijl het water

tegenwoordig naar de polder Echouwen wordt afgevoerd» geschiedd

dit vroeger langs een afvoerkanaal aan de noordiijde van het

eiland ia see. Door vols tui ving vaa dit kanaal is 4m afvoer echter ia onbruik geraakt. Tenslotte slja voer hot afleiden

(16)

15

-ia o. richting ook nog verschillende wegen gebezigd.

Deze sehets.moge dienen om de geringere betekenis wÄa

de gleybovengrena aan te geven voor de huidige

wlaterwmter-st&ad. Hiervoor sou men de werkelijk:« stand van het water me tea, doch sta stoet hiervoor de tijd kunnen neaea i.V.». het

geleidelijk toestromen van het water es zorgen, dat de opname

plaats vindt in de korte periode, gedurende welke de

standlghedea niet sterk al ja yerasderd.

Bij het uitvoeren -ram een kar ter lag dient sien sieh

tevoren van dese feiten goed bewust te si ja oa tot eea goed

overzicht van de bestaande verschillen te koaea. Verder sija

het de schommelingen in grondwaterstand ia het algemeen, die

alet sender betekenis si ja te achten, bv. voor de fruitteelt,

welke sieh bij eea karterlag ea een globale h*sehM3*lng van

de grond aan de aandacht onttrekken- Ia verband hiermee

Is daarom voorgesteld, ia saaeawerklag aet de

Rijkstuinbouw-voorlichtingsdienst over te gaaa tot het plaatsen van eea

aantal peilbuizen ea ia de sehoaaeüagea van het grondwater

aeer Inzicht te verkrijgen. (De assistent ram de R.T.Y. te

Burgh sal sieh verder aet de uitvoering belasten.)

let karterea ia het getiad, waar de fruitteelt wordt

beoefend, heeft ons duidelijk doen Inzien, welke betekenis de

hua&ia ia de grond toekomt (sie ook hieronder). De

huausvoor-raad blijkt la direct verband te staan aet bos groei. Op

uit-gebreide schaal is op het sand elzenbos geplant ea tea dele

is het bes aeg aaaweslg« Mea heeft hiertoe greppels geaaakt

ea de bosten hlerlamgs geplant. Dit elzenbos heeft op vde

plaatsen de grond tea seerste verrijkt aet huaus, welke zich

vooral ia de geaoeade greppels heeft verzameld. Dit zijn 4e

ter plaatse geaoeade »bitterlagen", die bij het égalise

vaa de grond onder het oppervlak* wordt aangetroffen. Bij

(17)

« 16

-te worden, waartoe men het uitgraaft ea op hope» deponeert, terwijl het daarna over het land wordt verspreid ea ondergespit. Het is opaerkelijk, welke verachillea sieh voordoen in husaisrijkdoa Tan de zandgronden, niettegenstaaade de duidelijke aaistlj singea, dat ook haass-araere gronden met hos beplant zijn geveest« Deze aanwijzingen zijn bosrest&atea, aaar vooral de begreppellng vaa het land. Ir kosen terreinen voor, waar de begreppellng aog seer duidelijk, de vlakte ©ea-ter nagenoeg kaal is en ook de huausophoping naar seer gering. Wa&rsehljalijk hebben naast hoogteligging, sorg voor de

ia-stsndhcradlng van het hos en ligging (zeewind!) een ro« gespeeld bij de ontwikkeling deervan, en de hiermee verband houdende hinaus vorming. Bat de grondwaterstand uitsluitend van belang geweest ia, is niet san te nemen, aangezien we (langs het

data) seer haausrijke gronden hefcbea aangetroffen, waarvan het zosergrondwater toch meg op 1 ». o.a. was te stellen, zo-dat desa alet tot de laagste gronden ia dit gebied zijn «aas te merken. Mogelijk speelt eehter een meer constante ea vrij

desa

hoge grondweterstand, saais we langs de duinen ea hogere gronden aantreffen ea waar drangwater optreedt, een rol« In de vlakte is wellieht ds wisseling, vooral £ B vroeger tijd, te groot geweest ea hadden de basen, »s-widters van het water •a *s~soaers te veel van droogte te lijden.

Het K«frn4fc «*j| ,,«,« ^aa#hottwia|aâ^ie waarna vaa de gronden

Be zwaardere gronden, die hoofdzakelijk voor akkerbouw ea weide worden gebruikt, zijn a.b.t. de cultuurwaarde alet

asm nauwkeurig onderzoek ©nâ^rxcrpea. We kunnen daarvan slechti ia het algemeen een ea ander vaststellen.

lea vaa de opaerkeiijke verschijnselen, ale we ia de herfst vaa 194? waarnamen is geweest de geringe graai (special

(18)

17

-dek warneer ait vrij diep ( > $0 ca.)voork«st, doen de »adelige

gevolgen hiervan sieh gelde».

Anderzijds hebben «e kunnen vaststelle», dat C»4-i

dm* set »ksikkige» lage», nadelig «area voor het gewas,

eens weer M j suikerbieten, die we la des« tljê hoofdzakelijk

aog aaagreffe». Overige»» krijgt »en «el de lad ruk, dat de

gronden set storende lagen voor landbouwdoeleinde* aog het

best »IJ» te gebruiken. Volgen» aoadellage opgave» fcuane» va»

deze gronden, wanneer aie met het ongunstigste profiel holte»

beaehöawiag worden gelaten, aog goede opbrengen aan terne

worde» verkregen. De gronden, gelegt» ia ie nabijheid van de

zeedijk, »orden lelfs hoger gewaardeerd dan die hier gelege»

strooffigrondea. Dit staat eveawel ia verband »et het feit,

dat het grondwater hier silt is e» hij de »eer opdrachtige

gronden 1» droge periode» de nadelige invloed hiervan sterker

wordt ondervonden.

Voor de fruitteelt zijn de «waarste gronden ongeschikt

te hoemen, de bewerteUng ondervindt va» de »torende laag een

nadelige invloed ea bij een boomgaard hij Burgh, waar ia een

gedeelte erven de grond alt ongunstige profiel beaat, kea alt

ook duidelijk aan de groei worden geconstateerd.

Be gebroken strooagrosde» zonder koolzure kalk koanea

tamelijk «lempig zijn. Uit ko» or «road bij Renesse, sablj

het Kasteel» worden vastgesteld, lea dient hier da» ook voor

goede ontwatering sorg te dragen.

StrooAgroadea wordea plaatselijk gebezigd ook voor talm*

bouwdoeleinden o.a. voor groenteteelt (bij Haaastede), voort«

tusse» Burgh ea Eurghaluis, plaatselijk voor

bleoaDolleacul-tuur. O.i. kosftt het voor, dat een goed ontwikkeld«

teelaarde-laag hiertoe een belangrijke voorwaarde is, hetgeen we ta

dit geval ook koadea con*tateren. Bij het kartere» aal asm »et

(19)

IS

-eek de nodi«e aawdacht «o*ten bestehen.

De slibhoudende oude cultuur« road e* leas* sie*

uitslui-tend voor tulnbouwdoelelndea. De gronden slja zeer vroeg, «1

bloemkool la de voll« grond kan worden geoogst ia den tijd

(Kei), dat andere gronden de gelichte voortbrengen.

Op de zandgronden heeft sieh de fruitteelt sterk

ontwik-keld, (la 19*6 «es het frultareaal »l.m. 225 ha.) Dit is toe

te schrijven aan het feit, dat, voor andere doeleinden

ge-bruikt, seals wel- ea bouwland (laat staan extensief weiland

met elseahoat beplant, zoals ia het verleden, ea eek nu nog

wel voorkomt), de opbreng »tea gerlag si ja ea de grond voor

verschillende landbouwgewassen, ais tarwe ea suikerbieten,

eek minder geschikt is; maar bovenal wel hierdoor, dat dese

gronden sieh uitstekend blijken te leaea voor de frultcultuur.

Vooral munten ait de vrij lage (d.w.*. tea opcichte van het

grondwater), haamsrijke percelen. De optimale grondwaterstand

is o.i. op ca 80 ca. diepte o.a. hoewel eek uitstekende

resul-taten werden waargenomen hij eea stand van 100 ea. o.a., waar

het »and door humus sterk donker gekleurd was. Bij minder hoge

huausgehalten weegt, volgens ease bevindingen, de hoogteligging

van het grondwaterpeil veel swaarder ea het blijkt» dat

vruchtboaea, welke als meerjarig gewas ia de gelegenheid lijn

diep te wortelen, duidelijk reageren op hoogteverschillen wam

bijv. 20 «m. Ia verband hiermee si ja de greasea tassen de

typen vrij nauw genomen. De waarnemingen hebben uitgewezen,

dat ia het algeaeea 1.20 m. hoogte als graas met betrekking

tot geschiktheid voor fruit is te achten. De hier voorkomende

Hogere gronden zijn trouwens veelal huausarm ea ook reeds os

deze redea minder geschikt voor de ontwikkeling van de

fruit-gewassen. Bij de betekenis van de humus menen we hier

(20)

19

-ies« betekenis, dat het de watercapaciteit verhoogt «ft hot

adsorptiecoaplex vor»t, dat bij deze duinaandgroaden anders

practisch afwesig sou sija.

Set onderscheid©» va» de samdgrmmdem naar hoogteligging

en huaiusri jkdom heeft grote betekenis, ook in zoverre de

keu* van onderstammen en varie tel te» hieraan is hoge mate

gebonden la«

Het vochtige, hymens« (11x2) zand type leent sich voor

praetisfm all« onderstanden en variëteiten. Ook het zwakste

type DC ia hier op zijn plaats en een variëteit als Cox,

orange Pippin, die op iets droger mand vel het beswaar heeft

Yam lets te kleiae vruchten op zekere leeftijd, vat een groot

geldelijk nadeel vormt, vertoont dit verschijnsel op de eerste

zandgrond niet» Toorts kam men waarnemen, dat ondanks

gevoe-ligheid van een Teliowtr&nsparant voor kanker, op deze

voch-tige gromden de gesondheldstoestamâ van deze variëteit

gunstig is te noemen, wat vel in verband staat met de goede

lucht- en vooral waterhuishouding en de geringe variatie van

het grondwaterpeil, soals we langs de duinen aantreffen« Type

IX op droger sand laat in ontwikkeling te wensen over en mom

is dan ook op sterker onder s tam typen aangewezen. Daarbij kam

als regel aangenomen worden, dat, naarmate de kwaliteit van

het sand minder is, de onderstam sterker moot zijn. Het som

intussen een speciale studie vereisen, vast te stellen, welke

specifieke wisselwerking tassen bodem en onderstam bestaat.

Sen beswaar, dat ook wij ondervonden, son daarbij echter sljn,

dat in zoveel boomgaarden de juiste typen niet bekend sljn,

andere exacte gegevens tmtxmmmnmnxnxontbrekett, terwijl

tenslotte tot dusverre sporadisch grondmonsters van de grond

sijm genomen.

met betrekking tot de variëteiten, die sieh op domo

(21)

« 20

-üotarlsappel, Zigeunerin, Perzikrode zoaerappel. Sehern* wam

Boskoop, Jonathan, Haak«« Codlia, Tellow transparant en

Bramley«s Seedling« Des« laatste soort« âl« w«l als de sterkst

groeier 1« t« beschouwen, leent slem ook voor de hoger«,

der goed« gronde». De afstand, waarop mem de benen plaat,

it «at geringer aam op klei- en savelgranden ea sterk«

groeiers, veredeld op het sterkste onderstantype kunnen net

7 à 8 ft. volstaan.

\hoofdsakeliJk Het fruit, dat nem plaat, bestaat^ uit appels, peren op

kwee onderstam zouden 2ich op dese gromden mlet so goed

aem ontwikkelen, jcerwijl als bezwaar van zaailing oaderstam

wordt genoemd het laat dragen, vat bij appels niet het geval

is, ook al door de ruimere keus van onderstammen. Dit laatste

argument Is van grote betekenis, ook la verband «et de

be-oordeling v&n de kwaliteit ven de grond. Op een grond als

het vochtige, humeuse sand, waarop men bij de teelt van appels geheel vrij is, kan mem sieh toeleggen op vroege

pro-deze

duetie ea leeat sieh daaroa voor het seer intensieve bedrijf,

la tegenstelling met de kwalitatief mindere gronden, iet sou

la dit geval belangwekkend zijn, het productie-verloop ia

opeenvolgende Jaren op uiteenlopende gronden bij overigens

gelijke omstandigheden (omderstamtype ete) se te gaan, doch

la het karterimgsgebled ontbraken, zoals reeds vermeld,

daar-voor de nodige exacte gegevens. Slechts bij éea bedrijf

(Boot te Burgh), op het gunstigst zandtype, warea voor eea

aantal jaren gegemms verzameld. Ter Illustratie sij vermeld,

dat van Cox1* op type II (matige groeier) op eea pereeel me

5 jaar eea gemiddelde opbrengst (van 33 exeapl.) per boom

vaa ca. 32 kg. werd verkregen* 4 of 5 jaar is de leeftijd

waarop ook andere soorten redelijke opbrengsten begonnen op

te leveren, terwijl ma 7 jaar belangrijke kwantiteiten

(22)

21

-3 Jaar als productieve leeftijd worden gesteld« Sat de

op zand groeger lm productie komen dan op zwaardere grond,

taon nog hier en daar «orden vastgesteld. Zo blijkt Schone

Boskoop op sterke onderstam (volgens mededeling van de

eige-naar) aa 3 à 9 Jaar reeds la productie te koaen en op earn

2-j. perceel (tamelijk goed zand,)vaar een belangrijk deel

van de fruitopstand (enkele are totaal) uit deze variëteit

bestond, werd ea 35000 kg/ba geoogst, terwijl da ondervinding

op avare gromden set Schone van Boskoop is, dat deze op latere

leeftijd (pl.a.15 Jaar) eerst goede oogsten begint op te

le-veren* Vat mei als geaiddeide opbrengst van de aatig goede

zandgrond nag beschouwen, kan niet op grond van exaete

gege-vens vordem vermeld, maar 20.000 kg, mag men vel als norm

beschouwen. Bat men intussen bij goede grond en juist«

varie-teitenkeuze neer kan verkrijgen, blijkt vel mit de opgave

van da frultkweker Boot te Haamstede, volgens vie van een

15J.twintig are groot perceel, beplant met Zigeunerin, reeds

gedurende Z jaar een opbrengst van 60.000 kg. per ba. had verkregen.

als voorvaarde voor rijkelijke productie na een

betrek-kelijk gering aantal jaren moet vel vordem beschouwd het

uitstekende schot, dat de bomen op het vochtige sand maken,

sodat se spoedig een grote omgang hebben verkregen. Bit is

een feit, dat bij de goede bedrijven onmiddellijk in het oog

valt.

Set daarbij aan andere voorwaarden, soals een goede

bodembehandeling, moet worden voldaan, sal hieronder nog

nader blijken.

Om iets meer omtrent de bevorteling op deze gronden te

kunnen vaststellen, vereen een aantal profielkuilen gegrafen.

Door eem profiel op een bepaalde afstand te maken van de st&a,

(23)

22

-enigszins vergelijkbaar, waarbij aten dan ook rekening dient te houden niet het type ondersta». (Bij de sterkers bv 2§n. van de sta* bij het zwakke type IX op bv. l a . ) Door liet

geleidelijk losmaken van de profielwand, waarin de afgesto-ken wortels voorkomen, Is het mogelijk een indruk te

verkrij-gen van de dichtheid der beworteling, diepte der wortels e» de richting, waarin se groeien. Men dient dan evenwel eea oppervlak vaa pl.a. 1 9? proflelwand te «eke«, «am kleinere leidt gemakkelijk tot verkeerde conclusies.

Vat de waarnemingen leren is, dat intensieve beworteling ia dat gedeelte vaa de bodem voorkont, dat huaashoudend is

en verder de grondwaterstand bepalend is. Allereerst zij op* gemerkt, dat het de gewoonte is, bij het gebruik van de grond voor fruit, deze diep los te aak en, ea wel ia het algemeen 3

steken. Men diet dit ia de eerste plaats om de bitterlage» los te maken, maar het blijkt wel, dat «en het, afgezien vaa de bitter, als zeer gewenst beschouwt, omdat enk «aar, waar bitter ia geringe mate of la het geheel niet voorkomt, desa handeling alet achterwege wordt gelatea. Slechts la oudere boomgaarden i.f> het diepen soms achterwege gelaten. Door deze wij se vaa bodembehandeling vóór de beplanting kont de humus diep ia het profiel ea bij de gegravea profielkuilen tekent zich dan ook door de huatusvlekken duidelijk af, tot welke diepte de groad is losgemaakt. Op sonnige plaatse» blijkt de humushoudende laag diep - 75 ea«, - of aog verder te gaan. Dit zijn de plaatse» vaa de groegere greppels, toen ter

plaatse el zen bos groeide. Sr zijn kuilen genaakt op verschil-lende type» zaad ea we sollen hiervan enkele waarg<

feiten weergeven. Op een aatig goede zandgrond net

grondwaterstand op 95 cm., beplant net peren ea blijkens de htuausvlekken losgemaakt tot 60 cm., bleken de wortels ge-coatentreerd te zija in de laag 30-60 eau, a.a.w. juist tot

(24)

23

-de on-dergrens van -de losgemaakte grond, ea seer opvallend

was daarbij, dat de humusvlakken werden opgezocht ea la het

door ijzer rood gekleurde huiausarme zand ontbraken se, een

aanwijzing van de betekenis van de huaus, klaarblijkelijk door

de beter« lucht- en waterhuishouding en de voedingstoestand

van deze plekken. Ia de bovenste laag van 50 o»., hoewel

auaai «houdend, kwamen enige dode wortels voor, naar alle

waar-schijnlijkheid toe te schrijven aan te grote droogte aan het

bodeaoppervlak . Slechts kussen levende wortels van onkruid

•oor la het bovenste laagje van 0-10 ca., die sieh lx het

tlge seizoen (winter) hadfcn kunnen ontwikkelen,. Opvallend

(25)

Op een andere plaats net ao»ergrindwater op 85 - 90 era.

humusrijke en tot 75 ©»• losgemaakte bodem bleek de beworteling

van een pruim ook weer juist tot de losgemaakte, husmshoudende

sou« beperkt te sijn. Het bovenste laagje van 15 en. was

on-beworteld. Ook hier bleek, dat de huBusplekken werden opgesoofr

Blders, op een goed humushoudsnde grond net een somerpsH op

95 on, bleek een, bij een fransp de Cronoels «eer rijke bewort«

ling op te treden van 15 tot 50 o», (een zwakke van 50-60 c m ) ,

ook weer de grens van de huBuslaag,

We hebben de indruk gekregen, dat niet sleohts de vasthei

en het ontbreken van humus in de ondergrond een grens etelt

aan de beworteling ,ook de grondwaterstand in de «inter speelt

ongetwijfeld een rol. Op de plaats Tan het laatstgenoemde exem

plaar was dese ten tijde van het onderzoek naar schatting pi.m

55 ©». o.m. (het water stroomde sleohts langzaan in de kail

en er is geen gelegenheid meer geweest, naar de plaats terug

te keren en de stand sulver vast te stellen) hetgeen

overeen-komt aet de diepgang der wortels.

Op een andere plaats, op diep huaeuse (pl.m. 75 O B ) grond

(langs de duinen onder Haamstede) kwam dit ook duidelijk naar

voren. De sonerstand bedroeg hier naar schatting pi*«, 1 m,

o.m., het water ten tijde van het onderzoek stond op pl.m.

45 os, o.m. De beworteling van 16 a 17 jarige goudreinette waa

intensief in de laag 15 (20) - 40 om., in het laagje 5 - 15

O B , en de laag 40 * 70 groeiden sleohts fijne, blijkbaar in

een seiaoen gegroeide worteltjes, waaruit de concluais is

ge-trokken, dat de beworteling door de hoge grondwaterstand in di

winter Eich sleoht handhaaft in de blijvend goed gefiereerde

grond, niettegenstaande de diepere ondergrond deer de humus

van goede samenstelling is. Bij een sw* wijnpeer, staande op

huraeuse Da 2-grond van hetselfde bedrijf met een swarte laag

(26)

25

-bevestigde de vorig« waarneming. Bit

gedaan aan niet seer jong« exemplaren, staands op vrij

tot sterk» on&exvtaanen« Op hetselfde grondtype (1

BJS 2) merden enkeSe 10 jarige boompjes» staand« op typ« IX

waargenomen« Tan «en Laxton Superb sleek ««n dioht«

wortel-hoek aanwosig op pl*m. 1 a, v»n de stam in da laag 1 5 - 5 0 om*

de ondiep« indringing stand kennelijk in varband set eau

i jserhoudend oeraandftohtigs bovenlaag op des« diepte #

Bij aan gottdrelnettotwmar desa

da diepgang 45 CM» bij aan »looht

zelfde varlëtait bleek: een veftl armaligk* baswtellng» Sa

varklaring hiervan nas «al da lag« ligging (waaraohijnlijk

«an vroagara greppel}•

ïn het algemeen blaak uit desa waarnemingen, dat da

wortels in een beperkt« laag geconcentreerd sijn en tamelijk

ver van het jsoöergrondwaterpeil verwijderd blijven. Het ia

mogelijk en in bepaalde gevallen self a «eer waarschijnlijk,

dat da hoogte van het grondwater in da winter voor hat

mede verantwoordelijk ie, naast invloed

stand e.v»

Waarnemingen op wat hogere aandgronden mesen uit, dat d

wortel« eohter ook aanaerkelijk dieper kunnen doordringen. Op

een natlg huauahoudende Ba 36-grond (grondwater op pl.a. 110

oa.) losgemaakt 'tot 75 om* bleken de wortels van een waaraohij

lijk op wild «taande 12 jarig en goedgroeiend exemplaar van

Sohone rm Boskoop tot 1 m . door te dringen«

Elder« op een plaat«, waar het grondwaterniveaa

hetsalfâe w«a, maar het sand minder goed (hamusarmer)

15 jarige Branloy's Seedling in de laag 15 - 45 om*

vrij-wortels» daaronder volgde een wortelarm© séné, mi

lend «as* dat enkel« vrij* krachtige mortels hier en

dese sandlaag heendrongen en fftofr in het voohtige sand op pl*m

(27)

• 2 o

-bij een gelijksoortige grond ( n u nog iets droger en

armer) op «cm ander bedrijf bij een 50 Jarig» peer ( « W E * *

Poiteau) .De wortels bleken geoonoentreerd ia het laagje van

20 en 30 ca, dat ook een iete donkerder, Binder htoausara nas,

terwijl enkele vrij krachtige wortels grillig os&aag gingen,

o« op !•». diepte fijn te vertakken; daaronder «Kran dode

worteltiiteinden te vinden, waaruit bleek, dat de »one nabij

bat Bomergrondwaterpell ( 120 ca. o.nu) gaan geachikt nilieu

vurads voor da

wcMTteXontwikK^/iAnSi-Be laatste gegorene wijxen ar enigssine op, dat bonen

op minder goede en droge Bondgronden sleohta dan tot osteite»

kaling kunnen fr*wwrt wiiuiiioi bepaalde wortels de voohtige ondei

greint kunnen bereiken^ au dit wordt in severre bevestigd deer

ds rruitkwekera, dat bat vooral da eerste Jaren «1jn, dat ia

groei te wensen overlaat, klaarblijkelijk solang het

wortel-steleel nog niet de noodzakelijke diepgang beeft bereikt

uit soa ook nog een praotisohe gevolgtrekking si jn ta

namelijk dat een de groei der wortel« naar beneden sen

helpen door het naken ven voren eet losse» aan organische

stof (compact) rijke grond»

gronden nog een enkel woord, (mœ deValaenboe-gronden is al het een en ander verael&f de bitter wordt verwijderd an bet

terrein geëgaliseerd. Het kont voor* dat men ook een deel van

bet aangrensende* hogere kopjeeterrein heeft afgegraven« Kan

beeft de bovsngrond dan worgvuldlg gespaard, naar opmerkelijk

is, dat in des» gedeelten van de boomgaarden, niettegenstaande

nagenoeg gelijke hoogteligging de ontwikkeling der bonen minde

is* Base plekken in boomgaarden baalden eohter klaarblijkelijk

set de einder goede ontwikkeling van bet vroegere bos ter

plaatse* Hat eerste jaar na de ontginning van bet elsenbee ver

erwten o» daarna in te planten» Ook «orden de

(28)

27

-Op schrale grondmi is bet aeer goed on lupin«

Bet i» ook moeilijk, d e « van ds boeren 1» verkrijgen «as hat ia een kœtbaar middel. Varder is het niet de gewoonte in de boomgaarden veel

)» aie wel in verband stast »et bet be mie er ven een voor de goede mtteryooraiening van

Een goed ralddel en de grond in de goed*

ia het bedekken »et een leeg »tro, doch eek hiervan ie neer het beswaar,, dat het kostbaar ie. Be

stoffen» In se» goed veraorgd bedrijf op goed hoauexijk wordt volgene opgave Klusten* 200 k.g. P §b.v. ia de

ven miperfosfaat), pi .o, 200 kg. K en 300 les« * (*3L*

Eiestatoffen gerekend) per ha. toegediend. Door hst ontbreken tot dusverre van exacte gegevens betreffende ds

voedingetoe-is het niet aogelijk aan te geven, welke optimale gif » varaoedelijk nodig s a n s » sijn. Bij ds beneeting is hst belang rekening te houden ast ds kalktoeetand. Volgens

sag ds III op ds donkere aandgronden niet hoog sijn en hoewel (na ds ontginning) kalk wordt toegediend en ook

neststotfsn norden «ebruüct. is

jaoedeli jk ia ph 6 voor ds

grens* Een onaiddemjka reden hiervan is ook wel hst

van gebrekaversohijnaelen bij ongxmetige suua^rond. Een geval, waarbij een te hoge Ä vermoedelijk met bladohlorose in

ver-band stond, werd bij het karteren vastgesteld. Op een perceel

trad dit verschijnsel ernstiger op dan in het andere gedeelte

(29)

fcuuaeuse sand hier <üc koolsur« kalk baratte en de Hi

wol-H ö h t te hoog N U . Opgemerkt sij* d*t sleohts het bovenst*

zand kooXsnre kalk bevatte. Verondersteld M g warden, dat

hier een strook set kalkhoudend stuif sand, afkomstig van het

naburige kalkhoudende ânln was ©verdekt. (Bit ait

vermeed*-113k oorsakelijk verband blijkt ook weer de betekenis «as

et«n bodemkundig* oversioht van oen gebied«

Betselfde mag naar voren gebracht aet betrekking tot

een ander aspeot van hst grondgebruik, namelijk de afvoer

en de benutting van het drangwater. Door het boren op

onder-scheiden plaatsen werd de indruk verkregen, dat «ij «einig

markante verschillen in hoogteligging het zand op kort van

elkander gelegen plaatsen aanmerkelijk in

voohtigheidatoe-stand kunnen verschillen. Als verklaring daarvoor werd

aan-gemerkt de sterke zijdelingse afvoer door diepe greppels

en kleine sloten, waardoor het water de het verst van het

toevoergebied gelegen plaatsen niet bereikt. Op het

genoem-de bedrijf (Boot te Burgh) bleek ook in dit epsioht een

opvallend verschil te bestaan bij 2 naburige peroelen, het

eerste aet op geringe diept» voohtig sand, het tweede tot

grote diepte droog sand met als kenmerk sterke bladval bij

pruim in het droge seisoen van 1947* Het versohil in

hoogte-ligging was niet groot en ook hier Beenden we als ooraaak

de tussenliggende soheidlngssloot te moeten beschouwen, waar

door het pruimenperceel te weinig met bodemwater

geïnfil-treerd werd, Be eigenaar heeft besloten hierin wijsiging te

brengen door het water door het pruimenperoeel te voeren en

in droge perioden door een dam in de sloot op te houden«

In verband met die kwestie, betreffende de

waterhuis-houding moet er op worden gewesen, dat op dit gebied nog mee

verbeterd kan worden. Een aanwijsing hiervoor werd reeds vez

kregen door het waarnemen van de bewurtellng, die

(30)

29

-Bet «r op bepaald« plaatsen geen nadeel wordt

dervonden blijkens de gunstige «tand der bösem, «tam-t «al

in verband hiereee, dat de boaen sieh «et een betrekkelijk

dtwne grondlaag tevreden stellen nlte de structuur en voeding

toestand goed is, waarop de wortel« sloft dan ook geheel

heb-ben ingesteld, of dit steeds op Binder huneuse gronden en

bljsondere boaen hot geval is, is echter de vraag. Dit

etuk aal in veel gevallen eon bedrijfs-intem karakter ba*

zitten on hot euvel door Maatregelen binnen hot bedrijf,

oio ia het geschetste geval, kunnen worden verholpen,

naast bestaat hot echter voor uitgebreide gebieden en

geval onder Renesse is tekenend daarvoor« Hier koot grond

voor «et een tamelijk las« soaerpeil, doch 's winters ie bet

hier te net, so soar, dat geen winterrogge kat

Betere ontwatering ven ait lend bleek T O O T do

kostbaar te sijn, omdat de exploitatierekening ven die grond

den te sneer soa worden beleet. Ben gevel derhalve, waarbij

door de hulp ven Overheidsinotantioo verbetering ware te

brengen. (Ook in dit gebied sel een peilbuis geplaatst

den o» de wisseling van het grondwater ne te geen)*

Ion punt, dat bij het gebruik der

d© aandacht vraagt en aansluit in het

is de uitspoeling der seststoffen op dese liohte gronden.

Tot dusverre si jn het vooral de hunusrijke gronden set een

goed adsorptie-oomplex geseest, die in oultuur gebracht sijs

naar de goede gronden sijn beperkt aanwesig en ook matige

bos* en selfs poldergronden werden geleidelijk voor

fruit-teelt in exploitatie genbnen. Hoewel het vraagstuk ven de

uitspoeling voor de huousrijkere gronden niet

nis is, is dit ongetwijfeld ven het hoogste belang voor

overige gronden, sede tot bepaling ven de juiste tijdstipper

van toediening der raeststoffon.' 0* t.a. hiervon beter inzicht

(31)

30

-volgend« tijdstippen grondmonsters te

p*?1tnc van ds Yioedingnteeetand en

Ba voor fruitteelt aeeat gesohikte, vochtige

den Eijn, eoals verseld, beperkt aanwealg en vooral ia

handen van boeren, aie het bos ontginnen en net «elf

voor fruit te gebruiken« De waarde van Aas« goede

gron-den wordt op f. 3 0 0 0 . — per lm. gesteld, dooh voor de

ontginning kont bier neer schatting m g f. 1500 bij, la

de kosten waarvan eohter door de Overheid

Set aijn verder de B»ti^> bosgronden, die

ginning in aanaazklng iconen en ten alette

door het oppervlak te verlagen, waarbij dan een deel

van het eend veorbscheraendeaet hout te beplanten

van het terrein kan warden benut« waardoor aan een der

van de fruitteelt in dit sterk aan de aeewind onderhevig«

gebied, wordt voldaan,

Zn hoeverrre de extra-uitgaven voor de verbetering

van de kwalitatief geringe saadgronden uit de opbrengst«!

Met dit sand aijn ongetwijfeld resultaten te

be-wMEpfte exploitatiekosten voor beaesting ens» alja

niet geriag en dese sullen bij daling der fruitprljaen

onevenredig swaar drukken op de rekening van het bedrijf«

Daartegenover staat eohter, dat de

de fruitkwekara niet ondersohat wordt«

Voor het gebruik der sandgronden voor andere doeleii

den saoet worden gewesen op de nogell jkheid van bebossing,

(32)

31

-de fruitteelt t©n goed« « a konen en est held au» toeristengebied sal

gronden ai jn intussen In handen moi partiottlleren, hiervoor nog een oplossing sera

Bonter eijn er percelen, o.a. in do nabijheid van

AMi »o onvruchtbaar sijn, dat exploitatie of nauwelijks verantwoord is. Ten aal« behoren hiertoe

en opgestoven tot hos» aandiiallen os hot

hoewel» vooral in hot addden, tamelijk vochtig, ia do

grond, volgens de gebruikers, van Binderwaardige kwalitei Beso on hier to hoog gelegen grondon* dio geankkelljlt

krijgbaar sijn (volgons «ededeling tor plaatse) voor bebossing in aannerking kunnen konen« In hot streekplan in dose mogelijkheden voorsiet, is don niet nader bekend geworden en bij de opstelling en

lots over do mogelijkheid voor de Plaatselijk wordt dese teelt be-oefend en wol op hunnsrijk, vochtig sand langs do slolsea Troogor werden eohter in andero gedeelten von hot

gebied bollen gekweekt, «aar dese tooit is de sleohte financiële uitkoaeten. m

badtenteohnisohe beswaren eon rol hebben gespeeld, is niet net zekerheid te «eggen, dooh het lijkt m o t

gelijk, dot variabele grondwaterstand enige heeft gehad, «aar do bollen thans nog voorkonen Is nog vrij constant} dit voordooi weegt blijkbaar niet

zwaarder don hot nadeel, dut se op dit hnnonso sand s.g.n branderig kunnen sijn, O.i, kunnen « H o o n door

onderzoek (prarveldjes on waterstandondersoek) hola

(33)

* 32

-Op«*

gEoo1&%ù v s n list;

(34)

N'7:" -,• •* - i t » ; ,"

*0»

r Vi"

3- l

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor methoden die gebruik maken van bestaande gegevens die voorhanden zijn maar die primair niet waren bedoeld voor de actualisatie van GxG, zijn lange en recente meetreeksen

'Als liberale partij zijn wij opgetogen dat na SP.A ook de PS voorstellen indient wat erop wijst dat de tijd rijp is om het debat rond de tekortkomingen van de huidige wetgeving

De doelstelling voor het gebied Duinen Den Helder – Callantsoog (084) wijkt af van de landelijke doelstelling, omdat het habitattype in dit gebied reeds in goed ontwikkelde

bestaande bebouwing en verhardingen meestal geen deel uitmaken van het aangewezen gebied (zie verder Nota van toelichting bij het besluit).. tot aanwijzing als

Als speciale beschermingszone in de zin van artikel 4, vierde lid, van de Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 inzake de instandhouding

[r]

[r]

Wanneer er een factuur gemaakt kan worden door de financiële afdeling in Zaltbommel, selecteert men daar in Offer Data de afgehandelde R-staten, welke vervolgens met behulp