• No results found

Minder groei bij veterinair behandelde varkens

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Minder groei bij veterinair behandelde varkens"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

O N D E R Z O E K & B E L E I D

a

c

h

te

rg

ro

n

d

V-focus oktober 2012

28

O N D E R Z O E K & B E L E I D

a

c

h

te

rg

ro

n

d

V-focus oktober 2012

29

Gr oei (g/d ag) Week na opleg 1.000 900 800 700 600 500 400 2 4 5 6 8 9 10 12 14

Niet-behandelde dieren Beenwerkaandoening

Gr oei (g/d ag) Week na opleg 1.100 1.000 900 800 700 600 500 400 2 4 5 6 8 9 10 12 14

Niet behandelde dieren Griepverschijnselen

Gr oei (g/d ag) Week na opleg 1.000 900 800 700 600 500 400 2 4 5 6 8 9 10 12 14

Niet behandelde dieren Wel behandelde dieren

CONCLusIE

Figuur 3

Figuur 2

Figuur 1

traject een keer veterinair behandeld zijn, lang­ zamer groeien dan de vleesvarkens die niet vete­ rinair behandeld zijn. Dit geldt zowel voor de beren, borgen als zeugjes. De niet veterinair behandelde vleesvarkens groeiden gemiddeld 850 g/d van opleg tot afleveren. De wel veterinair behandelde vleesvarkens groeiden 818 g/d.

Groei vleesvarkens bij griep

Van de 80 dieren die veterinair behandeld zijn, zijn er 27 behandeld vanwege griep. Alle behan­ delingen vanwege griep vonden plaats in de 14de week na opleg. De tweewekelijkse groei van de niet behandelde dieren en van de dieren die behandeld zijn vanwege griep is weergegeven in figuur 2.

Uit figuur 2 blijkt dat de wel en niet behandelde dieren tot 12 weken na opleg een vergelijkbare groei hebben. In week 14 na opleg kregen 27 die­ ren griep en ze zijn daarvoor behandeld. De groei van de dieren daalde als gevolg van de griep met ruim 400 g/d. De vleesvarkens die niet zijn behandeld groeiden van week 12 tot 14 gemiddeld 877 g/d. De vleesvarkens met griep groeiden 458 g/d. Over het hele vleesvarkenstraject van opleg tot afleveren was de groei van de vleesvarkens met griep 830 g/d. Dat is 20 g/d langzamer dan van de niet behandelde dieren.

Groei vleesvarkens bij beenwerkaandoeningen

Er zijn 26 dieren behandeld vanwege beenwerk­ aandoeningen. De behandelingen vonden ver­ spreid over het vleesvarkenstraject plaats. De tweewekelijkse groei van de niet behandelde dieren en van de dieren die behandeld zijn van­ wege beenwerkaandoeningen is weergegeven in

figuur 3. Uit figuur 3 blijkt dat de groei van de 26 dieren die behandeld zijn vanwege beenwerk­ aandoeningen, gedurende het gehele vleesvarkens­ traject achterblijft bij die van de niet behandelde dieren. De groei van de vleesvarkens behandeld vanwege een beenwerkaandoening was 805 g/d van opleg tot afleveren. Dat is 45 g/d langzamer dan die van de niet behandelde dieren.

Carola van der Peet-Schwering, Gisabeth Binnendijk

Wageningen UR Livestock Research

Linda Troquet

Varkens Innovatie Centrum Sterksel

Minder groei

bij veterinair

behandelde varkens

Vleesvarkens die gedurende het vleesvarkenstraject een keer veterinair behandeld zijn, groeien van opleg

tot afleveren ruim 30 g/d langzamer dan vleesvarkens die niet veterinair behandeld zijn. Dit geldt zowel

voor beren, borgen als zeugjes. Dit blijkt uit onderzoek dat in opdracht van het Productschap Vee en Vlees

door Wageningen UR Livestock Research is uitgevoerd op VIC Sterksel.

GROEIEN

Varkens die in hun vroege leven geen veterinaire behan-deling ondergingen, zijn ook later beter af.

Foto: Twan Wiermans

Groei (g/d) van vleesvarkens die niet veterinair behandeld zijn of die behandeld zijn vanwege een beenwerkaandoening.

Groei (g/d) van vleesvarkens die niet veterinair behandeld zijn of die behandeld zijn vanwege griep.

Groei (g/d) van vleesvarkens die wel of niet veterinair behandeld zijn.

u

it diverse proeven is gebleken dat dieren met een geactiveerd immuunsysteem (als gevolg van een infectie) minder voer opnemen en langzamer groei­ en dan gezonde dieren. Pastorelli et al. (2011) hebben recent de resultaten van ruim honderd proeven op een rijtje gezet. Hieruit bleek dat bij gespeende biggen de voeropname en groei gemiddeld met 8 en 16 procent dalen bij maag­ darmaandoeningen. Bij luchtwegaandoeningen dalen de groei en voeropname beide gemiddeld met 16 procent. Uit onderzoek van Williams et al. (1997) bleek dat vleesvarkens met een chronisch geactiveerd immuunsysteem 11 procent minder voer opnemen en 18 procent langzamer groeien dan gezonde dieren.

In een recent onderzoek op Varkens Innovatie Centrum Sterksel (Van der Peet­Schwering et al., 2012) zijn 855 vleesvarkens (beren, borgen en zeugjes) elke twee weken gewogen. Van de 855 vleesvarkens zijn er 80 (is 9,4 procent van de die­ ren) een keer veterinair behandeld gedurende het vleesvarkenstraject vanwege diverse aandoeningen. De overige 775 vleesvarkens zijn niet veterinair behandeld. De tweewekelijkse groei van de wel en niet veterinair behandelde vleesvarkens is beschreven in dit artikel.

Groei van de vleesvarkens

De tweewekelijkse groei van de 80 wel en 775 niet veterinair behandelde vleesvarkens is weer­ gegeven in figuur 1. Uit figuur 1 blijkt dat de vleesvarkens die gedurende het vleesvarkens­

Vleesvarkens die veterinair behandeld zijn vanwege een aandoening groeien langzamer dan vleesvarkens die niet veterinair behandeld (hoeven te) worden .

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op het praktijkbedrijf te Ysselsteyn (L) bleek dat enkele dagen na opleg (biggen van circa 30 kg) gemiddeld bijna 21% van de dieren zich op een van beide plateaus bevond. Op het

Weidemyopathie komt voornamelijk voor in het najaar - maar ook in het voorjaar - bij paarden die buiten lopen in weilanden omzoomd door bomen tijdens of na koud, nat en winderig

Lopend onderzoek van de Landbouwuniversiteit en het Institute for Pig Genetics (Eissen e.a.) naar de Pdmax bij hogere gewichten voor verschillende genotypen varkens moet

Mathematics teachers: (i) the NCS, (ii) the White Paper on e-Education policy; (ii) the developmental requirements of teachers; (iii) the curriculum needs of learners; (v)

afsonderlike verweer deur mishandelde vroue misbruik kan word in 'n desperate poging om strafregtelike aanspreeklikheid vir die doodmaak van hulle mishandelaars vry te spring.

Municipalities have been the main waste removal service providers in all the provinces of South Africa, which is why assessing waste management compliance at the

Soil solution NH4 + concentrations (Figure 8.1A and B) were generally higher in the standing crop treatment than in the felled treatments at all depths, for the period

The purpose of this research was to explore and describe the experiences of patients co- infected with TB and HIV regarding stigmatisation by the health workers, to