• No results found

De bewaring van het nieuwe appelras Jonagold (seizoen 1979-1980)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De bewaring van het nieuwe appelras Jonagold (seizoen 1979-1980)"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

S P R E N G E R I N S T I T U U T

H a a g s t e e g 6 , 6 7 0 8 PM W a g e n i n g e n

T e l . : 0 8 3 7 0 - 1 9 0 1 3

RAPPORT NO. 2157

A.CR. van Schaik en Drs. S.P. Schouten

DE BEWARING VAN HET NIEUWE APPELRAS JONAGOLD

(SEIZOEN 1979-1980)

Uitgebracht aan de directeur van het Sprenger Instituut

Order no. 019

(2)

Inleiding

Het nieuwe appelras Jonagold is een ras met veelbelovende eigenschappen die het

een vaste plaats in het sortiment zouden kunnen geven. Het triploide ras is

ont-staan uit een kruising tussen Jonathan en Golden Delicious.

De teelteigenschappen van het ras zijn veelbelovend, terwijl de smaak en de

presen-tatie van de vruchten erg goed kunnen zijn. Deze laatste aspecten hangen nauw

samen met de vruchtkleur van de appel, die op zich weer beïnvloed wordt door het

pluktijdstip en de mate van lichttoetreding in de boom.

Van het ras is de laatste jaren een flinke hoeveelheid aangeplant, waardoor

de produktie ook behoorlijk toenam. De waardering bij de handel en consument was

uitstekend, gezien de prijsvorming.

De bewaarervaringen zijn positief. Uit eerder onderzoek en buitenlandse gegevens

bleek dat de appel goed te bewaren is bij een bewaartemperatuur van 3 C, terwijl

bewaring bij 1 C ook mogelijk lijkt te zijn. CA-bewaring was erg goed mogelijk.

Hoge CO -gehalten hadden geen schadelijke invloed op de appel.

Om de gevonden bewaarmogelijkheden nogmaals te toetsen werd in het seizoen

1979-1980 wederom een bewaarproef uitgevoerd.

Proefopzet

Pluktijdstip •""-•*

Bij de vaststelling van het pluktijdstip werd ervan uitgegaan dat de appels een

zeker kleurniveau hadden, terwijl anderzijds de appels ook niet te rijp mochten

zijn.

Geplukt werd op 9 en 11 oktober.

Herkomst

In deze bewaarproef werden twee herkomsten beproefd. Eén uit Zuid-Liraburg en één

uit de Betuwe. Beide herkomsten waren afkomstig van 5-jarige bomen veredeld op

onderstam M IX.

Bewaartemperatuur 3 C en 1 C

CA-varianten

0% CO - 21% O koelhuisbewaring

6% CO - 3% O gescrubde CA-bewaring

Door deze omstandigheden te kiezen kon de invloed nagegaan worden van een hoog

COg-gehalte. Indien dit bij gescrubde CA-bewaring mogelijk is, dan mag verwacht

(3)

worden dat dit bij gewone CA-bewaring (6% CO - 15% O ) ook mogelijk is.

Werkwijze

De appels die gebruikt werden voor de bewaarproef hadden een maatsortering van

70-85 mm 0. Na de oogst werden de appels gemengd om gelijk uitgangsmateriaal te

verkrijgen. Tevens werd de zetmeelwaarde (jodiumtoets) en het refractiegehalte

gemeten om een rijpheidsindicatie te verkrijgen.

De appels werden bewaard in zinken containers van ± 1 cm

3

, die in een koelcel

v/aren geplaatst. De containers konden indien gewenst als CA-celletjes fungeren.

Direct na inzet van het produkt werden de betreffende containers ingespoten met

zuivere stikstof (N ) om het zuurstof (0 ) gehalte zo snel mogelijk te laten dalen

tot de gewenste waarde. De hoeveelheid koolzuurgas (CO ) werd ook naar wens

in-gesteld. Om de twee dagen werden van de CA-containers het zuurstof- en

koolzuur-gasgehalte gemeten met respectievelijk de Servomex en een infrarood CO meter (ADC)

Door de stille koeling in de containers is de r.v. erg hoog (± 9 7 % ) . De appels

werden in de te verwachten consumptieperiode (= december tot en met juni) een

aan-tal keren beoordeeld op bewaarverliezen, inwendige afwijkingen, smaak en hardheid

van de vrucht (textuur).

Werkwijze bij uitslag

De appels werden in vier gedeelten uitgeslagen, te weten op 7 januari, 11 februari,

31 maart en 16 juni. Na de uitslag werd gesorteerd op bewaarverliezen en werd

beoordeeld op inwendige afwijkingen. Nadien werd het produkt een week nabewaard

bij 15 C (simulatie handelskanaal). Daarna werden de appels nogmaals beoordeeld

op bewaarziekten en inwendig bruin, terwijl ook smaakkeuringen werden uitgevoerd

door middel van de zogenaamde paarsgewijze vergelijking. Hierbij werden

paarsge-wijs bepaalde objecten met elkaar vergeleken, waardoor de keurders tot een

bepaal-de preferentie-uitspraak kunnen komen voor een bepaald object.

Gekeurd werd op totale aangenaamheid, smaak/aroma en consistentie van de appels.

Vergeleken werden de twee bewaartemperaturen. De hardheid werd vanaf de inzet elke

vier weken gemeten nadat de appels ook een week bij 15 C hadden doorgebracht.

De metingen werden uitgevoerd met de Instron hardheidsmeter waarbij een gedeelte

van de appel wordt samengedrukt tot breuk optreedt. De hiervoor benodigde kracht

wordt uitgedrukt in kilogrammen.

(4)

-3-Resultaten

Tabel 1. Zetmeelstadia en refractiegehalten bij inzet

herkomst

Zuid-Limburg

Betuwe

zetraeel-stadiumV

6,2

4,7

refractie-waarde (%)

13,8

14,9

Jodiumtoets werd uitgevoerd met behulp van zetmeelkaart Golden Delicious

Tabel 2. Sorteeruitkomsténv in procenten van het inzetgewicht, seizoen 1979-1980,

inclusief de nabewaring bij 15°C

behandeling

koelhuisbewaring

CA-bewaring

(6% C0

2

-5% 0

2

)

rulnings-datum

7 januari

11 februari

31 maart

16 juni

7 januari

11 februari

31 maart

16 juni

bewaring bij 3 C

gaaf

91,7

86,8

78,4

45,3

97,6

98,1

97,0

96,3

rot

1,7

5,1

39,3

0,7

0,2

0,3

schil-bruin

0,6

10,1

10,5

0,4

zacht

5,8

.7,2

2,4

bewaring bij 1 C

gaaf

96,5

96,5

92,0

82,4

98,1

98,0

96,3

96,4

rot

0,3

0,5

0,7

8,0

0,2

0,7

schil-bruin

7,9

4,0

zacht

0,5

0,5

3,3

V De sorteeruitkomsten zijn gemiddelden van de twee herkomsten. Alle

sorteer-gegevens zijn vermeld in de bijlage.

(5)

Tabel 3. Hardheidsmetingen van de bewaarde objecten op de diverse tijdstippen

bewaarmethode

koelcelbewaring 1 C

koelcelbewaring 3 C

CA-bewaring 1 C

CA-bewaring 3 C

hardheid in kg pp de beoordelingstijdstippen

inzet

9,56

9,56

9,56

9,56

7/11

6,00

6,26

7,47

6,92

5/12

5,55

6,05

8,26

7,64

3/1

5,55

5,12

7,73

7,48

31/1

5,80

5,19

9,03

7,69

28/2

5,94

5,71

9,95

8,24

26/3

5,78

5,57

9,50

8,07

23/4

5,63

5,05

9,52

7,29

16/5

5,56

4,95

10,12

7,69

24/6

5,54

5,40

9,43

7,61

In de onderstaande tabellen zijn de resultaten van de smaakkeuringen vermeld.

Bij een betrouwbaarheid van minder dan 95% (P < 0,05) wordt geen preferentie

ver-ondersteld. In de tabellen wordt dit aangegeven met een streep.

Tabel 4. Vergelijking tussen 1 C en 3 C op diverse tijdstippen op grond van de

totale aangenaamheid

bewaarmethode

koelhuisbewaring

CA-bewaring

koelhuisbewaring

CA-bewaring

herkomst

Zuid-Limburg

Zuid-Limburg

Betuwe

Betuwe

januari

1°C

februari

1°C

1°C

maart

1°C

Tabel 5. Vergelijking tussen 1 C en 3 C op diverse tijdstippen op grond van de

smaak en de consistentie

bewaarmethode

koelhuisbewaring

CA-bewaring

koelhuisbewaring

CA-bewaring

herkomst

Zuid-Limburg

Zuid-Limburg

Betuwe

Betuwe

smaak/aroma

januari

1°C

1°C

maart

1°C

consistentie

februari

1°C

1°C

1°C

maart

1°C

(6)

Bespreking resultaten

Sorteeruitkomsten

Bij de koelhuisbewaring is er een opvallend verschil ten voordele van de bewaring

bij 1 C. Bij deze bewaartemperatuur zijn de aflevingsverschijnselen duidelijk

minder dan bij 3 C, waarbij in februari al zacht en schilbruin optreedt.

Bij 1 C komt erg weinig zacht voor en blijft de aantasting door schilbruin gering.

Indien er sprake zou zijn van lage-temperatuurbederf zou er bij 1 C meer zacht

moeten zijn. Dit is niet het geval.

Bij de CA-bewaring zijn de verschillen tussen de twee bewaartemperaturen gering.

In beide gevallen treedt hoegenaamd geen bederf op, zelfs niet tot in juni. De

appel lijkt onder dat bezwaarregime (6% CO - 3% 0 ) uitstekend houdbaar. Bij

het hoge CO -gehalte bleven de appels behoorlijk groen, hergeen uit oogpunt van

presentatie misschien minder aantrekkelijk is.

Inwendig bruin werd niet geconstateerd, zodat de appels geen schade ondervonden

van de hoge CO -gehalten enerzijds en de lage bewaartemperatuur anderzijds.

Hardheidsmetingen

Tijdens de bewaarperiode werd regelmatig (om de vier weken) de hardheid van de

appels gemeten. De in tabel 3 vermelde gegevens laten zien dat vrijwel direct na

inzet de hardheid sterk vermindert en bij de koelcelbewaring op hetzelfde niveau

blijft staan. In de CA-bewaring treedt in het begin ook een zeer sterke daling op,

waarna de waarden iets stijgen en verder op hetzelfde niveau blijven. Dit is niet

logisch. Vooral ook omdat de hardheid bij de laatste meting maar weinig verschilt

van de inzetwaarde. Een verklaring voor deze feiten is niet te geven.

Toch zijn er enkele tendensen uit deze tabel te halen. In de CA-bewaring blijven

de appels veel harder dan in de koelcelbewaring. Een normaal patroon natuurlijk.

Bij 1 C (ook CA-bewaring) lijken vruchten iets harder te blijven.

Smaakkeuringen

Met deze keuringen werd alleen getracht verschillen tussen de bewaarde objecten

te vinden en wel tussen 1 C en 3 C.

Uit tabel 4 en 5 is op te maken dat voor een gedeelte de preferentie uitgaat naar

I C , in een aantal gevallen scoorden beide temperaturen gelijk, terwijl er nooit

sprake was van een preferentie voor 3 C.

Toch moet er een onderscheid gemaakt worden tussen koelcelbewaring en CA-bewaring.

Bij de koelcelbewaring is het aantal preferenties voor 1 C veel groter dan bij de

CA-bewaring waar het verschil eigenlijk gering was. Blijkbaar was de invloed van

(7)

de temperatuur gering bij deze CA-orastandigheden. Dit is een aspect dat ook bij

de sorteeruitkomsten reeds vastgesteld werd.

Over het algemeen werd de smaak van dit ras door de keurders erg op prijs gesteld.

Hiermee moet wel enig voorbehoud worden gemaakt. De appel smaakt goed als deze

nog in goede conditie is. Is de appel in een te ver stadium (melig) dan reageren

de keurders erg negatief.

Samenvatting en conclusies

Het nieuwe appelras Jonagold werd gedurende het seizoen 1979/1980 op de

bewaar-mogelijkheden getoetst.

Dit gebeurde bij een bewaartemperatuur van 3 C en 1 C.

Bewaard werd onder koelhuisomstandigheden en gescrubde CA-bewaring (6% CO - 3% O )

met appels van twee herkomsten.

Na uitslag werden de appels gecontroleerd op in- en uitwendige bewaarafwijkingen,

terwijl ook smaakbewaringen en hardheidsmetingen werden uitgevoerd.

Voor dit ras kon het volgende geconcludeerd worden:

- de resultaten van sortering, hardheidsmetingen en smaakkeuringen vertonen

de-zelfde tendensen;

- de gevoeligheid voor diverse bewaarafwijkingen lijkt gering te zijn;

- bewaring bij 1 C had een positieve invloed op het bewaarresultaat ten opzichte

van 3 C, vooral bij koelcelbewaring;

- er werd geen lage-temperatuurbederf in enigerlei vorm geconstateerd;

- bewaring bij 3 C leidde tot een wat snellere afleving van het produkt;

- gescrubde CA-bewaring (6% CO - 3% 0 ) voldeed in deze bewaarproef uitstekend;

- gevoeligheid voor hoge koolzuurgasgehalten werd niet geconstateerd;

- de ervaringen zijn nog te beperkt om bewaring bij 1 C reeds te adviseren.

Voorlopig is het nog niet raadzaam om bij temperaturen lager dan 2 C te gaan

be-waren. Hierbij is koelcelbewaring mogelijk tot en met half februari en gewone

CA-bewaring (6% CO - 15% 0

o

) tot en met maart. Gescrubde CA-bewaring (6% CO - 3% 0„ of

3% CO - 3% 0 ) kan voortgezet worden tot en met mei.

Verder onderzoek

De tot dusverre uitgevoerde proeven laten zien, dat Jonagold appels aser goed

be-waarbaar zijn bij temperaturen tot 1 C en hoge CO -percentages. De gevonden

bewaar-condities van dit ras lijken frappant veel op de aanbevolen bewaar-condities van Golden

Delicious. Gezamenlijke opslag van deze rassen zou misschien mogelijk zijn. Dit

zou voordelig kunnen zijn omdat, voorlopig, het aanbod van dit ras nog relatief

gering is.

(8)

Verder moet worden onderkend dat deze feiten zijn verzameld met fruit van slechts

twee herkomsten. Gezien de belangstelling voor het ras zou Jonagold een plaats in de

landelijke bewaarproeven verdienen.

Wageningen, 16 februari 1981

AvS/MJ

(9)

- p 4 3 ü • H fcjD -M O) N G •p CD 4 3 Ö cd > c • H O M cd C O >-3 <H O O fH P . ca . o (1) - P CO S c 44 - p • H 3 O CU - p >H o w 4 3 o C • r l 3 •a ^ a 43 c S3 • H ü P O co cd cd -p O -P •r+ 01 u j a û) ci -P e o 31 cd - p o 0) u • H •o tUO Ö • H 0) p r-l o co c • H r-< Ol •o a cd r$ CU 43 to Ö • H I fn cd a> cd I CUj - p cd cd - r i . - i ö 3 ui i r - l « • H - H 43 3 O rH M 4 2 •P XI O cd N cd cd M l r H Ö • H - H 43 3 CJ h CQ X ! - P 43 ü cd N -P O ^1 I r H Ö • H - H 4 1 3 ü ! H CO 4 3 • P 4 1 O cd N - p O cd cd tUO ca -p w 4 1 0) ü - H •H i-l ai 0> M > cd co - p tn S O X U Cl) 41 CO Ol •H - P • H •o S3 o ü ü I Sn I U cd cu 3 cd a 3 £ S - P eu eu cd 43 -P J-I J-I J-I J-I I I I I I I 1 I I I I I ! I I I I CO O i - f O O I - I 1 > I V O o •"d* r - l

•*

m CD

»»

CM CM

CD O

•*

O o 0 0 CM CD t» m 00 O) ff) 01 0 0 CO CO CD m t-o t-ot-o ff> t-o i co i> o o CO CM 0 0 • * t»- m oo oo O l 0 1 O ) O l CO l > t - 0 0 oo oo en o i i i i i co TH O l I I I o CM • * i-H O t-H O I - I r H T H 0 0 l O 0 0 I I I I I I O I • - I I 0 0 O I I I I I I O t -o t> l > o o oo co co co co t v Ol CO en oo o> t> os i > O) oo o i tr-Cl 1 co r» O ) i 0 0 o o> 1 o 0 0 o

<*

o o 0 0 O l 0 0

»»

r H l O co O ) t> • • • o o co C l 1 oo l> os

•*

*•

o

•*

0 0 O ) m o i - i CM O co o CM IV-i - l CM CM O C M I V O l C M CM C M 01 u 3 4 3 S Ol is 3 •P Ol CQ M U 3 4 3

e

• H CD 3 - P 01 m M U 3 4 3 • H 0) 3 • P 01 m M

*-<

3 4 3 S • H CO • H 3 41 r H 01 o 4 4 3 4 1 r H 01 O 44 CO CO CO CO CO • H 3 4 1 i H O) O CO • H 3 41 r-l <U O CO CO o £ 3 p (11 03 CO • H 3 41 r H 0) O X fcn ! H 3 4 3 S • H - } CO • H 3 41 r - l O) O X d l

&

3 - P Ol CQ CO 1 CD M U 3 4 3

e

• H J CO I CD 01

&

3 - P 01 CQ en - H 3 41 r-H 01 O 44 M

^

3 4 3 S • H r - l 01 • H 3 41 r H 0) O 44 Ol

>

3 - P 01 CQ CO 1 CO bO Sn 3 4 J

e

• H • 4 CO 1 CO u u o u o o o o o o o o O ü o o CO CO CO CO o o o c_> o o o o

o o o o

o u o o

CO CO CO c o

BIJLAGE 1

(10)

bO c •H -H T3 3 d> ,Q

>

c •H bo C •H h CD - p o M i - l CS CI] -P O • P bO cd C S -H h t o cd a & •H <a u 43 - p a ÎH o ta bo C3 r H 03 •P •H 3 OJ C -P O a *H •H ba

c

•H rH <u • p u o 01 bO (3 •H •-I . CD •a

s

cd 43 0) 43 bO a •H 1 h a CD cd a 43 =t 1 bO • P cd « - r i H C 3 « 1 F-) e •rH - H 43 3 O h M 43 • P 43 O cd N • p O Sn <H cd cd bO r-l C •H -H 43 3 O U CO 43 • p 43 u cd N • p o r i 1 •H -H 43 3 Ü U m 43 • p 43 o cd N - P o u <H cd cd bO 1 • P CO x! CD O - H • H r H & u D O) bO > • p bo tn cd S T-\ o CO + . * •p ^ •H Û) 3 43 CO CD •H -P •H •o i a < o o o i n i >w Cd O 3 cd ft 3 ? e +* <u co cd j a - p U i i o>

•*

•>

i CD O

«

00 oo O)

I > 1 1 1 1 co o o co o> r f CO • P I u\ cd i CD cdl £ SI 3 l -p r H I <U M l £Q CO •H 3 43 1-1 CD O M O o H 1 1 1 1 l > O o co o> . 1 1 1 1 1 l > o o co o co CO bO

u

3 j a S •H • J CO •H 3 43 r H CD o X

o

O rH 1 1 1 1 t » O co CO o 1 1 1 1 1 f -o co co o o co <D ? 3 •p <D CQ co 1 co

o

o

1-4 1 1 1 1

»

O co CD O 1 1 1

|

1

»

O co co C i o co bO u 3 43

e

•H • J co 1 co

o

0 I - t 1 1 t »

*

t -rH

|

t ~ CO o CM l > t ~ • s o H 1 O r . CM 1 I l >

•tf

O rH o rr co <u £ 3 • p CD

m

co • H 3 43 r-H CD O

.*

O O CO 1 1 m

*

CM oo

••

•*

m co oo • ^ oo w

«

CM rH

•»

CM m «v CM

|

l >

•*

CM O rH l > r H 0 ) CO • * bO u 3 43

e

•rH J to •H 3 43 i - l CD O M O O co 1 1 oo

•>

o 1 1 CM l > 05 00

•*

o 1 1 1 1 1 o oo O) o CM 0 ? 3 -p CD CQ co i co ü o co 1 1 1 1 1 t ~ co

&

i i i i i i t ^ CD <3>

"tf

CM U 3 43

e

•H J co i CO ü o co i i co

»»

m rH

•*

rH 00

•*

r~ T P o 00 CD

•»

t n rH

»

rH

^

-.

CO 1 1 ^ f rr m o o T H w •H 1 C l <u 3 1 » •<->\ 3 1 -P COI CD r + | CQ CQ • H 3 43 l - \ CD O X O O H 1 1 • *

-CM CM

••

CM rH

-00 co

^

00

^

•»

CM CM

-CM CO

*>

CO - 1 1 oo 'J' rH CM O rH CO bO U 3 43

a

•H

^

CO •H 3 43 r H CD O X, O O rH 1 1 1 1 1 rH CO O 1 1 1 1 1 1 rH CO 05 O) CO (0

g

3 -p CD CQ CO 1 co

o

o

r H 1 1 1 1 1 t ~ CO o> 1 1 1 1 1 1 r-co o> co co bO u 3 43

a

•rH 1-3 CO 1 CD ü o rH 1 1 <M

•*

CD rH 1 CM

«

O) CO co o co 05

•*

00 1 co

co rH co

»

i > i CD O CM O l > CD O i n CD

*

3 • p CD CQ CO •H 3 43 r H CD O X O O co 1 1 oo

"

• t f 1 • *

•»

05 co o rH m co

. •*

•<t> i o

••

00 CM i n

••

o i • ^ r H T H CM CO 00 O

•*

bO u 3 43

a

•H

^

CO • H 3 43 r H CD O X O O co 1 1 1 1 1 i n co o i i i i i i i n «o o> i n co CD

g

3 - P CD CQ CO 1 CO ü o co 1 1 1 1 CD

*

O o co 05 1 1 t o

•*

o 1 1 1 CD CD O)

^

co bO u 3 43

a

•iH >-3 CO 1 CD ü O CO

BIJLAGE 2

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Intern vmralAg fro#f#t«tioB

la 1f68 ia bat opp«rvlftkt»wat«r in da oagaviag van Zoatexwea* vakalijka feaaoaatavd a» oadarsoeht» Hat Jaavgaaââdalda vu» 'liât ohloorioiigch&amp;ltv na# oagavaaT

gras, granen (niet zijnde mais of graanstoppel), ingezaaide kruiden, eitwitgewassen (lucerne, rode klaver) , groene braak, of een combinatie

(loopgedeelte). Het geshredderde hout werd extensief gecomposteerd bij een temperatuur tussen de 25 en 45°C. Tijdens de compostering werd er via de stalvloer lucht door de

houtsnipperbedding werd intensief gecomposteerd bij een temperatuur van 40 tot 55°C. Tijdens de compostering werd er via de stalvloer lucht door de bedding geblazen. Het hoofddoel

Abscisinezuur kan de veroudering versnellen in­ dien het op geïsoleerde bladeren wordt toegepast; het is echter vaak inactief indien het op intacte planten wordt

regarding unity of the party, b) Deputation of the National Party (Orange Free State) to Dr. DF Malan regarding unity of the party, c) Meeting of the caucus of the National

Zowel bij de behandeling met steriele als geïnfecteerde grond lag de rangvolgorde in gemiddeld bladgewicht van de rassen gelijk, namelijk van hoog naar laag: Lennox, Janox,