• No results found

Het gehalte aan bromide in gras

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het gehalte aan bromide in gras"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Lab. Contaminanten VEHSLAC 8J .02

1981-01-12 Pr.nr.: 3.369 Pt·oject: Onderzoek monsters landbouw- en

Vl!>~üt'IJpt'cHillktcn Of> COilLdlll.l -11<111 ten ( LAC fHn. L C!ll V) .

(2)
(3)

Lab. Contaminanten

VERSLAG 81.02

Datum : 1981-01-12

Pr.nr.: 3.369

Project: Onderzoek monsters landbouw- en visaerijprodukten op

contaminanten (LAC Hin. L en V).

Onderwerp: Het gehalte aan bromide in gras.

Voorgaand verslag 80.60 pr.nr. 3.369 d.d. 1980-11-23.

Doel:

Inventarisatie van anorganisch bromidebesmetting van gras in Nederland.

Samenvatting/conclusie:

In dit verslag wordt een overzicht gegeven van de bromidebesmetting

in gras. In totaal zijn 54 grasmonsters onderzocht op anorganisch

bromide. De monsterplaatsen zijn representatief voor de weidegebieden

van Nederland. De mediaan voor de anorganische bromidebesmetting in

gras bedroeg 27 mg Br-/kg op droge stof basis, met een range van

< 10-260 mg Br-/kg op droge stof basis.

Verantwoordelijk: ir L.G.H.Th.

Tuinstra~

Hedewerkers/Samenstellers: A.H. Roos, F. Verwey

ap

/lY

(4)

1. Inleiding

Voorafgaande aan een wenselijk geachte voederproef met lacterende melkkoeien werd een inventarisatie uitgevoerd van bromide in meng-voedera en runwvoeders.

In verslag 80.60 is bericht over het anorganisch bromidegehalte in

men~voedera. In dit vorslag worden do resultaten van de grasmoni -toring gegeven.

2. Monstermateriaal

Het bemonsteringsschema ia samengesteld n.a.v. een procedure voor de selectie van monstergebieden voor representatieve bemonstering van gras in Nederland zoals deze door het Instituut voor Bodem-vruchtbaarheid te Haren (Gr) gehanteerd wordt.

Tevens zijn monsters genomen uit gebieden waar eventueel hoge bro

-midegehalten kunnen voorkomen, nl. het Westland en bij een broom

-verwerkende industrie (Terneuzen).

De monstername werd door diverse Consulentschappen voor de Rund-veehouderij en Akkerbouw uitgevoerd.

De grasmonsters zijn verzameld door diagonaalsgewijs over het per

-ceel te gaan en op 10, 30, 50, 70 en 90% van de diagonaal het gras af te snijden op maaihoogte (1). Het monstergewicht bedroeg ca. 75 gram.

3. Uitvoering 3.1 Voorbewerking

De grasmonsters werden bij -10°C opgeslagen. Voor de verwerking van het gras was het noodzakelijk om de monsters klein te snijden. Door het gras te bevriezen met vloeibare stikstof en daarna te snijden met een groentesnijmachine werd tevens een goed homogeen monster verkregen.

3.2 Analyse methode (2)

Voor de analyse werd 2,5 gram gras in bewerking genomen. Het monster werd aangezuurd met zwavelzuur, waarna acetonitril en een oplossing van ethyleenoxide toegevoegd werd. Het acetonitril extract werd daarna achtereenvolgens behandeld met ammoniumsul-faat, heptaan en natriumsulfaat.

(5)

- 2

-Al naar gelang de concentratie van het gevormde 2-broomethanol

werd het acetonitril extract verdund en 5 ul gelnjectecrd in de

gaschromatograaf. nc detectiegrens voor de bepaling van

anorga-nisch bromide in gras was 10 mg/kg op droge stof.

3.3 Gaschromatografische omstandigheden

De analyses ~~rden uitgevoerd op een Packard 429 uitgerust met een

63Ni electron capture detector.

De condities ~~aronder de experimenten plaatsvonden ~~ren: kolom

kolomvulling draaggas

flow

temperaturen

lengte 1,80 m, im1endi.ge diameter :l mm

10% OV330 op Chromosorb ~lP 80/100 mesh

st.lkstof 30 rol/min (kolom) 10 ml/min (purge) kolom 100°C injector 150°C detector 330°C 4. Resultaten en discussie

In totaal zijn 54 grasmonsters onderzocht. Om een indruk te krij

-gen van de anorganische bromidebesmetting in gras is

de mediaan bepaald. Deze bedroeg 27 mg Br-/kg op droge stof met een range van

<

10-260 mg Br-/kg op droge stof. In tabel 1 zijn de

g~1iddelde gehalten gegeven per monitoringagebied. Alle resultaten afzonderlijk zijn vermeld in tabel 2.

De reproduceerbaarheld is bepaald door enige monsters op verschil

-lende tijdstippen te analyseren. Hieruit bleek dat voor de

Bras-monsters de reproduceerbaarheld 15% bedroeg.

De recovery van toegevoegd KBr bedroeg gemiddeld 96% met een range

87-104% (n=8), Naar aanleiding van monsters met een hoog ano

rga-nisch bromide gehalte is een heronderzoek gestart van vijf percelen

om de oorzaak van de relatief hoge besmetting zo mogelijk op te

sporen. Tevens zal indien mogelijk slootwater, kuilvoer, grond en melk bemonsterd worden.

(6)

-- 3

-Tabel 1 De gemiddelde bromidebesmetting van gras per monitoringagebied

Monitoringagebied

Friesland

- lichte jonge zeeklei

- laaggelegen veen Noord-Holland

- gebied ten N.v/h. Noordzeekanaal (veengronden)

- gebied ten oosten van Alkmaar (oud zeeklei)

Zuid-Holland

- laaggelegen veengronden - hooggelegen veengronden

- grasland Westland gelegen nabij kassen

Riviérengebied

- lichte rivierklei binnendijks

- lichte rivierklei buitendijks Brabant/Limburg

- zandontginningsgronden Limburg

- lÖss

- lichte rivierklei

- overstroomde Maas uiterwaarden Zeeland

- grasland nabij Noordzeekust - grasland nabij Broomchemie,

Terneuzen

Mediaan (van alle waarnemingen)

Aantal monsters 5 5

4

2 4 4 2 4 4 7 3 1 2 3 2 Anorganisch Br-(mg/kg op droge stof gemiddelde 22 40 150 40 22 56

57

19 17 23 40 25 30 49 17 27 range 10-30 13-86 52-260 22-60

<

10-31 34-113 32-81 12-35 10-26

<

10-30 26-58

16-44

36-61 16-19

(7)

- 4

-Tabel 2 Resultaten anorganisch bromide in gras in Nederland

RIKILT

I

Honitorings-

I

Grondsoort/ Plaats

nummer

I

gebied Bijzonderheden

27525 27526 27527 27524 27710 27711 27712 27713 Friesland Friesland lichte jonge zeeklei Engelurn Kantgum Menaldum

laaggelegen veen Weidurn

Haskerhorne Opeinde Nijbeets Opeinde

I

Ge hal te anorg

.

1

I

Br- mg/kg op droge stof 27

<

10 30 43 86 23 13 35

28411 Noord-Holland gebied ten N v/h Broek'Waterland 168

Noordzeekanaal 28412 30615 30616 28054 28055 27533 27534. 27535 27538 3.369.4 (veengronden) Monnikendam Assendelft Assendelft

Noord-Holland gebied ten 0 van Schermer

Alkmaar (oude Zuid-Holland zeeklei) " laaggelegen veengronden Alkmaar Stolwijk Berkenwoude Stohr.l.jk Berkenwoude 52 260 126 20 66

<

10 31 27 18

(8)

- 5

-Vervolg tabel 2

RIKILT

I

Z.lonitorings-

I

Grondsoort/ Plaats l Gehalte anorg.l

nummer

I

gebied Bijzonderheden

I Br- mg/kg op

I

droge stof

27531 Zuid-Holland hooggelegen Roelofsarends- 113

veengronden veen 27532 11 Rijpwetering 41 27536 Rijpwetering 34 27537 Roelofsarends- 35 veen

27529 grasland West- Naaldwijk 81

land nabij kassen

27530 11

De Lier 32

27143 Rivieren- lichte rivierklei Va rik 15

gebied binnendijks 27144 11 Echteld 13 27344 Heteren 35 27346 11 Herwijnen 12

27142 Rivieren- lichte rivierklei Va rik 10

gebied buitendijks 27145 11 Echteld 21 27343 11 Heteren 26 27345 11 Herwijnen 11

27967 Brabant/ zandontginnings- Bakel 20

Limburg gronden 27968 Bergijk < 10 27969 11 Mariahout 26 27970 Lieshout 29 27971 11 11 Asten 18 27972 Budel 30 27973 Hoogeloon 26

(9)

- 6

-Vervola tabel 2

RIKILT

I

Honitorings-

I

Grondsoort/ Plaats

I

Gehalte anorg4

nummer

I

gebied Bijzonderheden

I

Br- mg/kg op

I

droge stof

27136 Limburg LÖss Mechelen 58

2 7137 Noorbeek 36

27138 Rekelrade 26

27140 lichte rivierklei Roosteren 25

27139 Limburg overstroomde Haas Urmond 16

uiterwaarden

27141 Linne

44

27976 Zeeland grasland nabij Aagtekerke 61

Noordzeekust

27977 Domburg 36

Aagtekerke 50

27974 nabij broomchemie Terneuzen 16

Terneuzen

Terneuzen 19

(10)

-- 7

-5. Literatuur

1). H. Mooi "Het nemen van grasmonsters voor botanisch onderzoek", Handleiding voor veldproeven.

Landbouw Voorlichtingsdienst mededeling 77, 1960. 2). RIV rapport nr. 42/74 Tox Rob.

Verzen~lijst: dr J.Th. van Doesburgh dr H. Herstel

dr 1~. de Wit drs F .G. Buizer

dra c.c.J.M. van der Meijs, VKA

11 • .J. Mo 1, VKA

dra D.G. Kloet, secretatie LAC ir L.G.M.Th. Tuinstra

A. Roos

w.

Traag F. Verweij dra H.E. Humroe projektbeheer circulatie (4x)

ir K. Vreman, IVVO Lelystad

Cons. v.d. Rundveehouderij en de Akkerbouw voor N.H. Friesland, Leemvarden

Cons. v.d. Rundveehouderij voor Z.O. Friesland, Leeuwarden Cons. v.d. Rundveehouderij, Alkmaar

Cons. v.d. Rundveehouderij, Gouda

Cons. v.d. Rundveehouderij en de Akkerbouw, Tiel Cons. v.d. Akkerbouw en de Rundveehouderij, Goes Cons. v.d. Rundveehouderij en de Akkerbouw, Waalre Cons. v.d. Rundveehouderij en de Akkerbouw, Roermond

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Hierbij dient opgemerkt te worden dat in het centrum van de Achterhoek (hiermee wordt in het vervolg bedoeld het gebied gelegen tussen Ruurlo, Hengelo en

Ik ben toen wat meer gaan rond- kijken, ging ook de vallei in en vond daar een beek die nog kronkelde en heel proper water had en zo’n smal begeleidend boske met veel soorten die

Per saldo is het effect van deze optie voor het inkomen in de primaire landbouw, zie tabel 3, gelijk voor Nederland, maar het is nadelig voor een aantal gebieden in vooral het

The stars matching between the optical and NIR filters were plotted on NIR colour-colour diagrams showing that the 5 stars that had H α emission lines also had NIR

In the farming system used by ZZ2 nematode analyses showed that regardless of high root-knot nematode densities recorded at the end of a tomato crop cycle, the first

period of Sethemi under two different temperatures of coagulation, 25 ˚C and 37 ˚C; to investigate the behavior of naturally occurring Lactic Acid Bacteria (LAB) and Yeasts during

Effect of a nutrition education programme on nutritional status of children aged 3 - 5 years in Limpopo Province, South Africa.. L F Mushaphi, 1 PhD; A Dannhauser, 2 PhD; C M