• No results found

Bodemmoeheid : een praktijkinventarisatie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bodemmoeheid : een praktijkinventarisatie"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De teelt van pioenrozen op grond waar deze planten eerder hebben gestaan, kan na één of enkele jaren tot problemen leiden doordat de groei van de planten zichtbaar afneemt. In 2008 is een onderzoek gestart naar de mogelijke oorzaken van deze bo-demmoeheid in de teelt van Paeonia, Delphinium en Campanula. PPO Boom-kwekerij onderzoekt of bodemgebonden ziekten, plagen of schimmels de oorzaak zijn, of een door de plant achtergelaten gif-tige stof. PPO houdt er rekening mee dat het ook een combinatie van factoren kan zijn.

Het onderzoek bestaat uit drie onder- delen. Ten eerste wordt in de praktijk ge-keken naar groeiverschillen tussen Paeo-nia-, Delphinium- en Campanula-planten op verse grond en planten op oude grond. Ten tweede is er een veldproef met pioen-roos met verse en oude grond van drie loca-ties. Ten derde worden in het laboratorium toetsen uitgevoerd waarbij wordt gekeken naar de invloed van plantenresten op de groei van Paeonia, Delphinium en Campa-nula.

Bij vijf bedrijven met Campanula en Pae-onia zijn voor de praktijkinventarisatie van meerdere percelen monsters genomen van zieke en enkele ogenschijnlijke gezonde planten. Ook hebben zes bedrijven via de post monsters van pioenen aangeleverd bij PPO. Alle monsters zijn op het oog, en zo nodig microscopisch, beoordeeld. Vervol-gens is ziek en aangetast plantenweefsel op een voedingsmedium gezet. Op deze ma-nier is onderzocht welke ziekteverwekker verantwoordelijk was voor de aantasting.

In de praktijkinventarisatie worden alle aangetroffen ziekten, plagen en schim-mels geïnventariseerd, in zowel aangetaste gewassen als gewassen zonder bodem- moeheidsverschijnselen.

Plagen

Qua plagen zijn op meerdere bedrijven slakken en bladaaltjes waargenomen. Ver-der zijn symptomen van de larve van de aardbeienbloesemkever gevonden en is op

één bedrijf schade door emelten vastgesteld. In een kasteelt van pioenrozen is slawortelboorder gezien. Op meerdere bedrijven kwamen springstaarten voor op het blad, maar die veroorzaken vermoedelijk geen schade aan de planten.

Schimmels

In het groeiseizoen 2008 stak bij de pioenen onverwacht Phytoph- thora de kop op. Er werd echter ook nachtvorstschade gesigna-leerd en de symptomen van beide blijken makkelijk te verwarren. In allebei de gevallen sterft de kop van de plant, kleurt hij zwartbruin, verdroogt hij en buigt hij naar beneden. Het verschil is snel vast te stellen doordat bij nachtvorstschade op de grens van ziek en gezond weefsel in de stengel een holte ontstaat. Ook blad- aaltjes kunnen bij een ernstige aantasting een afgestorven kopje geven, maar de kop buigt dan niet naar beneden. Wel zijn dan vaak kleine, halfgevormde blaadjes te zien.

Naast Phytophthora zijn de volgende ziekteverwekkers uit ziek materiaal geïso-leerd: Alternaria, Cylindrocarpon, Botry-tis, Fusarium, Mucor, Rhizoctonia en Cla-dosporium.

Te vroeg

Er is op dit moment geen ziekteverwekker aan te wijzen die duidelijk vaker voorkomt op grond waar al eerder pioenroos heeft

gestaan en dus de oorzaak van de bodem-moeiheid kan zijn. Voorlopig is met de praktijkinventarisatie de rij met verdachte ziekteverwekkers in pioenroos gegroeid.

Ook bij kwekers van Campanula zijn planten afkomstig van slechte plekken on-derzocht. In de slechtgroeiende Campanu-la-planten zijn vaak Pythium en Fusarium aangetroffen. Bovengronds is Sclerotinia sclerotiorum vaak gevonden. Op één loca-tie was een plant aangetast door Verticil-lium. Van Delphinium is nog weinig mate-riaal verzameld.

Het is momenteel nog te vroeg voor con-clusies naar aanleiding van de praktijk- inventarisatie. Het onderzoek is nog lopen-de. Om tot een conclusie te kunnen komen, zijn nieuwe monsters van planten met bo-demmoeheidsverschijnselen nodig. Ook de twee andere onderdelen van het onderzoek zijn nog niet afgerond. 

Meerdere kwekers van pioenrozen kam-pen met bladaaltjes in hun gewas. Dat bleek uit de inventarisatie van voor-komende plagen en schimmels in onder andere pioenen.

Verder onderzoek

Delphinium-, Paeonia- en Campanula-kwekers

die slechte groei als gevolg van bodem-moeheid vermoeden, en kwekers met pro-blemen met bladvlekken en valse meeldauw in zomerbloemen, worden verzocht contact op te nemen met Frank van der Helm bij PPO Boomkwekerij via (0252) 46 21 21 voor onderzoek.

Vaste planten

De Boomkw ek er ij 3 1/32 (1 augus tus 2008)

25

Van der Helm is onderzoeker duurzame sierteelt en zomerbloemen bij PPO Boomkwekerij en Wageningen UR glastuinbouw, (0252) 46 21 12/frank.vanderhelm@wur.nl. Vink is specialist bij de diagnostiekservice van PPO Boomkwekerij.

Frank van der Helm en Peter Vink

Bodemmoeheid is voor zomerbloementelers en

vasteplantenkwekers een bekend verschijnsel: de

planten groeien minder goed als het perceel eerder

beplant is geweest met hetzelfde gewas. Wat de

oorzaak van deze ’herinplantingsziekte’ is, probeert

PPO te achterhalen.

Bodemmoeheid: een

praktijkinventarisatie

Foto: PPO Boomkwekerij

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Hierdie figuur dui aan dat ongeveer 50% van die blanke manlike entrepreneurs al tien jaar of langer in hul huidige ondernemings gevestig is, terwyl die

CONCLUSION: The results of this study confirm that the high rate of relapse that occurs in patients who suffer from eating disorder symptoms, despite the fact

For this reason, the Botswana history syllabus has never articulated a need for teaching diverse histories, because the official view is that Botswana history is a

lik gestremde leerlinge gestel word, sal hulle die skoal as 'n onaangename plek ervaar, wat weer die klimaat zn die skoal ernstig kan benadeel.. heid van

The quantitative research method and its functions and the different questionnaires used in this study, namely Psycones and Employer's perspective: Measure of psychological

Om de invloed van de zaaidiepte na te gaan op de kieming van gepilleerd tomatenzaad zijn twee zaaidiepten vergeleken. Diep zaaien heeft het voordeel van stevigere— en

The agricultural sector , defined as all activities relating to agricultural input provision, farming and the processing and distribution activities that add value to