De relatie tussen drugsgebruik en delinquentie
een meta-analyse
Naam : G. M. Jonker Studentnummer : 10215956 Betreft : Masterthesis Begeleider : J. J. AsscherTweede lezer : H. Creemers
Aantal woorden : 5343
Abstract
This study focusses on the relation between using drugs and delinquent behavior by meta-analyzing studies between 1990 and 2015 that examined the above mentioned relation. This resulted in K = 69 studies, with N = 255.693 participants. The aim of this meta-analysis is to find out if there is an association between drug use and delinquency and if there is, how strong this association is. This is relevant for prevention programs.
Additionally, this study also aims to reveal moderators that may influence the association between drug use and delinquency. In the literature, gender, sample type and the type of drug that is being used were indicated as potential moderators and thus analyzed in this meta-analysis. The present meta-analysis revealed a small but significant positive association of r = .249 between drug use and delinquency. Gender and the type of drug did not moderate this association, but sample type did. The relation between drug use and delinquency behavior was significant in all sample types, but was the strongest in convenience samples (these are samples with participants in the proximity of a researcher, for instant students).
De relatie tussen drugsgebruik en delinquentie
Op 10 augustus 2009 steekt de 41-jarige Nevzat K. een 31-jarige crècheleidster zeker twintig keer met een stanleymes. De vrouw overleeft de aanval niet. Nevzat, een bekende van de politie, is eerder voor ernstige geweldsmisdrijven veroordeeld en staat erom bekend aan drugs verslaafd te zijn (Parool, 2009; nu.nl, 2009).
Dit is een voorbeeld van een van de vele ernstige incidenten waarbij een aan drugs
verslaafd persoon een delict pleegt. Dit roept de vraag op of er sprake is van een verband tussen drugsmisbruik en crimineel gedrag (delinquentie). Een ernstige drugsverslaving wordt in de DSM-IV (2013) gedefinieerd als het vertonen van zes of meer symptomen als tolerantie, afhankelijkheid, niet kunnen stoppen en problemen in het privéleven en op werk. Volgens de DSM is sprake van misbruik als er in een periode van één jaar druggerelateerde problemen op werk, school of thuis zijn, er gevaarlijke situaties ontstaan en er herhaaldelijke politie of justitiële contacten zijn (DSM-IV, 2013).
Er zijn inmiddels meerdere onderzoeken uitgevoerd naar het verband tussen
drugsmisbruik en delinquentie. Opvallend is dat onderzoekers verdeeld zijn over het bestaan van, en over de sterkte en de richting van het verband. Zo stellen Lipsey en Derzon (1998) dat er wel degelijk een verband is tussen het gebruik van drugs en delinquentie, maar stellen Bui, Ellickson en Bell (2000) en Van Den Bree en Pickworth (2005) dat drugsgebruik niet vooraf gaat aan delinquent gedrag, maar dat delinquentie vooraf gaat aan drugsgebruik.
Whitehead (2012) sluit hierbij aan door te stellen dat er veel drugs wordt gebruikt onder delinquenten. French (2000) vinden een verband tussen drugsgebruik en delinquentie, maar ook tussen delinquentie en drugsgebruik. Ford (2005) rapporteert dat het verband tussen drugsgebruik en delinquentie ontstaat doordat drugsgebruik sociale banden afzwakt. Opvallend hierbij is dat er geen analyses hebben plaatsgevonden om deze hypothese te toetsen. Verder stelt Ford dat er sprake is van een tweezijdig verband. Drugsgebruik hangt
samen met delinquentie en delinquent gedrag hangt samen met drugsgebruik. Barnes, Welte en Hoffman (2002) vinden een sterker verband voor jongere adolescenten en een minder sterk verband voor oudere adolescenten. Er zijn meerdere theorieën die de verschillende richtingen van het verband tussen drugsgebruik en delinquentie kunnen verklaren.
Allereerst noemen Benneth, Holloway en Farrington (2005) de wisselwerking tussen
drug use causes crime en crime causes drug use. Hierbij wordt gesteld dat drugsgebruik delinquentie veroorzaakt en dat delinquentie drugsgebruik veroorzaakt. Hierdoor ontstaat er een vicieuze cirkel. Goldstein (1985) noemt het tripartite model als mogelijke verklaring voor de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie. Goldstein stelt dat farmaceutische effect van de drugs delinquent gedrag kan bevorderen, maar stelt ook dat drugsgebruikers hun
verslaving enkel in stand kunnen houden met geld dat door criminaliteit verkregen wordt. Dit wordt het economic necessity model genoemd. Als laatste stelt hij dat delinquentie een
veelvoorkomend fenomeen is in de wereld van de drugsdistributie. Goode (1997) en Parker en Auerhahn (1998) stellen ook dat een persoon onder invloed mogelijk niet in staat is om helder te denken en doordachte keuzes te maken. Dit betekent dat iemand onder invloed mogelijk eerder een verkeerde keuze maakt en delinquent gedrag vertoont. Ellickson en McGuigan (2000) beweren dat het wonen in een omgeving waarin drugs in overvloede aanwezig zijn, leidt tot veel aangeboden drugs, waardoor de kans op delinquentie groter wordt. Tot slot stellen Menard, Mihalic en Huizinge (2001) dat drugs mogelijk gebruikt wordt om een geslaagde criminele daad te vieren. Deze theorie impliceert dat delinquentie tot drugsgebruik leidt.
In onderzoek van Bui (2000) en Van Den Bree en Pickworth (2005) komt eenzelfde beeld naar voren. Volgens de onderzoekers is delinquentie op basis- en middelbare
veroorzaakt omdat delinquentie zowel een context als groep biedt waarin een persoon in aanraking met drugs komen (White, & Gorman, 2000).
Chaiken en Chaiken (1990) en Parker en Auerhahn (1998) vinden in een literatuurstudie daarentegen juist geen verband tussen drugsgebruik en delinquentie.
Gandossy et al., (1980) vinden enkel een relatie tussen harddrugs en criminaliteit. Hierbij is het belangrijk om te noemen dat de onderzoeken van Lipsey en Derzon (1998), Chaiken en Chaiken (1990), Bui, Ellickson en Bell (2000) en D’Amico, Orlando, Edelen, Miles, en Morral (2008) een steekproef met delinquenten hebben gebruikt, terwijl Gandossy et al. (1980) gebruik gemaakt hebben van een niet-klinische steekproef van adolescenten en Bui, Ellickson en Bell (2000) een steekproef van studenten hebben genomen. Mogelijk modereert het type steekproef het verband tussen drugsgebruik en delinquentie.
Kortom, er is nog geen duidelijkheid over de relatie tussen het gebruiken van drugs en delinquent gedrag en zelfs niet over het wel of niet bestaan van deze relatie. Mogelijk wordt dit veroorzaakt door de veelvoud aan onderzoeken waarin andere resultaten naar voren komen. Dit wordt mogelijkerwijs veroorzaakt door het type steekproef dat gebruikt is en de verschillende leeftijdsgroepen. Ook moet er hierbij opgemerkt worden dat er een aantal onderzoeken, zoals Gandossy et al., (1980); Chaiken en Chaiken (1990) en Lipsey en Derzon (1998), naar dit onderwerp enigszins gedateerd zijn.
Onderzoek naar het verband tussen drugsgebruik en delinquentie is relevant om meerdere redenen. In de eerste plaats omdat het drugsgebruik onder de jongeren in de afgelopen jaren is gestegen (Pedagogiek online, 2012). Ruim 60% van de jongeren geeft aan (recreatief) drugs te gebruiken (NU.nl, 2013). Hierom moet, indien er een verband bestaat tussen drugsgebruik en delinquent gedrag, er ingezet moet worden op (preventieve) interventies voor gebruikers om delinquentie te voorkomen en indien er al sprake is van
delinquent gedrag, dit te beperken. Tevens moet er worden ingezet op het voorkomen en minderen van drugsgebruik.
In het huidige onderzoek wordt er middels een meta-analyse gekeken of er een verband is tussen drugsgebruik en delinquentie. Een meta-analyse is in dit geval van belang omdat er een groot aanbod van onderzoeken is en een meta-analyse verhelderend kan zijn. Dit omdat door een dergelijk onderzoek een overkoepelend beeld ontstaat waarin alle resultaten van voorgaande onderzoeken geïntegreerd zijn (Born, & Mol, 2006).
Op de meta-analyse van Lipsey en Derzon (1999) en Bennett, Holloway en Farrington
(2005) na zijn er voor zover bij ons bekend geen meta-analyses naar dit onderwerp uitgevoerd en hebben deze meta-analyses de discussie over het verband tussen drugsgebruik en
delinquentie niet beslecht.
Het huidige onderzoek is erop gericht de discussie over drugsgebruik en delinquentie te verduidelijken door vast te stellen of er een relatie is tussen het gebruiken van drugs en delinquentie. Er wordt hierbij niet gekeken naar de relatie tussen delinquentie en het gebruiken van drugs, omdat het hierbij gaat over een ander type verband. Omdat mogelijk kenmerken van de steekproef of van soort drug die gebruikt is het verband tussen drugs en delinquentie kunnen beïnvloeden zullen moderatoren getoetst worden.
Allereerst zal geslacht als moderator onderzocht worden. Volgens Mason en Windle (2002) zijn er aanwijzingen dat de sterkte van het verband tussen drugsgebruik en
delinquentie groter is bij jongens dan bij meisjes. Volgens White, Loeber, Stouthamer-Loeber en Farrington (1999) moeten preventieve maatregelen vooral op meervoudig gebruikende mannen gericht zijn, daar deze groep het grootste risico loopt op delinquentie.
Vervolgens zal naar type drugs gekeken worden, omdat aannemelijk is dat mogelijke
verschillen in sterkte en richting van het verband verklaard kunnen worden door het soort drug dat gebruikt is. In het onderzoek van Gandossy et al., (1980) wordt er enkel een relatie
gevonden tussen harddrugs en delinquentie. Bennett, Holloway en Farrington (2005) stellen dat crack de kans op criminaliteit zes keer groter maakt, heroïne ongeveer drie keer en cocaïne ongeveer 2 keer. Tevens stellen zij dat ‘recreatieve’ drugs als marihuana en XTC de kans op criminaliteit ongeveer 1,5 groter maken, maar dat de associatie tussen deze drugs en delinquentie veel kleiner is dan bij crack, heroïne en cocaïne. In huidig onderzoek wordt verwacht dat er een verband wordt gevonden tussen het gebruik van drugs en delinquentie.
Tenslotte zal er gekeken worden naar moderatie door het type steekproef. Beschikbaar
onderzoek onderscheidt zich door verschillende soorten steekproeven (klinisch versus niet klinisch), waardoor het niet helder is in welke groep(en) de grootste kans is op delinquent gedrag in relatie tot drugsgebruik. Daarnaast is er ook onenigheid over of het type steekproef het verband beïnvloedt. Zo stellen Dembo et al., (1993) in onderzoek binnen een
jeugdgevangenis dat er geen sprake is van een verband tussen drugsgebruik en delinquentie, terwijl D’Amico, Orlando, Edelen, Miles, en Morral (2008) dit verband wel vinden. Kortom, een meta-analyse naar deze en de bovenstaande onderwerpen kan verheldering bieden over het verband tussen drugsgebruik en delinquentie.
Methode
Om bovenstaande onderzoeksvragen te beantwoorden zal een meta-analyse uitgevoerd worden.
Selectie van de studies
Allereerst is er door drie onderzoekers gezocht naar relevante studies in de databases Google Scholar, ScienceDirect, ERIC, PiCarta en Web of Science. Elke onderzoeker heeft twee databases toegewezen gekregen. Er is door alle onderzoekers gebruik gemaakt van de searchstring: (delinquen* /OR crim* /OR violence /OR aggress*) AND (alcohol /OR substance /OR drug /OR cannabis /OR cocain /OR heroin /OR XTC /OR MDMA) AND
(youth /OR adolescen* /OR teen*). Dit is gedaan door de bovenstaande string en in de daarvoor bestemde search fields in te voeren.
Studies zijn geïncludeerd in deze meta-analyse als zij voldeden aan de volgende
criteria: (1) de studies zijn tussen 1990 en heden gepubliceerd; (2) de leeftijd van de
participanten ligt tussen de 12 en de 23 jaar. Dit leeftijdsbereik is gekozen omdat de nieuwste
theorieën over ontwikkeling aangeven dat de hersenen ook na het 18e levensjaar nog in
ontwikkeling zijn(Crone, 2011), maar we tegelijkertijd de studie wel specifiek op jongeren
wilden richten; (3) het type steekproef moet traceerbaar zijn (klinisch of niet klinisch); (4) De uitkomstmaat is delinquentie/delinquent gedrag inclusief agressie en geweld en de
afhankelijke variabele drugsgebruik. Studies met participanten met een gemiddelde leeftijd boven de 23 jaar en onderzoeken naar het verband tussen drugsgebruik en delinquentie onder invloed van specifieke moderatoren, als bijvoorbeeld tienerzwangerschap, worden niet geïncludeerd. In Tabel 1 zijn alle geïncludeerde studies inclusief effectsize weergeven.
Het invoeren van de bovenstaande zoekopdrachten in PiCarta leverde 480 hits op
waarvan er 39 aan de inclusiecriteria voldeden. ERIC leverde 1190 hits op, waarvan er 11 aan de inclusiecriteria voldeden. Bij Web of Science waren dit respectievelijk 1772 hits, waarvan 44 artikelen geïncludeerd zijn. Bij UvA UBA plus ging het om 1190 hits en 31 artikelen die voldeden aan de criteria voor inclusie. Google Scholar leverde 1930 hits op, waarvan 35 relevant bleken. Sciencedirect leverde 792 hits op. Hiervan zijn 16 artikelen geïncludeerd. Na
het zoeken bleken 56 geïncludeerdeartikelen in meer dan één database gevonden te zijn.
Vervolgens is er volgens het concept van de sneeuwbalmethode gezocht naar artikelen
in de referentielijst van de reeds geïncludeerde studies. Het zogenaamde snowballing heeft 7 artikelen opgeleverd. In de totaliteit heeft het zoeken K = 116 studies opgeleverd waarvan er uiteindelijk 69 geïncludeerd zijn. Tijdens het coderen zijn er 47 studies afgevallen die niet aan de inclusie criteria bleken te voldoen omdat de leeftijd van de steekproef te hoog was of
omdat er was gerapporteerd over het verband tussen delinquentie en drugsgebruik en niet andersom.
Coderen van de studies
Allereerst werd er gekeken naar de specifieke eigenschappen van de steekproef als de N, de gemiddelde leeftijd van de participanten, geslacht en hoe de steekproef zich verhoudt in het percentage jongens en meisjes. Ook werd er gekeken naar de setting van het onderzoek (bijvoorbeeld een justitiële jeugdinrichting). Verder werd er gecodeerd welk type drugs gebruik onderzocht werd en in welke mate deze middelen gebruikt werden (lifetime user, gebruik, misbruik, continuüm). Indien er in een geïncludeerd onderzoek meerdere type drugs werden onderzocht, is het gemiddelde van de uitkomstmaten genomen. Verder zijn nog enkele andere kenmerken gecodeerd die voor deze studie niet relevant was. Voor deze meta-analyse werd er geen onderscheid gemaakt in het type delinquentie omdat de uitkomstmaat delinquentie in het betreft.
Tijdens het coderen is er regelmatig contact geweest tussen de codeurs over
beslissingen. Zo is er vastgesteld dat er alleen sprake is van extreem geweld bij poging tot doodslag/moord en bij moord. In onder andere de studies van Epstein, Botvin, Diaz, Williams en Griffin (2008) en Mason en Windle (2002) wordt er gesproken over ‘hitting a teacher or a parent’, dit is gecodeerd als geweld. Het gooien met objecten (Epstein et al., 2008) als
agressie. Dating aggression (Felson, Teasdale, & Burchfield, 2002) als agressie en carrying a (concealed) weapon (Ferguson, & Meehan, 2010) evenals inbreken (Durant, Knight, & Goodman (1997) als delinquentie niet anders gespecificeerd.
Nadat deze stappen gevolgd waren is er genoteerd wat de toetsingsuitkomsten waren
van de studie met de statistische grootheid die gebruikt werd. Deze uitkomstmaten zijn na het coderen omgezet in correlaties (r), met behulp van een coding sheet
(www.stat-help.com/.../Converting%20effect%20sizes). De geïncludeerde studies zijn verdeeld onder de studenten die participeerde aan het onderzoek. Na het coderen is er steekproefsgewijs
gecontroleerd om de betrouwbaarheid van het onderzoek te waarborgen De interbeoordelaarsbetrouwbaarheid op basis van die steekproef bleek .832.
Analyses
Vervolgens worden alle verschillende teststatistieken omgerekend naar correlaties. Dit is gedaan met behulp van een effect size calculator (http://gunston.gmu.edu/cepcp/EffectSize Calculator ). Hierna de Macro’s van Lipsey en Wilson (2001) gebruikt. de Mean ES macro is gebruikt om de algemene effectsize te berekenen. In de output is ook weergegeven of er sprake is van homogeniteit tussen de artikelen. Dit is relevant om te beoordelen of de
individuele studies het populatiegemiddelde adequaat weergeven. Tevens is heterogeniteit een voorwaarde om moderatie te mogen toetsen (Sheets Meta-analyse, door T. van der Stouwen, 2015).Vervolgens werd de MetaF macro voor categorische variabelen gebruikt om te kijken of geslacht, type steekproef en type drugsgebruik modereren voor het verband tussen
Tabel 1
Overzicht Geïncludeerde Studies Meta Analyse verband Drugsgebruik en Delinquentie
Auteur(s) en jaartaal N Leeftijd % man Type drugs Type delinquentie Sample type r
Amico et al., (2008) 449 15.5 87 Alcohol, cannabis, niet
gespec.
Geweld, vermogen, overig
Justitieel .44
Bachman, et al., (2010) 2643 17-19 43 Alcohol, drugs niet
gespecificeerd
Geweld Bevolkingscohort .38
Baskin-Sommers, & Sommers (2006)
106 18-21 59 Metamphetamine Geweld, overig Justitieel .07
Becker et al., (2012) 69 13.5 32 Alcohol, cannabis Overig / niet
gespecificeerd
Justitieel .53
Blitstein, et al., (2005) 1150 12.8 51 Alcohol, cannabis Geweld Convenience sample .28
Brook, Whiteman, & Finch (2013)
412 13-18 Alcohol, cannabis, cocaïne,
heroïne, amphetamine, LSD
Overig / niet gespecificeerd
Bevolkingscohort .05
Brunelle, & Tremblay (2014) 726 15.2 Alcohol, cocaïne,
hallucogenen
Calvete, Orue, & Gamez-Guadix (2013)
1072 13-17 44 Drugs niet gespecificeerd Geweld Convenience sample .16
Carney, et al., (2013) 638 17.6 56 Alcohol, drugs niet
gespecificeerd
Overig / niet gespecificeerd
Convenience sample .70
Chabrol et al., (2010) 615 16.9 62 Cannabis Geweld Convenience sample .93
Chabrol, et al., (2012) 972 16.9 61 Alcohol, cannabis Overig / niet
gespecificeerd
Convenience sample .04
Chabrol, et al., (2012) 615 16.9 62 Alcohol, cannabis Overig / niet
gespecificeerd
Convenience sample .38
DeLisi, et al., (2015) 500 89 Drugs niet gespecificeerd Overig / niet
gespecificeerd
Justitieel .23
Dembo, et al., (1997) 114 14.6 61 Alcohol, cannabis, cocaïne Vermogen,
drugsdelicten, geweld
Justitieel .23
Dembo, et al., (2010) 183 14.8 65 Alcohol, cannabis, drugs
niet gespecificeerd
Vermogensdelicten Convenience sample
Dradowski, et al., (2014) 1349 16 86 Alcohol, non prescripted drugs
Geweld,
vermogensdelicten
Justitieel .37
Durant, Knight, & Goodman (1997)
173 15-18 31 Alcohol, niet gespec. Overig / niet
gespecificeerd
Psychiatrisch .57
Durant, Triber, & Goodman (1999)
225 12,9 49 Alcohol, cannabis, crack,
cocaine,
Geweld Convenience sample .25
Epstein, Botvin, & Diaz (2000) 517 14.1 49 Alcohol, cannabis Geweld, agressie, overig Convenience sample .25
Farell, et al., (1992) 2237 47 Alcohol, cannabis,
anti-depressiva, hallucogenen, stimulanten, cocaine, crack,
Overig / niet gespecificeerd
Convenience sample .40
Ferguson, & Meehan (2010) 8256 14 50 Niet gespec. Geweld, overig Bevolkingscohort .19
Ford (2005) 1419 11-17 53 Drugs niet gespecificeerd Overig / niet
gespecificeerd
Convenience sample .18
Ford (2008) 17000 14.5 51 Alcohol, pijnstillers,
kalmerende middelen, stimulanten
Overig / niet gespecificeerd
Grigsby, et al (2014) 1963 17 47 Alcohol, cannabis, cocaïne, methamphetamine, XTC, LSD Overig / niet gespecificeerd Convenience sample .07
Hamerslag, et al., (1990) 210 15.3 65 Alcohol, cannabis, drugs
niet gespecificeerd
Vermogensdelicten, geweld, drugsdelicten
Convenience sample .24
Hunter, Miles, & Pedersen (2014) 193 16,6 67 Alcohol Overig / niet
gespecificeerd
Psychiatrisch .01
Kim, & Kim (2005) 1908 15.7 39 Alcohol, cannabis,
hallucogenen, slaappillen, verdovingsmiddelen
Overig / niet gespecificeerd
Convenience sample .34
Kivimaki, Kekonen, & Valtonen (2014)
1773 13-18 100 Alcohol Agressie Bevolkingscohort
Laufer, et al., (2008) 1571 48 Alcohol, cannabis, heroïne,
cocaïne, LSD, XTC, methadone
Geweld, overig / niet gespecificeerd
Lowrey, et al., (1999) 10.90 4
16.2 52 Alcohol, cannabis Geweld, overig / niet
gespecificeerd
Convenience sample .28
Maldonado- Maldini et al., (2010) 3038 14.2 51 Alcohol, cannabis Geweld Convenience sample .28
Marcus, & Jamison (2013) 14369 21,8 51 Alcohol, cannabis, cocaïne,
LSD, PCP
Geweld Bevolkingscohort .60
Mason, & Windle (2002) 1218 15.5 49 Alcohol, cannabis Geweld, overig Bevolkingscohort .32
McNaughton Reyes et al., (2014) 2455 15-19 47 Alcohol, cannabis, cocaïne,
LSD, XTC
Geweld Convenience sample .05
McNaughton, et al., (2014) 1920 47 Alcohol, cannabis, cocaïne,
LSD, heroine, XTC, andere harddrugs
Geweld Convenience sample .02
Noffsinger, et al., (2012) 1555 32 Alcohol, cannabis, cocaïne Geweld Convenience sample 0.1
5
Otero-Lopez et al., (1994) 2022 14-18 100 Alcohol, cannabis, niet
gespec.
Paradise, & Cauce (2003) 194 17 56 Alcohol, cannabis, niet gespec.
Overig / niet gespecificeerd
Justitieel .22
Passini (2012) 336 16.7 36 XTC, cocaïne Vermogensdelicten,
geweld
Convenience sample .27
Pena, et al., (2009) 1629 16.6 48 Alcohol, cannabis, cocaïne,
heroïne, amphetamine
Geweld Convenience sample .15
Philips (2012) 881 14-18 75 Cocaïne Geweld justitieel .28
Popovici, et al., (2012) 9576 18-26 41 Alcohol, niet gespecificeerd Vermogensdelicten Bevolkingschohort .09
Reingle, et al., (2012) 9421 15.3 43 Cannabis, drugs niet
gespecificeerd
Geweld Bevolkingscohort .19
Saner, & Ellickson (1996) 4500 52 Alcohol, cannabis, cocaïne Geweld, agressie, zeden, Convenience sample .16
Sen, Averet, Argys, & Rees (2009)
9207 16 51 Alcohol, cannabis Vermogensdelicten Bevolkingscohort .08
Stoddard, et al., (2015) 599 14-23 59 Alcohol, cocaïne Agressie Psychiatrisch .11
Swartout, & White (2010) 621 18.5 100 Cannabis, overig Zedendelicten Convenience sample .08
-.40
Valeos, & McKeown 4137 12-19 69 Alcohol, cannabis, cocaïne,
heroine, niet gespec.
Geweld, overig Bevolkingscohort .31
van der Put et al., (2014) 13.31
7
12-18 72 Niet gespec. Agressie Justitieel .11
White et al., (1999) 506 18.5 100 Alcohol, cannabis, niet
gespec.
Geweld Convenience sample .09
White, et al., (2013) 971 13-18 100 Alcohol, cannabis, hard
drugs
Agressie Bevolkingscohort .20
Yeater, Lenberger, & Bryan (2012)
728 15.7 100 Cannabis, drugs niet
gespecificeerd
Geweld Justitieel .13
Zaha, Helm, Baker, & Heyes, (2013)
18 Publicatie bias
Om vast te stellen of er sprake is van publicatie bias, dient het FS nummer groter te zijn dan 5*aantal studies = 5 * 69 = 345 + 10 = 355. Het FS nummer van huidige meta-analyse bedroeg 390 en is groter dan 355. Daarmee mag geconcludeerd worden dat er in huidig onderzoek geen indicatie is voor publicatie bias.
Resultaten
In deze meta analyse over de samenhang tussen drugsgebruik en delinquentie zijn in totaal K = 69 studies geïncludeerd, waarbij in totaal N = 255.693 deelnemers betrokken waren. Het aantal deelnemers varieerde per studie van 69 tot 17.000 en bedroeg gemiddeld 2.223 per studie met een leeftijd van M = 16,6 (range: 10,7 tot 21,8).
De algemene effect size voor de random effecten in r voor de samenhang tussen drugsgebruik en delinquentie is significant (ES drugs_del = .249, p < .001). Dit kan omschreven worden als een klein effect (Cohen, 1988) dat aantoont dat drugsgebruik en delinquent gedrag positief samenhangen.
Uit de heterogeniteitsanalyse van de algemene effectsize blijkt dat er sprake is van heterogeniteit tussen de groepen (Q between = 11211.136, p <.001). Dit houdt in dat er moderator analyses uitgevoerd mogen worden, waardoor de deelvragen met betrekking tot de moderatoren beantwoord kunnen worden.
Met behulp van de macro’s en de syntax van Lipsey en Wilson (2001) voor discrete
moderatoren is het moderator effect voor geslacht, type steekproef en type drugs onderzocht. De resultaten van de discrete moderator analyses staan weergeven in Tabel 2. Hierbij is de effectsize voor de gehele moderator weergeven (geslacht, type drugs, type steekproef), maar ook de effectsize van de categorieën (man, vrouw, klinische steekproef etc). De effectsizes die niet significant zijn, mogen niet geïnterpreteerd worden.
19 Geslacht
Allereerst is onderzocht of de samenhang tussen drugsgebruik en delinquentie gemodereerd wordt door geslacht. Uit de resultaten bleek dat geslacht het verband tussen drugsgebruik en delinquentie niet modereerde (Qbetween = 1.483. d.f. = 2,93, p =.477).
Type steekproef
Ook is er gekeken of het type steekproef van invloed was op de sterkte van het verband tussen drugsgebruik en delinquentie. Type steekproef bestond uit vier categorieën (klinisch
psychiatrisch, klinisch justitieel, niet-klinisch bevolkingscohort en niet-klinisch convenience sample), waarvan één categorie (klinisch justitieel) slechts matig gevuld was (n = 1). Daarom zijn de categorieën klinisch psychiatrisch en klinisch justitieel samengevoegd.
Uit de resultaten bleek dat de type steekproef het verband tussen drugsgebruik en
delinquent gedrag significant modereert (Q = 6.353. d.f. 2.93. p <.05). Uit de ES blijkt dat het verband tussen middelengebruik en delinquent gedrag het sterkst is in de studies die gebruik maken van een convenience sample sample (ES = .349, p <.001) gevolgd door studies met een klinische populatie (ES = .279, p <.001). Het verband is het minst sterk bij studies met bevolkingscohorten als steekproef (ES = .199, p <.001).
Type drugs
Tevens is er gekeken of het type drugs dat gebruikt wordt, de samenhang tussen drugsgebruik en delinquentie modereert. Uit de resultaten bleek dat type drugs het verband tussen
drugsgebruik en delinquentie niet modereert (Q = .353, d.f. = 2.92, p = .838). Ter verdieping is er gekeken of specifiek type harddrugs (cocaïne, heroïne, XTC, LSD, methamphetamine) het verband tussen gebruik en delinquentie modereert. Dit bleek niet het geval te zijn (Q = .429. d.f. 2.19. p = .807). Omdat de drug heroïne matig gevuld was (n = 1) is er voor gekozen cocaïne en heroïne samen te voegen en de moderator analyse nog een keer uit te voeren. Ook na het samenvoegen bleek het type drugs geen moderator te zijn voor de samenhang tussen
20
drugsgebruik en delinquentie (Q = 5.179. d.f. 1.20, p =.642).
Tabel 2
Moderator Analyses verband Drugsgebruik en Delinquentie
Moderator Categorie Effectsize Qbetween p
Geslacht Man Vrouw Allebei .206 .292 .301 .231 1.483 .477 Type steekproef Klinische steekproeven Niet-klinisch bevolkingscohort Niet-klinisch convenience sample .276*** .279*** .199*** .349*** 6.353 <.05 Type drugs Cocaïne/heroïne XTC Amphetamine .285 .292 .307 .231 0.353 .838 Noot. * p <.05; ** p <.01; *** p <.001
21 Discussie
In deze studie is de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie bij jongeren van 12 tot 23 jaar onderzocht. Op basis van een meta-analyse die bestond uit 69 studies, met een totale N van 255.693 bleek de effectsize klein, maar significant. Drugsgebruik en delinquentie hangen positief samen. Naast het algemene verband is er ook gekeken naar moderatoren. Er is gekeken of geslacht, het type steekproef en het type gebruikte drug het verband tussen drugsgebruik en delinquentie beïnvloeden. Geslacht bleek de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie niet te modereren. Het type drug dat gebruikt wordt, bleek de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie ook niet te modereren. Het type steekproef bleek de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie wél te modereren. Het verband tussen drugsgebruik en delinquentie bleek in elk type steekproef significant, maar was respectievelijk het sterkst in onderzoeken waarbij gebruik werd gemaakt van convenience samples, klinisch
justitieel/psychiatrische samples en tot slot bevolkingscohort samples.
De bevinding dat drugsgebruik positief samenhangt met delinquentie komt overeen
met de onderzoeksresultaten van de meta-analyse van Lipsey en Derzon (1998), Barnes, Welte en Hoffman (2002) en Ford (2005) die tevens een klein doch significant effect vinden die minder sterk wordt naarmate de participanten ouder worden. Dit is in tegenspraak met wat er in de onderzoeken van Bui, Ellickson en Bell (2000) en van den Bree en Pickworth (2005) die stellen dat drugsgebruik niet met delinquentie samenhangt, maar dat delinquentie met drugsgebruik samenhangt. Alhoewel het verband klein is, is het wel degelijk relevant voor onder andere preventiedoeleinden. Er zal moeten worden ingezet op het voorkomen en terugdringen van drugsgebruik om zo delinquentie te reduceren.
Vervolgens is er gekeken of geslacht de relatie tussen drugsgebruik en delinquent
gedrag modereert. Er werd verwacht dat het verband tussen drugsgebruik en delinquentie bij mannen sterker zou zijn. Geslacht bleek het verband tussen drugsgebruik en delinquent
22
gedrag niet te modereren. Het is dus niet zo dat drug gebruikende jongens vaker of meer delicten plegen dan meisjes die drugs gebruiken. Mogelijkerwijs wordt dit veroorzaakt omdat er in deze meta-analyse verscheidene studies zijn geïncludeerd met convenience samples die voor een groot deel bestaan uit vrouwelijke studenten, waardoor er een vertekend beeld ontstaat (Passini, 2012; Popovici, et al., 2012; Temple, 2013).
Ook het type drugs dat gebruikt wordt blijkt geen moderator te zijn voor het verband
tussen middelengebruik en delinquentie. Dit komt niet overeen met de bevindingen van Gandossy et al., (1998) die stelden dat er enkel een verband was tussen harddrugs en delinquentie. Ook sluit dit niet aan bij de bevindingen van Bennet, Holloway en Farrington (2005) die stellen dat het gebruik van crack de kans op criminaliteit aanzienlijk laat toenemen, terwijl party drugs als XTC de kans op delinquent gedrag niet vergroot. Mogelijkerwijs zijn de resultaten beïnvloed doordat er in de geïncludeerde studies te weinig variatie was in de typen drugs. Zo is de hoeveelheid onderzoeken naar de relatie tussen afzonderlijke typen drugs als cocaïne (N = 17), heroïne (N = 1) en LSD (N = 0) en delinquentie zeer beperkt.
Vervolgens is er gekeken of het type steekproef de relatie tussen drugsgebruik en
delinquentie modereert. Dit bleek het geval. Bij elk type steekproef, te weten klinisch justitieel en klinisch psychiatrisch samengevoegd, klinisch convenience sample en niet-klinisch bevolkingscohort. Het effect van het verband was het grootst bij steekproeven die gebruik maakten van een niet klinisch convenience sample, daarna bij steekproeven die gebruik maakte van een klinisch sample. Bij de steekproeven bestaande uit een
bevolkingscohort bleek de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie het minst sterk. Convenience samples bestaan uit participanten uit de proximale omgeving van de
onderzoeker. In tegenstelling tot(prospectieve) bevolkingsstudies en klinische samples zijn persoonsgegevens van deelnemers aan convenience-samples vaak niet bekend, wat kan maken
23
Het gegeven dat elk type steekproef het verband tussen drugsgebruik en delinquentie
modereert betekent dat de eerder in de thesis genoemde verklaring dat het type steekproef de uiteenlopende bevindingen van onder andere Chaiken en Chaiken (1990) Bui, Ellickson en Bell (2000) en D’Amico, Orlando, Edelen, Miles, en Morral (2008) kan verklaren over of er wel of geen relatie tussen drugsgebruik en delinquentie is, geen steek houdt. Een mogelijke verklaring kan de onevenredige verdeling tussen de steekproeven zijn. Zo valt het op dat er verscheidene grote studies zijn die bestaan uit convenience samples (Lowrey et al., 1999; Blitstein, 2005). Hierdoor zou er een grotere spreiding kunnen zijn in zowel middelengebruik en delinquent gedrag dan dat dit het geval is in de klinische samples. In de klinische samples zullen drugsgebruik en delinquent gedrag vermoedelijk vaak samengaan. Een andere
mogelijke verklaring voor de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie is dat jongeren onder invloed van middelen minder remmingen hebben of een gebrekkigere impulscontrole
waardoor de stap naar delinquent gedrag sneller wordt gezet (Goode, 1997; Parker, & Auerhahn, 1998). Er zal rekening gehouden moeten worden met de mogelijkheid dat de sterkte van de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie gemedieerd door bijvoorbeeld het sociale netwerk van de jongere. Het is belangrijk om te beseffen dat drugsgebruik wel degelijk tot delinquentie kan leiden, maar dat de wijze van uiten door persoonsgebonden factoren beïnvloed kan worden (Ford, 2005).
Het gegeven dat er een klein maar significant effect wordt gevonden voor de relatie
tussen drugsgebruik en delinquentie betekent dat er wellicht een grote rol voor voorlichting is weggelegd. Ook onder hoger opgeleiden, daar convenience samples vaak bestaan uit
respondenten uit de proximale omgeving van de onderzoeker en dus in veel gevallen
studenten zullen betreffen. Idealiter vindt er uitgebreide voorlichting plaats in de bovenbouw van de basisschool. Verder lijkt er op basis van deze meta-analyse geen specifieke aandacht nodig te zijn voor het verschil tussen jongens en meisjes. Ook het type drug dat wordt
24
gebruikt lijkt niet relevant om in preventie programma’s mee te nemen. Echter is het kort door de bocht om geen rekening te houden met geslacht tijdens voorlichting en preventie omdat er verscheidene factoren zijn die de effectiviteit van een dergelijk preventieprogramma kunnen beïnvloeden daar er een aantal sekseverschillen zijn volgens Mofitt, Caspi, Rutter en Silva (2001). Zo zijn meisjes over het algemeen op een jongere leeftijd in staat om op een volwassen en rationele manier keuzes te overdenken, terwijl jongens vaker impulsief handelen. Op deze verschillen kan ingespeeld worden tijdens voorlichting en
preventieprogramma’s. Dit geldt ook voor het type drugs dat gebruik wordt. Dit kan wel degelijk een rol spelen. Omdat het van belang is om aan te sluiten bij de leefwereld van de jongeren is het bijvoorbeeld niet gewenst om een preventieprogramma gebaseerd op wiet aan cocaïne gebruikers aan te bieden.
Huidig onderzoek kent echter een aantal beperkingen. Zo is er gekeken naar het
verschil tussen klinische en niet klinische steekproeven. Hierin is onderscheid gemaakt tussen klinisch justitieel, klinisch psychiatrisch, niet-klinisch convenience sample en niet-klinisch bevolkingscohort. Het bleek dat er te weinig onderzoeken waren die gebruik hadden gemaakt van een onderzoeksdesign met een klinisch psychiatrische steekproef. Om met zekerheid te kunnen rapporteren op welke wijze het type steekproef het verband tussen drugsgebruik en delinquentie modereert is er voor gekozen om klinisch psychiatrisch en klinisch justitieel samen te voegen. Mogelijk was er een ander beeld ontstaan als deze groepen beiden voldoende lading hadden om onderzocht te kunnen worden.
Verder is er in de geïncludeerde studies gebruik gemaakt van verscheidene studies met een grote steekproef (Ford, 2008; Reingle et al., 2009; Marcus, & Jamison, 2009; Ferguson, & Meehan, 2012; Popovici et al., 2012; Dradowski et al., 2009). Deze studies hebben mogelijk een onevenredig grote invloed gehad op de resultaten.
25
gemaakt tussen mannen en vrouwen. Dan stond er enkel beschreven hoeveel participanten geïncludeerd waren, maar niet hoe de verdeling jongens en meisjes was (Brook et al., 1992; Brunelle et al., 2014; DeLisi et al., 2015). Hierdoor is er mogelijk een vertekend beeld ontstaan over de rol die geslacht als moderator speelt. Onderzoek wat specifiek gericht is op de verschillen tussen de geslachten in de relatie met drugs is zeldzaam.
Verder stelt Ford (2005) dat de mate van drugsgebruik samenhangt met de mate van
delinquentie. In niet alle artikelen is er onderscheid gemaakt tussen drugsgebruik en drugsmisbruik. Niet alle gebruikers zijn gelijk in de mate van drugs inname, waardoor er mogelijk een vertekend beeld is ontstaan. Hier is in huidig onderzoek niet voor gecontroleerd.
Ondanks de beperkingen hebben is in deze meta-analyse getracht om de relatie tussen
drugsgebruik en delinquentie te verhelderen en de richting van dit verband te duiden. Hieruit blijkt dat drugsgebruik significant met delinquentie samenhangt. Geslacht en het type drug dat gebruikt wordt blijken geen invloed te hebben op het verband tussen drugsgebruik en
delinquentie. Het type steekproef blijkt wel invloed te hebben op dit verband. Uit onderzoek blijkt dat het type steekproef, klinisch- of niet-klinisch, het verband tussen drugsgebruik en delinquentie significant modereert. Dit betekent concreet voor de praktische implicaties dat er bijvoorbeeld bij preventieve programma’s niet gefocust hoeft te worden op het verschil tussen jongens en meisjes en het type drug dat wordt gebruikt in relatie met delinquentie.
Aangeraden wordt echter wel rekening te houden met geslacht en het type drugsgebruik in het aanbieden van voorlichtingsmaterialen en preventie/behandel programma’s. Deze
programma’s zijn van groot belang daar iedereen voorgelicht zou moeten worden over de kwalijke gevolgen van drugsgebruik. Verder onderzoek naar de invloed van het sociale netwerk van de jongere op de relatie tussen drugsgebruik en delinquentie is vereist. Tevens wordt aanbevolen onderzoek uit te voeren naar specifieke type drugs en de samenhang met delinquentie. Hierbij moet het niveau van gebruiken inzichtelijk worden gemaakt.
26 Literatuur
American Psychiatric Association. (2013). Diagnostic and statistical manual of mental disorders (5th ed.). Arlington, WA: American Psychiatric Publishing.
Arthur, M. W., Hawkins, J. D., Pollard, J., Catalano, R. F., & Baglioni, A. J. (2002).
Measuring risk and protective factors for substance abuse, delinquency, and other
adolescent problem behaviors: The communities that care youth survey. Evaluation
Review, 26, 575-582. Verkregen van http://www.researchgate.net/profile/michael_
publication/11004980_Measuring_risk_and_protective_factors_for_substance_use_
delinquency_and_other_adolescent_problem_behaviors._The_Communities_That_
Care_Youth_Survey/links/0046351881a92cb504000000.pdf*
Bachman, R., & Peralta, R. (2010). The relationship between drinking and violence in an
adolescent population: Does gender matter? Deviant Behavior, 23(1), 1-9.
doi:10.1080/016396202317192008*
Barnes, G. M., Welte, J. W., & Hoffman, J. H. (2002). Relationship of alcohol use to
delinquency and illicit drug use in adolescents: gender, age and racial/ethnic
differences. Journal of Drug Issues Winter, 32(1), 153-178. doi:10.1177/00220426020
3200107*
Baskin-Sommers, A., & Sommers, I. (2006). Methamphetamine use and violence among
young adults. Journal of Criminal Justice, 34, 661-674. Verkregen van http://www.
sciencedirect.com/science/article/pii/S0306460305002625*
Becker, S. J., Nargiso, J. E., Wolff, J. C., Uhl, K. M., & Simon, V. A. (2012). Temporal
relationship between substance use and delinquent behavior among young
psychiatrically hospitalized adolescents. Journal of Substance Abuse Treatment, 43,
27
Bennett, T., Holloway, K., & Farrington, D. (2005). The statistical association between drug
misuse and crime: A meta-analysis. Aggression and Violent Behavior, 13, 107-118.
Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S1359178908000037*
Born, M., & Mol, S. T. (2006). Het kwantitatief integreren van empirische studies: de
methode van meta-analyse. Verkregen van http://www.boomlemmatijdschriften.nl/
tijdschrijft/GenO/2006/3/GenO_2006_019_003_004
Van Den Bree, M. B. M., & Pickworth, W. B. (2005). Risk factors predicting changes in
marijuana involvement in teenagers. Archeologic General Psychiatry, 62, 311-319.
Verkregen van http://archpsyc.jamanetwork.com/article.aspx?articleid=208413*
Brook, J. S., Whiteman, M., & Finch, S. J. (1992). Childhood aggression, adolescent
delinquency and drug use: A longitudinal study. The Journal of Genetic Psychology,
153(4), 369-383. doi 10.1080/00221325.1992.10753733*
Brook, J. S., Whiteman, M., Finch, S. J., & Cohen, P. (1996). Young adult drug use and
delinquency: childhood antecedents and adolescent mediators. Journal of American
Academic Child and Adolescent Psychiatry, 35(12), 1584-1592. Verkregen van
http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0890856709636601*
Bui, K. V. T., Ellickson, P. L., & Bell, R. M. (2000). Cross-lagged relationships among
adolescent problem drug use, delinquent behavior and emotional distress. Journal
of Drug Issues, 30(2), 283-303. Verkregen van http://psycnet.apa.org/psycinfo/2000-
08612-002*
Calvete, E., Orue, I., & Gamez-Guadix, G. (2013). Child-to-parent violence: emotional and behavioral predictors. Journal of Interpersonal Violence, 28(4), 755-772.
28
Carney, T., Myers, B. J., Louw, J., Lombard, C., & Flisher, A. J. (2013). The relationship between substance use and delinquency among high-school students in Cape Town, South Africa. Journal of Adolescence, 36, 447-455.
doi:10.1016/j.adolescence.2013.01.004*
Chabrol, H., Chauchard, E., Goutadier, N., & van Leeuwen, N. (2012). Exploratory study
of the psychopathological profiles of adolescent cannabis users. Addictive Behaviors,
37(10), 1109-1103. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0
306460312001931*
Chabrol, H., Rodgers, R. F., Sobolewski, G., & Van Leeuwen, N. (2010). Cannabis use and
delinquent behaviors in a non-clinical sample of adolescents. Journal of Addictive
Behaviors, 35, 263-265. doi:10.1016/j.addbeh.2009.10.006 *
Chaiken, J. M., & Chaiken, M. R. (1990). Drugs and predatory crime. In M. Tonry & J.Q.
Wilson (Eds.), Drugs and crime (pp. 203−240). Chicago: University of Chicago
Press.
Cohen, J. (1988). Statistical power analysis for the behavioural sciences. England, Hillsdale: Lawrence Erlbaum Associates Inc.
Corwyn, R. F., & Brent, B, B. (2002), The relationship between use of alcohol, other drugs,
and crime among adolescents. Alcoholism Treatment Quarterly, 20(2), 35-49.
doi:10.1300/J020v20n02_03*
Crone, E. (2011). Het puberende brein. Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker.
DeLisi, M., Angton, A., Behnken, M. P., & Kusow, A. M. (2015). Do adolescent drug users fare the worst? Onset type, juvenile delinquency, and criminal careers. International Journal of Offender Therapy and Comparative Criminology, 59(2), 180-195.
doi:10.1177/0306624X13505426*
29
delinquent behavior among high risk youths. Journal of Child & Adolescent Substance Abuse, 6(2), 1-25. Verkregen van http://www.tandfonline.com/doi/abs/10.1300/I029v 06n02_01*
d’Amico, E. J., Orlando Edelen, M., Miles, J. N. V., & Morral, A. R. (2008). The longitudinal
association between substance use and delinquency among high risk youth. Drug and
Alcohol Dependence, 93, 85-92. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/
article/pii/S0376871607003651*
Drazdowski, T.K., Jäggi, L., Borr, A., & Kliewer, W.L. (2015). Use of prescription drugs and future delinquency among adolescent offenders. Journal of Substance Abuse
Treatment, 48(1), 28-36. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/ article/pii/S0740547214001457*
Durant, R. H., Knight, J., & Goodman, E. (1997). Factors associated with aggressive and
delinquent behaviors among patients attending an adolescent medicine clinic. Journal
of Adolescent Health, 21, 303-308. doi:10.1016/S1054-139X(97)00159-6* Durant, R. H., Treiber, F., Goodman, E., & Woods, E. R. (1996) Intentions to use
violence among young adolescents. Journal of Pediatrics, 98(6), 1104-1108.
Verkregen van http://pediatrics.aappublications.org/content/98/6/1104.short*
Ellickson, P. I., McGuigan, K. A. (2000). Early predictors of adolescent violence. American Journal of Public Health, 92(3), 566-572. doi:10.2105/AJPH.94.2.293*
Epstein, J. A., Botvin, G. J., Diaz, T., Williams, C., & Griffin, K. (2008). Aggression, victim-
` ization, and problem behavior among inner-city minority adolescents. Journal of Child
& Adolescent Substance Abuse, 9(3), 51-66. doi:10.1300/J029v09n03_04*
Epstein-Ngo, Q. M., Cunningham, R. M., Whiteside, L, K., Chermack, S, T., Booth, B. M., &
Zimmerman, M. A. (2013). A daily calendar analysis of substance abuse and dating
30
doi:10.1016/j.drugalcdep.2012.11.006*
Esbensen, F. A., & Huizinga, D. (1993). Gangs, drugs, and delinquency in a survey of urban
youth. Criminology, 31, 565-589. Verkregen van http://onlinelibrary.wiley.com/doi/1
0..1111/j.1745-9125.1993.tb01142.x/abstract*
Farrell, A.D., Danish, S.J., Howard, C.W., & Beutler, L.E. (1992). Relationship between drug use and other problem behaviors in urban adolescents. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 60(5), 705-712. Verkregen van http://psycnet.apa.org/journals/ ccp/60/5/705/*
Felson, R, B., Teasdale, B., & Burchfield, K. B. (2008). The influence of being under the
influence: Alcohol effects on adolescent violence. Journal of Research in Crime and
Delinquency, 45(2), 119-141. doi:10.1177/0022427807313704*
Ferguson, C. J., & Meehan, D. C. (2010). Saturday night’s alright for fighting: Antisocial
traits, fighting, and weapon carrying in a large sample of youth. Psychiatric Quarterly,
81, 293-302. doi:10.1007/s11126-010-9138-y*
Ford, J. A. (2005). Substance use, the social bond and delinquency. Sociology Inquiry, 75,
109-128. doi:10.1111/j.1475-682X.2005.00114.x*
Ford, J.A. (2008). Nonmedical prescription drug use and delinquency: an analysis with a national sample. Journal of Drug Issues, 38(2), 493-516. Verkregen van http://www. jod.sagepub.com/content/38/2/493.short*
French, M. T., McGeary, K. A., Chitwood, D. D., McCoy, C. B., Inciardi, J. A., & McBride,
D., (2000). Chronic drugs use and crime. Substantial Abuse, 21, 95-109. Verkregen
van http://link.springer.com/article/10.1023/A:1007763129628*
Gandossy, R. P., Williams, J. R., Cohen, J., & Harwood, H. J. (1980). Drugs and crime: A
survey and analysis of the literature. Washington, WA: US Department of Justice.
31
59074
Goldstein, P. J. (1985). The drugs/violence nexus: A tripartite conceptual framework. Journal of Drug Issues, 39, 143−174. Verkregen van http://psycnet.apa.org/psycinfo/1987-
01446-001
Goode, E. (1997). Between politics and reason. New York, NY: Saint Martin's Press. Hammersley, R., Forsyth, A., & Lavelle, T. (1990). The criminality of new drug users in
Glasgow. British Journal of Addiction, 85(12), 1583-1594. doi:10.1111/j.1360-
0443.1990.tb01646*
Hemphill, S. A., Heerde, J. A., Scholes-Balog, K. E., Smith, R., Herrenkohl, T. I., Toumbourou, J. W., & Catalano, R. F. (2014). Reassessing the effects of early
adolescent alcohol use on later antisocial behavior: A longitudinal study of students in Victoria, Australia and Washington State, United States. Journal of Early
Adolescence, 34(3), 360-386. doi:10.1177/0272431613491830*
Hunter, S. B., Miles, J. N. V., Pedersen, E. R., Ewing, B, A., & d’Amico, E. J. (2014).
Temporal associations between substance use and delinquency among youth with a
first time offense. Journal of Addictive Behaviors, 39, 1081-1086. doi:10.1016/j.addbe
h.2014.03.002 *
Kivimäki, P., Kekkonen, V., Valtonen, H., et al., (2014). Alcohol use among adolescents,
aggressive behavior, and internalizing problems. Journal of Adolescence, 37, 945-
951. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0890856708
601665
Kuhns, J., & Clodfelter, T. (2009). Illicit drug related psychopharmacological violence: the
current understanding within a causal context. Aggression and Violent Behavior, 14,
32
Laufer, A., Harel, Y., & Molcho, M. (2006). Daring, substance use and involvement in
violence among school children: exploring a path model. Journal of School Violence,
5(3), 71-88. doi:10.1300/J202v05n03_06*
Le, T. N., & Stockdale, G. (2011). The influence of school demographic factors and perceived student discrimination on delinquency trajectory in adolescence. Journal of Adolescent Health, 49(4), 407-413. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/science/article/
pii/S1054139X11000528*
Light, R. J., & Pillemer, D. B. (1984). Summing Up: The Science of Reviewing Research. Verkregen van http://www.jstor.org/discover/10.2307/1164691?uid=3738736&uid= 2&uid=4&sid=21106326505011*
Lipsey, M. W., Derzon, J. H. (1998). Predictors of violent or serious delinquency in adolescence and early adulthood: a synthesis of longitudinal research. In Loeber,
R., & Farrington, D. (Eds.), Serious & Violent Juvenile offenders: Risk factors and
successful interventions, p. 86-105. California, CA: Thousand Oaks
Lipsey, M. W., & Wilson, D. B. (2001). Practical meta-analysis. Thousand Oaks, CA:
Sage Publications Inc.
Loeber, R., Stouthamer-Loeber, M., & Raskin White, H. (2010). Developmental aspects of
delinquency and internalizing problems and their association with persistent juvenile
substance use between ages 7 and 18. Journal of Clinical Child Psychology, 28(3),
322-332. doi:10.1207/S15374424jccp280304*
Marcus, R.F. & Jamison, E.G. (2013). Substance use in adolescence and early adulthood: Which best predicts violence in early adulthood? Journal of Child & Adolescent Substance Abuse, 22(1), 38-57. doi:10.1080/1067828X.2012.729909*
Maldonado-Molina, M. M., Jennings, W. G., & Komro, K. A. (2010). Effects of Alcohol on
33
trajectory modeling. Journal of Youth and Adolescence, 39, 1012-1026. doi:10.1007/s10964-009-9484-y*
Marcus, R. F., & Jamison, E. G. (2013). Substance use in adolescence and early adulthood: which best predicts violence in early adulthood? Journal of Child & Adolescent Substance Use, 22(1), 38-57. doi:10.1080/1067828X.2012.729909*
Mason, W. A., Hitch, J. E., Kosterman, R., McCarty, C. A., Herrenkohl, T. I., & Hawkins, J. D. (2010). Growth in adolescent delinquency and alcohol use in relation to young adult crime, alcohol use disorders, and risky sex: a comparison of youth from low- versus middle-income backgrounds. Journal of Child Psychology and Psychiatry, 51(12), 1377-1385. doi:10.1111/j.1469-7610.2010.02292.x*
Mason, A. W., & Windle, M. (2002). Reciprocal relations between adolescent substance use
and delinquency: a longitudinal latent variable analysis. Journal of Abnormal
Psychology, 111(1), 63-76. doi:10.1037//0021-843X.111.1.63
Menard, S., Mihalic, S., & Huizinga, D. (2001). Drugs and crime revisited. Justice Quarterly,
18(2), 269−299. doi:10.1080/07418820100094901
McNaugthon Reyes, H.L., Foshee, V.A., Bauer, D.J., & Ennett, S.T. (2014). Proximal and
time-varying effects of cigarette, alcohol, marijuana and other hard drug use on
adolescent dating aggression. Journal of Adolescence, 37(3), 281-289.*
Moffitt, T. E., Caspi, A., Rutter, M., & Silva, P. A. (2001). Sex differences in antisocial
behaviour: Conduct disorder, delinquency, and violence in the Dunedin
Longitudinal Study (pp. 90-108). New York: Cambridge University Press.
Noffsinger, S., Clements-Nolle, K., Bacon, R., Lee, W., Albers, E., & Yang, W. (2012). Substance use and fighting among male and female high school youths: a brief report. Journal of Child & Adolescent Substance Abuse, 21(2), 105-116. doi:20.2080/10678 28X.2012.636706*
34
Nu.nl. (2009). Verkregen van http://www.nu.nl/algemeen/2069067/verdachte-steekpartij-
creche-amsterdam-opgepakt.html. Geraadpleegd op 19 januari 2015.
Nu.nl. (2013). Verkregen van http://www.nu.nl/binnenland/3643774/60-procent-van-
uitgaande-jongeren-gebruikt-xtc.html. Geraadpleegd op 04 maart 2015.
Otero-Lopez, J.M., Luengo-Martin, A., Miron-Redondo, L., Carillo-De la Peña, M.T., & Romero-Triñanes, E. (1994). An empirical study of the relations between drug abuse and delinquency among adolescents. The British Journal of Criminology, 34(4), 459-478. Verkregen van http://bjc.oxfordjournals.org/content/34/4/459.short*
Paradise, M.J. & Cauce, A.M. (2003). Substance use and delinquency during adolescence: a prospective look at an at-risk sample. Substance Use & Misuse, 38(3-6), 701-723. doi:10.1081/JA-120017390*
Parker, R., & Auerhahn, K. (1998). Alcohol, drugs and violence. Annual Review Sociology, 24, 291-311. Verkregen van http://www.jstor.org/stable/223483?seq=1#page_scan_
tab_contents*
Het Parool. (2009). Verkregen van http://www.parool.nl/parool/nl/7/MISDAAD/article/
detail/269206/2009/11/24/Nevzat-K-eerder-veroordeeld-voor-moord.dhtml.
Geraadpleegd op 19 januari 2015.
Pedagogiek. (2012). Verkregen van http://www.pedagogiek.org/jongeren-en-
drugsgebruik.html. Geraadpleegd op 23 mei 2015.
Peña, M.E., Andreu, J.M., & Grana, J.L. (2009). Multivariate model of antisocial behavior
and substance use in Spanish adolescents. Journal of Child & Adolescent Substance
Abuse, 18(2), 207-220. doi:10.1080/10678280902724259*
Popovici, I., Homer, J. F., Fang, H., & French, M. (2012). Alcohol use and crime: Findings from a longitudinal sample of U.S. adolescents and young adults. Alcoholism: Clinical and Experimental Research, 36(3), 532-543. doi:10.1111/j.1530-0277.2011.01641.x*
35
Presentatie Meta-analyses, T. van der Stouwe. Verkregen van http://blackboard.uva.nl/bbc
webdav/pid-5020984-dt-content-rid-6813590_1/xid-6813590_1
Raskin White, H., Loeber, R., Stouthamer Loeber, M., & Farrington, D. P. (1999).
Developmental Associations between substance use and violence. Development and
Psychopathology, 11¸ 785-803. Verkregen van http://journals.cambridge.org/action/
displayAbstract?fromPage=online&aid=43707&fileId=S0954579499002321*
Rosa, M., Lambert, E. Y., & Gropper, B. (1990). Drugs and violence: causes, correlates and
consequences. Alcohol, Drug Abuse and Mental Health Administration, 2, 1-293.
Verkregen van https://www.ncjrs.gov/App/abstractdb/AbstractDBDetails.aspx?
id=128781*
Saner, H., & Ellickson, P. (1996). Concurrent risk factors for adolescent violence. Journal of Adolescent Health, 19(2), 94-103. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/
science/article/pii/1054139X96001310*
Sen, B., Averett, S., Argys, L, & Rees, D. (2009). The effect of substance use on the delinquent behaviour of adolescents. Applied Economics Letters, 16(17), 1721-
1729. doi:10.1080/13504850701675532*
Silva, J. V., De Castro, V., Laranjeira, R., & Figlie, N. B. (2012). High mortality, violence
and crime in alcohol dependents: 5 years after seeking treatment in a Brazilian
underprivileged suburban community. Annual Brazilian Psychiatry, 34, 135-142.
Verkregen van http://www.scielo.br/scielo.php?pid=S1516-44462012000200004&
script=sci_arttext*
Stoddard, S.A., Epstein-Ngo, Q, Walton, M.A., Zimmerman, M.A., Chermack, S.T., Blow, F.C., ... Cunningham, R.M. (2015). Substance use and violence among youth: a daily calendar analysis. Substance Use & Misuse, 50(3), 328-339. doi:10826084.2014. 980953*
36
Tarter, R.E., Kirisci, L., Vanyukov, M., Cornelius, J., Pajer, K., Shoal, G.D., & Giancola, P.R. (2002). Predicting adolescent violence: impact of family history, substance use,
psychiatric history, and social adjustment. American Journal of Psychiatry, 159, 1541-1547. Verkregen van http://ajp.psychiatryonline.org/doi/full/10.1176/
appi.ajp.159.9.1541*
Temple, J.R., Shorey, R.C., Fite, P., Stuart, G.L., & Le, V.D. (2013). Substance use as a longitudinal predictor of the perpetration of teen dating violence. Journal of Youth and Adolescence, 42(4), 596-606. doi:10.1007/s10964-012-9877-1*
Valois, R. F., McKeown, R. E., Garrison, C. Z., & Vincent, M. L. (1995). Correlates of
aggressive and violent behaviors among public high school adolescents. Journal of
Adolescent Health, 16(2), 26-34. Verkregen van http://www.sciencedirect.com/
science/article/pii/1054139X9594070O*
Wieczorek, W. F. (1990). Alcohol, drugs and murder: A study of convicted homicide
offenders. Journal of Criminal Justice, 18(2), 212-227. doi:10.1016/0047-
2352(90)90002-S*
Van der Put, C., Creemers, H. E., & Hoeve, M. (2014). Differences between juvenile
offenders with and without substance use problems in the prevalence and impact of
risk and protective factors for criminal recidivism. Drug and Alcohol Dependence,
134, 267-274. doi:10.1016/j.drugalcdep.2013.10.012*
White, H. R., Fite, P., Pardini, D., Mun, E-Y., & Loeber, R. (2013). Moderators of the dynamic link between alcohol use and aggressive behavior among adolescent males. Journal of Abnormal Child Psychology, 41, 211-222. doi:10.1007/s10802-012-9673-0
37
White, H. R., & Gorman, D. M. (2000). The drug use delinquency connections in
Adolescence. Drugs, Crime and Criminal Justice, 20(2), 166-183. Verkregen van
http://www.dldocs.stir.ac.uk/documents/02d.pdf*
White, H.R., Loeber, R., Stouthamer-Loeber, M., & Farrington, D.P. (1999). Developmental associations between substance use and violence. Development and Psychopathology, 11(4), 785-803. Verkregen van http://journals.cambridge.org/action/display
Abstract?fromPage=online&aid=43707&fileId=S0954579499002321*
Whitehead, J. T. (2012). Drugs and Delinquency: Juvenile Justice. Waltham, MA: Anderson
Publishing
Winters, K. C., Latimer, W. W., Stinchfield, R. D., & Henley, G. A. (2000). Examining
psychosocial correlates of drug involvement among drug clinic referred youth,
Journal of Child & Adolescent Substance Abuse, 9(1), 1-17. doi:10.1300/Jo29v0
9n_01*
Yeater, E. A., Lenberg, K. L., & Bryan, A. D. (2012). Predictors of sexual aggression among male juvenile offenders. Journal of Interpersonal Violence, 27(7), 1242-1258.
doi:10.1177/0886260511425243*
Zaha, R., Helm, S., Baker, C., & Hayes, D. (2013). Intimate partner violence and substance use among Hawai'i youth: An analysis of recent data from the Hawai'i youth risk behavior survey. Substance Use & Misuse, 48, 11-20.