• No results found

Urologie - Blaasinstillaties (“Blaasspoelingen”)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Urologie - Blaasinstillaties (“Blaasspoelingen”)"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Blaasinstillaties

(“Blaasspoelingen”)

Patiënteninformatie

(2)
(3)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 3

Inhoudstafel

1. Inleiding ... 5 1.1. Blaasspoelingen ... 5 2. Voorbereiding ... 6 3. Procedure ... 7 3.1. Nazorg ... 7 4. Bijwerkingen ... 8 5. Controle ... 9 6. Contactgegevens ... 10

Deze publicatie is een uitgave van de dienst urologie, in samenwerking met de dienst communicatie van het Regionaal ziekenhuis Heilig Hart Leuven.

Versienummer: 1.0

Datum van afwerking: april 2017 Auteur: dr. Alex Breugelmans

Alle rechten voorbehouden

Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd en/-of verspreid zonder schriftelijke toestemming van de eigenaar, aan te vragen via communicatie@hhleuven.be Aarzel niet er ons op te wijzen indien er belangrijke tekortkomingen zijn in deze informatiebrochure of indien er onduidelijke paragrafen zijn.

(4)
(5)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 5

1. Inleiding

Deze brochure betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met je behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen tot wijzigingen aanleiding geven. Dit zal altijd door je uroloog aan jou kenbaar gemaakt worden.

Heb je na het lezen van deze folder nog vragen, dan kan je contact opnemen met je huisarts of je uroloog.

1.1. Blaasspoelingen

Er werd door de uroloog, in samenspraak met jou, gekozen voor blaasspoelingen.

In je blaas zijn poliepen geconstateerd. Hoewel deze poliepen kwaadaardig zijn, blijven zij beperkt tot het slijmvlies van de blaas en kunnen zij d.m.v. een kleine operatie via de plasbuis in hun geheel verwijderd worden. Bij meer dan 50% van de patiënten zullen ze echter terugkeren, waarbij deze soms langzaam kwaadaardiger worden en verder de blaaswand ingroeien.

Daarom is het vaak niet voldoende om uitsluitend de poliepen chirurgisch te verwijderen. Het is ook belangrijk om te verhinderen dat ze terugkeren. Met behulp van ambulante blaasspoelingen is het mogelijk om de kans dat deze poliepen terugkomen, te verkleinen en wordt ook de kans op invasie verkleind.

Er zijn meerdere middelen die voor blaasspoelingen worden gebruikt. Welk middel noodzakelijk is, wordt in jouw geval door je uroloog bepaald. Je uroloog bepaalt ook vooraf hoeveel blaasspoelingen nodig zijn. Het aantal kan variëren afhankelijk van de aard van de poliep en het aantal keren dat je al eerder poliepen hebt gehad.

Vooraf kan je uroloog geen garantie bieden of in jouw individueel geval de spoelingen op korte of lange termijn succesvol zullen zijn.

(6)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 6

2. Voorbereiding

Het is van belang dat, voordat je met de behandeling begint, de blaas helemaal vrij is van poliepen. Als je behandelende uroloog twijfelt of hij bij de operatie alles heeft kunnen verwijderen, zal hij, voor hij de blaasspoelingen start, nog eenmaal de blaas cystoscopisch inspecteren. Enkele weken na de operatie (transurethrale resectie) kom je op de consultatie urologie voor de eerste blaasspoeling. Voor elke nieuwe blaasspoeling word je gevraagd naar mogelijke bijwerkingen. Indien bij jou een infectie wordt geconstateerd, wordt de spoeling uitgesteld. Drink 6 uren voorafgaande aan de spoeling zo weinig mogelijk.

(7)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 7

3. Procedure

Door een arts of een verpleegkundige wordt er een verblijfsonde in de blaas gebracht (zie figuur). Eventuele aanwezige urine wordt opgevangen en naar het labo gestuurd voor onderzoek op ontstekingscellen. Hierna wordt het medicijn d.m.v. de verblijfsonde in de blaas gebracht. Vervolgens wordt de verblijfsonde verwijderd. Je moet nu proberen het medicijn tenminste 1 uur in de blaas te houden. Je zal gevraagd worden om verschillende houdingen aan te nemen zodat het product het ganse blaasepitheel kan bereiken.

3.1. Nazorg

Het medicijn wordt, na voldoende inwerking, uitgeplast. Na de blaasspoeling mag je het ziekenhuis verlaten. Vermijd huidcontact met de vloeistof. Mannen kunnen het beste zittend plassen. Spoel het toilet goed door. Bij morsen van urine buiten het toilet moet je de omgeving goed reinigen. Bevuilde kleding en ondergoed kunnen gewoon in de was. Behoudens huishoudelijke maatregelen en normale hygiëne zijn er geen extra voorzorgen nodig voor de kinderen of volwassenen in je omgeving. Er wordt aangeraden om op de dag van de spoeling en de dag erna geen geslachtsgemeenschap te hebben. Blaas Ballon Katheter in urinebuis Urinebuis Penis

(8)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 8

4. Bijwerkingen

De meeste patiënten verdragen de blaasspoelingen zonder problemen. Als er toch bijwerkingen optreden, beperken deze zich gewoonlijk tot blaasklachten. Deze kunnen zijn: frequente aandrang om te plassen, pijnlijk of branderig gevoel in de blaas en de plasbuis, moeite met het ophouden van de urine en de aanwezigheid van bloed of weefseldeeltjes bij de urine. Vrijwel altijd zijn deze verschijnselen verdwenen op de dag na de spoeling. Zo niet, dan kan je uroloog je verder helpen met medicatie.

Enkele soorten blaasspoelingen kunnen behalve blaasklachten ook algemene ziekteverschijnselen teweegbrengen zoals koorts, koude rilling, spierpijn en griepgevoel.

Je uroloog zal je hierover inlichten en tevens aangeven hoe je moet handelen bij dergelijke verschijnselen. Ook deze bijwerkingen zijn uitstekend te behandelen.

(9)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 9

5. Controle

Om het effect van de spoelingen te controleren, zal je uroloog in het eerste jaar na de wegname van de poliepen regelmatig in je blaas kijken (cystoscopie). Naast de cystoscopie zal je uroloog regelmatig de urine controleren op eventuele blaasontsteking en poliepcellen. Af en toe zullen ook nierfoto's gemaakt worden. Zijn er na één jaar controle geen poliepen teruggekomen, dan is de kans dat je poliepvrij blijft, groter geworden. Maar ook na jaren kunnen poliepen nog opnieuw verschijnen. Het aantal keren dat je uroloog in de volgende jaren je blaas zal controleren, wordt met jou afgesproken.

Indien bepaalde spoelingen bij jou geen resultaat hebben, kan overgeschakeld worden op een ander type spoeling. Ook dit wordt dan met jou besproken.

(10)

Heilig Hart Ziekenhuis Leuven – Brochure Blaasspoelingen 10

6. Contactgegevens

Secretariaat Urologie 016/209 810 urologie@hhleuven.be Verpleegafdeling

Algemene Heelkunde (3A) 016/209.257

Spoedgevallendienst 016/209.280 Facturatiedienst 016/209.312 facturatie@hhleuven.be Algemeen nummer Afsprakendienst 016/209.209 Opnamedienst 016/209.243 016/209.253 016/209.211

(11)
(12)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een cystoscopie is een inwendig onderzoek waarbij de binnenkant van de plasbuis en de blaas met een buigzame (flexibele) kijkbuis (cystoscoop) bekeken worden.. Wat is het doel

Vlak vóór het onderzoek vragen we u te plassen zodat uw blaas tijdens het onderzoek volledig leeg is.. Ook vragen we u uw onderkleding en schoenen uit

U krijgt het advies om na het onderzoek extra te drinken, ongeveer 1 tot 1,5 liter per dag (wanneer u geen vochtbeperking heeft). Standaard antibiotica voor een blaasonderzoek is

De uroloog of de specialistisch assistente bekijkt vervolgens de binnenkant van de urineblaas en/of prostaat en/of plasbuis.... Hoe lang duurt

Dat men bij grotere bomen voor ondergronds verankeren kiest, heeft volgens mij te maken met het feit dat ondergronds verankeren bij kleine bomen niet goed werkt. Bij kleine

een goed signaal betreffende het commitment van de uitvoeringsinstellingen zijn, wanneer het opdrachtgeverschap voor het programma niet automatisch bij BZK wordt neergelegd,

Voor het onderzoek is het van belang dat u voorafgaand aan het onderzoek in een potje kunt plassen, dus de blaas mag niet leeg zijn.. In

Bij een cystoscopie onderzoekt de uroloog (of uroloog in opleiding) met een cystoscoop - dit is een dun flexibel buisje met een camera - de binnenkant van de plasbuis en de blaas..