• No results found

Huiswerk voor LO?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Huiswerk voor LO?"

Copied!
76
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Lerarenopleiding Secundair Onderwijs Campus Sint-Niklaas Hospitaalstraat 23 9100 Sint-Niklaas Tel.: 03 780 89 04 Fax: 03 766 34 62

BACHELORPROEF

HUISWERK VOOR LO?

WETENSCHAPPELIJK PROJECT

PROMOTOR: LEFEVER PASCAL

STUDENT: PEPERMANS GLENN JUNIOR

STAGESCHOOL: Broederschool Handel te Sint-Niklaas

ACADEMIEJAAR: 2020-2021

(2)

HUISWERK VOOR LO? (NOT) DONE

1. Is huiswerk voor LO mogelijk bij leerlingen uit de klassen 3BEa,

3BEb & 3BETa op de broederschool handel te Sint-Niklaas?

a. Waarom zouden leerkrachten huiswerk voor lichamelijke

opvoeding geven?

b. Huiswerk?

c. Zijn er waardige alternatieven voor huiswerk lichamelijke

opvoeding?

(3)

1. Woord vooraf

Sire, jongeren bewegen te weinig! Waarom wordt er bijna op geen enkele school huiswerk voor het vak lichamelijke opvoeding gegeven? Onze les is geslaagd als de leerlingen het leuk vonden en als we leerlingen naar een sportclub krijgen. Verwaarlozen we dan niet degene die het wel leuk vonden, maar zich thuis in de zetel nestelen en niet naar een sportclub (kunnen) gaan? Je kan de afgelopen jaren geen nieuwsbericht zien of ze spreken erover. Het gaat bergaf met de bewegingstijd van de kinderen, waarover leerkrachten zoveel controle hebben, leerlingen brengen namelijk één derde van hun dag door op school. Dit is immens en een belangrijk gegeven, want dit geeft ons een soort van macht. Niet dat we deze macht moeten misbruiken, maar nu in COVID-tijden lijkt het wel een mooi moment om toch wel enige zaken te gaan veranderen.

Het startschot is al gegeven, dus laat ons hierop verder bouwen. Het is het ideale moment om als leerkrachten lichamelijke opvoeding onze stempel te gaan drukken. Met alle respect voor de mensen uit de zorg die op intensieve zorg staan, maar ook leerkrachten lichamelijk opvoeding kunnen mensenlevens redden.

Zelf heb ik geen probleem met extra te bewegen, omdat ik redelijk sportief ben. Ik ben er wel steevast van overtuigd dat er nog mensen sportiever zijn als mij, maar laat deze groep kleiner zijn dan degene die minder sporten als mij. Laat dit nu net de belangrijkste doelgroep zijn. Ook ben ik er mij bewust van dat we niet alle problemen kunnen verhelpen, maar dit kan een mooie stap zijn met positieve gevolgen in de toekomst.

Wie ik zeker wil bedanken zijn mijn docenten van Odisee, ondanks dat niet alles van een leien dakje is gelopen. Zij hebben mij een massa aan kennis meegegeven en enorm veel tips om mij te vormen tot de leerkracht die ik nu ben, waarvoor dank.

Toch wil ik uit de lijst docenten nog iemand extra in de bloemetjes zetten, namelijk mijn promotor Pascal Lefever voor de regelmatige gesprekken via Microsoft Teams over mijn eindwerk. Samen met mevrouw Decroos speelde hij een belangrijke rol in dit wetenschappelijk project. Verder speelde mijn mentor mevrouw Van Gaeveren net als de deelnemers van mijn enquêtes een sleutelrol in de afwerking.

Als laatste wil ik ook mijn ouders en vrienden niet vergeten, allemaal speelden ze hier of daar wel een belangrijke rol in mijn studentenleven.

(4)

2. Samenvatting

In maart 2020 gebeurde wat niemand had verwacht. Het land lag stil, we werden gedwongen om in ons kot te blijven. En toen ging er opnieuw een belletje aan het rinkelen bij mij. Ik zag her en der iedereen aan het sporten, maar ook leerkrachten lichamelijk opvoeding gaven plots opdrachten aan hun leerlingen. Toen kwamen er nog ideeën naar boven, maar het fascineerde mij meer en meer waarom er nu plots opdrachten voor lichamelijke opvoeding werden gegeven. Als de lessen lichamelijke opvoeding terug doorgaan, dan vertrekt het concept jammer genoeg met de noorderzon. Nochtans werd de situatie enkel slechter. Regelmatig verschijnt er een bericht dat jongeren te weinig bewegen en de patiënten die op intensieve zorg terechtkomen hebben meestal te maken met overgewicht. Ik besliste in samenspraak met mijn mentor en promotor om enkele klassen voor mijn rekening te nemen gedurende mijn stageperiode. Buiten het feit dat corona opnieuw enig roet in het eten gooide en de ideale situatie een beetje veranderde, kon ik het project toch grotendeels laten doorgaan. Er werd huiswerk gegeven, mits de nodige flexibiliteit kreeg ik de leerlingen aan het sporten. Als de leerlingen al sportkleren aandoen dan kan dit ook gevolgen hebben voor het verdere verloop van de dag.

Naast het geven van huiswerk heb ik ook nog navraag gedaan bij de leerlingen en leerkrachten, want we weten allemaal tot wat een goede band tussen leerlingen en leerkrachten leiden kan. Mijn onderzoek is opgesplitst in twee delen:

• Een eigen onderzoek wanneer ik zelf huiswerk gaf in aangepaste situaties.

• Vragen gericht aan leerkrachten en aan leerlingen.

Ik ben van start gegaan met een theoretisch onderzoek waarin ik ben gaan kijken of we nu echt huiswerk voor lichamelijke opvoeding kunnen gaan aanbieden. Is het noodzakelijk om dit aan te bieden en welke voordelen kunnen deze teweeg brengen. Zijn er momenteel waardige alternatieven aanwezig? Ik hoop op vele vragen een antwoord te kunnen geven. Aan de hand van de literatuur baande ik mij een weg richting het praktische gedeelte om uiteindelijk een handleiding te maken.

De handleiding die ik heb uitgewerkt voor mijn stageschool kan natuurlijk ook op andere scholen worden toegepast. Hou rekening met de verschillen die aanwezig zijn in de doelgroep!

(5)

Inhoud

1. Woord vooraf ... 1

2. Samenvatting ... 2

3. Inleiding ... 5

4. Theoretisch onderzoek ... 6

4.1 Waarom zouden leerkrachten LO huiswerk voor lichamelijke opvoeding geven? ... 6

4.1.1 De jeugd beweegt niet meer ... 6

4.1.2 De gevaren van overgewicht/ obesitas in combinatie met COVID-19 ... 7

4.1.3 Bewegen heeft alleen maar voordelen ... 9

4.1.4 Hoeveel minuten moeten jongeren nu best bewegen? ... 11

4.2 Huiswerk? ... 12

4.2.1 Huiswerk voor lichamelijke opvoeding ... 12

4.2.2 Mogelijke nadelen voor huiswerk lichamelijke opvoeding ... 13

4.3 Zijn er waardige alternatieven voor huiswerk lichamelijke opvoeding? ... 15

4.3.1 Een sportclub? ... 15 4.3.2 Sociale media ... 15 4.3.3 Sport Na School ... 16 4.3.4 MOEV ... 18 5. Praktisch onderzoek ... 28 5.1 Huiswerk ... 29

5.2 Enquêtes van de leerlingen ... 33

5.2.1 Resultaten ... 33

5.3 Enquêtes van de leerkrachten. ... 43

5.3.1 Resultaten ... 43 6. Handleiding SportPep ... 53 6.1 Voorwoord ... 53 6.2 Beginsituatie ... 54 6.3 Kanaal ... 55 6.4 Opdrachten ... 56 6.5 Afspraken ... 56

(6)

6.6 Evalueren ... 60 6.7 Samenvatting SportPep ... 60 7. Besluit ... 61 8. Bibliografie ... 63 9. Bijlagen ... 67 9.1 Enquêtes leerlingen ... 67 9.2 Enquêtes leerkrachten ... 72

(7)

3. Inleiding

De resultaten van de jongeren gaan over het algemeen achteruit.(S.N., 2019) (Leemans, 2020) Niet alleen in de lessen lichamelijke opvoeding, maar voor alle vakken. Deze twee zaken gaan misschien wel gepaard met elkaar, maar het ergste van de twee is misschien toch wel de fysieke toestand van de leerlingen en met dit zal ik misschien velen verrassen.

De resultaten die ik heb waargenomen tijdens mijn stages lichamelijke opvoeding hebben mijn hypothese bevestigd. De verschillen tussen de leerlingen worden alsmaar groter en groter met alle gevolgen van dien. Al zijn de gevolgen misschien ook om te draaien, zodanig dat leerlingen met een betere fysieke paraatheid ook beter scoren op hun schoolresultaten. De oorzaken van de mindere bewegingsactiviteiten liggen voor de hand. De technologie heeft enorm aan populariteit gewonnen, in tegenstelling tot vroeger toen we dachten aan buiten spelende kinderen die terugkwamen met kapotte broeken. (Eckert, 2016)

Natuurlijk ligt niet alles aan het kind! De ouders zouden hierbij al een grote invloed kunnen hebben, maar ook leerkrachten lichamelijke opvoeding kunnen hierin een grote rol gaan spelen volgens mij. Hoogstwaarschijnlijk een combinatie van vele factoren. Zonder enorme veranderingen te gaan verrichten is er toch veel mogelijk. We kunnen namelijk gaan surfen op een trend die al aan de gang is. Het ideale moment is misschien wel aangebroken en dus trok ik er op uit om onderzoek te gaan voeren of huiswerk voor lichamelijke opvoeding ook een kans heeft in de toekomst van ons onderwijs.

(8)

4.

Theoretisch onderzoek

4.1 Waarom zouden leerkrachten LO huiswerk voor lichamelijke opvoeding geven?

De vraag zou evengoed kunnen zijn: Waarom geven leerkrachten LO nog geen huiswerk voor lichamelijke opvoeding? Dat er op elke school al minimaal 2 lesuren lichamelijke opvoeding per week gegeven wordt, dat staat vast. Het is het enige vak waarin alle facetten van de motorische vorming aan bod komen. Het levert een extra in de opvoeding van de jongeren en ze worden gestimuleerd tot een actieve, sportieve levenshouding en vrijetijdsbesteding. Verder biedt LO de kans tot een waardeopvoeding en draagt het bij tot de realisatie van het christelijke opvoedingsproject van de school. Tot slot is LO ontwikkeld naar een concept waar de totale persoonsvorming van de bewegende mens centraal in staat.

Toch wordt er door de leraar LO op enkele uitzonderingen na nog geen huiswerk gegeven, misschien omdat er al immens veel van een leraar LO verwacht wordt. Ze spelen al en grote voortrekkersrol met betrekking tot gezondheidsopvoeding in de brede zin van het woord. De leraar LO levert een onmisbare bijdrage aan het welbevinden en het welzijn van leerlingen. (Secundair Onderwijs, 2010)

4.1.1 De jeugd beweegt niet meer

Vlaamse jongeren eten gezonder maar bewegen te weinig. 4 op de 5 jongeren bewegen te weinig: WHO waarschuwt voor de gevaren. VN: Jongeren bewegen te weinig. Om maar enkele titels aan te halen… (Joosen, 2019) (S.N., 2019) (S.N., 2019) De cijfers liegen niet!

Bij kinderen tussen 11 en 18 jaar voldoen twee op de tien jongens en één op de acht meisjes aan de aanbevelingen van de WHO om minimaal 60 minuten per dag lichamelijk actief te zijn met een matige tot intensieve intensiteit. Al gaat het wel de goede kant op. In 2014 behaalden nog 17,4% van de jongens de aanbeveling van een uurtje beweging, bij de meisjes was dit slechts 10,0%. Laat ons echter niet blindstaren op deze vooruitgang…

(HBSC) De ‘Health Behaviour in School-aged Children’, is een studie die vierjaarlijks wordt uitgevoerd.

(9)

4.1.2 De gevaren van overgewicht/ obesitas in combinatie met COVID-19

Mensen met obesitas of overgewicht zijn vatbaarder voor COVID-19. De schatting ligt erop dat mensen met obesitas 113% meer kans hebben om opgenomen te worden in het ziekenhuis bij een COVID-19 besmetting. Ze hebben zelfs 48% meer kans om te sterven aan de gevolgen ervan. (Vlaams Instituut Gezond Leven, 2020)

Je kan het maar beter niet hebben. Je weet nooit welk virus er nog achter de hoek loert. In de corona periode zagen ze veel patiënten op intensieve zorgen belanden met overgewicht of diabetes. Natuurlijk lagen er ook mensen zonder overgewicht of diabetes, maar de grote meerderheid sukkelde wel met zijn lichaamsgewicht. Het ernstige verloop was dus groter bij mensen met hart- en vaatziekten, diabetes en longaandoeningen. Laat het één nu een verband hebben met het andere.(Poosen, 2020) Mensen met overgewicht riskeren de volgende gevolgen:

- Verminderde longfunctie, slaapapneu - Hart- en vaatziekten

- Depressie - Diabetes type 2

- Slechte cholesterolwaarden, vervette lever - Slijtage van de gewrichten

- Verhoogde kans op kanker

- Verminderde vruchtbaarheid (S.N., 2018a)

De meeste van deze gevolgen hebben een band met immuunsysteem. Nochtans is het immuunsysteem een onmisbaar onderdeel van het lichaam, het maakt deel uit van de belangrijkste cardiovasculaire functies. Bovenal ruimt het iedere dag ziekteverwekkers op en beschermt het tegen infecties. Verder kan het ook kankercellen doden en opruimen.

In het immuunsysteem is er een belangrijk onderdeel genaamd de immuuncellen. Ze worden versterkt door bewegen, zijn aanwezig in het bloed en kunnen vanuit het bloed ook in de weefsels en lymfeklieren komen. Het zijn zogenaamde witte bloedcellen.

Soorten witte bloedcellen:

- Macrofagen

- Dendritische cellen - B-cellen

(10)

Ze beschikken elk over een eigen taak binnen het immuunsysteem, toch werken ze ook vaak samen om een afweerreactie te ontwikkelen. Laat die T-cellen nu net zo belangrijk zijn. Zij kunnen met virus geïnfecteerde cellen doden en B-cellen kunnen leren om antistoffen aan te maken tegen het virus. Deze cellen bevatten ook een geheugen waardoor ze het virus kunnen herkennen van vroeger. Dit resulteert tot actie waardoor ze het virus sneller uitschakelen. (Redactie, 2018)

Een vaccin tegen een virus hebben we niet altijd direct voor handen. Een medicijn daarentegen, dat zullen we altijd zelf tot onze beschikking blijven hebben. Eentje dat ervoor zorgt dat je minder stress zal hebben, waardoor je ontspannen zal zijn. Het beschermt dus je mentaal welbevinden, maar dat is niet alles. Ook je immuunsysteem zal versterkt worden door te bewegen, actievere mensen lopen namelijk minder risico’s op infecties op. Krijgen ze alsnog de infectie dan zijn ze minder lang ziek en hun symptomen minder net als het vermijden van overgewicht en chronische aandoeningen. Tot slot is het goedkoop, makkelijk, overal te gebruiken en vereist het geen apparatuur. Beweeg elke dag even en je hebt gewoon het ideale recept in uw handen of benen. Het ideale recept bestaat uit genoeg bewegen, maar let dus zeker op dat je uzelf niet gaat overbelasten en te veel gaat bewegen. Wanneer je dit toepast kan je jouw kans op een virale luchtwegeninfectie met bijna de helft terugdringen. (Sporza, 2020) (Vlaams Instituut Gezond Leven, 2020)

Wanneer je beweegt, zal je dus in het beste geval al overgewicht of toch al enkele mogelijke gevolgen van overgewicht kunnen schrappen. Blijf je toch zitten met één of ander probleem zijnde: overgewicht, diabetes, een te hoge bloeddruk … Dan is het toch nog altijd aangeraden om te blijven bewegen, natuurlijk op een rustiger tempo. Beweging kan helpen om deze problemen te gaan behandelen en misschien zo ook het risico op het krijgen en de ernst van COVID-19 te gaan verkleinen. Met andere woorden: mens sana in corpore sano.

Ondanks dat minder dan 1 op de 5 Vlaamse adolescenten overgewicht of obesitas heeft, kunnen we maar beter voorkomen dan genezen. Op jonge leeftijd hebben toch al meer dan 1 op de 10 overgewicht. Vaak gaat dit natuurlijk gepaard met een rem op de groeispurt. Ondanks het feit dat we ook beter scoren als het internationale gemiddelde, mogen we ons toch niet blindstaren op een factor met ernstige gevolgen. Sinds 2014 is overgewicht en obesitas namelijk gestegen tot een derde van landen/ regio’s met betrekking tot één op de vijf adolescenten. Verder zijn het ook vaker jongeren van de arme families die met overgewicht of obesitas kampen. Ook beschikken ze over een negatief zelfbeeld. (Inchley et al., 2018) (S.N., 2018)

(11)

Tot slot blijkt uit onderzoek ook dat 55% van de kinderen minder bewegen dan voor de corona, dit kan problematisch worden richting de toekomst. Weliswaar grotendeels te wijten aan sportclubs die dicht zijn en afgelaste trainingen. Het is belangrijk om deze generatie niet te verliezen aan andere prikkels dan sport en fysieke activiteit. Anders krijgen we in de toekomst opnieuw te maken met een generatie volwassenen die vatbaarder zullen zijn voor obesitas met alle gevolgen van dien! (SSL, 2020)

4.1.3 Bewegen heeft alleen maar voordelen

Zoals ik al eerder zei is het bevorderlijk zowel voor het lichaam als voor de geest. Leeftijd? Maakt niet uit. Zowel voor kleuters, kinderen en volwassen is het belangrijk om te blijven bewegen. Voldoende bewegen zorgt voor alleen maar voordelen voor hun gezondheid.

• Het versterkt uw spieren en botten • Het houdt uw gewicht onder controle

• Verbetering van uw fitheid, coördinatie en motoriek - Betere concentratie

• U zal garantie hebben op een goede groei en ontwikkeling • Minder kans op diabetes type 2

• Minder kans op hart- en vaatziekten. • Sociale contacten

• Hoger zelfvertrouwen

- Sterkere ontwikkeling van vaardigheden zoals samenwerken • Minder stress

• Betere schoolresultaten (Vlaams Instituut Gezond Leven, 2017)

Je zal u automatisch beter in uw vel gaan voelen, je gaat meer plezier beleven en meer energie hebben. Wanneer je voldoende beweegt dan zal je ook beter gaan slapen. Het lijkt wel of de gevolgen van overgewicht opnieuw worden opgesomd. (S.N., 2019a)

(12)

Wist je dat spieren niet enkel nodig zijn om botten te laten bewegen, maar ook een hormonale functie hebben. Ze maken stoffen aan en gaan die doorpompen van de spieren via het bloed naar de hersenen. Met andere woorden, bewegen doet de plasticiteit van uw hersencellen toenemen. Als je eerst een halfuurtje gaat lopen of fietsen en daarna een boek leest, dan herinner je u daar dagen nadien tot 20 procent meer van dan wanneer je niet bent gaan sporten. Je kan veel meer gedaan krijgen in kortere tijd op vlak van cognitieve, mentale functies, leer- en concentratievermogen als je voordien gesport hebt. (Van Thienen & Vangramberen, 2020) Al ligt het niet alleen aan bewegen, maar ook aan het feit dat kinderen gewoon veel te vaak en veel te lang stilzitten. We spreken dan over het sedentair gedrag waarbij je activiteiten uitvoert in een zittende of liggende houding. De activiteiten waarbij je schijnbaar geen energie verbruikt. Denk dan maar aan gamen, tv-kijken, zittend werk, zittend de les volgen of gemotoriseerd transport. In deze momenten moeten je spieren niet werken waardoor je metabole processen niet verlopen zoals het zou moeten. Je krijgt onder andere te maken met een remming op je vetafbraak wat kan leiden tot gezondheidsrisico’s, maar ook eigenlijk met de contra’s van de voordelen die je hebt door wel te bewegen. (Van Acker et al., 2018) (S.N., 2019) Lang stilzitten zal onder meer leiden tot:

• Lager mentaal welbevinden • Minder goede schoolresultaten • Overgewicht

• Hoger percentage vetweefsel

• Minder sterke spieren en gewrichten • Lagere cardiovasculaire fitheid

o Denk maar aan het immuunsysteem • Hogere bloeddruk

• Hogere cholesterol • Slaapproblemen

Dit kan al opgelost worden door om het halfuur eventjes recht te staan en rond te stappen. Je gaat dan voor contractie in de spieren zorgen. Al onderbreken leerkrachten dit liever na 50 minuten of doen ze het gewoon niet. Op bewegend leren of korte prikkels in functie van bewegen tijdens de theoretische lessen mag nog meer aandacht gevestigd worden. (Van Acker et al., 2018) (Dierckens et al., 2019) (De Maeght, 2018) (Wauters, 2019)

(13)

4.1.4 Hoeveel minuten moeten jongeren nu best bewegen?

Je leest het, je hoort het en leerkrachten lichamelijke opvoeding zien het. De jongeren bewegen te weinig en krijgen dan vaak één van de volgende zinnen toegesproken:

- Je beweegt te weinig! - Je moet genoeg bewegen! - Je moet meer bewegen!

Zo kan ik nog wel even doorgaan, maar hoe lang moet je nu daadwerkelijk bewegen? Aan welke intensiteit? Hoe kan je dit behalen?

We kunnen allemaal een gezonde levensstijl gaan creëren, het is een kwestie van willen. Een goede mix van staan en zitten kan al wonderen verrichten. Al is er meer nodig dan deze mix, jongeren kunnen maar best heel de dag activiteiten afwerken aan lichte intensiteit. Een mogelijke oplossing is het verwijderen van banken op de speelplaatsen. Tijdens de speeltijd moedig je de leerlingen onrechtstreeks aan tot het rechtstaand babbelen of het maken van een wandeling. Toch zijn we er nog niet helemaal, verre van zelfs.

Jongeren hebben nood aan 60 minuten per dag sporten van matige tot hoge intensiteit. Deze 60 minuten moeten zeker niet in 1 periode afgewerkt worden. Ze kunnen deze 60 minuten opdelen in blokken die ze zelf kiezen. Sporten waar deze intensiteit hoog genoeg ligt zijn: fietsen, skateboarden, dansen, snelwandelen, joggen of allerlei sporten in clubverband. (Vlaams Instituut Gezond Leven, n.d.) (Streur, 2020)

(14)

4.2 Huiswerk?

Huiswerk, ze geven het op elke school en voor elk vak. Al zijn er uitzonderingen… Denk maar aan lichamelijke opvoeding. Doorheen mijn studentenleven heb ik nooit 1 sportopdracht gekregen voor lichamelijke opvoeding. Op de lockdown periode na of op scholen waar de lessen lichamelijke opvoeding waren afgeschaft, kan ik mij ook geen enkele stageschool net als die van mijn medestudenten of vrienden voor ogen houden waar er huiswerk voor lichamelijke opvoeding aanwezig is. Hoogstwaarschijnlijk is er hier of daar wel een school dat huiswerk zal geven of heeft gegeven voor lichamelijke opvoeding, maar het zullen de uitzonderingen zijn. Dit omdat scholen namelijk zelf beslissen over hun huiswerkbeleid. Met huiswerk wordt nagegaan of een leerling de leerstof heeft begrepen en zelfstandig kan verwerken.(Onderwijs Vlaanderen, n.d.) (Hiëronymus, 2020)

4.2.1 Huiswerk voor lichamelijke opvoeding

Zwitserse onderzoekers beweren dat 10 minuten sport als huiswerk volstaat om een positief effect te zien op de gezondheid van de leerlingen. Ze hebben een onderzoek gedaan waarbij ze een groep leerlingen extra lieten sporten gedurende de schooluren en gaven ze de leerlingen 10 minuten sport als huiswerk mee naar huis. Eén jaar later liep deze groep gemiddeld 20 seconden sneller, beschikten ze over een gezonder BMI en ook minder lichaamsvet. Het lijkt mij zelfs geen onderzoek waard. Op basis van een eerder onderzoek beweerde men dat extra sport op school jongeren alleen maar aanzet om nog luier te worden na school. Deze Zwitserse onderzoekers beweren nu dat dit kan voorkomen worden door sport als huiswerk mee naar huis te geven. 10 minuten sporten kan dus al significante gevolgen opleveren voor de gezondheid van kinderen. (Geysmans, 2010)

10 jaar later is er echter niets mee gebeurd en misschien maar best ook. Extra sporten gedurende de schooluren gekoppeld aan 10 minuten sport als huiswerk. Een kind zou voor minder beter worden dan een kind dat niet sport. Appelen met peren als je het mij vraagt.

Is er dan echt nog geen oproep gekomen van iemand anders om huiswerk aan de leerlingen te geven? Jawel hoor, in 2014 pleitte Judy Murray voor huiswerk lichamelijke opvoeding. Weliswaar voor het Verenigd Koninkrijk, maar de berichten kwamen in 2015 wel tot over het kanaal. De fysieke fitheid van kinderen neemt af, we hebben te maken met een generatie die minder fit en gezond opgroeit. Bij gezond opgroeien is er al enige progressie merkbaar, na enorme inspanningen van de scholen. Laat ons deze inspanningen nu ook doen voor de fitheid van de kinderen. Het is belangrijk dat ouders een omgeving aanmoedigen en bevorderen waarin sporten belangrijk wordt gemaakt. Laat dit gestimuleerd worden door scholen, leerkrachten, trainers en ook de overheid. Het klinkt misschien een beetje grootspraak, maar wij hebben de kennis van zaken en kunnen dus de nodige informatie en tools geven aan de kinderen en ouders. Huiswerk is niet alleen een zaak tussen leerling en leerkracht, het vormt ook een brug tussen de scholen en de ouders. Het geeft een kans aan de ouders om zichzelf te betrekken bij de school.

(15)

De overheid in België heeft de laatste jaren een goed beleid gevoerd op vlak van gezonde voeding. Verder hebben ze er ook voor gezorgd dat fysieke activiteit in het schoolbeleid een belangrijke plaats heeft gekregen, een minimum van twee lesuren lichamelijke opvoeding is wettelijk verplicht en initiatieven om lessen lichamelijke opvoeding te verbinden met andere projecten over de fysieke activiteiten hebben de laatste jaren meer en meer aandacht gekregen. (Seghers et al., 2016) Anderzijds zou het kunnen helpen dat de overheid hier nog een extra duwtje in de rug gaat geven. Door het huiswerkbeleid van de scholen aan te passen met verplichten of aanmoedigen om huiswerk voor lichamelijke opvoeding te gaan geven. We willen allemaal dat ons kind kan lezen en schrijven, als we daar nog eens aan toevoegen dat het ook fit zal worden. Het moeten geen topsporters worden, als ze maar voldoende bewegen.

4.2.2 Mogelijke nadelen voor huiswerk lichamelijke opvoeding

De voordelen van huiswerk voor lichamelijke opvoeding zijn niet meer op één hand te tellen. Net zoals er voordelen zijn, hebben we natuurlijk ook enkele mogelijke nadelen. Afhankelijk of u het glas half vol of het glas halfleeg ziet.

In 2016 werd er een onderzoek gedaan aan het actief transport van kinderen en adolescenten. Uit dit onderzoek bleek dat toch wel 4 op de 10 adolescenten voornamelijk met actief transport naar school komt. In Vlaanderen was dit voornamelijk te danken aan adolescenten van hoge sociaaleconomische status (SES) Ondanks dat meer dan de helft dit niet doet, kan het toch een lastige taak worden om ook de 40% adolescenten die alvast aan sport gedaan hebben nog mee te krijgen in huiswerk voor lichamelijke opvoeding. Evenwel kunnen zij ook een voortrekkersrol gaan spelen in het hele gebeuren.(Seghers et al., 2016)

Tel hierbij nog eens 213 486 adolescenten (12-17-jarigen uit Vlaanderen) die aangesloten zijn bij een gesubsidieerde en/of erkende Vlaamse sportfederatie. Wat neerkomt op 50%. (428 739 adolescenten aanwezig in Vlaanderen)

Ook deze zijn misschien minder geneigd om ook nog eens een taak voor Lichamelijke opvoeding te volbrengen.

(16)

Anderzijds kan je misschien ook al op deze helft van de jongeren rekenen die dan de ander helft ook aan het sporten brengt. Deze jongeren schommelen dan ook precies in hun puberteit, wat positief is voor het testosteron en wat mogelijk de competitiviteit bij de leerlingen kan verhogen. Het probleem situeert zich misschien wel grotendeels bij de thuissituatie. Hoe worden de kinderen aangemoedigd om te sporten als je weet dat 74% van de Vlaamse ouders van adolescenten zelfs niet meer dan 30 minuten per dag beweegt aan een matige tot zware intensiteit. Nochtans kunnen we zeggen dat zien bewegen doet bewegen. (Seghers et al., 2016)

“IEDER NADEEL HEB ZIJN VOORDEEL”

(Van Hanegem & Cruijff, n.d.)

In Nederland ging zelfs 1 op de 4 jongeren meer gaan bewegen door berichten op sociale media. De helft is zelfs gaan sporten na het zien van filmpjes en foto’s op sociale media. Met het gedacht dat sociale media niet meer weg te denken is uit de leefwereld van adolescenten.

“IETS IS BETER ALS NIETS”

Zo blijkt uit het één-programma Factcheckers. Met amper 6 minuten per week sporten verbeterde Thomas Vandervreken zijn conditie. Dit door middel van High Intensity Interval Training, kortweg HIIT-sessies. Het zijn sessies waarbij je sport aan volledige intensiteit. Na twee maanden verbeterde hij zijn conditie met 10%, steeg zijn VO2MAX van 42 ML/MIN/KG naar 46,5 en zakte zowel zijn gewicht als zijn vetpercentage. Al zijn er wel gevaren aan verbonden. Het blijft beter om eerst aan de basisconditie te werken zodoende dat je blijvend progressie kan boeken. Let zeker ook op voor blessures, de verandering van niets naar intensief zijn gevaarlijk voor je botten, pezen en gewrichten. We kunnen dus concluderen dat je eerst over een basisconditie moet beschikken alvorens je aan HIIT-sessies gaat doen. (één, 2020) (Geysen, 2020) (De Bruyne, 2020)

Met alleen huiswerk op het einde van de dag komen we er niet. Het negatieve effect van lang stilzitten kan je niet wegwerken met een korte inspanning achteraf. Veel beter zou zijn om iedere 30 minuten te gaan bewegen, maar dit is niet altijd en overal haalbaar. Alvast een warme oproep aan de leerkrachten om nog meer beweegmomentjes te creëren. (Van Acker et al., 2018) Wie regelmatig beweegt, versterkt zich niet alleen fysiek maar ook mentaal. Alleen

weten mensen dat vaak niet. “Zo is er sterk bewijs dat beweging het risico op depressie vermindert, en dat beweging de symptomen van depressie minder erg maakt. Fysiek actievere mensen lopen ook minder risico’s op (luchtweg)infecties. En

als ze toch een infectie krijgen, zijn ze minder lang ziek en hun symptomen milder. Dat komt omdat beweging ons immuunsysteem versterkt.” Professor en

bewegingsexpert Jan Seghers (KU Leuven)

(17)

4.3 Zijn er waardige alternatieven voor huiswerk lichamelijke opvoeding?

Vanuit economisch standpunt kan je direct concluderen dat er geen waardige alternatieven zijn. Niets zal zo gratis zijn als een leerkracht lichamelijke opvoeding. Ondanks dat er veel kosteloze oefeningen aanwezig zijn op het internet zal dit toch niet hetzelfde effect geven als wanneer ze door een leerkracht worden aangeboden. Vanuit de stageperiode valt te merken dat de jeugd weinig moeite doet om iets te gaan zoeken. Niet dat ze liever lui dan moe zijn, maar het heeft er toch wel veel van weg. Laat leerkrachten LO dan maar de kat bij de melk zetten.

4.3.1 Een sportclub?

Je kan niet alle sporten over dezelfde kam scheren, maar dat ze geld kosten dat staat vast. Uit onderzoek van De Standaard betalen de ouders voor het jongste kind gemiddeld € 163,00 voor een jaar sporten. Extra kosten kunnen wel aanwezig zijn. De prijzen werden gebaseerd op de volgende sporten: Voetbal, volleybal, zwemmen, atletiek en gymnastiek. In ruil krijg je meestal de clubkledij en ook twee trainingen van ongeveer 1 uur en eventueel een wedstrijd. Wie liever naar de fitness trekt kan dit doen voor ongeveer 300 euro per jaar. Hierbij krijg je dan 6 weken persoonlijke begeleiding. Je kan ook nog gebruik maken van een applicatie met eindeloze oefeningen en virtuele lessen ook zijn er personal trainers aanwezig in de fitness. Hierbij kunnen ook extra kosten aanwezig zijn. (Van Den Broeck, 2020) (Basic Fit, n.d.)

4.3.2 Sociale media

Zoals eerder al vermeld, zien bewegen doet bewegen. Wat heeft de sociale media de dag van vandaag te bieden? Er is een constante verandering in dit milieu, af en toe loopt er wel een challenge. Deze variëren is aanbod wat alleen maar voordelen heeft voor een leerkracht lichamelijke opvoeding. Deze kan je finetunen en omzetten naar een klas of school challenge. Het is die uitdaging en competitiviteit die je kan gebruiken om jongeren uit hun zetel te krijgen. Vaak worden deze ook gedaan door de idolen van de jeugd, de leerlingen kijken hier naar op en zijn dan eerder geneigd om het ook te doen. Anderzijds bestaan er nu ook al enkele leuke applicaties zoals Homecourt waarbij je enkele leuke oefeningen kan aanbieden en vervolgens niet veel tijd aan moet besteden om te gaan evalueren. Van concurrentie kan je niet spreken, het lijkt een mooie troef om te gaan combineren. (S.N., 2017)(Homecourt, 2020)

(18)

Het zijn de bekende mensen die een zeer belangrijke rol kunnen spelen in het aanzetten tot bewegen. Een belangrijke voorwaarde is om het wel haalbaar te houden voor de jongeren. Verder staat de sociale media ook vol met oefeningen, vooral met goede oefeningen. Oefeningen die een standaard leerling kan uitvoeren, ze moeten hiervoor geen te grote kosten maken. Het dure fitnessabonnement is dus niet nodig. Een dosis creativiteit gekoppeld aan een sportieve outfit en je komt al een heel eind. Het enige wat ontbreekt op deze kanalen is een vorm van feedback.

4.3.3 Sport Na School

Sport Na School omschrijft zich als volgt. Het is voor leerlingen/ sportievelingen uit het secundair onderwijs die willen sporten na de schooluren. Individueel of met vrienden aan een spotprijs. Het kan in uw buurt, maar ook in heel Vlaanderen en Brussel. Voor slechts € 45 kan je 30 weken gaan sporten in uw buurt.

De sporten variëren hoofdzakelijk uit: Fitness, zwemmen, padel, tennis, squash, zumba, kickboksen en bootcamps. Prijs-kwaliteit lijkt dit een zeer mooi alternatief. Verder zijn ze zeer flexibel, wan op enkele uitzonderingen na moet je nooit vooraf inschrijven, gewoon gaan en sporten maar. Hun slogan wordt ook nog eens bekrachtigd met het feit dat het effectief allen op schooldagen is. Dan toch een minpunt in het hele verhaal.

Dit wordt alvast goed gemaakt met de mogelijke korting die je nog kan ontvangen als je beschikt over een UiTPAS, A-Kaart of een goede ziekteverzekering. Zo een SNS-pas is heel eenvoudig te bemachtigen, je kan hiervoor terecht in hun SNS-app, bij je sportleerkracht die u misschien kan helpen met de inschrijving of heel eenvoudig bij het sportpunt in de

(19)

Met de SNS-app beschikken ze over een milieubewuste functie die zeer eenvoudig en duidelijk werkt. Met het beschikken van de app komen ze ook meteen tot de leefwereld van de jongeren. Ook hebben ze een nauwe samenwerking met MOEV. Toch kunnen we vaststellen. Toch kunnen we concluderen dat er slechts 13531 Vlaamse leerlingen een SNS-pas hebben gekocht in 2019-2020. Er is een lichte meerderheid aan jongens.

Hierbij is ook nog eens 35,4% al lid van een sportclub. Echter komt er 2/3de sporten die niet actief zijn in een sportclub, dus op dat vlak slaat het zeker aan. Hoogstwaarschijnlijk waren die hiervoor niet aan het sporten.

Hoofdzakelijk komen de leerlingen (49,5%) uit de ASO stroom. Het aanbod is het grootste in Antwerpen wat ook overeenkomt met het grootste aantal SNS-deelnemers. Aan de andere kant als we het gaan bekijken op het aantal SNS-deelnemers per 1.000 deelnemers dan staat West-Vlaanderen op bovenaan, komt vervolgens Antwerpen dat kort wordt gevolgd door Oost-Vlaanderen. Wat ook nog opvalt is dat de SNS-pas wordt aangekocht op latere leeftijd. Tot en met 15 jaar schommelen de aantallen steevast onder de 2000. Bij jongeren van 16, 17 & 18 jaar gaat deze duidelijk boven de 2000. Voornamelijk fitness is enorm populair bij deze jongeren, verder staan zwemmen en schaatsen een beetje boven de rest uit. (Sport Vlaanderen, n.d.-a)

(20)

4.3.4 MOEV

Hoogstwaarschijnlijk zegt MOEV jullie nog niet zoveel, maar hopelijk in de toekomst wel. Het is namelijk de nieuwe naam van Stichting Vlaams Schoolsport. Ze wouden de focus van het organiseren van schoolsportactiviteiten verleggen naar het breed ondersteunen van je school bij de uitbouw van een bewegings- en sportbeleid. Dit door een nieuwe en

dynamische uitstraling te creëren.

Centraal in heel het gebeuren staan aantrekkelijke leerzame materialen met frisse projecten en belangrijke info op maat gecombineerd met een mooi gamma aan leuke bewegingsmogelijkheden. De toekomst staat open voor een gezonde levensstijl met veel plezier voor aandacht en bewegen voor alle leerlingen gecombineerd met een actieve schoolcultuur gedragen door het hele schoolteam.

Het zet alle leerlingen het het kleuter-, basis- en secundair onderwijs aan tot een gezonde en veilige levensstijl. (Sport Vlaanderen, n.d.-i)(MOEV, 2018)(Sport Vlaanderen, n.d.-e)

(21)

Waarom MOEV?

De M staat voor motivatie, de O voor ondersteuning, de E voor expertise en de V staat zowel voor vernieuwing, Vlaanderen als voor vitaliteit.

Met dit woord beantwoorden ze direct een paar vragen. Wie zijn ze? Wat doen ze? Waar doen ze het…? We kunnen dus besluiten dat ze over de nodige motivatie beschikken en gepassioneerd zijn om scholen constant in beweging te houden en te brengen. Ze ondersteunen de scholen met unieke evenementen, materialen en projecten. Dit alles in functie van een gezonde schoolomgeving te creëren voor de jongeren. Ook staan ze garant voor een kwaliteitsvolle en objectieve inhoud aangepast aan het ontwikkelingsniveau van de jongeren. Dit doen ze als erkend door de overheid in heel Vlaanderen.

Visie en Missie

Tegen 2040 willen ze alle scholen een kwalitatief en goed opgebouwd bewegingsbeleid geven. Op korte termijn hebben ze voor een doelstelling gekozen waarbij 80% van de basis- en secundaire scholen een preventief en kwaliteitsvol gezondheidsbeleid voert. Aansluitend op deze doelstellingen willen ze alle leerlingen optimale kansen bieden om de richtlijnen rond beweging en stilzitten te behalen. Er wordt dus gestreefd naar het belang hechten van een fitte en gezonde levensstijl bij jongeren dit in functie van een levenslange bewegingsvriendelijke attitude.

Veelvuldig gaan van visie en missie hand in hand.

De missies van MOEV zijn goed afgebakend en enorm beperkt, zo dat de focus wordt aangehouden. MOEV wil alle leerlingen in het Vlaams onderwijs aanzetten tot een gezonde mengeling van zitten, staan, bewegen en sporten. MOEV wil hiervoor de schoolteams motiveren en ondersteunen bij de ontwikkeling van hun kwaliteitsvol gestructureerd bewegings- en spotbeleid. (Sport Vlaanderen, n.d.-e)

(22)

Wat biedt MOEV aan?

MOEV heeft vier grote pijlers die ze aanbieden. • Beweeg mee!

• Activiteiten • Projecten • Materialen

Je ziet direct, MOEV doet een heleboel. Ze hebben een aanbod tijdens, maar ook tussen en ook voor en na de lessen. Alle mogelijke manieren die je maar kan bedenken om leerlingen aan het bewegen te krijgen. De hulp die ze aanbieden aan scholen is een zeer interessant gegeven voor de scholen. Als je deze momenten gaat omzetten in uren dan is het vrijwel het voltijdse leven van de jongeren op slapen na. Neem daar ook nog eens bij dat ze focussen op de actieve verplaatsing van jongeren en hoe je dit als school kan stimuleren. Verder hebben ze ook een dienstverlening waar scholen, leerkrachten, trainers terecht kunnen voor enkele diensten die als ondersteuning kunnen dienen voor de bewegingsactiviteiten op school. Tot slot helpen ze de scholen ook met hoe ze te werk kunnen gaan om bewegingsactiviteiten te integreren in een bewegings- en sportbeleid dat past binnen het gezondheidsbeleid van een school.

(23)

Met MOEV kom je ook meteen bij het totaal plaatje terecht. Het meer centraliseren van alles kan alleen maar toegejuicht worden. Ze zorgen voor een plaats waar zowel scholen, leerkrachten als leerlingen terecht kunnen. Met de unieke positie van scholen, die ongewilde macht waarover ik al sprak waarbij je alle leerlingen kan bereiken is iets waar te weinig gebruik van wordt gemaakt.

- Bewegingsbeleid

Het grootste belang voor de gezondheid en de ontwikkeling van de schoolgaande jeugd is wel een gezonde, actieve en fitte levensstijl. Scholen zijn de ideale omgeving om aan gezondheid te werken. De aanpak van een bewegings- en sportbeleid op school is een noodzakelijk onderdeel van het opvoedingsproject van iedere school die een gezonde, veilige en fitte levensstijl voor al haar leerlingen vooropstelt.

Om een sterk bewegings- en sportbeleid op school uit te bouwen kan je beroep doen op: - De methodiek ‘sport beweegt je school’

- Aanbevelingen over preventie van sedentair gedrag - Ondersteunden werkvormen

o Actieve verplaatsing

Om aan een kwalitatief bewegingsbeleid te komen op school moet je actieve verplaatsingen stimuleren. Wetende dat je op deze manier de leerlingen al 5 dagen kan laten sporten met in het achterhoofd dat een actieve verplaatsing een positieve rol speelt in de toename van beweging, zowel voor, tijdens als na de school. Ideaal om een gezonde en actieve levensstijl te bevorderen bij je leerlingen!

Wil je van actieve verplaatsing een werkpunt maken?

Ook hier is opnieuw de steun aanwezig van MOVE, ze geven de pap in de mond. Door een eenvoudige muisklik kom je terecht over hoe je een veilige schoolomgeving kan creëren, via wat kan je de fietsvaardigheid van uw leerlingen laten verbeteren? De vervoerkeuze in kaar brengen.

(24)

o Aanbod tussen de lessen

Stimuleren van een actief aanbod tussen de lessen maakt deel uit van het kwalitatief bewegingsbeleid op je school. Ideaal om een gezonde en actieve levensstijl te bevorderen bij je leerlingen! De vrije momenten op school zijn niet te tellen, je hebt speeltijden, de middagpauze, studie, etc.

o Aanbod tijdens de lessen

Ook tijdens de lessen kunnen leerlingen bewegen. Stop het stilzitten doorheen de theoretische lessen! Dit biedt heel wat voordelen voor hun concentratie en bijgevolg het leervermogen van de leerlingen. Tot slot draagt het ook bij tot een actieve en gezonde levensstijl.

(25)

o Aanbod voor en na de lessen

Net als alle andere factoren maakt ook het stimuleren van een aantrekkelijk aanbod voor en na de lessen deel uit van het kwalitatief bewegingsbeleid op je school. Ideaal om een gezonde en actieve levensstijl te bevorderen bij je leerlingen!

Nu zijn we ook meteen aangekomen bij het alternatief voor huiswerk LO. (Sport Vlaanderen, n.d.-c)

Het schakelt ook meteen over naar de tweede pijler van MOEV namelijk het enorme aanbod aan activiteiten.

In iedere provincie vloeit er een rijk aanbod aan activiteiten voor elk onderwijsniveau in elke categorie op elk moment. Er is zelfs keuze of je al dan niet competitief aan de slag wilt gaan. Het enige min punt is dat je niet kan filteren op de prijs, maar de aanwezigheid van gratis activiteiten zorgt er wel voor dat het voor iedere leerling beschikbaar is. Het spreekt in MOEV haar voordeel dat ze met veel federaties over een samenwerkingsverband hebben. Alsook het aanbod dat ze daaruit kunnen schenken aan de kinderen. (Sport Vlaanderen, n.d.-b)

(26)

De derde pijler van MOEV zijn de verschillende projecten waar ze zich voor inzetten. Momenteel tellen ze 18 projecten. Deze variëren van Netbal XL over Fair Play naar Multimove tot Bike@School net als Survival Trophy om maar enkele fantastische projecten op te sommen. (Sport Vlaanderen, n.d.-d)

Bike@School

Hier verkrijg je een handleiding waarin verkeers- en mobiliteitseducatie gekoppeld is aan fietsvaardigheidstraining op school. In samenwerking met de Vlaamse Stichting Verkeerskunde willen ze de scholen informeren over verkeers- en mobiliteitseducatie. Je verkrijgt een kosteloze PDF waarin beschreven staat met welke oefening je begint, hoe je dit stapsgewijs kan opbouwen en hoe je dit moet aanpakken bij een diverse groep. Dit is ook nog aangevuld met een uitgebreid pakket aan praktijkfiches. Verder is er per provincie ook een materiaalpakket aanwezig, dit is natuurlijk wel tegen een kleine vergoeding.

Met dit project kan je ook de ouders gaan betrekken met de school. Er is alvast een brochure opgesteld waardoor de ouders weten dat hun kinderen op school werken aan hun fietsvaardigheden. Met deze zaken kunnen de ouders ook thuis aan de slag. Een belangrijke brug in het geven van huiswerk.

Je krijgt ook nog verder ondersteuning van Bike@School met actiefiches, meestal zijn er ook nog wedstrijden verbonden aan de projecten. (MOEV, n.d.)

(27)

Multimove

Dit komt eigenlijk van Sport Vlaanderen, maar zoals eerder al gezegd. MOEV beschikt over enorm veel samenwerkingsverbanden en dit is er 1 van.

Multimove is een bewegingsprogramma voor 3- tot 8- jarige kinderen waarin gevarieerd, breed bewegen en vooral plezier centraal staat. Ze willen ook ouders en begeleiders bewust maken van het belang van een brede motorische vorming. (Sport Vlaanderen, n.d.-g)

Multimove is opgericht vanwege de daling in de fysieke activiteitsgraad bij jongeren en de toename in overgewicht en obesitas. Dit gebeurt dan ook nog eens in een cruciale fase van hun ontwikkeling. Een goede motorische ontwikkeling op jonge leeftijd zorgt voor positieve gevolgen later. Verder wordt er vaak en vooral te vroeg aan sportspecialisatie gedaan. Wat resulteert in een eenzijdige lichaamsontwikkeling, geen of weinig ontwikkeling van algemene vaardigheden. Tot slot zien we ook een daling in algemene motorische competenties.

(28)

Multimove voorziet een gevarieerd bewegingsaanbod voor een optimale ontwikkeling van de motoriek., een basis om later sport specifiek te bewegen en een goede basis voor levenslang te sporten en gezond te bewegen onder het motto: ‘jong geleerd is oud gedaan’.

Het bewegingsaanbod bestaat uit een lessenreeks op basis van de 12 fundamentele bewegingsvaardigheden in een gevarieerde omgeving met gevarieerd materiaal. Er wordt niet sport specifiek gewerkt en het moet ethisch en verantwoord zijn in functie van gezond sporten. De lessenreeks bestaat uit minstens 1x per week sporten van om en bij de 45 minuten en dit doen ze 20x per sportseizoen. Er is telkens 1 lesgever voorzien per 15 kinderen, de lesgever is minstens 16 jaar oud en heeft verplichte opleiding gevolgd bij VTS

- Ondersteuning voor aanbieders

Eerst en vooral krijg je een startpakket dat volledig gratis. Buiten het enorme promotiemateriaal en de erkenning krijg je ook nog enkele publicaties waaruit je de nodige inspiratie kan halen en een voorleesboekje. Verder kan je ook nog een spelkoffer voor een beperkte tijd ontlenen, deze is helemaal gratis en in elke uitleendienst beschikbaar. Tot slot krijg je ook nog een Multimove mascotte en een financiële ondersteuning van gekwalificeerde lesgevers. Natuurlijk moet uw lessenreeks wel voldoen om hiervoor in aanmerking te kunnen komen.

De organisatie moet namelijk over minstens acht deelnemers beschikken. Ze moeten het logo van Sport Vlaanderen vermelden bij de promotie, het aanbrengen van een gekwalificeerde lesgever. Na afloop dien je een evaluatieformulier ingevuld in door zowel lesgever als organisator. Het belangrijkste van allemaal is dat er een democratische deelnameprijs aanwezig is. Ze werken dus niet met standaardtarieven, je kan de prijs zelf bepalen. De prijs moet wel laagdrempelig zijn zodat alle kinderen kunnen deelnemen. Zorg er ook voor dat het aanvaardbaar is binnen eigen organisatie en in lijn van andere initiatieven in de buurt. (Sport Vlaanderen, n.d.)

- Ondersteuning voor lesgevers

Lesgevers krijgen eerst en vooral een Multimove meetinstrument ter beschikking, hiermee meten ze de vooruitgang in motorische ontwikkeling van de kinderen. Verder is een brochure ‘Tips voor de begeleiding van kinderen met een beperking.’ Hierin staat dan uitgelegd hoe je mits kleine aanpassingen in de lesopbouw, het materiaal of de algemene aanpak ervoor zorgt dat alle kinderen kunnen deelnemen aan Multimove tot slot wordt er ook nog een bijscholing dag georganiseerd. (Sport Vlaanderen, n.d.-f)

(29)

Sportsnack

Sport Na School (SNS) kennen we ondertussen. SNS is voornamelijk gericht voor de leerlingen in het secundair onderwijs. Dankzij Multimove is er voor de generatie tussen Multimove en SNS ook nog de aanwezigheid van Sportsnack = Sportief Naschools Actieve Kids

Dit is een initiatief voor meer naschoolse beweging en sport in het lager onderwijs, aansluitend op de lesuren. In tegenstelling tot bij Mulitmove waar het gevarieerd, breed bewegen en plezier centraal staat. Kiezen ze bij Sportsnack ervoor om het recreatief bewegen centraal te zetten. Dit met een brede motorische basisvorming tot sport specifieke vaardigheden.

Het is dus bestemd voor alle kinderen van de school met een leeftijd van 6 tot en met 12 jaar. Meestal wordt het gegeven op de accommodatie van de school zelf of op een wandelafstand van de school. Het komt neer op een sportieve naschoolse opvang, want het is telkens aansluitend op het laatste lesuur. Er worden steeds diverse sporten gegeven, de lessenreeks bestaat altijd uit minstens 10 lessen per reeks. Een les duurt minstens 1 uur en er valt minstens 1 les per week. In tegenstelling tot bij Multimove is hier wel een kostprijs aan verbonden, namelijk € 2 wat overeenkomt met de prijs van de naschoolse opvang. Er dienen wel telkens minstens 14 leerlingen aanwezig te zijn om een financieel evenwicht te creëren, om de groepen controleerbaar te houden is er een maximum aanwezig van 24 leerlingen. Tot slot ontvangt de school nog € 0,5 per kind per les en zijn de kinderen automatisch verzekerd wanneer de school de verzekering op de hoogte brengt van het naschools initiatief. (Sport Vlaanderen, n.d.-f)

Prijs Kwaliteit Controle Feedback Doelgroep Verplicht Punten Sportclub € 163,00 Niet altijd

aanwezig

JA JA 12-18 NEE NEE

Sociale media & Applicaties

Gratis Varieert N. A N. A 12-18 NEE NEE

MOEV Varieert JA,

erkend

JA JA 3-18 NEE NEE

-SNS € 45,00 JA,

erkend

JA JA 12-18 NEE NEE

-Mulitmove Kan gratis zijn. JA, erkend JA JA 3-8 NEE NEE -Sportsnack € 2,00 JA, erkend JA JA 6-12 NEE NEE

Huiswerk Gratis JA,

erkend

JA JA 12-18 Is

mogelijk Is

(30)

5. Praktisch onderzoek

Mijn praktisch onderzoek ben ik gestart met de vraag aan mijn mentor of ik een deel van haar klassen tot mijn beschikking mocht nemen om hieraan huiswerk voor lichamelijke opvoeding te geven. Mijn mentor was alvast enthousiast, uit de observatie- en stagelessen kon ik concluderen dat de leerlingen in de vorige lockdown periode vooral opdrachten kregen via Strava en dat deze niet gerapporteerd werden. Dit resulteerde in lage respons van de leerlingen. Het schooljaar 2020-2021 begon niet zoals we het gewoon zijn. De leerlingen hadden omwille van de corona maatregelen veeleer buiten gesport en de nadruk lag vooral op lopen. Na de bevragingen met mijn mentoren en promotor kon ik aan de slag. Ik opteerde voor huiswerk weg van Strava, hier en daar viel er een noodzakelijke wijziging. Toch verliep het grotendeels wel naar wens. Ook kreeg ik 100% input van de leerlingen aan de hand van een vragenlijst. Met als doel om een antwoord te krijgen op mijn onderzoeksvraag vanuit de praktische ondervindingen van de bevraagde leerlingen.

Wetende dat leerlingen met de jaren creatiever worden op vlak van excuses heb ik gekozen voor oefeningen zonder materiaal en met WhatsApp heb je een veilig platform waar je ook filmpjes van de nodige grootte kan versturen en ontvangen. Ondanks dat het veel efficiënter zou zijn om meer beweegmomentjes te creëren, kunnen we toch concluderen dat bewegen gepaard gaat met betere schoolresultaten net als het welbevinden van de mens. Rekening houdend met het feit dat 1 op de 2 adolescenten in Vlaanderen niet is aangesloten bij een erkende sportclub, ligt er toch nog een grote groep voor handen die we aan het sporten moeten krijgen.

Ondanks dat er voor en na school al een immens aanbod is voor leerlingen om te sporten. Zou er eigenlijk niets kunnen tippen aan huiswerk voor LO. Alle waardige alternatieven werden naast elkaar gelegd, altijd ontbrak er wel iets. Huiswerk voor LO gegeven door een leerkracht LO zal niet alles oplossen, maar een perfecte combinatie kan misschien wel efficiënter zijn.

Hier en daar wordt er wel al eens een opdracht voor lichamelijke opvoeding gegeven, maar in vergelijking met de theoretische vakken is het peanuts. Zoals James Goldsmith ooit zei: “if you pay peanuts, you get monkeys”. Niet dat we apen hebben in de lessen LO, maar als je niet veel betaalt of aanbiedt dan ga je meestal niet veel in de plaats krijgen. Aangezien lichamelijke opvoeding op de meeste scholen ook nog steeds maar 2 uur wordt aangeboden, krijg je dus niet veel in de plaats. De beweegtijd van de leerlingen daalt steeds meer en meer, laat dit nu net gepaard gaan met schoolresultaten. Die schoolresultaten dalen de laatste jaren ook… Zou het hand in hand gaan met elkaar?

Door mijn onderzoek stel ik alvast enkele “tips & tricks” samen in een handleiding. Zo geven we in de toekomst misschien ook wel op elke school een stukje huiswerk voor lichamelijke opvoeding.

(31)

5.1 Huiswerk

Opdrachten

De leerlingen kregen de volgende oefeningen voorgeschoteld. Deze oefeningen zijn kort en eenvoudig zonder materiaal af te werken.

1. Tabata maken en namaken 2. Push-up challenge

3. 8voudige meerkamp

Doelgroep

Het huiswerk werd gegeven aan 3 klassen uit de Broederschool handel te Sint-Niklaas. A. 3BEa

B. 3BEB C. 3BETa

Deze drie klassen bestaan elk uit 11 leerlingen. Dit vormt dus een totaal van 33 leerlingen met een meerderheid aan jongens. In totaal hebben we 24 jongens en 9 meisjes.

Kanaal

Het kanaal dat werd gebruikt was niet Smartschool, Moodle, Blackboard, Dokeos, etc. De oefeningen werden wel officieel gecommuniceerd via het leerplatform CASPR, maar voor het versturen en ontvangen van de opdrachten heb ik geopteerd voor WhatsApp.

- Waarom WhatsApp?

WhatsApp is de laatste jaren enorm verbeterd op vlak van privacy door de end-to-end versleuteling. Dit zorgt ervoor dat uw berichten, oproepen en statusupdates alleen voor u en de door u gekozen mensen zichtbaar zijn. Zelfs door WhatsApp kunnen ze niet gelezen of beluisterd worden. Verder sluit het kanaal dichter aan bij de leefwereld van de jongeren en krijg je in groep altijd bevestiging dat het gelezen is door de leerlingen. Bovendien kan je heel eenvoudig een groepschat maken met tot wel 256 personen in één keer. Tot slot was het meetbaar door filmpjes. (WhatsApp, 2020)

- Zijn er dan geen gevaren?

Hoogstwaarschijnlijk wel, maar met de juiste afspraken kom je al een eind. Even beklemtonen dat de nummers alleen gebruikt worden voor schoolopdrachten en dat het doorsturen van filmpjes waarbij er geen toestemming is van de medeleerling kan leiden tot een strafbaar feit. Verder gingen alle leerlingen akkoord met het maken van een groepschat via WhatsApp.

(32)

- Het volume?

Het volume voor het versturen van filmpjes bedraagt 16 MB wat overeenkomt met 3 minuten, maar uit ervaring wist ik dat het heus wel haalbaar is om filmpjes te versturen/ ontvangen van meer dan 4 minuten. Verder kan je heel gemakkelijk pdf-bestanden, documenten, spreadsheets, presentaties en nog zoveel meer versturen zonder dat je hiervoor een externe app moet gaan gebruiken. De documenten kunnen verstuurd worden tot en met een grootte van 100 MB.

Als alternatief heb ik wel mijn e-mailadres achter de hand gehouden waardoor het filmpje dan verstuurd kan worden via WeTransfer.

Hoogstwaarschijnlijk kan het ontvangen van de filmpjes eenvoudiger voor de leerkrachten, maar lukt dit ook voor de leerlingen?

Inzendingen

De inzendingen waren over het algemeen positief. Als we specifiek per klas gaan kijken dan viel het voor de push-up challenge tegen bij 3BEb. Anderzijds kunnen we ook van een uit de hand gelopen positief resultaat spreken. De leerlingen uit de klas 3BETa hebben meer filmpjes verstuurd dan gevraagd. Dit mondde uit in een competitievorm waar je als leerkracht enkel gelukkig van kan worden, ondanks dat je dan meer prestaties moet gaan bekijken, tellen en verwerken. Opdracht 1 Tabata Verwachte opdrachten Op tijd ontvangen Te laat ontvangen Geen resultaat 3BEa 22 19 1 2 3BETa 11 11 0 0 3BEb 22 17 1 4 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22

3BEa 3BEb 3BETa

(33)

Opdracht 2 Push-Ups Verwachte opdrachten Uiteindelijk ontvangen Te laat ontvangen Geen resultaat 3BEa 9 9 0 0 3BETa 11 22 0 1 3BEb 11 6 0 5 Opdracht 3 Meerkamp (8) Verwachte opdrachten Uiteindelijk ontvangen Te laat ontvangen Geen resultaat 3BEa 11 10 0 1 3BEb 10 8 0 2 3BETa 9 5 1 3 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22

3BEa 3BEb 3BETa

Opdracht 2 Push-Ups

Verwachte opdrachten Op tijd ontvangen Te laat ontvangen Geen resultaat

3BEa 3BEb 3BETa

0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22

Opdracht 3 Meerkamp

(34)

Excuses

Excuses … Je kan ze de laatste tijd niet meer wegdenken bij de jongeren. Ze zijn er in alle vormen en de verhalen worden steeds straffer, welke excuses krijg je nu van de jongeren? Corona buiten beschouwing gelaten.

- “Vergeten”

- “Ik had last meneer” - “GSM kapot”

(35)

5.2 Enquêtes van de leerlingen

Naast het geven van huiswerk, is er ook gepolst naar de bevindingen van de leerlingen. Zijn ze al actief na de schooluren? Waarom niet? Wat doen ze dan wel? Zien de leerlingen het zelf zitten om huiswerk voor LO te krijgen? Wat vinden ze leuk? Hoelang mag het duren? Nog een resem aan vragen dus, die best wel beantwoord kunnen worden. De input van leerlingen lijkt toch wel zeer belangrijk om een perfecte start te kunnen maken. Als de leerlingen het zelf al grotendeels zien zitten, dan wordt het een stuk eenvoudiger om huiswerk voor LO te gaan geven.

5.2.1 Resultaten

De enquête werd ingevuld door de leerlingen die ook actief waren in het praktijkonderzoek. Dit komt dus neer op 24 jongens en 9 meisjes.

Jammer genoeg doet bijna 1 op de 4 leerlingen (nog) niet aan sport na de schooluren. Op zich kunnen we dit ook positief bekijken, we moeten niet immens veel leerlingen aan het sporten krijgen na de schooluren.

(36)

Eerst en vooral hebben we hier te maken met te veel antwoorden. Bij vraag 2 kregen we 8x het antwoord: ”Nee”.

Wat opvalt is dat leerlingen hebben aangegeven dat ze over te weinig tijd beschikken of geblesseerd zijn. Wanneer je weet hebt over de blessures, dan kan je heel eenvoudig andere oefeningen geven aan deze leerlingen. Je kan ze ook proberen overtuigen om een sport te zoeken die goed bij de leerlingen past en waar de beperkingen van een blessure miniem zijn. Zijn de intakegesprekken die fitnessinstructeurs en kinesisten doen ook verbonden aan huiswerk voor lichamelijke opvoeding?

4.Wat doe je dan in plaats van te sporten?

Van de 9 antwoorden vallen er al 2 te schrappen. Sommige leerlingen beschouwen “soms sporten” net als “wandelen en dansen” blijkbaar niet als volwaardig sporten. Verder vallen sommige zaken wel te combineren, ook hierop kan je inspelen. De leerlingen kunnen sporten en muziek luisteren of afspreken met vrienden eenvoudig gaan combineren. Er bestaat wellicht weinig onenigheid over alternatieve bezigheden zoals sociale media en de verschillende streamingdiensten die het voor de leerlingen makkelijker maken om zich passief bezig te houden.

(37)

Nagenoeg 9 op de 10 leerlingen vinden volgens zichzelf dat ze voldoende bewegen. Wetende dat 24,4 procent na de schooluren niet sport. Kunnen we zeggen dat sommige leerlingen een vertekend beeld hebben van hoeveel ze nu exact moeten bewegen.

Twee derde van de leerlingen heeft deze vraag ingevuld en de cijfers zijn dan toch al allerminst positief te noemen. Slechts 36,4% van de leerlingen weten dat ze 60 minuten en meer moeten bewegen… De helft denkt dat tot 30 minuten volstaat.

(38)

7. Heb je al eens huiswerk voor lichamelijke opvoeding gekregen wanneer de lessen gewoon door gingen? Indien ja, welke opdrachten? (Bij Ja, ga door naar vraag 9)

We kunnen besluiten dat wanneer er huiswerk werd gegeven het vooralsnog lopen was. Zaken als Tabata & pompen werden door mij gegeven, maar ik kan hier niet met 100% zekerheid zeggen dat het verkeerd is ingevuld. Toch moet de kanttekening gemaakt worden.

8. Waarom heb je volgens u nog nooit huiswerk voor lichamelijke opvoeding gekregen?

De antwoorden variëren rijkelijk:

- Omdat LO slechts 2 uur bedraagt.

- Leerlingen vinden het niet nodig/ belangrijk/ noodzakelijk. - Alles wordt in de les volbracht.

(39)

We kunnen spreken van een nipte meerderheid die het ziet zitten om ook huiswerk LO te krijgen wanneer de lessen LO terug doorgaan.

We kunnen de resultaten absoluut niet over dezelfde kam scheren omwille van het aantal resultaten, maar er is een duidelijke verandering ten opzichte van enquête 1. De opdrachten mogen voor meer dan de helft van de leerlingen tussen de 10 en de 15 min duren.

(40)

We kunnen concluderen dat de overgrote meerderheid het ziet zitten om maandelijks 2 opdrachten van lichamelijke opvoeding te ontvangen.

De leerlingen prefereren specifieke opdrachten alsook trainingsschema’s boven het maken van opdrachten met een applicatie.

(41)

Meer dan 4 op de 10 leerlingen beschikken niet over klein materiaal om oefeningen te kunnen uitvoeren.

(42)

Bijna drie op de vier leerlingen is ervan overtuigd dat het kan helpen om de opdrachten af te werken wanneer er materiaal te lenen is op school.

(43)

17. Welke sporten zou je dan het liefst hebben als opdracht voor LO?

(44)

19. Heb jij nog tips/ bevindingen voor huiswerk LO? Is de communicatie via WhatsApp voor u mogelijk? Noteer al uw extra ideeën/ meningen hier.

(45)

5.3 Enquêtes van de leerkrachten.

Het leek mij ook verstandig om te peilen naar de opinie van de leerkrachten lichamelijke opvoeding zelf. Jammer genoeg kwam er weinig reactie, maar uit de 16 beantwoorde enquêtes kwamen toch een heleboel tips. Hoe schatten de leerkrachten LO hun aandeel in op het bewegen na de schooluren? Zien de leerkrachten LO het wel zitten om huiswerk voor het vak LO te geven en ook op te volgen? Deze enquêtes zijn hoofdzakelijke bestemd voor het samenstellen van de handleiding/ tips & tricks → Huiswerk voor LO.

5.3.1 Resultaten

1. E-mailadres

De enquêtes werden ingevuld door 16 leerkrachten lichamelijke opvoeding in het secundair onderwijs. Sommige zijn actief op dezelfde school, maar heus niet het merendeel. De leerkrachten waren actief op de volgende scholen.

(46)

Hier kan je duidelijk concluderen dat de leerkracht LO niet echt tevreden zijn met de fysieke toestand van de leerlingen. Slechts 6,2% is tevreden over de fysieke toestand van zijn adolescenten.

De meerderheid van de leerkrachten LO vindt dat hun aandeel op het bewegen van de leerlingen klein tot zeer klein is. Verder is er bijna 1 op de 3 leerkrachten die dit aandeel als gewoon beschouwen.

(47)

5. Hoe (d.m.v. huiswerk, promoten, overige) brengt u uw leerlingen (12-18 jaar) aan het sporten na de schooluren?

• Minder dan de helft van de leerkrachten promoot het SNS-aanbod • 1 op de 4 leerkrachten doet niets

• Bij het overige deel bestaat het uit geven van online lessen/ filmpjes tot het geven van informatie alsook het motiveren en aansporen tot bewegen

6. Waarom wordt er geen huiswerk voor het vak LO gegeven? (Wanneer de leerlingen op school aanwezig zijn.) Indien je wel huiswerk geeft. Wat? Wanneer? Frequentie? Etc.

(48)

In tegenstelling tot de leerlingen, hebben de leerkrachten een ander standpunt. Zij denken dat het ontlenen van klein materiaal door de leerlingen geen oplossing zal zijn.

(49)

8. Ziet u het als leerkracht zitten om huiswerk voor het vak LO te geven en ook op te volgen? JA/NEE, waarom?

(50)
(51)

10. Hoelang mag huiswerk voor LO in beslag nemen? Tijdsduur per opdracht, frequentie per week/ maand/ rapportperiode.

(52)

11. Mag huiswerk voor LO van u verplicht worden? 13% 25% 6% 6% 6% 44%

11. Mag huiswerk voor LO van u verplicht worden

JA NEE Nee, het is wel een optie

(53)

12. Zou u enkel praktische opdrachten geven of ook theorie als huiswerk? Denk aan verkeersregels, spelregels, wereldrecords... In functie van het aanwakkeren van de interesse.

(54)

13. Wat is uw (slot)mening omtrent huiswerk/ opdrachten voor LO? Noteer uw extra gevoel of zaken die u hier nog kwijt wilt omtrent dit onderwerp.

(55)

6.

Handleiding SportPep

Wat als we het in de toekomst effectief gaan of moeten toepassen? Welk kanaal kan je dan best gebruiken? Welke oefeningen kan je geven, met of zonder materiaal? Tips en tricks van 16 gediplomeerde leerkrachten en een laatstejaarsstudent lichamelijke opvoeding. Deze handleiding is gebaseerd op een praktijkervaring bij 3de jaar leerlingen uit een Handelschool te Sint-Niklaas

Hoe start je nu met het geven van huiswerk voor lichamelijke opvoeding aan studenten. 6.1 Voorwoord

SportPep betekent evenveel als “huiswerk voor lichamelijke opvoeding”. Niet in functie van de leerlingen lastig te vallen, maar wel om ze te laten bewegen. De leerlingen tussen 12 en 18 jaar hebben nood aan beweging, slechts 50% van deze generatie is aangesloten bij een erkende sportclub. Bovenop deze situatie heeft deze generatie te maken met een uitzonderlijke periode omwille van COVID-19. Met SportPep wil ik de kinderen vooral laten presteren, maar ook kunnen evalueren en vervolgens een progressie schetsen. Deze handleiding geeft een beeld van de mogelijkheden omtrent huiswerk voor lichamelijke opvoeding. Wat hebben de leerlingen graag, welk kanaal kan je eventuel gebruiken en hoe ga je evalueren. Deze handleiding is een ondersteuningsvorm voor lesgevers. Met deze handleiding hoop ik jullie op weg te zetten en eventueel als houvast waarmee u in de praktijk op u eigen creatieve manier aan de slag kan gaan. SportPep draagt bij tot de algemene doelen van lichamelijke opvoeding. Voldoende lichaamsbeweging is een belangrijk onderdeel van een gezonde levensstijl. De COVID-19 periode heeft ons nogmaals met de neus op de feiten gedrukt. De strijd met de sociale media dreigen we te verliezen. Laten we van deze evolutie dan maar gunstig gebruik maken en hierop inspelen. De sociale media kunnen we toepassen in SportPep. Met SportPep streven we dus naar het verbeteren van de fysieke toestand van kinderen tussen 12-18 door middel van ze meer te laten bewegen. Tot slot kunnen de “minder goede” leerlingen punten scoren/ ophalen dankzij SportPep.

(56)

6.2 Beginsituatie

Ook voor huiswerk is het belangrijk om op zoek te gaan naar de beginsituatie van de leerlingen. Aan de hand van de beginsituatie kan je kiezen welke opdrachten je gaat geven. Krijg je te maken met klassen die actief of eerder lui zijn? Hoe groot zijn de klassen? Doen ze het liefst oefeningen alleen, per twee, per drie, per vier of met heel de klas?

- De meeste leerlingen zijn geneigd om een taak voor lichamelijke opvoeding af te werken als de opdracht 10 tot 15 min zal duren.

- Voor 84,9% mogen dit maandelijks twee opdrachten zijn.

- Het liefst van al willen ze specifieke opdrachten/ trainingsschema’s, slechts 15% kiest ervoor om met een app (Strava – TikTok – Homecourtai) te werken.

- Meer dan 40% van de leerlingen beschikt niet over klein materiaal (Bal, springtouw, matje, etc).

- Het zou voor de leerlingen wel kunnen helpen als er materiaal te ontlenen is op school. - Het liefst van al doen ze het huiswerk alleen.

- De sporten die ze het liefst willen als opdracht voor LO zijn:

Voetbal Buikspieroefeningen Optrekken Fitness

Pompen Work-outs Calisthenics Basketbal

Boogschieten Fietsen Padel Dansen

Trainingschema’s

- De meerderheid ziet het zitten om huiswerk LO te krijgen wanneer de lessen LO gewoon doorgaan.

(57)

6.3 Kanaal

Ik start met het bespreken van het kanaal. Het geven van huiswerk gebeurt meestal in de klas of via een elektronische leeromgeving, maar het kan ook anders.

- Ga op zoek naar een kanaal dat eenvoudig is voor de leerlingen. Iets wat nauw aanleunt bij de leefwereld van de leerlingen.

- Maak het zo praktisch mogelijk voor de leerlingen, de ervaring leert dat leerlingen niet zo enthousiast zijn over het versturen en ontvangen van mails.

Waarom WhatsApp? WhatsApp is de laatste jaren enorm verbeterd op vlak van privacy door

middel van de end-to-end versleuteling. Dit zorgt ervoor dat uw berichten, oproepen en statusupdates alleen voor u en de door u gekozen mensen zichtbaar zijn. Zelfs door WhatsApp kunnen ze niet gelezen of beluisterd worden. Verder sluit het kanaal dichter aan bij de leefwereld van de jongeren, alsook krijg je in groep telkens bevestiging dat het gelezen is door de leerlingen. Bovendien kan je heel eenvoudig een groep chat maken met tot wel 256 personen in één keer. Tot slot was het meetbaar aan de hand van filmpjes.

Het volume voor het versturen van filmpjes bedraagt 16 MB wat overeenkomt met 3minuten, maar uit ervaring wist ik dat het heus wel haalbaar is om filmpjes te versturen/ ontvangen van meer dan 4 minuten. Verder kan je heel gemakkelijk pdf-bestanden, documenten, spreadsheets, presentaties en nog zoveel meer zonder dat je hiervoor een externe app moet gaan gebruiken. De documenten kunnen verstuurd worden tot en met een grootte van 100 MB. (WhatsApp, 2020)

Als alternatief heb ik wel mijn e-mailadres achter de hand gehouden waardoor het filmpje dan verstuurd kan worden via WeTransfer.

Hoogstwaarschijnlijk kan het ontvangen van de filmpjes eenvoudiger voor de leerkrachten, maar lukt dit ook voor de leerlingen?

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Lan dbo uw ers stra at Duinenst raat. Veurn e Am bachts e

In het lesmateriaal voor scholen - met filmpjes, proefjes, opdrachten en een quiz - leren kinderen alles over duurzame energie.. Een medewerker van Eneco geeft als gastdocent les

Maar je hebt ook de mensen die het niet kunnen en niet hun best doen en die laatste kan ik niet zo goed hebben.. Ik vind dat er meer apartheid moet komen in de klassen

We vinden dat de gemeente zijn best moet doen voor mensen die het moeilijk hebben.. We willen dat iedereen die dat wil, mee kan praten over de eigen buurt en andere dingen in

1935 - De NHBB haalt het woord Bandy uit haar naam en wordt de Nederlandsche Hockey Bond (NHB)1938 - De NHB bestaat 40 jaar en mag zich vanaf nu de Koninklijke Nederlandse Hockey

5 Fig. 1 is een schematisch aanzicht van een inrichting, die gebruikt wordt voor de vervaardiging van de kristallen van voor- beeld I van de onderhavige uitvinding. 2 is een

Stop de winkelleegstand, maak het centrum compacter en levendiger, versterk het groene karakter van het centrum en ontwikkel het gebied Scapino Nieuwe Brink tot een

Inzake het project Zeeweringen zend ik u hierbij de Aanmeldingsnotitie voor de constructiealternatieven groene dijk en kleidijk langs het dijkvak Hellegatpolder. Voor de