• No results found

Landbouw concentreert zich in sterke gebieden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Landbouw concentreert zich in sterke gebieden"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

20 21

Een manier om de milieubelasting van de veehouderij aan te pakken is krimp van de veestapel. Wordt voor die weg gekozen, dan zijn de gevolgen voor werkgelegenheid en inkomens in de sector fors, blijkt uit onderzoeken van het LEI. Met een systeem van verhandelbare emissierechten wordt de economische schade iets kleiner. Op verzoek van de ministeries van VROM

en EL&I onderzocht het LEI in verschillende modelstudies de economische gevolgen van een mogelijke krimp van de veestapel. Een daarvan gaat over de krimp die nodig zou zijn om een balans in de mestmarkt tot stand te brengen. Op dit moment wordt meer mest geproduceerd dan er vraag is, waardoor boeren moeten betalen voor de afzet van mest in plaats van voor de aanschaf ervan. Voor een evenwicht in 2020 moet de fosfaat-productie omlaag, en wel met 19,5 procent vergeleken met de mestproductie die – zonder extra maatregelen of innovaties – wordt voor-zien voor 2020. Gelijk verdeeld over alle sectoren en bedrijven, zou dat ook een alge-mene daling van dieraantallen betekenen van 19,5 procent.

Dat heeft grote economische gevolgen. Het totale saldo van de sector zou dalen met 15 procent, ofwel 725 miljoen euro. De gevol-gen voor het hele agrocomplex zouden nog groter zijn omdat krimp ook gevolgen heeft voor toeleveranciers, vleesverwerkers, handel en logistiek, en dienstverlening. Dan gaat het

om maximaal 39 duizend arbeidsplaatsen, waarvan zevenduizend in de primaire sector, en een daling van netto toegevoegde waarde van 2,3 miljard.

Beleidsmakers zouden ook kunnen aansturen op het instellen van verhandelbare fosfaatrech-ten. Deze rechten komen door de onderlinge concurrentie terecht bij die bedrijven die het meeste winst maken per hoeveelheid geprodu-ceerde fosfaat en ze dus het meest efficiënt gebruiken. Met deze fosfaatrechten daalt het sectorsaldo aanmerkelijk minder: met 8 pro-cent ofwel 325 miljoen, zo berekende het LEI. Door de concurrentie wordt de schade ongelijk verdeeld over de sectoren. De melkveestapel krimpt in dit scenario met 12 procent, het aan-tal fokvarkens met 30 procent en het aanaan-tal vleesvarkens met 35 procent.

Ook dit scenario heeft impact op het hele agrocomplex. Als alle mogelijke effecten wor-den meegeteld gaat het om 32 duizend minder banen, waarvan vijfduizend in de primaire sec-tor, en een daling van de netto toegevoegde waarde van 1,9 miljard. Een andere kleine ver-liezer is de akkerbouw, die 4 procent meer

Verkleining veestapel treft hele keten

voor mest moet betalen in plaats van dat ze geld toe krijgen. Als winnaars komen stop-pende bedrijven uit de bus, als ze hun fosfaat-quotum verkopen.

In een eerdere studie rekende het LEI aan de economische gevolgen van nieuwe richt- lijnen die de EU in 2020 stelt aan de maximale emissies van ammoniak, fijnstof, methaan en lachgas in de varkens- en pluimveehouderij. Technische mogelijkheden om emissies te be-perken zijn er vaak wel, maar brengen hogere kosten en lagere inkomens met zich mee. Doorberekening van deze kosten is in interna-tionale concurrentie lastig, concludeert het LEI. Een deel van de bedrijven in de intensieve pluimveehouderij en varkenshouderij zal daar-door verdwijnen. Krimp van de veestapel is vooral gunstig voor het algemene maatschap-pelijk belang van een afname van de milieu-belasting. ‘De winst is voor de samenleving als geheel, terwijl de kosten ervan bij de agra-rische sector terechtkomen’, concludeert onderzoeker Hans Vrolijk van het LEI.

Informatie: LEI-rapport 2008 - 069 en 2010 - 020 Contact: Harry.Luesink@wur.nl

070 - 335 83 15 Domein Agroketens en visserij

In een geliberaliseerde markt kan de landbouw in Europa in 2050 aan de grotere Europese vraag voldoen op minder land. De land-bouw concentreert zich dan in nu al economisch sterke agrarische regio’s. Bij interventiebeleid dat aandacht heeft voor regionale productie, milieu en landschap, is voor die groeiende vraag in Europa juist tot drie miljoen hectare landbouwgrond meer nodig. Dat blijkt uit een studie naar de toekomst van

de Europese productie van tarwe, aardappelen en melk. De onderzoekers, uit diverse geledin-gen van Wageledin-geningeledin-gen UR, keken daarbij speciaal naar klimaatverandering en regionale concur-rentiekracht.

Klimaatverandering heeft slechts beperkt effect op de totale productie, zo wordt verwacht. In Zuid-Europa daalt de productie, noordelijker stijgt die. Scenariostudies wijzen uit dat – mede door de groeiende druk op land – technologi-sche ontwikkelingen de productiviteit per hec-tare doen stijgen, vooral bij aardappel en tarwe. ‘Bij grasland speelt dat minder, daar wordt ten opzichte van gewassen als aardappel en tarwe relatief weinig onderzoek gedaan naar produc-tiviteit’, vertelt Jan Verhagen, die vanuit Plant

Research International bijdroeg aan het onder-zoek. In Nederland wordt in 2050 wel meer melk per hectare grasland geproduceerd dan in 2005. Die productie vindt vooral plaats in Noord-Nederland.

De landbouw in grote delen van centraal en zuidelijk Europa gaat een onzekere toekomst tegemoet. Noord-West Europa heeft namelijk een competitief voordeel door goede teeltom-standigheden en de sterke regionale concurren-tiepositie, ondanks de grote bevolkingsdruk in die gebieden. Die kracht is sterk gekoppeld aan infrastructuur. ‘Als je geen systeem rond melk hebt is dat heel lastig nog op te zetten’, aldus Verhagen. ‘Bedrijven die nu sterk staan, staan dat over vijf jaar nog. Een boer in Centraal Europa die voldoende omvang wil hebben om

Informatie: www.kennisonline.wur.nl

Contact: Jan.Verhagen@wur.nl 0317 - 48 05 63

KB-thema Natuur, landschap en platteland overeind te blijven op de wereldmarkt moet heel wat buren opkopen. Een Nederlandse boer alleen het bedrijf van zijn buurman.’

De studie maakt volgens Verhagen ook duidelijk dat regio’s niet ophouden bij de grens. Noord-Nederland en Noord-West Duitsland zijn als je kijkt naar de landbouwomstandigheden eigenlijk één gebied. ‘Je zou dus meer op Europees niveau moeten gaan kijken waar wat het beste geproduceerd kan worden en waar je het beste samenwerkt.’

Landbouw concentreert zich in sterke gebieden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Toaolotto si jn do taotiontoa berekend vaa do geleidbaar­ heden bij do gebruikte teape ra turen, waarbij do vaarden bij 25°C verkregen, op 100 worden gesteld.. Op bijlag« VII ia

In 20 monsters tarwekorrels en 20 monsters haver korrels is het Cd gehalte bepaald, en wel drie maal, door verschillende (groepen) analisten volgens verschillende

Samenvatting van de beoordelingen in procenten hoger dan of gelijk aan het gemiddelde van het standaardras gegeven door de overige beoordelaars.. Overzicht van het gewicht in

Against this background, the two editors who are respected researchers in their field allure the reader to an enticing piece of work that informs the contemporary debates around

The purpose of this was to clearly distinguish between the peptide profiles of the milk samples collected from the various commercial milk producers and the peptide

OECD due diligence guidance for responsible Supply chain of minerals from conflict affected and High-Risk Areas (2013) <

Dit blyk dat daar by vyf uit die nege kinders, na afloop van die program, 'n verbetering in terme van kommunikasie plaasgevind het en dat die kinders met groter