Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
ASPIRATIEPNEUMONIE:
LAATTIJDIGE NOSOCOMIALE INFECTIE
• Klinische aspecten en commentareno Start ≥ 5 tot 7 dagen na ziekenhuisopname.
o Risicofactoren voor infecties door resistente pathogenen: eerdere antibiotherapie (indicatie voor gebruik van antibiotica van een andere klasse), ....
o Bronchoscopie aangewezen (uitsluiten van neoplasma bij onvoldoende klinische respons of herval).
o Empyeem, abces: zie parapneumonische effusie, thoraxempyeem.
o Meestal polymicrobiële infectie.
Anaëroben (Bacteroides spp., Peptostreptococcus spp., Fusobacterium spp.) aanwezig bij > 90% van de patiënten. Bacteroides fragilis enige pathogeen bij ± 15% van de patiënten (primaire patho-geen bij empyeem of necroserende pneumonie).
Ondanks evidentie die de rol van anaëroben in twijfel trekt (en de hoge mate van succes van behan-delingen met onvoldoende anaërobe dekking), is meer studie vereist vooraleer de behandelings-schema’s kunnen worden gewijzigd).
o Aminosiden of fluoroquinolones worden aan het regime toegevoegd bij patiënten met sepsis.
• Betrokken pathogenen
Meestal polymicrobiële infectie.
o Gram-negatieve bacillen (Haemophilus influenzae).
o Streptococcus pneumoniae.
o Andere streptokokken.
o Staphylococcus aureus.
o Anaëroben.
• Empirische anti-infectieuze behandeling o Regimes.
Cefepime + metronidazole ± amikacine. Cefepime + metronidazole ± ciprofloxacine Cefepime + metronidazole ± levofloxacine. Cefepime + ornidazole ± amikacine. Cefepime + ornidazole ± ciprofloxacine. Cefepime + ornidazole ± levofloxacine. Ceftazidime + metronidazole ± amikacine. Ceftazidime + metronidazole ± ciprofloxacine. Ceftazidime + metronidazole ± levofloxacine. Ceftazidime + ornidazole ± amikacine. Ceftazidime + ornidazole ± ciprofloxacine. Ceftazidime + ornidazole ± levofloxacine. Piperacilline-tazobactam ± amikacine. Piperacilline-tazobactam ± ciprofloxacine. Piperacilline-tazobactam ± levofloxacine. Meropenem ± amikacine. Meropenem ± ciprofloxacine. Meropenem ± levofloxacine. o Standaard posologieën.
Amikacine: doses van 25 tot 30 mg/kg iv toegediend met de kortst mogelijke intervallen (minimum 24 uur) die toelaten dalserumconcentraties te bereiken van < 3 µg/ml.
Cefepime: 2 g iv q8h. Ceftazidime: 2 g iv q8h. Ciprofloxacine: 400 mg iv q8-12h. Levofloxacine: 500 mg iv q12-24h. Meropenem: 1 tot 2 g iv q8h. Metronidazole: 500 mg iv q8h of 1,5 g iv q24h. Ornidazole: 1 g iv q24h.
Piperacilline-tazobactam: (4 g piperacilline + 500 mg tazobactam) iv q6h.
o Totale duur van de adequate (empirische + gedocumenteerde) anti-infectieuze behandeling: niet langer dan 8 dagen.