• No results found

Antibiotica, een vloek of een zegen?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Antibiotica, een vloek of een zegen?"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AquAcultuur ❘ 38 2011 - nr. 2

Antibiotica,

een vloek of een zegen?

Door Wim B. van Muiswinkel

In AQUAcultuur 2010, nr. 5 stond op pagina 33 van het leuke artikel “Aan tafel bij Sietze Leenstra” de opmerking, dat antibiotica het immuunsysteem verstoren. Hier is wel iets voor te zeggen, maar toch moeten we oppassen, dat we niet alle antibiotica op één hoop smijten. Volgens mij is het vooral het gebruik van oxytetracycline in de aquacultuur, waar we een vraagteken bij moeten plaatsen.

uit de ziekenboeg

Zoals bekend, remmen de meeste antibio-tica de groei van bacteriën. Als de behande-ling wordt gestopt is de kans echter groot, dat de bacteriën weer actief worden en gaan delen. Daarom is er altijd een goed functionerend immuunsysteem nodig om de in bedwang gehouden bacteriën defi-nitief onschadelijk te maken. Wanneer er bij ziekte-uitbraken gekozen moet worden voor het gebruik van een bepaald antibi-oticum moet er natuurlijk gecontroleerd worden of het betreffende geneesmiddel effectief is tegen de ziekteverwekker en of het tegelijkertijd het immuunsysteem van onze vissen ongemoeid laat. Helaas is dit niet altijd het geval. Uit proeven is gebleken, dat het antibioticum, oxytetra-cycline (oxyTC), een remmende werking heeft op het immuunsysteem. Bij de karper wordt de vorming van specifieke antistof-fen door oxyTC gereduceerd tot slechts 5 á 15% van het normale niveau (1, figuur 1). Een soortgelijk remmend effect wordt gevonden, wanneer oxyTC wordt toegepast bij de regenboogforel (2). Interessant is te vermelden, dat bij hetzelfde onderzoek een bepaald sulfonamide (R05-0037) géén of weinig effect had op de afweer. Met andere

woorden: antibiotica kunnen verschillen in hun effecten op het immuunsysteem. Bij de paling zijn er aanwijzingen gevonden, dat het antibioticum flumequine de weerstand tegen de zwemblaasworm, Anguillicola crassus, zelfs bevordert. Zoals verder te verwachten was, bleek oxyTC een negatief effect te hebben op de weerstand van de paling tegen deze nematode (3, figuur 2). De vraag ligt voor de hand: “Waarom hebben antibiotica zo’n verschillend effect op het immuunsysteem?” Een mogelijke verklaring kan gevonden worden in hun werkingsmechanisme. Van flumequine wordt aangenomen, dat het uitsluitend de bacteriële DNA synthese verstoort en/ of de celmembraan van bacteriën aantast. Van oxyTC is bekend, dat het de bacteriële eiwitsynthese remt. Helaas heeft dit antibi-oticum ook een effect op de eiwitsynthese van mitochondria. Deze mitochondria zijn de energiefabriekjes in de cellen van gewer-velde dieren (o.a. vissen) en de mens. De ac-tieve cellen van het immuunsysteem zullen er veel last van ondervinden, wanneer hun energievoorziening wordt geremd. Vandaar dat oxyTC eigenlijk meer kwaad doet dan

(2)

39 ❘AquAcultuur 2011 - nr. 2 goed. Mijn conclusie is dan ook:

Laten we stoppen met het gebruik van oxytetracycline in de aquacul-tuur!

De auteur spreekt zijn dank uit aan Dr. Olga L.M. Haenen (Centraal Vete-rinair Instituut, Lelystad) voor het kri-tisch doorlezen van het manuscript. Correspondentieadres van de auteur: w.muiswinkelL1@kpnplanet.nl

Literatuur:

G.T. Rijkers, R. van Oosterom & W.B. van Muis-winkel, The immune system of cyprinid fish. Oxytetracycline and the regulation of humoral immunity in carp (Cyprinus carpio), Vet. Immunol.

& Immunopathol., 2, p 281-290, 1981.

D.P.Anderson, W.B. van Muis-winkel & B.S. Roberson, Effects of chemically induced immune modulation on infectious di-seases in fish, in: “Chemical Regulation of Immunity in Ve-terinary Medicine” (M. Kende et al., Editors), p 187-211, 1984. M.H.T. van der Heijden, G.M. Helders, G.H.R. Booms, E.A. Huisman, J.H.W.M. Rombout & J.H. Boon, Influence of flumequine and oxytetra-cycline on the resistance of European eel against the parasitic swimbladder nematode Anguillicola crassus, Vet. Immunol. & Immunopathol., 52, p 127-134, 1996.

Figuur 2. Het percentage van de toegediende zwemblaaswormen (Anguillicola crassus) bij de paling, dat aan het einde van de proef werd teruggevonden. Er werden 3 groepen vissen onderzocht: a) dieren, die flumequine ingespoten kregen, b) dieren, die oxyTC inge-spoten kregen en c) controle dieren, die geen antibioticum ontvingen. Ontleend aan van der Heijden et al., 1996

Figuur 1. De immuunrespons bij karpers weergegeven als het aantal specifieke antili-chaam producerende cellen (PFC) per miljoen witte bloedcellen (WC) in organen als de milt (spleen), de kopnier (pronephros) en de nier (mesonephros). Er werden 3 groepen karpers getest: a) onbehandelde controle dieren (open kolom), b) dieren, die oxyTC via het voer toege-diend kregen (gestippelde kolom) en c) dieren, die met oxyTC werden ingespoten (gestreepte kolom). Ontleend aan Rijkers et al, 1981.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het geval van Kosovo zou dan ook de theorie van Paris uitkomst bieden: eerst dienen er instituties opgericht te worden die de basis vormen voor het

Teams kunnen warme haarden van inspiratie zijn maar net zo kille plaatsen worden waar men elkaar niet verstaat.. Onze ervaring is als die van onze bijbelse voorgangers: samen kan

Refill-adherence is an important aspect of the treatment of asthma and the refill-adherence rates and the amount of medication that patients used could be

In dit hoofdstuk hebben we werkloosheidsduren geanalyseerd voor werkzoekenden met een arbeidsverleden waarin al dan niet tijdelijke banen voorkwamen. De invloed van

Mean intensity is the total number of parasites (of one particular species) in a sample of host species divided by the number of infected individuals of the host

Terwijl in de Verenigde Staten actief pensioen- sparen vooral een zaak is van de hogere inko- mensgroepen is er in Nederland nauwelijks een verschil te ontdekken tussen werknemers

De gemiddelde Nederlandse immigrant in de VS brengt voor ons land een exportstroom van goederen ter waarde van $700 (van Nederland naar de VS) met zich mee doch een importstroom

rostriformis bugensis (dashed line) depending on lake morphometry, based on data that zebra mussels reach their maximum density in 2.5 ± 0.2 years and quagga mussels reach their