Depressie bij ouderen: informatiekaart voor medewerkers
Iedereen voelt zich weleens somber, we voelen ons terneergeslagen, ‘depri’ of ‘down’. We hebben even nergens zin in en er komt niets uit onze handen. De oorzaak van deze somberheid is meestal wel duidelijk, bijvoorbeeld een ruzie, een tegenvaller. Deze somberheid is heel gewoon en iedereen heeft er af en toe last van. Het is een gezonde reactie op een onaangename gebeurtenis en verdwijnt gewoonlijk na een aantal uren of dagen.
Een depressie is anders. De somberheid die iemand ervaart is heviger, intenser en klaart na een aantal dagen niet op. Mensen met een depressie voelen zich vaak niet zozeer somber, maar voelen zich leeg. Ze voelen juist niets meer. Een ander verschil is dat mensen die depressief zijn veel meer moeite moeten doen om normaal te kunnen functioneren en het dagelijks leven voort te zetten.
Kenmerken van een depressie
Gedrukte of sombere stemming Interesseverlies
Verandering in het slaappatroon Verandering in het eet- en
drinkpatroon Dagschommelingen
Vermoeidheid en gebrek aan energie
Concentratiestoornissen Pijn en lichamelijke klachten Angst en paniek
Geremdheid of gejaagdheid Twijfel of besluiteloosheid Schuldgevoelens
Verlangen naar de dood
Een depressie is een ziekelijke somberheid die het dagelijks
leven van de cliënt verstoort
Herkennen van een depressie bij ouderen
Een depressie wordt bij ouderen vaak niet herkend. Dat komt omdat de klachten aan de leeftijd worden toegeschreven, maar ook omdat de klachten verschillen van die bij jongeren.
De stemming bij depressieve ouderen is vaak mat en gelaten en lusteloos. Ze hebben vaker last van lichamelijke klachten zoals verstopping, droge mond, onverklaarbare pijn, duizeligheid, hartkloppingen, trillende handen, druk op de borst, en hoofd- en rugpijn. De depressie kan ook blijken uit kleine
gedragsveranderingen, zoals afnemende zorg voor het uiterlijk en weinig belangstelling voor de dagelijkse bezigheden en hobby’s.
Depressie Dementie
Afgebakend begin Sluipend begin
Symptomen korter dan een half jaar Symptomen sinds 2 – 4 jaar Volgorde: apathie -> geheugenproblemen
Stemming gedrukt – weinig emoties
Geheugenproblemen -> apathie
Stemming labiel – emoties
Eerder een depressie doorgemaakt Geen eerdere depressies
Ziekte-inzicht aanwezig Beperkt of geen ziekte-inzicht
Klagen – hypochondrie Klagen – hypochondrie afwezig Schuldgevoelens Onverschilligheid
’s Morgens meeste klachten Onrust vooral ’s avonds
Klaagt er zelf veel over Anderen (familie/partner) klagen erover
Geen interesse in zelfzorg Maakt fouten in zelfzorg
Geen taalfouten Taalfouten
Herkent/onthoudt nieuwe gezichten Vergeet nieuwe gezichten
Vooral aandacht- en concentratieproblematiek Vooral geheugenproblemen
Benadrukt geheugenproblemen Vergoelijkt geheugenproblemen
Recent geheugen en herinnering aan vroeger in
gelijke mate verstoord Recent geheugen meer gestoord dan herinneringen aan vroeger
Depressie en dementie
Het verschil tussen depressie en dementie is erg lastig. Vooral in de beginfase van een dementie komen vaak depressies voor. Veel verschijnselen kunnen zowel op dementie als op depressie wijzen:
concentratiestoornissen, geheugenproblemen, oriëntatieproblemen, terugtrekken uit sociale activiteiten, een depressieve stemming en slaapproblemen, angst en gevoelens van hulpeloosheid.
Het meest kenmerkende verschil tussen depressie en dementie is dat een depressieve cliënt vaak klachten uit over geheugen- of concentratiestoornissen, terwijl een beginnend dementerende cliënt de geheugen- en concentratiestoornissen juist probeert te verbergen.
Daarnaast uit een depressieve cliënt vaak klachten over zijn sombere stemming. Een beginnend dementerende cliënt is juist vaak negatief in plaats van somber gestemd.