• No results found

Column. Arbeidsinspectie in ontwikkeling - Downloaden Download PDF

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Column. Arbeidsinspectie in ontwikkeling - Downloaden Download PDF"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

A.J. de Roos*

Column

Arbeidsinspectie in ontwikkeling

De Arbeidsinspectie bestaat 100 jaar. Een goede aanleiding voor een column.

De overheid heeft de arbeidsomstandigheden in arbeidsorganisaties in het verleden vooral beïn­ vloed via twee lijnen: door wet en regelgeving en door interventies op de werkplek door de Arbeids­ inspectie. Indien een arbeidsorganisatie zelf struc­ tureel aandacht besteedt aan de arbeidsomstandig­ heden heeft dit een gunstig effect. Arbeidsomstan­ digheden zijn in veel gevallen bedrijfstakgebon- den; de in een bedrijfstak functionerende werk­ nemers- en werkgeversorganisaties hebben in de bedrijfstak grote invloed.

Deze overwegingen hebben er toe geleid dat er twee nieuwe beïnvloedingslijnen door de Arbeids­ inspectie zijn ontwikkeld: bevordering van de zelf­ werkzaamheid van bedrijven door interventies van de Arbeidsinspectie in het ‘arbozorgsysteem’ en het in nauw overleg met de sociale partners ont­ wikkelen van een specifieke bedrijfstakstrategie. Al deze activiteiten worden ondersteund met on­ derzoek en voorlichting. Aan de vier genoemde ontwikkelingslijnen wordt in deze bijdrage aan­ dacht besteed.

Werkplekinspectie

Door dit type inspectie is de Arbeidsinspectie het meest bekend. Deze inspectie was overwegend re­ gionaal georganiseerd, waarbij iedere inspecteur, als een soort wijkagent, zijn ‘eigen’ regio had. Dit systeem leverde in de loop van de tijd diverse be­ zwaren op. De inzet van de inspecteurs was weinig stuurbaar, er ontstonden regionale verschillen en om de ontwikkelingen te kunnen volgen was meer opleiding nodig. In het verleden werden veel zaken mondeling afgedaan, waardoor het optreden van de inspecteur onzichtbaar bleef voor de werkne­ mers. Van werknemerszijde werd in toenemende * Ir. A.J. de Roos is Directeur-Generaal van de Arbeid van

het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

mate gevraagd naar een duidelijker en vooral har­ der optreden.

Een ingrijpende vernieuwing van het inspectie- werk was noodzakelijk. Deze vernieuwing vindt plaats in het arbo-91 traject. Hierbij staat 91 voor 1991, het jaar waarin de belangrijkste veranderin­ gen zullen zijn ingevoerd. De veranderingen om­ vatten in de eerste plaats de invoering van een in overleg met het Openbaar Ministerie ontwikkeld landelijk handhavingsbeleid. Dit beleid bestaat uit drie stappen, waarbij in de eerste stap het bedrijf in staat wordt gesteld de situatie te corrigeren, in de tweede stap de Arbeidsinspectie het bedrijf be­ stuurlijk (bv. door een eis tot naleving van de wet) dwingt, en in de derde stap een strafvervolging wordt gestart met het opmaken van een procesver­ baal. In ernstige situaties vervalt de eerste stap. In alle drie stappen vindt schriftelijke vastlegging plaats, waarmee ook de werknemers zullen wor­ den geïnformeerd. Dit nieuwe beleid zal leiden tot de gewenste aanscherping van de handhaving. De aansturing van de inspectie is intussen versterkt door het inspectiewerk per district in een jaarplan te programmeren. Een belangrijke verbetering wordt in diverse gevallen ook bereikt door de in­ specties voor een groep bedrijven projectmatig aan te pakken. De vernieuwing van de inspectie wordt ondersteund door een intensief trainings- en opleidingsprogramma voor alle inspecteurs. De inspectiefrequentie van de Arbeidsinspectie is een punt van grote zorg. Ruim 270 inspecteurs be­ zochten in 1989 circa 80.000 arbeidsorganisaties. Na realisatie van de uitbreiding zal dit oplopen tot ruim 100.000 bezoeken. In relatie tot de bijna 600.000 arbeidsorganisaties is dit aantal te laag om te kunnen spreken van een daadwerkelijk toezicht op al deze organisaties. Grote aantallen arbeidsor­ ganisaties worden dan ook niet of streekproefsge- wijs bezocht. Verwacht mag worden, dat in de ko­ mende tijd een intensieve discussie gevoerd zal worden over de vraag welke inspectiefrequentie in

(2)

Arbeidsinspectie/Arbeidsomstandighedenbeleid relatie tot de voorkomende risico’s gewenst is. Hierbij zal ook zeker een rol spelen in hoeverre een intensiever optreden van de sociale partners op arbeidsorganisatie en bedrijfstakniveau een min­ der intensief optredende overheid mogelijk maakt. Vooralsnog zijn de ervaringen anders. Actieve ar­ beidsorganisaties en actieve sociale partners in be­ drijfstakken vragen juist om meer inspectie-activi- teiten.

Arbozorgsysteem en zelfwerkzaamheid

Vanaf het begin van de arbeidswetgeving was de werkgever de eerst verantwoordelijke. Na de Tweede Wereldoorlog begon het inzicht te groeien dat de organisatie als geheel grote invloed kan uit­ oefenen op de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van haar werknemers. De systematische zorg hiervoor wordt ook wel aangeduid met de woorden ‘arbozorgsysteem’ en ‘zelfwerkzaam­ heid’. Deze begrippen zijn niet vrijblijvend, maar vinden hun wettelijke verankering in bepaalde ver­ plichtingen in de Arbowet. Voorbeelden daarvan zijn: verplichtingen tot beleidsvoering, tot overleg, tot voorlichting en onderricht, voor verplichte des­ kundigheden, jaarplan, jaarverslag e.d.

Uit een, in opdracht van de Arbeidsinspectie in 1988, ingesteld onderzoek bleek dat deze zelfwerk­ zaamheid in veel gevallen niet tot stand komt. Hieruit is door de Arbeidsinspectie de conclusie getrokken dat er naast de werkplekinspectie een tweede soort interventie nodig is, welke zich richt op de arbeidsorganisatie als geheel. Deze inter­ venties starten met een doorlichting, audit ge­ naamd. Deze methodiek is momenteel in ontwik­ keling.

In die situaties waar een kwalitatief hoogwaardig arbozorgsysteem aanwezig blijkt te zijn, kan de ar­ beidsinspectie haar activiteiten in hoge mate be­ perken.

Bedrijfstakbenadering

De kwaliteit van de arbeidsomstandigheden wordt in belangrijke mate bepaald door de ontwikkeling in de betrokken bedrijfstakken. Veel bedrijfstak­ ken kennen bedrijfstakspecifieke organisaties en in ieder geval een betrokken vakbond en een be­ trokken werkgeversorganisatie. In een beperkt aantal bedrijfstakken ontwikkelen de sociale part­ ners programma’s voor de verbetering van arbeids­ omstandigheden.

De Arbeidsinspectie stak in de eerste jaren van haar bestaan veel energie in het in kaart brengen van de feitelijke situatie. Eén van de laatste grote

enquêtes was die naar de huisindustrie van 1912. Deze draad is in het Arbo-91 project weer opge­ pakt en gericht op bedrijfstakken.

Zo kwamen onlangs gereed: het inspectie-onder- zoek verplegingsinrichtingen, de bedrijfstakver­ kenningen in de zeehavens en in de bouw.

Op basis van de verkenningen wordt in overleg met sociale partners een meerjarenstrategie voor de betrokken bedrijfstak opgesteld, waarin niet alleen de Arbeidsinspectie, maar (soms) ook de sociale partners taken op zich nemen. De programma’s kunnen ondersteund worden met publieksvoor­ lichting.

Nog een stap verder op deze weg is een activiteit van de sociale partners en de overheid gezamenlijk zoals deze in 1989 in de bouw is gestart. In de ko­ mende jaren komen diverse bedrijfstakken aan de beurt.

Wettelijke regels

Wetgeving is een vitaal normerend instrument. De Arbowet welke in de loop van 1990 geheel van kracht zal worden, is zowel qua inhoud (veilig­ heid, gezondheid én welzijn) als qua werkingssfeer (bedrijfsleven én overheid, onderwijsinstellingen en militairen) één van de meest moderne ter we­ reld. De Arbeidswet in 1919 zal vervangen worden door een moderne arbeidstijdenwet, waarvan de hoofdlijnen nu voor advies liggen bij de SER. De Wet gevaarlijke werktuigen zal geschikt gemaakt worden voor de veel uitgebreidere EG-richtlijn die de veiligheid van machines regelt. De EG ont­ plooit op dit terrein omvangrijke regelgevende ac­ tiviteiten, waardoor het beleidscentrum zich lang­ zamerhand richting Brussel beweegt. Daarnaast is een opschoning van de gecompliceerde, sectoraal ingedeelde veiligheidsbesluiten nodig. Al met al ligt er een wetgevingsprogramma, dat zeker niet voor het jaar 2000 geheel zal zijn afgewerkt.

Ten slotte ... de Arbeidsinspectie is doende haar

eigen organisatie te versterken en in te spelen op de vragen die werknemers en werkgevers aan haar stellen of gaan stellen. In deze ontwikkeling past, dat de Arbeidsinspectie zich niet beperkt tot de ar­ beidssituatie zelf, maar zich richt tot de werkgever en zijn organisatie en de bedrijfstakorganisaties, teneinde hen te bewegen tot het inzetten van hun creativiteit en energie voor de verbetering van de arbeidsomstandigheden van de werkende mens. Dit te realiseren is mijns inziens één van de grote uitdagingen voor werknemers, werkgevers en overheid in de jaren ’90.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Past earthquake rupture models used to explain paleoseismic estimates of coastal subsidence during the great AD 1700 Cascadia earthquake have assumed a uniform slip distribution

According to the information he has provided on Kanien’kehá:ka communities, there are approximately 932 native speakers of Kanien'kéha in the world (see Table 1). There are 932

Department of Physics, Simon Fraser University, Burnaby BC; Canada 153 SLAC National Accelerator Laboratory, Stanford CA; United States of America 154 Physics Department,

merveilleux. Contrairement aux couples dans Lanval, Yonec, Guigemar et Chievrefueil, le couple dans Bisclavret n’est pas créé grâce au statut merveilleux de l’un de ses membres.

9 Water Monster, told by Paul Michel, Interview of Adams Lake Community Member Paul Michel by Kirsty Broadhead and Adrienne MacMillan (9 July 2015)?. Kamloops, British Columbia

To further examine the contribution of polypropylene fibers to the compressive strength of PFRCC materials, compressive tests were carried out on small cube speci- mens with

Once again, the pss-SFG exhibited minimum intensity at low pH consistent with the 100 mM pss- SFG data (Figure 4B and 2B, respectively). Although it is generally considered

These domains were challenges to single-parents and their families, supports needed, family structures and processes, parenting issues, parents' perceptions of their