29
Insektenaantastingen van
populier
en
wilg in 1975
/
D.
DoomRBL ,,De Dorschkamp", Wageningen
l.
,.r.rr.n,
van
de hiernate
no.'.-..r
insektenplagen werden, evenalsin
vorige
jaren, voornamelijk verkregenuit
meldingendie
jaarlijks door
onze waarnemersworden
gedaan.Aan
hun medewerking danken we her verkregeninzichr
in
de mate van schadelijkheid van insekten enmijten
op bomen en struikenin
Nederland.Van
de houtboorders is dein
wegbeplantingen op allerleiloof-houtsoorten voorkomende wilgehoutrups (Cossus cossus) de
ge-vaarlijkste.
Ernstig door
dit
insekt aangetasre bomen verronen een groot aantal vaakbij
elkaar liggende booropeningen, en destam
wordt
inwendig zodanig uitgehold, dat windbreuk kanop-treden
met
alle risiko's
die
daaraanvoor her
wegverkeerzijn
verbonden.In
1974en
in
1975 moesrenom
deze reden grotestukken
wegbeplantingworden
opgeruimd,m€t
name russenIJsselstein en Schoonhoven,
in
de Haarlemmermeer enbij
Em-men.
De
primaire
oorzaakvoor
het
onrsraanvan
deze plagenbleek
steedsweer
onrschorsingvan de
stam
geweesrte
zijn,
hetzij
door
het
verkeerof
slagmaaiers,hetzij
door
snoei. Dar betekent dat het vedies van deze bomen heel goed voorkomenhad kunnen worden.
\(aren
de wondenonmiddellijk mer
een wondafdekmiddel zoals kankerdood, lacbalsem, Santar etc.afge-dekt, zoals reeds herhaaldelijk dezerzijds
werd
geadviseerd, danwaren daatdoor de kansen van Cossus
om
de bomenbinnen
tedringen
aanzienlijk verminderd
en de
levenskansenvan
de boom verhoogd.Aantastingen door de grote populiereboktor (Saperda carcharias)
werden
in
wegbeplantingenvan populier
verspreidaangetrof-fen
in
Noord-Brabant,Zuid-Holland,
het zuidelijk
deel
vanGelderland en Utrecht en
in
de Haarlemmermeer.Gebleken
is
dat men
in
depraktijk
moeite heefrom
een be-ginnende Cossus-aantasting vandie
van de grotepopulierebok-tor
te onderscheiden. Inderdaadzijn
de booropeningen ongeveervan gelijke
grootreen
vorm. Een typisch
onderscheid tussenbeide aantastingen kan echter toch worden aangegeven.
Uit
de door Cossus gemaakte openingen verschijnennamelijk
donker-gekleurde ,,proppen" van
fijn
boorsel gemengd merexcremen-ten
en plantesap.Uit
die
van de boktorlarve daarentegenwor-den, ook reeds
in
een vroeg stadium, lichtgekleurde boonpanett.van
oogeveer1
tot
1,5cm
lengte verwijderd. Dezezijn
los enniet tot
proppen verenigd.Zelfs
in
de inaktieve periode van deboktorlarve
(winter) of
na
beëindigingvan
zijn
ontwikkeling,bevar de booropening steeds restanten van deze boorspanen,
zo-lu,
n.rk"r,.,ing
niet aan,i;a
g.Uoí..,
is
(zie foro at/m
d). Van de overige boorders bleek slechtsdepopulierescheutboorder (Gypsonoma aceriana)bij
Eerbeek en Terborg van betekenis tezijn
geweest, en wel voornamelijk op balsempopulieren.Het
bekendste populierebladvretendeinsekt,
de
satijnvlinder(Leucoma salicis), veroorzaakte
in
de omgeving van Ridderkerkkaalvreterij.
Matige
aanrastingenkwamen
voor
in
Oostelijk Flevolanden
bij
Vriezenveen langshet
Overijsselsch Kanaal.Opmerkelijk
wasdat
dein
vorige jaren genoemde plagen vandit
insektbij
Bant (N.O.P.) en
bij
Emmercompascuumin
dit
jaar plotseling
niet
meer optraden,en
wel
zonder darbestrij-dingsmaatregelen waren roegepast.
In
beide gebiedenheeft
deplaag
drie
achtereenvolgende jaren geduurd.De
wilgehaantjes (Phyllodectaen
Plagiodera)waren
in
1975 schadelijker danin
voorgaande jaren.Bij
Hengelo(Gld.)
enbij
Meerkerk kwam kaalvreterij voor
resp.van
Populus 'Geneva' en van wilgen. Matige aanrastingen meldde men onsuit
tal
van plaatsenin
Drenthe, IJtrecht, Noord-Brabant en Limburg.De
ringelrups
(Malacosoma neustria) ontbladerdete
Haarlem o.a.populieren;
bij
Vlaardingen enin
Oostelijk
Flevolandwa-ren de aantastingen van marige betekenis.
De
kleine wintervlinder
(Operophtera brumata) wasbij
Heus-den schadelijk
op
Populus 'Rochester'.Te
zamen mer dewilge-bladwesp (Nematus salicis)