INSTITUUT VOO!, C" L-JIC SN V»',., T^duuDING icC'.'.. tf2- -' -^y^ november 19f- •
Voorlopige nota betreffende verkeerstellingen en resultaten van en opmerkingen over de tellingen 1961 in de
ruilverkave-ling "Tjongervallei N.Z."(Friesland)
ir.A.J.Flach L . . . 67'0vi' A j i VVZL ' " • • - • i . - *a .. . 1 .•VÄ.'i.ilirSÜ) 261/1161/10
-1-I N H O U D
pag.
I. VERKEERSTELLINGEN 2 1.1 Soorten der tellingen 2
1.2 Telperioden en uitwerking van Gegevens 3 II. BE VERKEERSWAARNEKINGEN 196l IN DE RUILVERKAVELING
TJONGER-VALLEI V.Z. 7 11.1 Doel, soort, tijdstip en plaats der tellingen 7
11.2 Uitwerking der gegevens 9 11.3 Bespreking van enkele resultaten 10
i. Correctiefactoren gemeten 10 2. Correctiefactoren geschat 11 3. Wekelijks daggemiddelde 12 4« Frequentieverdeling van de dagintensiteit 8 - l8 uur 14
5» Verkeersaantallen en verkeersgewichten 16
III. NABESCHOUWING 20
LIJST VAN BIJLAGEN 1, 2, 3 Waarnemingsformulieren
4 Situatie der telpunten
5, 6, 7, 8 Waarnemingen 8-8, 8-l8, l8-8 en l8-l8 uur 9 Gecorrigeerde dagintensiteit 8-l8 uur
-2-I. VERKEERSTELLINGEN 1.1, Soorten der tellingen
In het onderstaande wordt gesproken over a. pneumatische tellingen
b. visuele tellingen
a. Pneumatische tellingen worden uitgevoerd door middel van een teller, waaraan een rubberslang is verbonden, die over de weg gelegd wordt. Het verkeer, dat de slang passeert, veroorzaakt een luchtstoot, die via een membraan het telwerk in de teller in werking stelt. De gebruikte tellers noteren per as een halve aanslag, zodat een normaal twee-assig voertuig als één eenheid wordt weergegeven. Bij een juiste en nauwkeurige afstel-ling der tellers is het mogelijk om alle verkeer vanaf bromfiets en
kmflAnw ? zwaarder, te tellen. Rijwielen en voetgangers v/orden niet in rekening /via gebracht.
Wanneer de slang gelegd wordt over een weg met verkeer in beide rich-tingen is het slechts mogelijk een totaal hoeveelheid gepasseerde voer-tuigen in beide richtingen te meten. Een indeling per tijdseenheid is af-hankelijk van de veelvuldigheid van aflezen van de
tellers-Een nadere specificatie van de soort der voertuigen en van het aan-tal per richting is slechts mogelijk door het gelijktijdig uitvoeren van?
b. V'suele tellingen. Hierbij worden op een betreffend formulier door een waarnemer alle voertuigen genoteerd, die/de slang van de pneumatische <?— tellet passeren. Soort en richting kunnen per tijdseenheid worden
waar-genomen.
Vergelijking van de gegevens van pneumatische en visuele tellingen op één telpunt geven uitslag over».
a. de telfout, die door de pneumatische teller gemaakt kan worden.Deze tel-fout is meestal een gevolg van onjuiste afstelling van de teller. b. de asco'éff ici'ént, zijnde het getal dat men in rekening moet brengen om
andere dan twee-assige voertuigen tot verkeerseenheden terug te bren-' gen. f ££-~ ^ ' Ä ^ / M u i . /ui-:«* —
X A £. de indeling van het verkeer naar soort en richting, wanneer aangenomen
. kan wórden dat de visueel gemeten grootheden naar evenredigheid op de • pneumatische telresultaten kunnen worden toegepast.
-3-1.2 Telperioden en uitwerking van gegevens a. Telperioden
Uit ervaringen van de afdeling Wegen van de Cultuurtechnische Dienst is gebleken, dat pneumatische tellingen minimaal gedurende een periode van veertien achteenvolgende dagen moeten plaatsvinden om een enigszins betrouwbare indruk van het verkeer te geven.
Uiteraard is de lengte van de telperiode afhankelijk van het doel, dat men met de tellingen wil bereiken. Het genoemde tijdvak van veertien dagen is afgestemd op een toetsing van de bij aanleg van wegen toegepaste verhardingsbreedte en constructie.
Gedurende de teilperiode worden de tellers tweemaal per dag af-gelezen, liefst met tussenruimten van twaalf uur, waardoor het moge-lijk is een berekening uit te voeren van het etmaalverkeer, het dag-verkeer en het avond- en nachtdag-verkeer. '
Cultuurtechnische Dienst en Rijkswaterstaat zijn van mening dat het voldoende is om gedurende de pneumatische telperiode tweemaal visueel te tellen; in iedere week wordt op een verschillende dag een-maal visueel geteld, bij voorkeur niet op de weekenden of op die da-gen dat er in de omgeving gebeurtenissen van bijzondere aard plaats-hebben, (markt , optocht, e.d.), waardoor het verkeer beïnvloed kan worden.
De visuele telling zal in het algemeen overdag plaatsvinden, liefst gedurende tenminste twaalf uren, samenvallende met de aflees-periode van de pneumatische tellers, dan wel langer.
b. Uitwerking der gegevens
De gegevens uit pneumatische en visuele tellers worden verwerkt op daartoe vastgestelde formulieren (zie bijlagen 1, 2 en 3 ) .
De pneumatisch vastgestelde etma.al , dag- en nachtsommen kunnen door de visuele tellingen naar verkeerssoort en richting worden in-gedeeld, waarbij dus aangenomen wordt s
l.dat de gemiddelde uitkomsten van de twee visuele tellingen op iedere dag in de telperiode overdraagbaar zijn. (Berekening door middel van percentages);
2. dat bij een niet beschikbaar zijn van nachtelijke visuele tellingen de gevonden indeling in soort en richting overdag naar evenredigheid toepasbaar is op het nachtverkeer. 261/1161/10/3
-4-Bij visuele tellingen, die gedurende een deel van de avond dan wel gedurende de nacht zijn gehouden is het mogelijk de genoemde berekening van het avond- en nachtverkeer nader te preciseren.
De pneumatische waarnemingen dienen, alvorens een verdere be-werking te ondergaan, gecorrigeerd te worden op de tellerfout en de
assencoëff ici'ënt. De gecorrigeerde getallen geven de vcertuigeenheden (bromfiets en zwaarder verkeer) per tijdseenheid.
o.Het etmaalgemiddelde
Uitgangspunt5 veertien etmaalwaarnemingen in een aaneengesloten periode»
Berekening. In overleg met de Rijkswaterstaat wordt door de Cultuur-technische Dienst voor landbouwwegen de volgende berekening van het "veertiendaagsetmaal gemiddelde" (VEG) toegepast,
_ [etmaalverkeer per dag) 14
0p het VEG wordt een afwijking van + 20fo toelaatbaar geacht. Deze spreiding is betrekkelijk groot, maar vindt zijn oorzaak in het feit, dat het landbouwverkeer per dag een vrij grote variatie kan vertonen, terwijl de verkeerstotalen per dag vergeleken met getallen op wegen van hogere orde, zeer laag zijn ( in de grootte-orde van
9*).
Alleen waarnemingen die vallen binnen de spreiding van VEG + 20$>, worden gebruikt voor de berekening van het gecorrigeerde veertien-daags etmaalgemiddelde (VEG ) . Dit laatste getal wordt onder andere bij de eerder genoemde berekeningen van verhardingsbreedte en v/eg-constructie gebruikt.
È.' Enige bij Rijkswaterstaat en andere instanties gebruikelij_ke_ bgre-keningen ter vaststelling van de verkeersintensiteit op verkeerswegen.
Door Rijkswaterstaat gegeven cijfers hebben alle betrekking op tellingen op Rijkswegen, waarop etmaaltotalen van 10 0C0 voertuigen en meer tot de regelmaat behoren.
Rijkswaterstaat houdt twee soorten tellingen namelijk de zoge-naamde Algemene verkeer~swaarnemingen, waarbij eens per vijf jaar op alle rijkswegen alsmede op een aantal provinciale of andere
secun-
-5-daire wegen gedurende 7 dagen per jaar geteld wordt, zowel pneuma-tisch als visueel .-Deze 7 dagen liggen verspreid over de maanden van het jaar, zodanig dat per maand niet meer dan één, en dan telkens een verschillende dag geteld wordt.
De tweede soort tellingen, is die van de geregelde verkeers-tellingen, die eens per twee jaar gepubliceerd worden. Hierbij word:; dagelijks op achttien vaste punten langs het net van Rijkswegen het verkeer pneumatisch geteld en op sommige dagen visueel. De geregelde verkeerstellingen, die dus doorlopend zijn, dienen tevens als basis voor conclusies uit de vijfjaarlijkse algemene verkeerswaarnemingen (de laatste algemene waarneming vond in I960 plaats5 de gegevens
zijn thans in bewerking).
Zonder thans nader op de gevolgde berekeningsmethodiek in te gaan word© vastgesteld, dat de geregelde' verkeerstellingen dienen om de zogenaamde seizoen indexcijfers van het automobielverkeer over een meerjarige periode (bv. 10 jaar) vast te stellen en om het ver-loop van de intensiteiten van het jaarlijkse werkdag-etmaalverkeer te berekenen.
Tevens wordt de verdeling van het verkeer over de verschillende verkeerssoorten vastgesteld.
De Algemene verkeerswaarnemingen, zoals die van 1958 het laatst zijn gepubliceerd hebben onder andere gediend voor een nauwkeurige berekening van de gemiddelde weekdagetmaal intensiteit 1955»
Steeds moet echter bedacht worden dat het hier om verkeer met een grote etmaal intensiteit gaat (^>10 OOO), waardoor in het alge-meen de toelaatbare spreidingen in de berekende gemiddelde beneden jfo kon worden gehouden, terwijl men toch voldoende waarnemingsmata-riaal overhield.
De in andere Europese landen gebruikelijke methode van verkeers-waarneming op grote verkeerswegen en de verwerking van de daardoor verkregen getallen komt in grote mate met het Nederlandse systeem
overeen.
Verkeerswaarnemingen op wegen met een geringe verkeersintensi-teit ( minder dan 1000 voertuigen per etmaal) worden kennelijk
slechts, zelden gehouden^ er wordt althans zeer incidenteel over 261/H61/IO/5
-6-gepubliceerd.
In eigen land zijn de meest bekende waarnemingen die op wegen
x)
in de Noordoostpolder, waarnaar door CONSTANDSE wordt verwezen. De tellingen als zodanig zijn niet officieel gepubliceerd. Ook de waarnemingen van de Cultuurtechnische Dienst zijn niet openbaar» Het ETI in Friesland bracht een tweetal interne rapporten uit over de te verwachten verkeerssituatie op de snelweg tussen Groningen en Lely-stad en op de ontworpen weg tussen Franeker en Akkrum, waarin enige cijfers over het verkeer op minder drukke Friese wegen zijn vermeld»
xx ) Uit Amerika is een artikel bekend, waarin door DARRELL en anderen
een onderzoek is verricht naar de verkeersintensiteit op wegen met gering verkeer. In de door hen als onderzoeksobject gekozen gebieden onderscheiden zij verbindingswegen (boerderij -J} markt) en wegen van zeer plaatselijk belang» Zij beschikken over verkeerswaarnemingen, die gedurende 1956 onafgebroken zijn gedaan en ontwikkelen een reken-methode om het verkeer dat op beide soorten "platte landswegen" heeft plaatsgevonden te vergelijken met het verkeersverloop op bepaalde, in Amerika gangbare, categorieën "rijkswegen". Ervan uitgaande dat de laatste met grotere frequentie worden gemeten dan de eerste menen zij aldus een methode te hebben gevonden om het verkeer op platte-landswegen regelmatig te kunnen afleiden uit dat op rijkswegen.
xl /
'Constandse: ...Het dorp in de IJsselmeerpolders (Van zee tot land no. 3 1 ) .
" ^ D a r r e l l , Dale en Hayne; "Minnesota Experience in Counting Traffic on Low-Volume Roads" 1958. Highway Research Board.
-7-II» DE VERKESBSWAABNEMINGEN (l96l) IN DE RUILVERKAVELING TJONGERVALLEI N.Z. II.1 Doel, soort tijdstip en plaats der tellingen
In overleg met de Afdeling Wegen van de Centrale Directie van de Cultuurtechnische Dienst in Utrecht werden door samensteller van deze nota ten behoeve van de Provinciale Directie Friesland van de Cultuur-technische Dienst een aantal verkeerswaarnemingen gehouden in de in 1958 technisch tot^ sjbandgekomen ruilverkaveling Tjongervallei N.Z.
Het doel der tellingen was tweedeling namelijk?
_1. Om na te gaan of de toegepaste verhardingsbreedte en wegconstructie voor het optredend verkeer inderdaad voldoen (onderzoek C D . ) 2. Om na te gaan of de bij de Cultuurtechnische Dienst gebruikelijke
wijze van verkeerstelling een voldoend betrouwbare indruk van het landbouwverkeer zou geven om de resultaten te gebruiken voor een onderzoek naar de technischerelatie tussen het transport naar, van en op landbouwbedrijven en d-e ontsluitin^r'ën'"verkavelingstoestand van een bepaald gebied (onderzoek van de samensteller van deze nota)
Een dergelijke verkeerstelling werd gelijktijdig gehouden in de eveneens afgesloten ruilverkaveling Wollegaast, doch hierop wordt thans niet verder ingegaan.
. Beschrijving van het gebied en plaats der telpunten (zie bijl.4) Het gebied van de ruilverkaveling Tjongervallei N.Z. is ongeveer 2000 ha groot en is gelegen tussen
Noords de weg van het provinciale wegenplan Donkerbroek-^Hoornstèrzwaag Oost s de weg van het provinciale wegenplan Donkerbroek-Oosterwolde Zuid s de gekanaliseerde Tjonger
Vest s de tertiaire weg "Prikkedam"
De beide wegen vanuit Donkerbroek hebben een doorgaand karakter, de Prikkedam loopt in het zuiden dood tegen de Tjonger en komt in het
noorden uit op de v/eg Donkerbroek-Hoornet er"zwaag„ Langs het Tjónger-kanaal bevindt zich geen weg.
De landbouwkundige ontsluiting van de Tjongervallei vindt plaats door twee oost-west verlopende wegen, waarvan de "Miedwei" de voor-naamste is en door vijf noord-zuid verlopende wegen, v/aarvan de meest oostelijke "Balkweg" een doorverbinding geeft over de Tjonger heen van Donkerbroek naar Makkinga. Genoemde wegen hebben alle een 3 m brede verharding, behalve de Balkweg, die 4 m breed is.
De boerderijen? waarbij het land behoort, staan vrijwel alle
buiten de ruilverkavelingsblokgrens aan de noordzijde van de weg
Donkerbroek - Hoornsterzwaag een aantal staat echter bij de kruising
tussen Balkweg en Miedwei aan deze beide wegen. Westelijk van de
tel-punten 3? 7 en 8 (zie bij 1.4) is het gebied onbebouwd.
. Soort en tijdstip der tellingen
De tellingen werden pneumatisch uitgevoerd in een vijftal
veer-tiendaagse perioden namelijk vans
I. 23 april tot en met 6 mei 1961
II. 7 mei tot en met 20 mei 196I
III. 4 juni tot en met 17 juni 1961
, ifafr
IV. 13 augustus tot en met 26 augustus 1961 ,, "'' >v-v'
V . 9 oktober tot en met 23 oktober 1961
In de eerste drie perioden bleven dezelfde tellers op de
tel-punten staan, gedurende de vierde periode werden andere tellers op
dezelfde telpunten geplaatst, terwijl in de vijfde periode dezelfde
opstelling als in de eerste drie tot stand werd gebracht.
De pneumatische tellers werden tweemaal per dag afgelezen
name-lijk om ft. 00 uur en om 18.00 uur, waardoor ernaar gestreefd werd om
het ochtendmelken in de avond- en nachttelling en het avondmelken in
de dagtelling mee te nemen.
Na afloop van de eerste telperiode werden de tellers op de
pun-ten 7* 11» 6, 3 en 5 weggehaald en elders in het land gebruikt.
Bij de aanvang van de derde periode op 4 juni werden deze tellers
wederom geplaatst met uitzondering van telpunt 7>
dat
van te gering
belang was. Ook in de vierde en vijfde periode werd op alle telpunten
uitgezonderd 7 gemeten.
Visuele tellingen konden door personeelsgebrek en slechte
weers-omstandigheden slechts vijfmaal worden verricht en wel ops
4 mei l96l van 6 uur tot 18.00 uur op punt
2,
4,8,9>10 en 11
22 augustus 196l gedurende enkele uren op punt 2 en 10
25 augustus 1961 gedurende enkele uren op punt 2, 4»8,9»10 en 11
11 oktober 1961 van 6 uur tot 18.00 uur op punt 2,4,8,9,10 en 11
17 oktober 1961 van 8 uur tot 18.00 uur op punt 2,4,8,9,10 en 11
-9-Door combinatie van enkele telpunten was het mogelijk om dit
werk op 4 mei} 11 oktober en 17 oktober te verrichten met de daarvoor
maximaal beschikbare vijf ploegen van twee man. De tellingen op 22
en 25 augustus werden door één man steekproefsgewijs en voornamelijk
als controle op de werking der pneumatische tellers verricht,
II.2 Uitwerking der gegevens
a. De uitkomsten der pneumatische tellingen werden ingedeeld naar de
tijdsperioden
etmaal 8-8 uur, etmaal l8-l8 uur, dag 8-l8 uur en avond-nacht
I8-8 uur (bij 1.5 t/m 8 ) .
b. In verband met geconstateerde onregelmatigheden op de meeste
zaterdagen en zondagen (verstoring door schoolkinderen e.d.) als ook
door het feit dat maandag 1 mei een feestdag was (viering verjaardag
H.M. de Koningin) en van twee andere telweken de maandag ontbrak, is
gebruik gemaakt van de tellingen op de werkdagen dinsdag tot en met
vrijdag, gedurende tien weken namelijk 25 - 28 april, 2 - 5 mei,
9 - 12. mei, l6 - 19 mei,
6-9
juni, 13 - l6 juni, 15 - l8 augustus,
22 - 25 augustus, 10 - 13 oktober en 17 - 20 oktober, In deze serie
moet donderdag 11 mei (Hemelvaartsdag) in zekere zin als een
uitzon-dering beschouwd v/orden.
c. Voor het trekken van voorlopige conclusies omtrent de
bruikbaar-heid en betrouwbaarbruikbaar-heid van de sub H2a genoemde uitkomsten, werden
voorlopig alleen de dagtellingen 8-l8 uur verder bewerkt. Te dien
einde werden de as-co'êfficiënten inclusief tellerfouten bepaald van
de telpunten 2, 4, 8, 9» 10 en 11, terwijl voor de andere punten een
1
schatting van deze correctie-factoren werd gemaakt, die berustte op
vUf'vr tfti.
vwv
n
de veronderstelling dat het verkeer van de telpunten 3, 5 en 6 in
&><}[.'.'"•••
L de grootte orde van dat over punt 4 zou liggen (ontsluiting ongebouwd
gebied), terwijl de punten 1 en 9 geacht worden het karakter van een
boerderij verbindingsweg te tonen(beide geven toegang tot een gebied
met respectievelijk 4 en 9 boerderijen). Voor elk telpunt werden 3
correctiefactoren in rekening gebracht;
de eerste voor de perioden 23/4 - 17/6 (i, II, III)
de tweede voor de periode -13/8 - 26/8 (iv)
de derde voor de periode 9/10- 23/10 (v)
10
De aldus verkregen gecorrigeerde waarden staan vermeld in "bijlage 9l zij geven dus de verkeerseenheden voor alle voertuigen, zwaarder en /sneller/dan het rijwiel en hebben als grondslag van verdere
berekenin-gen gediend; de passages door dienstauto's, die bij het onderzoek be-trokken waren, zijn buiten beschouwing gelaten.
II.3 Bespreking van enkele resultaten
1. Je correctiefactoren(as coëfficiënt plus teilerfout), bepaald uit en visuele en pneumatische tellingen.
In tabel 1 zijn de uit metingen bepaalde correctiefactoren weer-gegeven. Tabel 1 telpunt vreek 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 25-28/4 2- 5/5 9-12/5 16-19/5 6- 9/6 13-16/6 15-18/8 22-25/8 10-13/10 17-20/10
2
0,95 0,95 0,95 0,95 0,95 0,95 0,74 0,74 1,40 1,404
0,66 0,66 0,66 0,66 0,66 0,66 1 , 1 , -0,84 0,848
1,62 1,62 1,62 1,62 1,62 1,62 1 , ~ 1 , " 0,82 0,82 • 9 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 0,85 1,--1 , — 0,81 0,81 10 0,96 •0,96 0,96 0,96 0,96 0,96 0,90 0,90 1,04 1,04 11 0,48 0,48 0,48 0,48 0,48 0,48 geen waarrie mingen 1,07 1,07 PeriodeI
II III IVV
"waargenomen correctiefactoren" Hierbij valt op, dat per telpunt vrij grote variaties in dewaarde van de correctiefactor kunnen optreden. Uit het verloop der tellingen is gebleken, dat de factoren tussen de grenzen 0,90 en
1,07 voornamelijk voor rekening komen van de asco'éffici'ënt. Dit vindt men vooral op de telpunten 2 en 10 die gelegen zijn aan de noord- en
zuidzijde van de Balkweg (bijl. 4 ) . Het daarop plaatsvindende door-gaand verkeer bleek gemiddeld voor ongeveer 10$ te bestaan uit vracht-wagens met meer dan twee assen of uit trekkers met oplegger.
- 11
De correctiefactoren, die vallen "buiten de grenzen 0,90 en 1,07 danken hun waarde vrijwel uitsluitend aan onnauwkeurig afstellen van de pneumatische tellers. In sommige gevallen zijn ook rijwielen mee-geteld, speciaal wanneer deze, bemand door volwassen personen, met meer dan gewone snelheid werden voortbewogen. Ook in het geval, dat door de wielrijder een melkkarretje getrokken,dan wel een volle, melkbus vervoerd werd,stelde dit in vele gevallen het telmechanisme in wer-king. Wanneer men bedenkt, dat de berekende correctiefactoren ook van toepassing zijn op het nachtverkeer of op het gehele etmaalver-keer, is wel duidelijk dat het van het grootste belang is om de tel-lers zo nauwkeurig mogelijk af te stellen. De fouten bron schuilt in het feit, dat een afstelling, die onderscheid maakt tussen rijwielen enerzijds en bromfietsen en zwaarder verkeer anderzijds op de begren-zing rijwiel-bromfiets zeer moeilijk is te verwezenlijken. Veel mak-kelijker en betrouwbaarder ligt de scheiding tussen bromfiets en zwaarder verkeer, ^et verdient mijns inziens dan ook overweging om de tellers op dit laatste onderscheid af te stellen en de aantallen rijwielen en bromfietsen uit visuele tellingen als procenten van het overige verkeer te bepalen.
Hoewel de pneumatisch bepaalde getallen in de hier behandelde series waarnemingen dus aan aanzienlijke correcties onderhevig zijn, zijn, om toch een beeld te krijgen van het verkeersverloop, met de
gecorrigeerde dag- en etmaalwaarnemingen verdere berekeningen uitge-voerd.
2. Correctiefactoren, berekend voor die telpunten, waar zij experimen-teel niet konden worden bepaald.
Voor de telpunten 3*5 en 6 zijn correctiefactoren berekend, uitgaan-de van uitgaan-de veronuitgaan-derstelling, dat het verkeer over uitgaan-de uitgaan-desbetreffenuitgaan-de
wegen (als uitsluitend kavelontsluitingswegen) eenzelfde karakter zou hebben als verkeer over telpunt 4»
Voorts is:-.verondersteld, dat over langere perioden gerekend, de verkeersintensiteit op de bedoelde wegen zich onderling zou verhouden als de oppervlakten van de per weg ontsloten gronden.
Uit een inventarisatie bleek dat de oppervlakte gelegen achter de telpunten 3, 4s 5 en 6 zich als volgt verhouden!
opp. 3; opp.4* opp.5? opp. 6 = 0,67 '• 1 , — t 0,89 "> 0,49
12
Vervolgens is het ongecorrigeerde daggemiddelde voor de telpunten 3, 5 en 6 berekend over een aantal van 32 dagenj dit zijn namelijk
de twee dinsdagen, woensdagen, donderdagen en vrijdagen uit de (niet aansluitende) telperioden I, III, IT en V (zie tabel 1 ) . Zij zijn in verhouding gebracht tot het uit visuele tellingen bekende
gecorri-geerde achtweeks-daggemiddelde van telpunt 4» Deze verhouding was
_ 3 _ 4 8w
_ 5
X8w
x
8w = 30 : 24 '. 27 '. 35 Door nu voor telpunt 3 de correctiefactor 0,54voor telpunt 5 de correctiefactor 0,79 en voor telpunt 6" de correctiefactor 0,34
toe te passen, werden de gemeten achtweeks-daggemiddelden tot hun "oppervlakte verhouding" gecorrigeerd.
Vervolgens zijn met de berekende factoren de dagelijkse waarnemingen van de punten 3> 5 en 6 gecorrigeerd (zie bijlage
9)-Een veronderstelling als hierboven uitgesproken, is ook gedaan voor het corrigeren van de waarnemingen van telpunt 1.
Verondersteld is dat het karakter van het verkeer over telpunt 1 hetzelfde zou zijn als dat over telpunt 9» Beide wegen dienen im-mers tot ontsluiting van een aantal bedrijfsgebouwen met het daarbij behorend land en van een aantal losse kavels (zie tabel 2 ) .
Tabel 2 Telpunt Aantal bedrijfsgebouwen bijbehorende kavels losse kavels Totale oppervlakte
1
20 ha 20 ha 40 ha9
2
67 ha 22 ha 89 haZowel het aantal bedrijfsgebouwen als de totale ontsloten oppervlak-te verhouden zich als 4 : 9- De oppervlakoppervlak-te losse kavels is echoppervlak-ter
-12a-Uit de visuele en pneumatische tellingen van de telperiode IV en"V zijn voor beide telpunten 1 en 9 gecorrigeerde vierrceekse daggemiddelden bekend.
Deze verhouden zich als s
x, "4T/ 4
1
~
9
W = 38 t 50 = 0,76 s 1Aangenomen is, dat deze verhouding ook voor het tienweeks-daggemid-delde geldt, waardoor op de ongecorrigeerde waarnemingen van telpunt 1 in de telperioden I, II en III een correctiefactor = 0,58 moest
worden toegepast.
De berekende correctiefactoren zijn weergegeven in tabel 3« Tabel 3 Telpunt week 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 dag/ maand 25-28/4 2- 5/5 9-12/5 16-19/5 6- 9/6 13-16/6 15-18/8 22-25/8 10-13/10 17-20/10
1
0,58 0,58 0,58 0,58 0,58 0,58 1 i ' -1 , " 1 , —3
0,54 0,545
0,79 0,79 6 • 0,34 0,34 geen waarnemingen geen waarnemingen 0,54 0,54 0,54 0,54 0,54 0,54 0,79 0,79 0,79 0,79 0,79 0,79 0,34 0,34 0,34 0,34 0,34 0,34 PeriodeI
II
III
IV
V
"berekende correctiefactor" De juistheid van de hierboven beschreven veronderstellingen, zal involgende telperioden visueel moeten worden vastgesteld. 3» Het wekelijks-daggemiddelde
Als voorbeeld van het verloop van het daggemiddelde (8-18 uur), dat uit vier waarnemingen per week kon worden samengesteld, zijn in figuur 1, 2, 3 en 4 deze "wekelijkse daggemiddelden" weergegeven
- 13
voor respectievelijk de telpunten 3 5 4s 5 en 6.
In dezelfde figuren zijn behalve de wekelijkse daggemiddelden de vier samenstellende dagwaamemingen afgebeeld, waardoor een indruk van de spreiding rond het gemiddelde ontstaat« In de figuren zijn
daartoe telkens de hoogste dagwaamemingen met elkaar verbonden; het-zelfde is geschied voor de laagste waarnemingen.
Er blijkt een verloop in de wekelijkse daggemiddelden te bestaan dat in grote trekken wel overeenkomt. In de telweken 1 en 2 treedt
op alle punten een daling op.' (april-mei). De telweek 5 (6-9 juni) vertoont behalve op telpunt 4 de hoogste top. Augustus (weken 7 en 8)
hebben een vrij vlak verloop, uitgezonderd op telpunt 35 terwijl de telweek 10 ten opzichte van de telweek 9 een daling vertoont.
Uit destijds in het veld verrichte waarnemingen valt één en an-der - voorlopig kwalitatief - wel te verklaren. Eind april werd er vrij veel gras gereden naar de grasdrogerijen. Begin mei kwamen de koeien in het land doch eerst op de percelen vlak achter de
boerde-rijen. Zoals in de beschrijving van het gebied reeds vermeld bete-kende dit een verlegging van de arbeid naar percelen buiten het blok van onderzoek.
In de vijfde telweek (6-9 juni) was de hooioogst in volle gang. Dat was wel is waar ook het geval in de zesde telweek (13-16,juni) doch de weersomstandigheden waren in de vijfde week uitsluitend zon-nig, terwijl de zesde week op dinsdag en woensdag voortdurend©'regen-val te zien gaf.
De zevende en achtste telweek (augustus) geven overal een afebbende activiteit te zien, behalve op de telpunten 3 en 4« Volgens de waar-nemingen in het terrein werden daar de wegbermen gemaaid, gehooid en het hooi in pakjes geperst en vervolgens afgevoerd.
De tiende telweek (17-20 oktober) werd gekenmerkt door overvloedige regenval en koud weer. Het meeste melkvee werd of was op dat moment weer naar de boerderij gehaald, terwijl men zich in het veld bezig hiold met het schoonmaken van sloten (vervoer per rijwiel! niet ge-teld).
De hier gegeven beschrijving van de omstandigheden waaronder het gemeten verkeer plaatsvond, vraagt uiteraard om een nadere kwan-tificering. Dit zal in volgende telperioden door enquêtering van de betrokken boeren en door stelselmatige eigen waarnemingen dienen te
- 14
4' Frequentieverdeling van de waargenomen, gecorrigeerde dagintensiteit (8-18 uur) op landbouwwegen van een bepaald type.
Als voorbeeld van een verdere bewerking van het waarnemingsma-teriaal moge het volgende dienen!
Hemen we als uitgangspunt de telpunten 3S 4S 5 en 6 alle gelegen op ontsluitingswegen van een bepaalde oppervlakte kavels dan kunnen we de waargenomen verkeersintensiteiten uitdrukken in een aantal per
100 ha. Wanneer nu de dagintensiteiten (8-18 uur) gemiddeld over een bepaalde tijdsperiode (b.v. de twee tel-weken van augustus) voor de verschillende telpunten elkaar niet te zeer ontlopen, dan kan men een frequentieberekening uitvoeren omtrent het voorkomen van bepaal-de dagintensiteiten per 100 ha ontsloten gebied, over die bepaalbepaal-de periode. Door deze berekening over meer tijdsperioden uit te voeren is van een zeker seizoenverloop in het verkeer en de daarbij optre-dende dagelijkse verkeersintensiteit van 8-18 uur een indruk te ver-krijgen.
Een voorbeeld van een frequentieberekening is gegeven in tabel 4 en 5 en in figuur 5 (lijn.(2)). Tabel 4 Telpunten . d.ag.. datum di 15/8 wo 16/8 do 17/8 vr 18/8 di 22/8 wo 23/8 do 24/8 vr 25/8 gemiddeld 2 weken
3
28 25 28 16 -61 27 39 324
26 30 42 47 -43 32 33 365
38 28 31 25 -33 24 28 306
45 34 23 19 -45 28 21 31"gecorrigeerde dagintensiteit per 100 ha"
15 -Tabel 5> Cum.frequentie 19 16
3,45
1o
6,90 13,80 17,25 20,70 24,15 27,6031,05
37,95
41,40
44,85
48,30
51,75
69,00
72,45
79,35
82,80
86,25
89,70
93,15
96,60
Aantal waarnemingen 28+1 1 waarneming = 3,45$"Cumulatieve frequentieverdeling van dagintensiteiten op vier kavelontslui-tingswegen (15-25 augustus)".
Van dezelfde telpunten 3, 4, 5 en 6 is in figuur 1J^Q d e frequen-tieverdeling van het verkeer in de eerste telperiode (25/4 - 5/5) weergegeven.
Uit beide krommen vallen, als voorbeeld, een aantal conclusies te trekken.
a. Het verloop der krommen geeft aan dat zowel in april-mei als in
augustus een scheve frequentieverdeling optreedt, die in vorm af-wijkt van de verdeling van Gauss. De laatste zou namelijk in fi-guur 5 als een rechte lijn worden afgebeeld.
b. Uit de berekening blijkt, dat het gemiddelde van de dagintensiteit in de periode april-mei ligt bij 16 en in de periode augustus bij 32. Het zogenaamde "50^-punt" van de kromme 1 ligt echter bij 17,
- 16
dat van kromme 2 bij 51« Niet alleen is de gemiddelde dagintensi-teit over telperiode I dus de helft van die in telperiode IV, doch ook heeft in april-mei 52$ van het aantal waarnemingen een grotere dagintensiteit dan de gemiddelde, terwijl in augustus 47$ van het aantal een grotere dagintensiteit heeft. Men kan daaruit conclude-ren dat de verkeersintensiteit (8-18 uur) in augustus op de wegen 3, 4, 5 en 6 niet alleen groter, maar ook anders verdeeld is.
c. Wannoor wc nog eens terugdenken aan de norm, die door R.ÏÏ.S. en C D . gebruikt wordt bij de berekening van een dag (of etmaal-ge-middelde namelijk dat alle waarnemingen met een waarde, groter dan 120$ of kleiner dan 80$ van bedoeld gemiddelde, niet bruikbaar wor-den geacht (zie pag. 4 )s dan zou dit in het onderhavige geval
betekenen, dat in de periode april-mei, slechts de dagintens.itei-ten met een waarde tussen 13 en 19 en in de periode augustus die
tussen 26 en 38 bruikbaar zouden zijn. Uit figuur 5 blijkt dat handhaving van deze norm zou leiden tot een verlies van (100 - 67) + 40 => 73$ van het aantal waarnemingen in april-mei en van
(IOO - 72) + 26 = 54$ van het aantal waarnemingen in augustus. Zonder uit de thans ter beschikking staande schaarse gegevens verstrekkende conclusies te willen trekken, toont hot gegeven voorbeeld
toch duidelijk, dat de spreiding in de gemeten dagintensiteiten zeer groot is, terwijl de norm voor "bruikbaarheid" van de gegevens aan een nader onderzoek zal moeten worden onderworpen.
5. Verkeersaantallen en verkeersgewienten
Aan de hand van de gegevens, verkregen uit de visuele tellingen op 4 mei, 11 en 17 oktober 1961, is voor de telpunten 4> 9> 2 en 10
berekend wp welke wijze het pneumatisch bepaalde gecorrigeerde acht-daags-etmaalgemiddelde uit de telperioden I en V in de verschillende verkoerssoorten kon worden ingedeeld (zie tabel 6 ) .
17 -Eabel 6 maand (periode) telpunt Verkeerssoort personenauto vrachtauto <^ 1 ton vrachtauto 1-3 ton vrachtauto ^> 3 ton vrachtauto + aanhanger bandentrekkor b.tr. met landt).wagen . , „ stalen paard met 1 Tragen , ,
, . lucht paard met 1 wagen , ,
bijzondere landb.werkt. motorfiets bromfiets sub-totaal rijwiel Totaal i mei
1
4
9
961(
2
D i
10
4
12 126
32 28 6035
105
5
36
91 80 171137
21 169
7
1
1
3
1
5
89 290 228 518 1 102 | 31 i 14;
i7 I
17!
1 i 1 : i i ! I 2 ! 10 84 | 261 135 i396
oktober4
9
19612
00
108
1
1
1
4
4
4
239
32 215
5
4
3
1
1
4
1054
45
99
12344
233
2
8
78 281 142 423 126 28 14 123
9
57
249 104353
gewicht per eenheid (ton) 1.2 1.75.7
13.0 14.1 0.8 3.1 • 2.0 2.0 3.1 0.2 0.1 O.O9"Verkeerssoort in aantallen per etmaal Verkeersgewicht per eenheid "
Duidelijk is de grotere totale verkoersintenditeit in mei dan in oktober, vooral over telpunt 4 (kavelontsluitingsweg) en telpunt 9
(boerderij-verbindingsweg.) Opvallend is ook het verschil tussen de telpunten 2 en 10 (Balkweg resp. noord en zuid), zowel in de sub-to-talen als in de totaalcijfers van een bepaalde maand. Kennelijk is er dus verkeer vanuit de richting Donkerbroek, dat wel over telpunt 2, maar niet over 10 gaat; met andere woorden verkeer dat zuiver op het
gebied van onderzoek gericht is. Overigens is het niet-rijwiel-verkeer over de Balkweg (zie sub-totaal) vrij constant, hoewel de verkeers-soort nog wol wat wisselt.
Het percentage wielrijders ten opzichte van het totale verkeer blijkt op deze landbouwwegen groot. In mei voor de telpunten 4>9>2 en 10
18
-respectievelijk 47$s 47$? 44$ en 34$ in oktober voor dezelfde punten respectievelijk 28$, 46$, 3Af° en 30$.
Waarschijnlijk zal het jaargetijde wel een rol spelen bij do ge-ringere percentages voor oktober vergeleken bij die voor mei.
Bepaalt men de verkeersgewichton por etmaal door vermenigvuldi-ging van het aantal voertuigen met het bijbehorende gewicht per een-heid (zie tabel 6) dan ontstaat het beeld, als in.tabel 7 vermeid?
Tabel 7 Maand (periode) Telpunt vorkeersgewicht niet rijwiel vorkeersgewicht rijwiel Totaal verkeersge-wicht/etmaal
4
543
57 mei9
937
100 (I)2
529 21 550 10 468 12 4804
361
37 oktober (V9
1644
1682
412 13 425 ) 10 4839
492"Vorkeersgewicht per etmaal"
Het zijn vooral de vrachtauto's, zwaarder dan 3 ton en de vrachtauto's mot aanhanger, die een doorslaggevende invloed hebben op hot vorkeers-gewicht. Dit spreekt het sterkst op de weg bij telpunt 9, waar in ok-tober ten behoeve van de bouw van oen boerenschuur oen aantal wagens met bouwmaterialen word waargenomen. Hoewel op grond van de thans be-schikbare gegevens gcon algemeen geldende uitspraken kunnen worden ge-daan, wijzen de tollingen toch in die richting, dat het verkeersgowicht op de kavelontsluitingswog gemiddeld ongeveer l/lO en op de boerderij-verbindingsweg gemiddeld l/3 van dat op do doorgaande weg is.
Het reeds vermelde verschil in verkeorsaantallen tussen de op de Balkwog gelegen telpunton 2 en 10 hoeft er toe geleid om de visuele telling van 4 mei 1961 nader in figuur 6 en tabel 7 uit te werken. Do vermelde getallen zijn sommaties van de richting "hoen" en "terug", de totalen komen echter niet overeen mot die uit tabel 6 omdat hierin sprake is van het achtdaags-etmaal gemiddelde, dat groter is dan de op 4 mei uitgevoerde telling tussen 6 en 18 uur.
Uit de figuur blijkt een afsplitsing van vorkeer naar westelijke richting (boerderijen achter telpunt 9), die ten opzichte van het totaal
19
vorkoor op do Balkweg ongeveer 20^ uitgemaakt.
Mon zou uit figuur 6 kunnen afleiden, dat het vorkoor ton noordon van de splitsing (282 eenheden) geringer in aantal is dan dat ton zuiden (288 eenheden). Dit lijkt in tegenspraak mot do conclusie uit tabel 6, waarbij juist een grotere intensiteit over hot noordelijk tclpunt 2 v/erd gemeten. Do oorzaak is echter gelogen in het verkoer van en
naar oen aantal bedrijven, gelegen langs de Balkweg tussen heide tolpun-ten in,dat voornamelijk op Donkerbroek (dus telpunt 2) georiënteerd is.
Figuur 6 geeft tevens een duidelijk beeld van het rijwielverkeer. Het is niet mogelijk om oen uitspraak te doen over het aandeel van het verkoer, dat zuiver ten behoeve van de landbouw plaatsvindt,
in hot totale verkeer. Daarom zal hot noodzakelijk zijn om in.volgen-de perioin.volgen-den herkomst en bestemmingstollingen te houin.volgen-den.
21
5» Do in onderhavige note behandelde onderwerpen moeten gezien worden als oen eerste en nog slechts voorlopige benadering van de uitkomsten van verkeerstellingen in een bepaald gebied met als dool do in 1962
te houden tellingen zo doelmatig en betrouwbaar mogelijk te organise-ren.
De resultaten van de in 1961 gelijktijdig met die in de Tjonger-valloi gehouden tellingen in do ruilverkaveling "de Wollegaast", zijn thans in bewerking, evenals dit het geval is met do verdere uitwerking van de Tjongorvallei-gegevens.
3 o - "-
^
•t-1'q.uu.r I. ^^yiXoS "^Jt
T
s
u
- /t
*s*
£**4
&3
4 * V?
- 3SV-''i f' <5 <***.*" f** v f *•< V » * ' * î 4 1 -Z. i * 7 *MtJ$ & ¥•J-t'<^c+ut~ 3. i V r y. / • * . . ~ . . j . . . . - _ . . * _ .
r
7
Xiu* **• •'w vKK**-^ /ù 'I/o- $ \4**~ftwttym/t/J
.'!lii<jiê4^'M&
A A ro- ja>-~é**-ï*1 u-t° •• Ttijt*.!*.*- ty. T" | f - TOV*/
e / * . * •/ * r/1e-,*- *
/ £ i ^ i tftrtsrt'-) , a£+^Sn~*—.—^ $ * < :» f
* • t A Hs*s"l*>
y.
~.?'*y<».:..J?T:-«^:~3v* •:-..-^..r?7---.:--r „ O *WSL. -<y*f. •«*• &1**--,
/o.
^ W ;
^ •'- ? T r « fa-ij*«*** tk**A d //i-tuJÏf-a*** < / A * « < c / i S u . Ä / ' " * <•*>*, t*+o^ïe^A, > l A», 4tue/£**So f- **~lf. •Ga—***,, i^u-éet«. y ^ S « «'T«- t**MU./-6lM!f/Tot~*£
A-e, a-A J f / t iS
A-e.7
s-2 -2 . /O
<Y
r
f SL /7
V
/»"is*
<tLûc^.t-a^_ ^ 4 - 1 C « C * . - 6 V H A-DV
/ 1s
Jzr
#3
a.
X /a
/o
j / 6-Cc
3 /'7
V
ir
Jo /o '/r
/ 2 / Y V<?*r
2>r
/ " 23 /o '•/ 4~ / Z / y *y t i . 2(fZ**-'«•<—•• yA-**' i**^*!*^, {f-£m e^, &i*«^/
r
/ X4.
S
2$ //•fi/r
s
X X /4ii-7*~
A*»y ," / ^ / .
^1
I/> CE UI _ l —1 UI •-UI CE UI UI se ce UI > UI x o in • -< z 3 UI z 0 . 1 -CE o Q . Ob < CE * UI UI * Ul r z UI »-o 1-z 5 IC UI UI » v> z UI • UI X u u> z X o UI £ w o » V > <r UI •• I UI x tr - P s 3 UI xI I V
o» It T> n Ni »
• o [ > ! i i o» i * i "O i 1 i c • o i -i O) I f VI c o ï o» « T l m ' T » O* C E o« <• T l C O N 10 3 3 ! • 3 i < c 3 3 T l C * k. 9 3 T> C 3 3 C 1« M fa. 3 . 3 T l C UI L. 3 3 — - — i j 1 i 1 i i 1 .._ u»6uiz*He aisvA c « « «f f o 1« E 3 </ z UI o UI X o o z 10 z o </> IE UI UI * *o e > <• "O c . e V o 3 3 • O e o > f f • o c f o t 3 •o c o > <• T l c . £ o o 3 3 C O > * • o u 3 3 T l e > « T> c « 1 . c o o 3 3 T l C O > <• T l C •» X e 3 3 T l e o > m • o c *» as 3 3 ! ; ! i I | i ; • | : ; i ! , , 1 i l i l : ! 1 i ' i; 1 h
! 1 l 1 ; ' -! ' ' ! , j i : i t ! ! : 1i
1 ; I ' : 1 • ' : i ; i ! i : ' • i i i :"J
c c O * 3 o -UI a ui X a ui -o z o N £ * « .o E .£ 8. = z UI o z SC CE UI z a. o * r*6 c 0D> | O U ' "S* û-5 » O 1 -UJ
o
z
z
Ulz
oc
< (Aa
111 Ul Ui > — m c •5
m X c £ « "S % U 3 ^ ^ ! ! : • 3 ' ! = 3 ' ! ! ' ' 1 i > • « x c < • l o a ! i • S ! « ,, J J„ 1 3 • = m "O « o» <• c 0 . C (S 1 - Ul • • 9- "o >> • * " ta • * 5 » j » £ -c • Ü •o -S f o» «• t fe c° 1 "g •
f f s ?
• « «. 2 > > * $? s'
.. * i; • " c • *; | 5 E S£ £ f £ 1
C « O l e jt L. «1 E a O O i «0 S i 10 ^ o 1 *" 1 M *~ CM i o "~ o t o CO 1 o o 1 * c • L. 3 e c «ï
CL M < o 4 * 3 e « c o UI c «1 a.1
m a .o o * » 3 < • • ^ • • * ST « ! c o .*• 1 os
3 O *•I
l
e o «0 -o 3 O • * » X o >1
c o *• A L. «1 O l O l «1ä
I.
E«I
e V O l o * O l c O X O o E o * » 3 O X O a >1
«1 i . ••» c « •o c o m c *> O l Oi
3 0 -o • o e o c « E E « N c D l O 3 O X I C O «t
•f *• E E « c « TJ C O X I c o « c «1 0 1 o * c « E • o L. O O 0 . ^ * X o j3 <1
„ C O l 3 | 2 | S82
=> o D O - O « • u o *• 0 X7 "
*5
* /1
:
<•5
E £ ca _ 5 L. O l c o e t • • 3 •5
^•s <-s S W «""» ^ » . ^ ^ I O O N . < O C O C O S S C O O 2 *= - —UI o UI z er < en er ui ui * er ui > ui *: ui cc UI ca x o IA «I • • • > «I "D a. e, > . «i « ïj » c? « • .r « « ** • o - p Ô Ol t. C. «- C O O -g O x -F - w « « I t . . ? > > a: s « X I c o > E o D X ft) Ol
£ f £
i o E? g N o G> c « Ol c c o o TS «I T l X I 'Ë «I o w ' t o Ol « o o Q . (0 CM " Ol o T l «1 h-«1 « 3 > b 3 0 C Q. X-*~* a *^ Ol c ^ ï 2 * • * » .E« ? 3 =• IA -* > :^» S * t o < * i c c «I «I XI x< «I tl X x c ç tl 0 0 O « CM o 2 » ' 0 c O •o ti O « , 1 1 TJ —-* -* ï E ç
0 *• w O 0 C • CM "'S 0 Ol Q. • C c ™ "° • 'S — D l 0 1 = E 0 I | 13 o Q . a o X I c 0 JÉ 0 (. 0 Ol E o O X E o £ "~ o 0 X •*» o o { . Dl c 0 Jt 0 cc oo «o i 0 ro CM • * iO O E _0 O o j < > E o o 3 O c 0 c o IA L. 0 a. IA 3 X O •*» 3 < o c o 3 O X O o t -> I 3 OI
ro c o « A o 0 o C +» 0 X J£ O JC O 0 (- L. > K c 0 Ol o i Ol c o X c o o o o > 0 c 0 Tl c o m co c 0 Dl O $ 3 O - D X I e o x0 E 0 X I IA C 0 Ol o i 3 O -Q T l C a 0 « 0 E E 0 Tl C 0 XI c o X C 0 O l o N0 0 E X I C. O O CL E 0 X I CM CO 5"°. L. 0 0 $ 0 J E 3 X O O -O o c.§ O o — o 0 N ( . •si
:=< o CO X I o o «I * > 0 c. o o 2 E o CO « I o'&1
^-^r
^
T ^ f c & t V e ottv • b i / > K - * ^
-tfoewis-HrOonkerbroek
Oö-s-l<y-uv*to/eRvk. Tjongervallei Noord
Qi.ô \^^u*y\ Z\jz.iL\^-^\L O c o b o c ~ v i ^ >—l-t-aÇ D^tct^-e
4"
7
s
i o T o M<t D L Wo D o l/r 7.«L T - 3 - \-\ •»-H i s ' a tS
a g _ _ u - (33
•u-10 l o o IS" 3 3Mz OS" 1 3a
z Q l « 3 3 . 1 "32 " 3 o H.H. l T l n o V 7 b I M ] -2.-70 T.QW 44 Z o M A D i . W o O b Vr Ze O t W o D o Vr 7 a T o Mo. De Ufc D o Vr _l ci . 7.0 Ma Ol Wo Do Vr _ Za-Z e M* P c W o D a Vr Zx*. 3 o , u l - i " t S H s"2
9 1 0 1/ 1 3 -s-'73
'4 i r.4
'3 4-4
Î
9
1 0 . .S"4
.4
t u 4 . 3 l4 •T--$.'_
H1
. 0 8 J I \ 31 I Z O . 8 . 8S 11 r '7' " 4'S?
Z , L | 4Ȋs
g
4 f97
3 © k z 3 g o 14 ' 7 ^ 4°4 3 10 4 47 Z 3 t > V-2-H 1 S 0 1-73 bZ.1 1-2.1 S'ZW & 4 0 1 1 4 ' zSs"m
I c 3 3 i L , r 3 H l 10 0 1 l3
l
H34
- 3 Û 2 5 - 0 1 0 0 i r.£
b 4 7s" 6 2 1 2 . Z-Cj 1 o ç j 3 0 3 t -ÜS_ Z O4r
zg
l o i 3 1 46? 3©'7
4 ':
i
z4 l 4 SO3
•ZoU
3 5 '*3
4z
>4
MS" l © 3 4 3 r ir
7
e.'
1 4 7 _ J 3 _ Ö _ W H"7
4 I I I r i 'ie
i l » 3L, . S ü _ | V I f l i o 2 S"3 4 z4s" T 3 0 z S , >e>3* 7g.
4a
7
HO1
3©S
V M7 I Z L , 1 1 H33
3 u Q Z-4cj^ 7
T . 3 3 46*0 zes-i_( 1 4 l 6 ? 3 3 S I - Z Z t o • Z L j l 3 4 I 3 L ( 8 Z O OZ76)
Z.4S
. Z . 4 Ü . M 3 oif
4
s zx
80 16'l
5Çr4
Z o D L W oa>
D t 1/r i3 - Q l1 .4 % ZI Z l 1 3 ^ 4 16" 7^ Q 4^
-
r3
I
3îi
L.| I S" 4 Q O 3 Ê H _ S " 0 3 _ r7'
3H4 3 (=9 H ^ V 3 l T 3S
s-z 4 ; 5-6' 3 i " MS b e _ J £ l _ I C 1.8£ï
f 3 -T.._ _ > a .04
7 0 © I L9 Ö 3 \ ^ i M o ü " q _ 5 > 1 3 © 3 / v ^ 4 i o l ^ 4 3 iwl 1 ^ 4 •-I^ 7
3 aä
z < r i Li61 44 36! 3ü L49 - 0 VAyM-T. . O o u b ~Lo
rw
D,
Wo
Do
Vr
I « .
Z o HA DL Wo D o Ur L e ^ x x o ^ k A - I M O ^"~"~~—-^__^Q->oJ*i
3
»ou
11 l i l l f - v O i £>£
7
i(9'3
2 0 » /6g
fes
7
s 5 S^ 7
-V
i © 343
2. /*7
w ^
2. —ii> z
Z 3 3 2 . 0 5.
H6
t-i 0 1 I S IiQk
l7' :
— -330
'3
i S* 3
4 ^ 1 1-La
l7
l9
^ "2.1 4 H3H6
^t.
Hb \ 0 3 3 1 3 o^9
'z. 1 1 £ 5 2 3 I S 3 4 1 0-hi
'3'
3 5 ,wi
i 5'7
1 51
47
ss
S4
£ 9 6)Q • H"3 | 1 "Z3 j j I 3 2 - ; l b<S>
3 1 . HHH4
Î O59
9
3 3 © x c 9 Z 8 3M i 33 i
3
97.
Sx
-—3 ° .
riL
1*
Hg
£>3
SB \ 0 T_ O Ol é o
3 o © I Z ^ i 2 3 13 9 4
111 1 © | î o7
2,g
1 - 3 & If —V
33 '
3 k
HH
3 © 3 HV
I S -—&. 'S> a i-usi. fiü £«—%-+ b Vtct*lArfW-V \AM^M^
7
s
V o l I . Zo M«. O L Wo D o Vf Z* Ze O L W o Oo \A xs' -1_b 1-3
u s 3 4 V Mo. O i W or>
V r Za. Mo. Dt Wo Oo Vr 2a I c Ma D L Wo Oo Vr Za.I
O - S ' te*'S
1. A
Lu.
! â o! b
çfe &. S" i t » 1*9fa
X - 3 a3
\X »s-I »s-I I.»M \ t o DO l o i X . \ X \ L | ^ l 59
T - 2 l i I S " ox i t a i l3
i s -o â 9 o s v4 2 o i r O i ' O iô
_ l f î _ ' 41
I M 4 f XS" xs-a.\a oo9
O H-f
X 2V
a s _ l 2 0 9 t i IX 4->7-T-b l e s
•h
x o \$ x.i 0 179
Ma ®X r Q S"? M©*9
*9
01 » H i - i3
1-5 a t ox3
M 4 M ^Ü3
i(91 \ S 3 \H2 1-10ikx
is-o lS"b • H? bxIK
M Q M® OÇJ ? ,3 a.S-1 a.S-1 0 S I 4e i M S -i b;j
1 0 -4 - bJ
l o g SO *6 4 4 MO5.
©4 1 1 0 H' * ba
U>
a
"ZCL O O X l b û SO l ^ - Z H W »31 lO,© 1 0 © \ fc>© \ o Q s-4 11 lb 10 X OA
I X X I 4 ^'3
0 1 1 4 _b a o7 S"3 s-x os HS" t i t 0 4 1 r o 4 * " •2.1or
' 4 I I s-o - i . i x.x 7 . 0ft
4 1î
0 1 0 1 H9 Mbt.
18 fc -ii os~ Mb Ç l M l OSÎU
ob 4Mox
ji
so 44-*7-x t > 7 X H O iX-H \ X 2 •xSa
X
ixx 1x4 M£ o t°1
44 oxS
o b 4S . H7_ -2-4 o 11
a9 OS" OS" \ I 3 1 \ 2 W ' t > 4 S"l " 2 . 0 - 0 \ i r 1 1 4 > r7
H ' M2 3 4 r i Mo. Ou W o ' D o V r Ma. Du Woo«
l / r 3 - S H i 3 - _ ^ X.I I I ^4 H 3 £ T O i " O O 4<91
Is-^33
X . S X ^ ^ t o b 0 0 4 x x o , - 7 « , 0 4 O o ^ 4 X OT
W7 -Î-S" Mo 4 * 3 © »M i<r 4 ' 0 1 M » 3 0 0 0 xb M i os-X>"V
Ox1
o t o.S' X I & 273
t . «TO x _ \ - l 7 . o g o © O j i S - H •2.X,<^ 2 X S -t O o I H7 4 0 sS 4o6) — \Q uuusi. V
^^-~-^^t«-2.p^-wvt
Cc.cx<<^cc*<v\ ^^~~-^_^ Z o Si— 1 0 - k ime, g
DL l oWo n
D o i xVr ^
La iu_ - i o 7.© i S - t oHa \ k
ü
tf]
V o i a"• '9
Vr a.c
_ » 3 0 MÖ HH H ^ M3-3 3-3
H
s 2 39
3 2V
2 — 1ng
i sH \ie> 1 2 1 ! S " o 3s
I 3 C H o \ O l — 3 ^ \ 2 I O 2 8 H / S •2.1 II v o 1 2 15H
t-H 1 2 5 1 H / 3 W7 ^
-LL,4
,4
.4
I O S 13»4
2 5 2 o 2 Î'
l5
2 37
II '4s
£
a t
1 i H ' I S S o & iag
2 © HS x9
l © © -2-1 3 1 2 . Q 2 . 2 MWT
^ 1 3 2 3z £
7.8 / % Sl
*"1
3H
-to
13t> 5 2 1 1 • i *Mg
1 5 .1 o 1 1 2 1 ^ 8 » 8 9 i 2 &n o
l o lâ 4
1 3 4 1^3)
'
HJ9
' 4 '
/w
—»4
'7
iS
iQ
2 1 2 1 1 1 U -_i S - S
V Ö - Ü \^>^J\^
• *=? isu e-iL~£&c<.' ,/,-
ß.
&j' &*-i&i XIvo tn«L Wo Oo Vr-Ta 1o Wo Vc 1<K To Oi, Wo Oo Vr To Ma. Ou Wo Oo Vr 1*. Z o
a
Wo Do V r v r loc Z o ma Oo V r - ! ? • _ 1c H a . Ou Wo Oo V r Zo M a H L Oo T . 3 - M - t ? l T-M IS"at
V - S 2 3 H_ j>-£
r
9 tO u 13-5" t <_) - S " l V lt>'i
7 . 0 - S \-\-b 3 , 1 0 - ts VI — iï> v l » 3 *H _ ÜJ-jk Vi' i t ^ , 1.3 i ?-c IS _ _>©a_ a.6 -IÉ-H° 12- 1 1
1 8 ^ 3 o 1 ai» 4 8 0 4 _ ^ -H^ 36S
J
> 3 l VO'9
4 0 ZO s-z M » _ ^ s-g —^ _ _ _ 1 3 az 3 3 a o , - L I X I i a a V 0 3 1 0 I 1 0 © •3° 'ZAK* V 3 3 , 1 10 ' ^^ aL
I T O • 2 . 4 4 I 3 f h~ 77
^ 7
>i 0 4 2 i - z o"
7
7
v 1 3 s-| -3 ad» 1 4 Ö 0 V S T V f t ' a7<3
*
a
7
i - a i "~~ — — -V 3 " 3 l o O i y 8 - V L O^ 7
i a2
Ti M 6 çe
8
V
<3"
10 6) fo4 I4D O l ^ M'3
n
H O 3 1 lb IV T-2 M i t 6) 1 3_7'_
Q S o S" 1 0 »r ao-| M l x Q 1 Ô L ^ H - i l7 4 1 2
-u
3 0 .b t os»
IT.r
"3S-117
'H i l 3 i3
i t 'H7
— -1,1 . 0 «H v< 3-ib' i l6
. 3 "L( 6)aô
-T.13 3 0 a b^H
M l . OS" 61' . 3 1 s~o M O 10 5*2 -bO) ^ 3 — — T . H 1 3 3-3 a g M l 11 l àl
lie7
7
fi) 1 O 11 l £ 1HM**-77
H » 3 4-_!SL
-J.OJ1^
UP S'i -— -— -•>7
ir\ a<^ 11, Z.Q7
V© S 5.A.
1-3 3 1'7
_ _ _e
»a -L<=-I -L<=-I T . I VS"^1
\1 'M 11_
1?-\6l az a 4^7
3 Z 1 S > ' é>3^7
MÎTan
H» r7
5
Z-Z ^ • - l ^ 1 - 3 0_ 13 ^
2.3 T.© ^ ^ H " l 1 i l T .7 x7
3 & 3 9 3 o •5 1 ' 3 ( s i 3 b 3S-a7
3 1r
^ b a. M ~~ — -7 C \ I'S (3
<^e
133
1 i" M H 43
( 2 0 ~ ~» M4 MV H ' 3 1 H 4 i a<S | • 3 1 ^4» \ o3 °
V 0>-| VOV477
"2. b o 1 O l S 9 \ ^ 1 V - 2 . C ^ V 3 " 3 \ o a \H<^s i o 35" v 4 Q v o l \ T . O ^ 0 - I S -6 -a . -a7 1 3 9 i r a — __ \ Z . £ -n a l O O - L O O •2. i O3"
1 OVO'T
M h V^i \%A.
\s,-i S ' • Î . M vO _ \ V -z-1 i Q • a l 'H- 5 ?
n i 3<5 — o 1 -2. 1 15'3=
6
•2-e 3 1 vel à - 1(9 UWL /Ù^ C*-~71. £/ T " /~^*> a ' i - H - L » ! n * ^H Ou i j Wo il l