• No results found

Advies m.b.t. de problematiek van de CT-scanner deel 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Advies m.b.t. de problematiek van de CT-scanner deel 1"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

MINISTERIE V AN VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU 1010 BRUSSEL, de 11 -04- 199' Rijksadministratief centrum Vesaliusgebouw Tel. 02/210.45.11 BESTUURSAFDEUNG VERZO RG INGSINS TELUN G EN

NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUIS-VOORZIENINGEN. Afdeling "Programmatie en Erkenning"

Ref. : NRZV/D/41-3

ADVIES M.B.T. DE PROBLEMATIEK VAN DE

tIC .T. -SCANNER" -DEEL 1.

1.

Vaststellingen

Bij Besluit van 28/11/1986 werd de "C.T.-scanner" uit de programmatie van zware medische apparatuur gehaald en is sindsdien afhankelijk gesteld van de erkenning van een dienst voor medische beeldvorming.

In dit Besluit werden zowel kwalitatieve

kwantitatieve erkenningselementen opgenomen. aIs

De N.R.Z.V. stelt vast dat de medische beeldvorming in snelle evolutie blijft. Er wordt trouwens vastgesteld hoe snel deze sector blijft evolueren ten opzichte van een normaal trager evoluerende reglementering.

Men merkt eveneens op dat na het beantwoorden door de grote ziekenhuizen aan de erkenningscriteria nu ook

kleinere instellingen via de beschrijving van

spoedgevallendiensten pogen een erkenning te bekomen van een dienst voor medische beeldvorming. Dit leidt tot

niet gewenste gevolgen in deze sector van deziekenhuizen.

Specifiek wat de C.T.-scanner betreft stelt de commissie voor dat vooral kwalitatieve erkenningscriteria moeten

gelden bij exploitatie van een dergelijke dienst. Deze moeten zelfs verder gepreciseerd worden door invoering van een peer review binnen de basiserkenning van ziekenhuizen zoals beschreven in het K.B.

(2)

2

2.

Voorstel van de afdeling " Erkenning en Programmatie" van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen.

Konkreet wordt voorgesteld het

te passen door :

K.B.

van 28/11/1986 aan

10 weglating minimaal (250) luiden:

van kwantitatieve

aantal bedden. Artikel elementen 4 zoalszou

hetaldus "De dienst worden in erkend werd opgericht dusdanig 20 de medewerking aan een programma voor PEER-review is een criterium om aIs dienst Medische Beeldvorming te worden erkend.

Dit programma wordt georganiseerd door een peer review commissie. De peer review zal o.m. gericht zijn op zowel

de technische kwalitatieve elementen, de werking van de dienst aIs op de optimale aanwending van de betrokken diagnostische middelen.

3.

Verdere voorstellen van de Raad.

De Raad heeft leden technici van de Raad gevraagd in een tweede fase voorstellen te formuleren van criteria die gebruikt kunnen worden bij Peer Review.

De Raad erkent de hoogdringendheid van de voorgestelde aanpassing van het C.T.-besluit, doch wenst dat een verdere studie van en aanpassing in de werking van de medische beeldvorming (N.M.R.-besluit, maar oak de werking klassieke radiologie)wordt aangevat.

De Raad stelt eveneens dat urgentiediensten in ziekenhuizen, waarvoor de N.R.Z.V. sinds jaren adviezen

heeft uitgewerkt kwalitatief moeten beschreven blijven. Een initiatief zal terzake worden genomen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een student Kunstgeschiedenis kan niet de minor Kunstgeschiedenis en de minor Architectuur en Stedebouw volgen die bestaan uit een of meerdere onderwijseenheden die tevens verplichte

Een student Duitse taal en cultuur kan niet de minor(en) Duits en Duitslandstudies volgen, die bestaan uit een of meerdere onderwijseenheden die tevens verplichte onderdelen zijn

Wanneer de student tijdens de opleiding een betaalde aanstelling of een stageplaats als leraar heeft aan een school voor voortgezet onderwijs die geen opleidingsschool van de ILO

Een wijziging van deel B van de Onderwijs- en Examenregeling behoeft de instemming van de facultaire studentenraad op de onderdelen die niet de onderwerpen van artikel 7.13, tweede

Philosophy of the Humanities 1 (Media Studies) 6 jaar 2 Semester 2, blok 1 postpropedeuse Philosophy of the Humanities 2 (Media and Culture) 6 jaar 2 Semester 2, blok 2

De student heeft aantoonbare kennis van en inzicht in een ander vakgebied dan het vakgebied van de opleiding, waarbij – voor zover dit vakgebied tevens in het voortgezet onderwijs

Een wijziging van de onderwijs- en examenregeling behoeft de instemming van het bevoegde medezeggenschapsorgaan op de onderdelen die niet de onderwerpen van artikel 7.13, tweede

De Masterstudent Letterkunde heeft kennis van en inzicht in de intellectuele en academische waarden die aan het onderzoek naar literaire teksten ten grondslag liggen, zoals