Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
ACTINOMYCETOMA
• Klinische aspecten en commentaren
o Chronische, granulomateuze, meestal lokale infectie van cutis en subcutis met vorming van noduli en drai-nage via fistels.
o Universele pathologie, endemisch in de (sub)tropen, veroorzaakt door traumatische inoculatie van een bacterie (actinomycetoma) of een schimmel (eumycetoma).
• Betrokken pathogenen o Actinomadura madurae.
o Nocardia spp.
o Streptomyces somaliensis.
o Actinomadura pelletieri.
• Empirische anti-infectieuze behandeling o Regime: amikacine + TMP-SMX.
o Standaard posologieën.
Amikacine: doses van 25 tot 30 mg/kg iv toegediend met de kortst mogelijke intervallen (minimum 24 uur) die toelaten dalserumconcentraties te bereiken van < 3 µg/ml.
TMP-SMX: (160 mg TMP + 800 mg SMX) po q12h.
o Totale duur van de adequate (empirische + gedocumenteerde) anti-infectieuze behandeling. Amikacine: meerdere (tot 3) cycli van 21 dagen met amikacine vrije intervallen van 15 dagen. TMP-SMX: continu tot 15 dagen na de laatste amikacine cyclus.