Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
PNEUMONIE BIJ IMMUUNCOMPETENTE PATIENTEN:
COMMUNITY ACQUIRED INFECTIE (CAP), SUBGROEP IV
• Klinische aspecten en commentaren o In ICU gehospitaliseerde patiënten.
o Recente blootstelling aan antibiotica: blootstelling binnen de 90 dagen die voorafgaan aan het begin van de huidige symptomatologie. Recente hospitalisatie: minstens 2 dagen tijdens de 90 dagen die voorafgaan aan het begin van de huidige symptomatologie.
o Vroegtijdige (beoordeling van de) oxygenatie leidt tot een versnelde beschikbaarheid van de antibiotica ter hoogte van de infectiehaard en een betere overleving in de ICU.
• Betrokken pathogenen
o Streptococcus pneumoniae (12 tot 43%). o Haemophilus influenzae (0 tot 12%). o Staphylococcus aureus (0 tot 19%). o Klebsiella pneumoniae (0 tot 27%).
o Andere Gram-negatieve bacillen (0 tot 24%). o Groep A streptokokken (Streptococcus pyogenes). o Respiratoire virussen (0 tot 17%).
o Mycoplasma pneumoniae. o Chlamydophila pneumoniae.
o Legionella spp. [> 90% behoort tot serotype 1 (moet in deze subgroep IV steeds gedekt worden)]. • Empirische anti-infectieuze behandeling
o Regimes [verschillende studies suggereren dat er een beter klinisch resultaat wordt bekomen met een com-binatietherapie (versus een monotherapie) bij patiënten van CAP subgroep IV of met een bacteriëmische pneumonie door Streptococcus pneumoniae].
Patiënten zonder structureel longlijden (bronchiëctasieën).
Patiënten die niet recent werden blootgesteld aan antibiotica en niet recent werden gehospita-liseerd. ▲ Amoxicilline-clavulanaat + clarithromycine. ▲ Amoxicilline-clavulanaat + ciprofloxacine. ▲ Amoxicilline-clavulanaat + levofloxacine. ▲ Cefuroxime + clarithromycine. ▲ Cefuroxime + ciprofloxacine. ▲ Cefuroxime + levofloxacine.
Patiënten die recent werden blootgesteld aan antibiotica of recent werden gehospitaliseerd. ▲ Ceftriaxone + clarithromycine.
▲ Ceftriaxone + ciprofloxacine. ▲ Ceftriaxone + levofloxacine.
Patiënten met structureel longlijden (bronchiëctasieën). Cefepime + ciprofloxacine.
Ceftazidime + ciprofloxacine. Meropenem + ciprofloxacine.
Bij sterk vermoeden of zekerheid van een infectie door Legionella spp., moet een behandeling met een fluoroquinolone (ciprofloxacine of levofloxacine of moxifloxacine), indien niet tegenaangewezen, worden verkozen boven een behandeling met een (neo)macrolide (clarithromycine, erythromycine) of met azithro-mycine.
o Standaard posologieën.
Amoxicilline-clavulanaat: (2 g amoxicilline + 200 mg clavulanaat) q8h iv of (1 g amoxicilline + 200 mg clavulanaat) iv q6h. Cefepime: 2 g iv q8h. Ceftazidime: 2 g iv q8h. Ceftriaxone: 2 g iv q24h. Cefuroxime: 1,5 g iv q8h. Ciprofloxacine: 400 mg iv q8-12h. Clarithromycine: 500 mg iv q12h. Levofloxacine: 500 mg iv q12-24h. Meropenem: 1 tot 2 g iv q8h. Moxifloxacine: 400 mg iv q24h.
o Totale duur van de adequate (empirische + gedocumenteerde) anti-infectieuze behandeling: niet langer dan 7 dagen.