• No results found

Ontwikkelingen omtrent de nieuwbouw van het Pluimveeproefbedrijf

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Ontwikkelingen omtrent de nieuwbouw van het Pluimveeproefbedrijf"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ONTWIKKELINGEN OMTRENT DE NIEUWBOUW VAN

HET PLUIMVEEPROEFBEDRIJF

J. Tinhok,

bedrijfsleider

Na een stilstand van bijna een jaar is half september 1990 de bouw van het nieuwe

proefbedrijf hervat. Met het bereiken van het hoogste punt van de eerste stal op 26

oktober 1990 zal volgens verwachting in augustus 1991 de voltooiing van het geheel

kunnen plaatsvinden. Het nieuwe proefbedrijf kan dan een verdere bijdrage gaan

leveren voor het zoeken naar oplossingen voor de milieu- en mestproblematiek.

Uitgangspunten

Milieu-aspekten zijn ook in de pluimveehouderij een belangrijke rol gaan spelen. Het zal daarom duidelijk zijn dat bij de bouw van het nieuwe pluimveeproefbe-drijf te Beekbergen deze aspekten grote aandacht krijgen.

Tot de voorzieningen die bij de nieuwbouw worden aangebracht behoren onder meer: gesloten systemen voor de opslag en het transport van mest, warmte beluchtingssystemen, mestbanden, vloerverwarming en toepassing van drinknippels.

Indien we daar de moderne bedrijfsvoering aan toe voegen, (zoals fasevoedering en efficiënt ventileren) dan vindt er een drastische beperking plaats van de ammoniak-uitstoot.

In het onderzoekplan voor de komende jaren wordt ook veel aandacht besteed aan de mest- en milieupro-blematiek. Het praktijkonderzoek op het pluimvee proefbedrijf te Beekbergen kan hierdoor een belang-rijke bijdrage leveren voor het aandragen van oplos-singen voor de praktijk.

Bouwaktiviteiten

Het was dan ook teleurstellend dat de bouwaktivitei-ten bijna een jaar hebben stil gelegen, vanwege het feit dat er bezwaren waren aangetekend tegen de verleende hinderwetvergunning. Een uitspraakvan de Raad van State deed deze daarna rechtsgeldig den, zodat de bouwaktiviteiten wederom konden wor-den hervat.

Allereerst kon verder worden gebouwd op de funde-ring van de slachtkuikenstal en de kalkoenenstal in de eerste cluster, welke vorig jaar reeds was gereed gekomen.

In de tweede cluster kon de fundering worden gestort voor de opfokstal ouderdieren en de opfokstal leghen-nen. Hiervoor was eveneens vorig jaar het grondwerk reeds verricht. In de derde clusters werd begonnen met het grondwerk voor de leghennenstal en de twee ouderdierenstallen.

Doordat er een goed en logisch werkplan is opge-steld, kan er op deze wijze in alle drie clusters gelijk-tijdig worden gewerkt en kunnen de werkzaamheden

op efficiënte wijze worden uitgevoerd.

Het eerste resultaat was reeds op 26 oktober 1990 zichtbaar: Het hoogste punt van de eerste stal werd bereikt.

Ter gelegenheid hiervan werd op die dag op een feestelijke wijze door de voorzitter van de Stichting Praktijkonderzoek voor de Pluimveehouderij, de heer K.P.A.J. Boonen, de vlag gehesen en een herinne-ringssteen aangebracht.

Verwachtingen

Als alles volgens plan verloopt (en regenachtige en winterse weerstomstandigheden zich niet al te veel zullen laten gelden) kan de eerste stal in mei 1991 geheel gereed zijn. In augustus 1991 zou dan de laatste stal kunnen worden voltooid.

VERKLARING

GEBRUIKTE

AFKORTINGEN BIJ DE STALLEN::

1. MV = Mechanische Ventilatie LP = Luchtverdeelplafond 2. VG = Voedergoot VP = Voederpan 3. N = Nippel RD = Ronde Drinker 4. TL = TL verlichting 5.cv = Centrale Verwarming ML = Mestbandluchtverwarming GS = Grasstralers 6. EB = Eierband

IND = Individuele legnesten NVT = Niet van toepassing DIV = Diverse legnesten 7 MB = Mestband

MP = Mestput

NVT = Niet van toepassing

(2)

dit jaar nog meer gebeurtenissen plaats: Het in ge-bruik nemen van het nieuwe IKC-gebouw voor de Daarmee zal dan ook het nieuwe pluimveeproefbedrijf

haar bijdrage kunnen leveren aan het feit, dat 1991

voor de plurmveehouderij een gedenkwaardig jaar zal

worden. Behalve de officiele opening van het proefbe- het 25 jarig bestaan van de NOP en het 70 jang drijf, welke voor september 1991 is gepland, vinden er jubileum van het COVP “Het Spelderholt”.

pluimveehouderij (eveneens op “Het Spelderholt”),

Hoofdgegevens van de stallen

Ouderdierenstal met 2 hoofdafdelingen -Ouderdierenstal met 4 hoofdafdelingen

Leghennenstal Opfokstal leghennen Opfokstal ouderdieren

1

Omschrijving Slachtkuikenstal Lengte (m) 94.8 70.4 45.5 41.3 76.5 54.4 54.4 Breedte (m) 16 16 16 17.7 16 14.6 14.6 Aantaldierruimtes 16 16 4 1 4 8 16 16 Oppervl. (m2) perdierruimte 75 52 100 70 136 104 27 27

Aantal dieren perm 2 20 3.6 8.3 5.6 29.4 17.3 7.6 7.6

Aantal dieren per afd. 1500 187 830 400 4000 1800 205 205

Aantal dieren per hok 24000

Ventilatiesystemen (1) MV Voedersysteem (2) VP Drinkwatervoorziening (3) N Verlichting (4) TL Verwarming (5) CV Eiet-verzameling (6) NVT-3000 3320 400 16000 14400 3280 3280 M V MV MV MV/LP MVILP MV MV VP VP VP VG VG VP VP RD RD RD N N RD RD TL TL TL TL TL TL TL CV/GS CV CV CV/ML ML CV CV NVT NVT NVT NVT EB IND DIV Mestafvoer (7) NVT NVT NVT NVT MB MB MP/MB M P

Foto: De voorzitter van de Stichting Praktijkonderzoek voor de Pluimveehouderij bij het aanbrengen van de herinneringssteen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor de hoek werden een tiental palen ingeheid, die het wegglijden van deze aanaarding moesten verhinderen (fig. Bij de reconstructie van de oeverwal blijkt

Er zijn tijdens de survey 2 mosselstrata (M1 & M2) en 3 kokkelstrata (K1 t/m K3) onderscheiden met ieder een andere verwachting voor het aantreffen van de mosselen en

De auteurs nemen u mee in hun onderzoek naar kennis en in het bijzonder naar ervaringskennis: kennis die mensen ontwikkelen door lang actief te zijn in een werkveld, kennis die

Door meer betrokken te zijn in het leerproces van hun kinderen verbeteren ouders hun eigen basisvaardigheden en ontwikkelen ze het vertrouwen en de kennis die ze nodig hebben

Door teloorgang van het tradionele beheer als visteeltvijver, waarbij periodieke droogleggingen de vorming van een uitgebreide sliblaag tegengingen, en door de aanvoer van

Een verdere analyse van oude pachtboeken – die voor de Heirnisse reeds beschikbaar zijn vanaf 1417 – kan aantonen of het landgebruik tijdens het Ancien régime steeds weiland is

Vooral hoogproductieve koeien zijn veelal niet in staat om voldoende extra ruwvoer op te nemen om de conditie op peil te houden.. Wellicht door het jaarrond ver- strekken van

• Richt de meter verticaal omhoog op de lampen en houdt de meter waterpas (zoveel mogelijk) • Eventueel kan de lichtmeter op een plukkar gemonteerd zijn (let op waterpas