3 Wettelijke mogelijkheden tot een gebiedsverbod buiten de Wlt
3.5 Toetsing van de aanvullende werking
ex-zedendelinquent, waardoor bij een groot aantal inwoners van de gemeente angst ontstaat, maar waarbij individuele burgers geen voldoende belang hebben om een individueel gebiedsverbod te vorderen (zie ook Huls & Brouwer, 2011). Exact deze situatie deed zich in 2013 voor bij de rechtbank Midden-Nederland: de gemeente Veenendaal vorderde een aantal gebiedsverboden ten aanzien van een veroordeelde zedendelinquent die gedurende het voorwaardelijke deel van zijn straf woonachtig was in een flatgebouw waar veel kinderen woonden (ECLI:NL:RBMNE:2013:5494). Met diens aanwezigheid in het flatgebouw en in de wijk, zou de justitiabele volgens de gemeente een inbreuk maken op het woongenot, op het recht op een goed woon- en leefmilieu en het recht op de persoonlijke levenssfeer van de omwonenden. De vorde-ring is echter afgewezen, omdat er geen aanwijzingen waren dat de betrokkene zich onrechtmatig heeft gedragen of zal gedragen.
Tabel 3.1 Toetsing aanvullende werking
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking Strafrechtelijke modaliteiten
Gedragsaanwijzing van de officier van justitie (art. 509hh Sv)
Nee Nee: voorbereidend
onderzoek
Ja: kan betrekking hebben op gedragingen jegens slachtoffers
Nee: maximaal een jaar Nee
Voorwaardelijke schor-sing voorlopige hechtenis (art. 80 Sv)
Ja Nee: voorbereidend
onderzoek
Ja: kan vermindering van recidivegevaar als doel hebben
Nee: voorafgaand aan het rechterlijk vonnis
Nee
Rechterlijk bevel ter handhaving van de open-bare orde
(art. 540 e.v. Sv)
Ja Nee: voorbereidend
onderzoek
Nee: dient ter hand-having van de openbare orde
Nee: wordt zelden tot nooit opgelegd
Nee
Bijzondere voorwaarde bij voorwaardelijke straf (art. 14c lid 2 Sr)
Ja, maar alleen bij deels voorwaardelijke straffen (art. 14a lid 2 Sr)
Ja Ja Nee: niet bij VB, want de
tbs-maatregel kan niet worden gecombineerd met een voorwaardelijke straf; niet bij v.i. want er is geen v.i. bij deels voorwaardelijke straf;
niet bij GVM want deze start na afloop van alle voorwaardelijke kaders
Nee
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking Voorwaarden bij tbs met
voorwaarden (art. 38 Sr)
Ja Ja Ja Nee: niet bij VB, want
die is er niet bij tbs-vw;
niet bij v.i. want als een tbs-vw is gecombineerd met een gevangenisstraf vangt deze aan op het moment v.i. en loopt daarmee gelijktijdig; niet bij GVM want deze start na afloop van alle voor-waardelijke kaders
Nee
Voorwaarden bij voor-waardelijke ISD (art. 38p Sr)
Ja Ja Ja Nee: naast een
voor-waardelijke ISD kan geen tbs en dus geen VB worden opgelegd; naast ISD is gevangenisstraf en v.i. ook niet mogelijk (ECLI:NL:HR:2006:AV11 61); de GVM wordt pas ten uitvoer gelegd na afloop van alle voorwaar-delijke kaders
Nee
Vrijheidsbeperkende maatregel (art. 38v Sr)
Ja Ja Ja Ja: kan van kracht zijn
gedurende de gevange-nisstraf, v.i., tbs-maat regel, VB en GVM
Ja
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking Verlof uit een tbs-kliniek
(Verlofregeling, Bvt en Rvt)
Ja Ja Ja Nee: verlof gaat vooraf
aan tenuitvoerlegging van de GVM, v.i. of VB
Nee
Verlof uit een P.I. (Pbw en Rtvi)
Ja Ja Ja Nee: verlof gaat vooraf
aan de tenuitvoerlegging van de GVM, v.i. of VB
Nee
Voorwaardelijke gratie (art. 13 Gratiewet en 6:7:1 e.v. Sv)
Ja Ja Ja Nee: indien
voorwaar-delijke gratie wordt verleend, zal de GVM niet ten uitvoer worden gelegd en zal de ver-oordeelde niet met v.i.
gaan; de gratieverlening kan naast de gevange-nisstraf ook betrekking hebben op tbs met ver-pleging, maar dan wordt geen VB verleend
Nee
Aanwijzing bij een straf-beschikking (art. 257a lid 3 Sv)
Nee Nee: buitengerechtelijke
afdoening
Ja Nee: de kans op
toe-passing daarvan is, gezien de ernst van de delicten waarop de Wlt betrekking heeft, zeer klein
Nee
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking Bestuursrechtelijke modaliteiten
Huisverbod (art. 2 jo. 9 Wth)
Kan worden opgelegd indien sprake is van seksueel of lichamelijk geweld, maar het is on-waarschijnlijk dat, wanneer sprake is van ernstige zeden- of geweldsdelicten, het strafrecht niet zal worden ingezet (Staatsblad, 2008)
Ja, kan in principe gelijk-tijdig aan of na afloop van een strafrechtelijke sanctie worden opgelegd, maar werkt vooral aan-vullend wanneer het strafbare feit (nog) niet bewezen is of wanneer de verdachte zich tijdens het voorbereidend onderzoek in de vrije samenleving bevindt
Ja Nee: voorziet alleen in
een tijdelijke, kort-durende oplossing (maximale termijn is 4 weken).
Nee
Gebiedsverbod
(art. 172a Gemeentewet)
In theorie wel mogelijk, maar hoogst onwaar-schijnlijk vanwege de eis van verstoring van de openbare orde
Ja, kan in principe gelijk-tijdig aan of na afloop van een strafrechtelijke sanctie worden opgelegd
Nee, het doel is het voorkomen van de verdere verstoring van de openbare orde
Ja: maximale termijn van 1 jaar
Nee
Lichte bevelsbevoegd-heid van de burge-meester (art. 172 lid 3 Gemeentewet)
In theorie wel mogelijk, maar hoogst onwaar-schijnlijk vanwege de eis van verstoring van de openbare orde
Ja, kan in principe gelijk-tijdig aan of na afloop van een strafrechtelijke sanctie worden opgelegd
Nee: handhaving van de openbare orde
Nee: niet langdurig Nee
Regelingen in de APV Ja Ja Nee: handhaving van de
openbare orde dan wel terugdringen van gevaar
Afhankelijk van de wet-telijke basis
Nee
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking Civielrechtelijke modaliteiten
Onrechtmatige daad in combinatie met een rechterlijk verbod via kortgedingprocedure
Ja Ja Ja Ja: kan naast een
straf-rechtelijk gebiedsverbod, maar ook na afloop van de termijn van het straf-rechtelijk gebiedsverbod dat in het kader van de v.i., VB of GVM is op-gelegd
Ja
Onrechtmatige daad in combinatie met een schadevergoeding in natura via kortgeding-procedure (art. 6:162 jo.
6:103 BW en 254-260 Rv)
Ja Ja Ja Nee: dergelijke
vorde-ringen worden in de praktijk zelden tot nooit toegewezen
Nee
Modaliteit
Doelgroep (zeden- en ernstige gewelds-delinquenten)
Oplegging executie-fase
Gebiedsverbod dient ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden
Aanvulling op Wlt-modaliteiten qua duur of inhoud
Eindconclusie aan-vullende werking De voorwaardelijke
machtiging (art. 28aa Wzd)
Ja Ja Ja, mogelijk: het doel
van de machtiging is het afwenden van gevaar voor de betrokkene zelf of voor anderen, zodat de voorwaarden die aan de voorwaardelijke machtiging worden ver-bonden ter bescherming van slachtoffers of nabe-staanden kunnen dienen.
Nee: kan voor een tijde-lijke oplossing zorgen wanneer strafrechtelijke maatregelen, zoals de tbs-maatregel niet op-gelegd of (verder) ten uitvoer gelegd kunnen worden. Maar toepas-singsbereik is te beperkt om als relevant te beschouwen
Nee
Voorwaardelijk verlof en voorwaardelijk ontslag (resp. artt. 47 lid 9 en 48 lid 10 Wzd)
Ja Ja Nee: de voorwaarden
hebben niet direct de be-scherming van slacht-offers of nabestaanden als doel.
Nee: hoewel er geen maximale termijnen zijn verbonden aan het verlof en voorwaardelijk ontslag, is het onwaar-schijnlijk dat deze van lange duur zijn
Nee
De zorgmachtiging op grond van de Wvggz
Ja Ja Nee: zorg staat centraal. Nee: gebiedsverboden
worden zelden opgelegd Nee
Collectieve rechts-vordering door de burgemeester (art. 3:305b BW)
Ja Ja Nee: het gaat om de
belangen van een grote groep burgers en niet om de bescherming van individuele slachtoffers of nabestaanden.
Afhankelijk van de vordering
Nee