• No results found

Passeren van twee verdedigers

In document De VoetbalTrainer (pagina 92-100)

Doel

- leren om uit de moeilijke situatie te komen

Organisatie

- hele kleine ruimte, afhankelijk van niveau

- drietal met één bal

Inhoud

- passieve verdediger die in eerste

instantie goed meebeweegt met de speler met bal (dus je teamgenoot helpen om beter te worden)

- verdediger voorbijkomen, andere achterlijn halen en dan de volgende aanvaller inspelen

- aanvaller wordt verdediger

- verdediger sluit achteraan bij aanvallers

Coaching

- net doen alsof je passt of schiet, zodat de tegenstander op het verkeerde been staat

- ‘groot maken’, ruimte gebruiken - explosiviteit

- steeds reageren op verdediger, steeds andere combinaties maken

Methodiek

- met drie ‘verdedigers’ die in de weg lopen om de aanvaller met bal te leren helpen uit de moeilijke situatie te komen

Passeren/scoren

Organisatie

- De ruimte is iets minder diep dan een half speelveld - Vier doelen met keepers

Inhoud

- Vanuit de hoek wordt speler A ingespeeld die vervolgens een voorzet geeft aan een inkomende speler die afrondt op doel - De speler die heeft afgerond, draait om en wordt vanaf de andere achterlijn ingespeeld en gaat het duel 1:1 aan om op het andere doel te kunnen afwerken

- Er wordt twee kanten op gewerkt, dus van beide zijden komen de voorzetten

- De spits die eerst afrondde, wordt de volgende bal verdediger bij het duel 1:1

Methodiek

- Eén minuut de oefening zo explosief als mogelijk

Coaching

Aanvaller bij duel 1:1 - Eerste aanname

- Hoge frequentie met dribbelen

- Hoge beginsnelheid bij de dribbel met overtuiging Verdediger bij duel 1:1

- Door de knieën - Sliding inzetten

- Eén kant op dwingen Variatie

- Met 1-2 combinatie voordat de voorzet gegeven wordt

- Met meer of minder spelers. Met zes spelers wordt de oefening te zwaar.

Inhoud

- Duel 1:1 frontaal Methodiek

- Weerstand van verdedigers opbouwen

Partijspel 2:2

Organisatie

- Dezelfde organisatie met vier doelen en keepers als

trainingsvorm 1, maar nu met een groot rechthoek binnen het veld waarbinnen de verdedigers mogen verdedigen. Daarbuiten mogen zij niet komen.

- Acht spelers (vier tweetallen)

- Géén hesjes: spelers moeten nog beter opletten en over de bal kijken

Inhoud

- 2:2 frontaal

- Alleen koppend scoren

Methodiek

Makkelijker maken voor aanvallers:

- Met hesjes

- Met vrij gebied voor aanvaller na duel 1:1 (om voorzet te kunnen geven)

Coaching

- Speler met bal:

- ‘De voorbeweging die je maakt, moet functioneel zijn. Hij is bedoeld om de tegenstander uit balans te krijgen.’

- ‘Maak de beweging om je tegenstander te passeren en kwijt te raken.’

(Te veel spelers maken de beweging óm de beweging.)

- ‘Wacht tot de verdediger hapt. Dát is het moment dat je er overheen gaat op snelheid.’

- Tweede speler:

- ‘Ga niet op gelijke hoogte lopen als je medespeler met bal.’

- ‘Maak ruimte in de kleine ruimte die er is. Trek weg. Maak een schijnactie zonder bal om je tegenstander de verkeerde kant op te sturen.’

- Verdedigers:

- ‘Coach elkaar! Het gaat om winnen. Daar moet je alles voor doen.’

Partijspel 3:3

Bij 3:3 zijn er drie linies en twee keepers. We spelen dan op een relatief lang veld, zeg maar een half veld. Die diepte heb je nodig voor de acties. De eerste speler (dat kan zowel 4, 10 als 9 zijn) krijgt de bal van de keeper. Door de loopacties van de andere twee spelers, heeft hij drie mogelijkheden. De individuele actie of één van de medespelers aanspelen, die dus niet in elkaars lijn moeten staan. De creativiteit van de spelers wordt nu gekoppeld aan ruimte, richting, tactisch denken, óók voor de verdedigers.

Partijspel 4:4

Doel

- verbeteren van de technische vaardigheden onder druk van de tegenstander

Organisatie

- veld van 30x20 meter - twee doelen met keepers

Inhoud

- partijspel 4:4

- beginformatie is 1:1:1:1

Coaching

- eerst groot maken bij balbezit - elke positie bezet houden

- speel 1:1 met de tegenstander vóór je op snelheid uit

- probeer uit de moeilijke situatie te komen met een tegenstander naast of voor je

- naar elkaar kijken, over de bal kijken - ‘wie wordt de speler van het toernooi?’

Partijspel 5:5

Bij 5:5 kun je drie spelers in de as neerzetten, net zoals bij het 3:3, maar nu komen er twee spelers aan de zijkanten bij. We

spelen weer op een half veld en het staat overal één tegen één. Er zijn voldoende open ruimtes om te gebruiken. Op de flanken ligt er relatief veel ruimte vóór je. Dan kun een passeeractie maken, maar ook dreigen met overzicht, waarna een voorzet volgt zonder je directe tegenstander te passeren. Daar heb je weer

traptechniek voor nodig. Door de formaties bij 5:5 aan te passen, kun je weer heel andere accenten leggen. Als de spits inzakt, krijgen de buitenaanvallers misschien grotere kansen om zelf tot doelpogingen te komen. Buitenaanvallers scoren tegenwoordig

steeds minder vaak. Dat komt omdat er te statisch gespeeld wordt. Ze stáán er al, in plaats van er te komen. De positie

nummer 10 zou je ook kunnen vervangen door de nummers 6 én 8, waardoor je nog verrassender kunt aanvallen.

Partijspel 8:8

Doel

- creëren van een overtalsituatie

- uitspelen van het duel één tegen één

Organisatie

- veld 40x50 meter, twee vakken - twee grote doelen met keepers

Inhoud

- partijspel 8:8 - 1:4:3 tegen 1:4:3

- 4:3 in vak 1 uitspelen, vervolgens het tweede vak inspelen en één speler

mag mee gaan, waardoor het daar 4:4 wordt (is vier keer 1:1)

Aanvallen

• SAMENWERKING IN DE AANVAL 1-2-3-4

• DIEP KIJKEN, DIEP SPELEN, AANSLUITEN BIJ SPITS

• HANDELINGSSNELHEID, AANNAME EN SCHIETEN

• VOORZET EN DOELBEZETTING

• DOELBEZETTING EN BEZETTING TWEEDE LIJN

• OPKOMEN VLEUGELVERDEDIGER

Verdedigen

• HOOG DRUKZETTEN EN LEIDEN NAAR EEN FLANK

• VOORKOMEN VAN DIEPTEPASS EN DRUK OP DE BAL

• DRUK OP DE BAL

• DRUK OP DE BAL EN VOORUIT VERDEDIGEN

• VOORKOMEN VAN DIEPTEPASS OP DE SPITS

• VOORKOMEN EN VERDEDIGEN VAN FLANKBALLEN

• ZONE VERDEDIGEN 1-2-3-4

• DRUKZETTEN EN ZONE VERDEDIGEN

• VERDEDIGEN IN ONDERTAL EN NAAR ZIJKANT DWINGEN

DeVoetbaltrainer

SAMENVATTING

Opbouwen

• SPEL VERPLAATSEN EN IEMAND VRIJSPELEN

• OVERTALSITUATIE MIDDENVELD

• SPELER OVERSLAAN EN SPELER VRIJSPELEN VOOR EINDPASS

• SAMENWERKING MIDDENVELD EN VOORHOEDE

• BEWEGEN ZONDER BAL EN BAL VRIJ MAKEN

• POSITIE KIEZEN ZONDER BAL EN KEUZES AAN DE BAL

• OPBOUWEN NA BALVEROVERING

• POSITIESPEL ROND MIDDENLIJN

• LOOPACTIES ZONDER BAL EN HANDELINGSSNELHEID

• MOMENT VAN DIEPGAAN EN MOMENT VAN PASSEN

Trainingsvormen

In document De VoetbalTrainer (pagina 92-100)