• No results found

4. SAMENSTELLING EN TAAKUITVOERING

4.3 Omvang en samenstelling adviesteams

Dit betekent dat vrijwel alle adviseurs ten minste twee perioden van drie jaar actief adviseur zijn (geweest) van de LEBZ. Enkele adviseurs zijn langer actief geweest dan de voorgeschreven periode van twee keer drie jaar. Volgens de coördinatoren gaat het hierbij om adviseurs met specialistische kennis, bijvoorbeeld over het verhoren van kinderen, waarvoor het soms lastig zou zijn een deskundige vervanger te vinden.

Tabel 4.7 Gemiddelde aantal jaren lidmaatschap LEBZ per discipline

Discipline Jaren

Rechtspsychologen/ cognitief psychologen 6 Gezondheidszorgpsychologen/ orthopedagogen 6

Rechercheurs Nationale Politie 5

Rapporteurs LEBZ 5

Coördinatoren 18

Onderzoekers LEBZ 2

Totaal gemiddelde 6

Inwerkperiode

In de interviews met de LEBZ-adviseurs is opgemerkt dat zij door de LEBZ zijn gevraagd om adviseur te worden. Wanneer een adviseur actief LEBZ-adviseur wordt, volgt er een korte inwerktijd. Hierin heeft de kandidaat-adviseur eerst een aantal gesprekken met de coördinatoren. Daarna sluit een kandidaat aan bij enkele zaakbesprekingen. Dit zagen wij ook terug in de inhoudsanalyse van LEBZ-adviezen: bij sommige zaakdossiers waren meer dan vier adviseurs betrokken. Meestal ging het in die gevallen om vijf en een enkele keer om zes adviseurs. De geïnterviewde LEBZ-adviseurs geven vrijwel allemaal aan dat ze bij twee of drie zaakbesprekingen hebben meegekeken voordat ze zelfstandig aan de slag zijn gegaan als adviseur bij de LEBZ.

Tabel 4.8 Aantal betrokken adviseurs bij de rapportages

Aantal betrokken adviseurs Aantal rapportages %

Twee adviseurs 2 1%

Drie adviseurs 2 1%

Vier adviseurs 135 87%

Vijf adviseurs 15 10%

Zes adviseurs 1 1%

Totaal 155 100%

In totaal waren 48 verschillende adviseurs betrokken bij de 155 LEBZ-zaken in de periode 2016 tot en met 2021 (exclusief kandidaat-adviseurs). Bij het toewijzen van zaken aan adviseurs houden de coördinatoren er rekening mee dat adviseurs niet deelnemen wanneer zij in een zaakdossier één of meer bij de zaak betrokken personen kennen of als zedenrechercheur of recherchepsycholoog betrokken zijn of werken bij de afdeling of eenheid.

Aantal beoordeelde zaken per adviseur

Gemiddeld werden adviseurs dertien keer betrokken bij een zaak, met een range van minimaal één zaak (van een onlangs actief geworden adviseur) tot een maximum van 40 zaken door twee al jarenlang aan de LEBZ verbonden adviseurs (zie Tabel 4.9). De twee adviseurs die 40 zaken hebben beoordeeld zijn beide in dienst bij de Nationale Politie als recherchepsycholoog en rapporteur. De overige rapporteurs waren gemiddeld bij zeven zaken betrokken in de periode 2016 tot en met 2021.

Tabel 4.9 Verdeling van het aantal zaken per adviseur in de periode 2016 tot en met 2021 Aantal

< 5 zaken 12

5-10 zaken 11

11-15 zaken 9

16-20 zaken 4

21-25 zaken 4

26-30 zaken 6

> 30 zaken 2

Totaal 48

Gewenst minimum aantal

Om de kennis van LEBZ-adviseurs op een hoog niveau te houden hebben de coördinatoren voorwaarden gesteld aan hun minimale inzet (zie ook paragraaf 5.1 van deze rapportage).

Adviseurs dienen jaarlijks tenminste vier zaakdossiers te beoordelen, voor rechercheurs die werkzaam zijn in zeden geldt ten minste twee zaken.

Adviseurs

In 2022 zijn 24 adviseurs betrokken bij de LEBZ die jaarlijks betrokken zijn bij gemiddeld 26 zaken. Jaarlijks zijn er 78 adviseursplekken op te vullen, per zaak zijn immers drie adviseurs nodig. Gemiddeld zouden de 24 adviseurs gemiddeld bij maximaal drie zaken betrokken kunnen zijn, het beoogde aantal van tenminste vier zaken per adviseur per jaar kan met 24 adviseurs niet worden gehaald. Adviseurs zijn echter niet altijd inzetbaar en sommige zaken vragen specifieke kennis en achtergrond. In de LEBZ-adviezen zien we dat de adviseurs jaarlijks heel wisselend betrokken zijn bij het aantal zaken dat zij beoordelen:

van een enkele zaak tot soms wel elf zaken in een jaar.

Zedenrechercheurs

De zedenrechercheurs zouden jaarlijks bij tenminste twee zaken betrokken moeten zijn.

Er zijn in 2022 acht zedenrechercheurs actief adviseur van de LEBZ. Zij zijn gemiddeld zo’n drie keer ingezet. Ook hierbij doen zich individuele verschillen voor en loopt het aantal uiteen van een enkele zaak tot zes zaken per jaar.

Overeenkomsten en verschillen in uitkomsten

Nagegaan is of er overeenkomsten/verschillen te zien zijn in de uitkomsten op basis van samenstelling, zaakcategorie of andere zaakkenmerken. Op basis van de 155 LEBZ-adviezen die in de periode 2016 tot en met 2021 zijn opgesteld in de inhoudsanalyse van LEBZ-adviezen, is gekeken naar de samenstelling van de groep van vier adviseurs en de eventuele beïnvloeding van die samenstelling op de uitkomsten van de adviezen. Hierbij is eerst gekeken hoe vaak het voorkomt dat een groep van vier dezelfde adviseurs een zaak heeft beoordeeld. Daarnaast is nagegaan hoe vaak het voorkomt dat een team van vier adviseurs een zaak heeft beoordeeld, waarbij telkens drie dezelfde adviseurs zijn betrokken die derhalve een meerderheid vormen.

Vier dezelfde adviseurs

Gekeken naar alle 155 zaken blijkt dat een groep van vier dezelfde adviseurs slechts hooguit twee zaken samen heeft beoordeeld.

Drie dezelfde adviseurs

Het komt bij zeven rapportages voor dat een adviesgroep van telkens drie dezelfde adviseurs, aangevuld met een vierde andere adviseur, deze zaken heeft beoordeeld.

Verder heeft een adviesgroep van drie dezelfde adviseurs nooit meer dan twee zaken beoordeeld.

Dit betekent dat, gezien de sterke diversiteit aan samenstellingen per zaak, het niet of nauwelijks voorkomt dat drie of vier dezelfde adviseurs meer dan twee verschillende zaken hebben beoordeeld. Gezien de beperkte keren dat drie of vier adviseurs in dezelfde samenstelling zaken hebben beoordeeld, kunnen we hierin geen patronen herkennen.

Deskundigheid

Van de 35 adviseurs in de periode 2016 tot en met 2021 zijn er 27 werkzaam op een universiteit als (emeritus) hoogleraar (15) of universitair (hoofd)docent (12). Van de huidige adviseurs (maart 2022) zijn er acht (emeritus) hoogleraar en vijf universitair (hoofd) docent. De huidige en voormalige adviseurs zijn of waren werkzaam op tien verschillende universiteiten, onder meer in klinische psychologie, rechtspsychologie, (experimentele) psychologie, psycho-traumatologie, psychopathologie en criminologie.

Twee adviseurs zijn in de periode dat zij aan de LEBZ verbonden zijn hoogleraar geworden.

Onder de gepromoveerden zijn er twee universitair docent, eveneens twee universitair hoofddocent en twee verbonden aan (landelijke) kenniscentra op het gebied van (psycho)trauma.

De hoogleraren en universitair (hoofd)docenten publiceren artikelen in wetenschappelijke vakbladen over relevante thema’s voor de LEBZ, zoals over seksueel misbruik van kinderen, trauma en geheugen, posttraumatische stress, het effect van middelengebruik

op het geheugen, valse herinneringen, vertraagde onthullingen van seksueel misbruik, de betrouwbaarheid van ooggetuigenverklaringen en dissociatieve stoornissen. Ze worden geselecteerd en gevraagd hun bijdrage te leveren aan de LEBZ op basis van hun expertise op het vakgebied.

De acht adviseurs die niet werkzaam zijn op een universiteit zijn als gezondheidspsycholoog, klinisch psycholoog of orthopedagoog werkzaam bij onder meer traumacentra en zorgorganisaties. Zij zijn gespecialiseerd op gebieden als seksueel misbruik bij verstandelijk beperkten, (psycho)trauma’s en seksuele trauma’s. Deze adviseurs hebben vaak eerder op een universiteit gewerkt als onderzoeker.

Zedenrechercheurs

De betrokken zedenrechercheurs zijn allen in dienst bij de politie. De zedenrechercheurs dragen bij over opsporing in zedenzaken vanuit hun vak- en praktijkkennis. Zij zijn vaak gespecialiseerd als studioverhoorder of recherchekundige.

Recherchepsychologen

De recherchepsychologen hebben wetenschappelijke kennis en ervaring met advisering in opsporing, zoals verhoren. Zij zijn allen in dienst bij de politie bij diverse eenheden en hierin betrokken bij vele zedenzaken.

In de interviews komt naar voren dat alle LEBZ-adviseurs is gevraagd adviseur te worden van de LEBZ op basis van hun deskundigheid en expertise. De adviseurs die wij spraken gaven aan dat elke adviseurs op basis van eigen kennis en ervaring een zaak beoordeelt.

Aan elke zaak wordt in een wisselende samenstelling van adviseurs gewerkt. Enkele adviseurs geven aan dat dit een waarborg is voor de kwaliteit, omdat de mogelijkheid van vooringenomenheid bij het beoordelen van een zaak bij een wisselende samenstelling vrijwel onmogelijk is.

De gesproken LEBZ-adviseurs vinden over het algemeen dat de deskundigheid op alle vakgebieden die voor de beoordeling van een zedenzaak relevant kunnen zijn, goed zijn vertegenwoordigd. Een enkele adviseur vroeg zich af of er voldoende (forensisch) medische kennis aanwezig is om medische zaken te beoordelen. Een andere adviseur merkte daarover op dat bij een tekort aan kennis wel eens een externe extra adviseur is ingezet voor gespecificeerde kennis en deskundigheid.