• No results found

fiiiiiiiiiiiiiiiiiï10t nu toe konden Mama en Poekie 't volstrekt niet e ns worden. Fritsie wilde dien morgen met Tidjem bij Bok Sidin een visite gaan maken, en hier kon,

lI~I~~;~

volgens Mama, niets van inkomen.

"Waarom niet?" vroeg Fritsie.

"Omdat er veel zieke menschen zijn in de kampong, en Fritsje dus ook wel ziek kon worden."

, Daar O'eeft Fritsie niks om, en Tidjem z gt, dat 't niks erg is ... '. Ik ga toch, want 'k heb al gr en voor Sikkie klaar gelegd. Bok Si din heeft beloofd om ketan (een soort rijstspijs) te maken, en ik breng wat voor Je mee."

"Dat is h el lief van je Poekie, maar je moogt toch niet gaan, vent."

86

Poekie vond 't overbodig langer over de zaak te redeneeren. Hij liep hard weg, haalde zIJn zonnehoed, riep Tidjem, en stapte vast vooruit.

Mama was wel een beetje boos, maar ze had toch schik in die kleine zich reppende beentjes, de tjemara (dennen) laan af, op den grooten weg toe. Ze riep Wongso, om Njotje terug te halen. Wongso moest nog hard draven, want Poekie zette 't op een loopen, toen hij den huisjongen zag aankomen. 't Hielp hem helaas geen zIer.

"Fritsje," zei mama nu, met een ernstige stem en opgeheven voorvinger: "je bent verbazend ongehoor-zaam. Dat had 'k nooit van je gedacht .... "

Maar Fritsie, nauwelijks door Wongso losgelaten, was al wêer weg gehold.

Eigenlijk moest je er om lachen, dat zoo'n kleine, domme peuzel nou heusch dacht 't te kunnen winnen van een groot, verstandig menseh, doch mama werd nu toch wel echt boos op den stouten jongen.

Ditmaal was Wongso Fritsje te vlug af. Vóór hij buiten 't hek kwam, werd hij al wêer gevangen. "Laat me los, leelijkerd," schold hij zijn goeden vrind Wongso.

"Pas op hoor I ik bijt je."

Maar Wongso zette Fritsje al weer neer voor mama,

87

die haar kleinen zoon van hem overnam, en naar zijn kamer droeg. Dat was een hee1e toer, want Fritsie verweerde zich wat hij kon, en gaf mama veel moeite.

Mama sloot Poekie 10 zijn kamer op, kwam even later terug met een touw. 't Kereltje lag op zijn buikje op den grond, trappelde met zijn voeten, en sloeg met zijn handen alsof hij zich tegen een leger van vijanden moest verdedigen. Mevrouw Canneheuvel strui-kelde over zijn voetje, en haar voorhoofd kwam met een bons tegen den ijzeren beddestijI. Fritsje merkte er niets van, dat ze ,,0 I 0 I" riep, en de geraakte plek wreef.

De pijn verbijtend, die haar de tranen in de oogen perste, zette mama Fritsje overend, sloeg het touw om zijn middel, en maakte dit met verscheidene knoopen stevig aan het ledikant vast. "Zóó doen we met kleine wildemannen, die niet luisteren willen," zei ze heel ernstig. "En nu blijf je hier, tot je de zeven knoopen hebt losgemaakt, en dan mag je mama exkulls vragen, Fritsie, en beloven om nooit meer zoo stout te zijn."

Poekie wou nog naar geen reden luisteren, hij beet in 't touw. en keek mama uit zijn donkere oogen ver-schrikkelijk kwaad aan. Eensklaps kwam er een verlegen trek op zijn rood behuild gezichtje. Hoe kwam mama

aan dien bult op haar voorhoofd? Had hij haar zoo

gestompt? ... " Met bevende lippen, strekte hij be-rouwvol zijn armpjes naar haar uit, alle boosheid en drift waren als bij tooverslag verdwenen.

Maar mama schudde 't hoofd. Eerst moet Fritsje lang en goed nadenken over zijn ondeugendheid. Als al de knoopen los ZIJn, zullen we verder zien." En zij verliet de kamer.

Nel kwam uit school, haar tas eh zwaaiend, 't erf op.

"Po kie waar ben je? riep ze al van verre, want ze had van Lous een beeldig plaatje voor hem meegebracht.

Kleine Poekie was chter nergens te zien, terwijl hij haar anders tegen dezen tijd steeds in de tjemara-Iaan tegemo t li p.

In de achtergalerij vond Nel mama en djait druk bezig met knippen en naaien.

Binn n eenige w ken werd er 111 de Soos een ge-costumeerd kinderbal gegeven, en de Canneheuveltjes mochten er allen heen. Nel zou een Raden-Ajoe (voor-name Inlandsche dame) voorstellen, en mama was al dagen lang in de weer met patronen uitzoeken, bestellen, passen en meten, want Nel's costuum moest in de punties zijn.

Mama zag bleek, en had een doek om 't hoofd.

"Dag mampie, heeft U hoofdpijn? hoe naar voor U," zei Nel hartelijk. En toen voegde ze er in één adem bij: "Weet U ook waar Loekie is? 'k Kan hem

nergens vinden, en zijn kamerdeur zit op slot."

"Loekie is verbazend stout geweest, Nel, hij heeft straf. 'k Heb hem in zijn kamer opgesloten ... "

"Hé ma, mag hij er nou weer uit? Poekie heeft altijd dadelijk berouw, en hij is nog zoo klein," ver-ontschuldigde Nel.

"Als 'k met 't nàknippen van dit patroon klaar ben, zullen we eens naar den bengel gaan kijken," beloofde mama. "Kom maar over een kwartiertje terug."

Nel zorgde wel, dat ze geen halve minuut later was, en mama ging dadelijk met haar mee·

Fritsje lao- in b d g rust te slapen.

Hij had vier knoopen los gemaakt, zijn vingertjes rustten nog op den vijfde. Die zat dan al verbazend stevig vast, en over den vermoeienden arbeid heen, was hij in slaap gevallen.

't Touw reikte net lang geno g, dat hij 111 bed kon kruipen.

Glimlachend stonden mama en Nel een poosje naar hem te kijken. Hij zag er zoo schattig uit met zijn bruine krullen en roode wangen.

90

Fritsje voelde zeker, dat er naar hem gekeken werd, want op eens sloeg hij zijn donkere kijkers op en zat, pardoes, recht in bed.

"Fritsie heeft er vier losgemaakt," vertelde hij triom-fantelijk, "en ik heb verschrikkelijk veel nagedenkt, "

voegde hij er bij, mama beschroomd aankijkend. Nu stak mama Fritsje de armen toe, Nel sneed het touw door, en Poekie kroop op mampies schoot, en fluisterde tusschen zijn zoentjes door: "Vraag skuus, vraag heel erg skuus," terwijl hij met zijn mollige handjes haar gezicht omvatte.

T oen raakte hij den doek om haar voorhoofd even aan en vroeg heel zachtjes: "Heb je veel pijn mampie? heeft Fritsie dat gedaan."

"Neen kindje, mama heeft zich gestoten, dat gaat

\vel \veer over. . . . . ' f

"Frits, je wordt al zoo'n groote jongen, doe nou eens je best om mama goed te begrijpen. Heusch ze verbiedt jullie nooit iets om haar eigen zin door te drijven, maar alleen, omdat 't beter is van niet, of omdat 't niet anders kan. Dat moet je goed onthouden, lieverd. Mama houdt immers veel te veel van jullie om je te plagen, of verdriet te doen . ... En dat gelooft Nel immers ook?" vervolgde ze, haar dochtertje naar

91

zich toetrekkend. "Ik heb jullie als een moeder lief, en jullie bestwil gaat mij boven alles."

Gevoelige Nel kreeg de tranen in de oogen. Wat kon Mampie de dingen toch lief en schattig zeggen I

"We willen erg ons best doen, hé Poekie, om lief en goed te zijn," sprak ze zacht aan broertjes oor, terwijl zij zijn krullebol streelde.

Poeki wist niet anders te doen, dan vele berouwvolle zoentjes op de vorige te laten volgen en toen waren alle zorgen van zijn hartje af.

Maar aan de rijsttafel roerde hij zijn mondje veel minder druk dan anders, en 't eten scheen hem niet erg te smaken.

Hij voelde zich ook niets op zijn gemak, wanneer er over mama's hoofdpijn werd gesproken, want 't kon toch wel zijn, dat hij mampie gestompt had, zonder dat hij 't wist. Papa scheen 't ook heel vreemd te vinden, dat mama hoofdpijn had, want ze beweerde altijd, dat ze daar nooit aan leed, en hij maakte er zich een beetje ongerust over, hoe ze daar nu zoo opeens aan kwam. Maar Fritsie kon gerust zijn. Alleen mama en hij wisten van die leelijke blauwe buil onder den doek verborgen.

En die goeie, trouwe mampie vertelde niets.