Opdracht 5 (de leerlingen werken samen) Toelichting bij opdracht 4
- Herhaal kort de schrijfopdracht en noteer in een T-schema op het bord:
……brief werk samen toon: afstandelijk (15 minuten) aanhef
afsluiting
- Vraag de leerlingen hun brief te schrijven (zie werkblad 2). - Geef aan welke materialen de leerlingen mogen gebruiken
In les 2 worden enkele brieven besproken. U doet aan het begin van deze les voor hoe dit gaat. Bereidt de demonstratie voor: vraag welke duo's mee willen doen. Kopieer de brieven
Les 12
Na het schrijven: over jullie brief praten en jullie tekst veranderen
Toelichting bij opdrachten 5, 6, 7 ).
Opdracht 5 (klassikale activiteit: demonstratie tekstbespreking) - Praat met 2 duo's over hun brieven
- Doe dat zo:
• Bespreek of de brieven een goede toon hebben. • Bespreek wat de toon afstandelijk maakt. • Koppel de kenmerken van de brief aan het doel. Opdracht 6 (leerlingen werken samen)
- Vertel dat de leerlingen nu samen over hun brief gaan praten. Ze gaan kijken of de toon van de brief past bij de persoon die ze niet zo goed kennen:
- Schrijf op het bord: -toon
-aanhef en afsluiting -namen
Opdracht 7 (leerlingen werken samen, werkblad 2)
- Vraag de leerlingen of ze nog iets willen veranderen aan hun brief.
- Zeg hen dat ze met een andere kleur pen veranderingen erboven mogen schrijven. - De brieven van de hele klas worden in één envelop verstuurd naar de persoon. - Vraag deze persoon om de leerlingen te bedanken voor hun brief.
Voorbeeldbrieven
Aan alle (oud) ouders, (oud) leerlingen, bestuursleden en andere vrienden van juf Carla Kwasenda, sinds 1995 leerkracht op onze school de Verrekijker in Rotterdam West Voorbeeldbrief 1
Geachte genodigde(n),
Door onvoorziene omstandigheden moeten wij het afscheid van juf Carla van komende donderdag helaas afzeggen. U ontvangt later een bericht van ons over de afsluiting van het schooljaar. Waar mogelijk zullen we dat moment gaan combineren met het voorgenomen afscheid.
Met vriendelijke groet,
Jasi Rommerts, directie de Verrekijker, basisschool Rotterdam West. ---
Voorbeeldbrief 2
Aan de ouders van groep 4c, Beste ouders,
Zoals u wellicht al heeft vernomen is de moeder van juf Carla onverwacht overleden. Juf Carla zal de komende dagen en de gehele volgende week afwezig zijn, omdat zij naar Suriname zal moeten gaan. Het spijt me te moeten melden dat ons grote afscheidsfeest daardoor verzet zal moeten worden. Voor de kinderen is voor de komende week gelukkig een invalster gevonden, Thirza Mijnalda, de LIO-stagiaire zal de lessen opvangen.
Mochten er vragen zijn, dan ben ik bereikbaar op maandagochtend en op woensdagmiddag vanaf 12.00.
Met vriendelijke groet,
Jasi Rommerts, directie de Verrekijker, basisschool Rotterdam West. ---
Voorbeeldbrief 3
Lieve Suzanne en Jacob,
Van harte gefeliciteerd woensdag met jullie 8ste verjaardag.
Het spijt me dat ik er niet bij zal zijn, maar ik zal aan jullie denken. Liefs juf Carla
--- Voorbeeldbrief 4
Beste Thirza,
De werkboekjes liggen op mijn bureau. Andere voorbereidingen vind je in mijn lerarenvak. Wil je eraan denken dat Suzanne en Jacob woensdag jarig zijn?
Ik hoop dat jullie een fijne week hebben met elkaar en wens jou veel plezier met deze fantastische klas.
Voorbeeldbrief 5
Aan alle ouders van basisschool het Kompas in Meppel Geachte ouders,
Meppel kampt rondom de Verlengde Meppelsegracht met een rattenplaag. Ook in het Kompas zijn aanzienlijke sporen van ratten gevonden. De ongediertebestrijdingsdienst is ingeschakeld. Daarom zien wij ons helaas genoodzaakt de school tot en met komende dinsdag volledig te sluiten.
Hoogachtend,
Jos Jensen in samenwerking met Gemeente Meppel --- Voorbeeldbrief 6
Beste kinderen van groep 4,
Jullie mooie werkstukken heb ik even mee naar huis genomen. Jullie hoeven niet bang te zijn dat jullie spullen door de ratten worden opgegeten. De tentoonstelling van de werkstukken, zullen we gewoon op woensdag kunnen houden.
6. Instructies groep 5
In dit hoofdstuk wordt een algemene toelichting gegeven op de lessen voor groep 5. Daarnaast wordt per lessenpaar een toelichting gegeven bij de lessen en bij de opdrachten en instructies op de werkbladen voor de leerlingen. De algemene aanwijzingen voor de taken van de leerkracht (zie hoofdstuk 4) worden gespecificeerd.
6.1 Algemene toelichting
De lessen voor groep 5 zijn in enkele opzichten anders opgebouwd dan de lessen voor groep 6- 7-8:
• In plaats van twee, komen er drie genres aan bod: verhalen, beschrijvingen en instructies. Hier is voor gekozen omdat het voor jongere kinderen afwisselender is om met meer tekstsoorten in aanraking te komen. Ze schrijven nu tweemaal een verhaal en twee maal een beschrijving, in plaats van drie maal. In de laatste vier lessen schrijven ze instructies. Ook wisselen de genres elkaar af: ze schrijven niet driemaal een verhaal of een andere tekstsoort achter elkaar, maar eerst een verhaal, dan een beschrijving, weer een verhaal en een beschrijving en ten slotte twee instructies.
• Er zijn geen aparte leerlingboekjes, de instructies voor de opdrachten worden door de leerkracht gegeven. De leerlingen maken de opdrachten op losse werkbladen. Alle instructies en werkbladen voor groep 5 zijn opgenomen in dit deel van de handleiding. De keuze om leerlingen van groep 5 niet met zelfsturend leerlingmateriaal te laten werken komt voort uit de ervaring uit de veldtesten van het materiaal: in groep 5 blijkt het werken met louter zelfsturend leerlingmateriaal voor te veel leerlingen te hoog gegrepen. Het werken met werkbladen bleek een goede oplossing: de leerkracht heeft wel de regie over de lessen, maar middels het werken met aparte werkbladen leren leerlingen geleidelijk aan wel om opdrachten zelfstandig uit te voeren. De opdrachten op de werkbladen hebben hetzelfde karakter als de opdrachten in de werkboekjes voor de groepen in de bovenbouw: leerlingen maken samen of alleen opdrachten voor, tijdens en na het schrijven, en
bespreken de opdrachten met een maatje.
• De focus van instructie (woorden die tijd en plaats aanduiden) in de verschillende lessen heeft een andere systematiek dan in de lessen voor groepen 6-7-8. Daar krijgen de leerlingen in ieder lessenpaar één focus van instructie, bijvoorbeeld: les 1-2 tijd, les 3-4 plaats en les 5-6 tijd en plaats samen. Omdat het voor jongere kinderen te complex is om bij het schrijven van één tekst tegelijkertijd op twee foci van instructie te letten, is er voor groep 5 voor de volgende opbouw gekozen: les 1-4 woorden die plaats aanduiden, les 5-8 woorden die tijd aanduiden, les 9-10 woorden die plaats aanduiden en les 11-12 woorden die tijd aanduiden. Zo werken ze in meerdere lessen met eenzelfde focus van instructie en nooit met twee tegelijk.
Waarover gaan de lessen?
In deze 12 schrijflessen leren de leerlingen teksten schrijven over het thema buiten spelen. In les 1-2 schrijven ze een verhaal over de keer dat ze iets gevonden hebben tijdens het
buitenspelen. Ze schrijven hun verhaal voor een schrift waaruit ze in de klas kunnen voorlezen. In les 3 en 4 maken ze een beschrijving van een geheime plekken waar ze ooit buiten gespeeld hebben. In les 5 en 6 schrijven ze een verhaal over hoe ze speelden toen ze jonger waren. In les 7 en 8 maken ze een beschrijving van kleuters die in de pauze buitenspelen. In les 9 en 10 schrijven ze een instructie voor het maken van een gek beest van gevonden voorwerpen. In les 11-12 schrijven ze een instructie voor een spel.
Introductie van de lessen
- Introduceer het thema door in een klassengesprek met de leerlingen te praten over buiten spelen. Wanneer spelen ze buiten? Waar spelen ze en met wie? Wat doen ze zoal? - Vertel de leerlingen dat ze verhalen, beschrijvingen en instructies gaan schrijven
over buiten spelen en dat ze in deze lessen gaan leren welke woorden ze kunnen
gebruiken om heel precies te beschrijven waar iets gebeurde (plaatswoorden) en wanneer iets gebeurde (tijdwoorden).
- Leg uit dat je niet zomaar begint met schrijven:
o Voor het schrijven denk je na over hoe je het aan gaat pakken o Tijdens het schrijven maak je de tekst duidelijk voor de lezer
o Na het schrijven ga je over je tekst praten met een klasgenoot en ga je je tekst veranderen
- Vertel de leerlingen dat er iets met hun teksten gebeurt. Als je schrijft, wil je ook graag dat je tekst gelezen wordt. De verhalen worden voorgelezen in de klas (les 1-2) en aan kinderen van andere klassen (les 5-6), er wordt een tentoonstelling georganiseerd van hun beschrijvingen (les 3-4), en hun beschrijvingen worden in op het prikbord gehangen in de klas (les 7-8). Met de instructies worden gekke beesten gemaakt (les 9-10) en een spel gespeeld (les 11-12).
6.2 Schrijfopdracht 1: Ik vond een keer……(Les 1-2)
Les 1
Focus van instructie In deze les leren leerlingen:
- dat je in een verhaal met plaatswoorden heel precies kunt beschrijven waar iets gebeurt (plaatswoorden).