• No results found

aandeel kleuters met onvoldoende halve dagen

7. De ruimte slim gebruiken

7.3. Brede sites

7.3.1. Gedeeld ruimtegebruik

De ruimte in Gent is schaars.

- Slimmer en beter plannen is daarom een noodzaak.

We worden een vaste partner bij stadsontwikkeling.

- Gedeeld gebruik is een basisprincipe.

We overwegen op elke site waar en in welke mate we ruimte delen. We doen dit niet enkel als er een behoefte is aan lokalen of buitenruimte. Bij nieuwbouw-projecten en renovaties hanteren we het

delen van ruimte als een standaard in een bouwprogramma. Ook al is er vandaag geen behoefte, we willen niets uitsluiten voor de toekomst.

Kernwoorden voor gedeeld gebruik zijn dynamisch, aanpasbaar, multifunctioneel. We delen met respect voor de eigenheid van iedere partner.

Delen van ruimte mag geen afbreuk doen aan eigenheid en de identiteit van iedere partner en de site. Deze identiteit komt vaak tot uiting in de

inrichting van een ruimte. De ruimtes moeten de identiteit van de vaste gebruiker of van de site uitstralen.

ACTIE

We onderzoeken op welke wijze bij elke renovatie en nieuwbouw in het Stedelijk Onderwijs rekening kan gehouden worden met genderinclusieve infrastructuur.

Gedeeld gebruik is voor de stedelijke bouwprojecten een beleidskeuze. Omwille van de grote maatschappelijke meerwaarde streven we ook in samenwerking met de andere onderwijsnetten naar gedeeld gebruik. Waar mogelijk creëren we een meerwaarde op vlak van inhoudelijke en pedagogische samenwerking, materiële meerwaarde of meerwaarde in de vorm van dienstverlening. Echter zijn dit geen voorwaarden om te delen. Delen is immers een basisprincipe.

Cruciaal voor het slagen van gedeeld gebruik is mede-eigenaarschap en een doordacht beheer van de sites. We formuleren heldere rollen en verantwoordelijkheden. Bij het clusteren van verschillende functies op één site moet een beheermodel op maat de gebruikers ondersteunen in het volledig proces van beheer. Deze ondersteuning is een voorwaarde om verweving van functies en delen van ruimte op een kwalitatieve manier mogelijk te maken.

Het verhuur van onze eigen infrastructuur optimaliseren we verder via het project zalenverhuur. Verder zetten we samen met schepen Storms en het Departement Facility Management in op het aanpassen van de infrastructuur aan de normen voor Publiek Toegankelijke Infrastructuur.

Delen van ruimte gaat verder dan het klassieke verhuur. We streven meer en meer naar multifunctionele stadsgebouwen waar meerdere functies samen inhuizen. Voor dergelijke stadsgebouwen is er nood aan een centraal beheer. Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd zal binnen de stadsorganisatie een actieve gesprekspartner zijn om dergelijke modellen uit te werken.

We bekijken in welke mate we de buitenruimte van sites delen. Scholen, kinderdagverblijven en de buitenschoolse kinderopvang hebben heel wat buitenruimte waar kinderen een belangrijk deel van hun dag doorbrengen. Daar spelen en leren ze. Door hun buitenruimtes te vergroenen, kunnen we op meerdere terreinen winst boeken. In buurten met weinig openbaar groen kan het openstellen van schoolspeelplaatsen ook voor extra recreatie en ontmoetingsplekken zorgen.

Het vergroenen van de schoolspeelplaatsen wordt aangepakt met ruime participatie van leerlingen, ouders, directies, leerkrachten, medewerkers van de kinderopvang en -dagverblijven en andere betrokkenen.Momenteel hebben al 55 scholen een GRAS-project voor de vergroening van hun speelplaats afgerond en zitten er 29 in de concretiserings- en uitvoeringsfase. Daarnaast verkennen 15 scholen de mogelijkheid om hier mee in te stappen.

Samen met de Sportdienst onder de bevoegdheid van schepen Bracke, inventariseren we de in- en outdoor sportdomeinen op de scholen en faciliteren we het gedeeld gebruik van de sportinfrastructuur.

7.3.2. Geïntegreerd werken op sites

Leren en ontwikkelen gebeurt altijd en overal. Niet alleen in formele leerprocessen, maar ook in het samenspelen met leeftijdsgenoten, het praten over nieuwsgebeurtenissen dichtbij en veraf, het uitwisselen van verhalen over wat je in de privésfeer meemaakt... Leren is geen van-halfnegen-tot-vier-kwestie. Dat principe vindt een vertaling in het beeld van een leeromgeving die is ingebed in de lokale gemeenschap, waarin vrijetijdsactiviteiten verbonden zijn met het curriculum en waarbij ook ouders en andere nabije mensen betrokken zijn.

Geïntegreerde EDUCARE sites

Maximale kansen bieden op de ontwikkeling van kinderen laten we beginnen op de leeftijd van de allerkleinsten door het organiseren van (stedelijke) kinderopvang & onderwijs. Het Vlaamse beleidsniveau maakt de keuze om de structuur & organisatie hiervan te splitsen in enerzijds kinderopvang (leeftijd 0 tot 2.5 jaar) en anderzijds onderwijs (vanaf 2.5 jaar). Voor deze jonge kinderen is de overgang van kinderopvang naar school dikwijls een ingrijpende gebeurtenis.

Voor kinderen vanaf 2.5 jaar worden de schoolse lestijden meestal georganiseerd tussen 08:20 en 16:00 en wordt dit op vele plaatsen aangevuld met een aanbod van buitenschoolse kinderopvang met ruimere openingsuren. Geïntegreerd werken op sites vraagt ook geïntegreerde infrastructuur. Binnen bestaande infrastructuur en nieuwe infrastructuur zal onderzocht worden hoe er nog meer geïntegreerd ontworpen en gebouwd kan worden. Er zal actief in gesprek worden gegaan met het Vlaamse Beleidsniveau van waaruit we subsidiëring genereren. We zoeken oplossingen om deze overgang, deze transities tussen kinderopvang & onderwijs, als drempel voor deze allerjongste groep van kinderen te verzachten. We willen daarom onderzoeken en verkennen welke bijdrage het organiseren van geïntegreerde EDUCARE sites waar zowel kinderopvang als onderwijsdiensten in elkaars nabijheid worden ingepland en georganiseerd, kunnen hebben op het welbevinden van kinderen en hun gezin.

Kinderopvang en scholen worden steeds vaker gezien als een brede ontwikkelomgeving waar we zowel kinderen als hun gezin bereiken. Meer betrokkenheid en afstemming tussen de leefwereld binnen en buiten school maakt een groot verschil in de ontwikkeling van een kind. Om de koppeling tussen de thuissituatie en leefomgeving van kinderen en hun gezin waar te maken kiezen we voor de samenwerking met maatschappelijke partners binnen de relevante domeinen.

Conclusies uit voorgaande projecten met betrekking tot het voorzien van een fysieke

‘familieruimte’ op de locaties van scholen en kinderopvang willen we verder implementeren in toekomstige stedelijke (ver)nieuwbouwprojecten.

7.3.3. Rol van de site in de buurt

Infrastructuur voor Onderwijs, Opvoeding en Jeugd situeert zich steeds in een omgeving of wijk. Deze sites zijn geen eilanden maar zoeken naar een goede integratie in de buurt. Bij het creëren van ruimte voor onderwijs en opvoeding onderzoeken we hoe we de ambities en programmatische invulling van de brede site kunnen afstemmen op gebiedsontwikkeling. Zo draagt een brede site met een goeie mix van functies bij aan de vitaliteit en de leefbaarheid van de wijk:

buurtgerichte kinderopvang, brede school etc, af te stemmen binnen het integraal wijkbeleid. Om dit te

realiseren worden we een vaste partner van stadsontwikkeling.

Het principe van ‘brede sites’ wordt als standaard gehanteerd bij de bouw van stedelijke projecten. Vanuit haar adviesrol wil de Stad Gent ook impact hebben op niet-stedelijke onderwijssites. We plannen de advisering vanuit het Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd hierrond te professionaliseren en op maat van de specifieke onderwijsvorm op te maken. De rol van een school of campus in een buurt hangt af van de specifieke onderwijsvorm. Een basisschool heeft een meer buurtgebonden karakter doordat de leerlingen over het algemeen dichtbij de school wonen. Voor secundair onderwijs en hoger onderwijs is het buurtgebonden aspect meer onontgonnen terrein. Net daarom is het belangrijk om ook voor deze onderwijsvormen in te zetten op de wisselwerking met de buurt. We streven ernaar dat bij iedere schoolontwikkeling advies hierrond wordt opgenomen in het gecoördineerd stedenbouwkundig advies.