• No results found

Boek 6 BW: werkgeversaansprakelijkheid

4. Zorgplicht werkgever en werknemer in het Burgerlijk Wetboek

4.3 Boek 6 BW: werkgeversaansprakelijkheid

Naast een zorgplicht op grond van arbeidsrechtelijke bepalingen, heeft de werkgever ook een zorgplicht jegens zijn werknemers op grond van het algemene aansprakelijkheids- en

verbintenissenrecht.

4.3.1 Artikel 6:248 BW

Artikel 6:248 BW bepaalt dat een overeenkomst, naast de door de partijen overeengekomen rechtsgevolgen, ook die rechtsgevolgen heeft die naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid gevergd kunnen worden.109 Dit artikel kan bovendien meebrengen dat bepaalde rechtsgevolgen buiten toepassing blijven, omdat deze naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn.110 Het beginsel van redelijkheid en billijkheid is in principe van toepassing op alle overeenkomsten, dus ook op arbeidsovereenkomsten. In artikel 7:611 BW is dit beginsel vertaald in de eisen van goed werkgeverschap en goed werknemerschap, en is dit beginsel in ook in het arbeidsrecht terecht gekomen. Ook via deze weg zijn

arbeidsrelaties onderworpen aan de redelijkheid en billijkheid.

4.3.2 Artikel 6:170/6:171 BW

Artikel 6:170 BW regelt de risicoaansprakelijkheid van werkgevers jegens hun

ondergeschikten. Indien door een handeling van een werknemer schade wordt toegebracht aan een derde, is de werkgever aansprakelijk voor deze schade indien de schade is ontstaan tijdens de uitvoeren van werkzaamheden en de werkgever zeggenschap had over de handelingen van

108 Grinten 2018, p. 58.

109 Artikel 6:248 lid 1 BW.

110 Artikel 6:248 lid 2 BW.

31 de werknemer.111 Ook wanneer de ontstane schade deels is toe te rekenen aan het handelen van de werknemer, is de werkgever aansprakelijk voor deze schade. Enkel wanneer de schade is ontstaan als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid van de zijde van de werknemer kan de werkgever aan deze aansprakelijkheid ontkomen.112

Dit artikel heeft veel gemeen met de werkgeversaansprakelijkheid uit artikel 7:658 BW. Beide artikelen voorzien in de aansprakelijkheid van de werkgever jegens hun werknemers en stellen de werkgever aansprakelijk voor de schade die is ontstaan als gevolg van het verrichten van arbeid. Daarnaast leggen beide bepalingen de verantwoordelijkheid voor de schade geheel bij de werkgever, tenzij er sprake is van opzettelijk of roekeloos handelen van de werknemer.

4.3.3 6:162 BW: onrechtmatige daad

Wanneer een werknemer schade lijdt als gevolg van de uitoefening van zijn werkzaamheden, is het voor hem ook mogelijk om de werkgever op grond van artikel 6:162 BW aansprakelijk te stellen. In een dergelijk geval bestaat immers de kans dat de werkgever een onrechtmatige daad jegens de werknemer heeft gepleegd. Indien een dergelijke vordering wordt ingesteld, is degene aan wie het ontstaan van de schade kan worden toegerekend verplicht tot het

vergoeden van de schade.113 In een arbeidsrelatie kan deze toerekenbaarheid aan de

werkgever worden toegeschreven. Als onrechtmatige daad wordt onder andere aangemerkt het handelen in strijd met een wettelijke plicht.114 Wanneer een werkgever dus niet of onvoldoende voldoet aan de plichten die op grond van de werkgeversaansprakelijkheid uit boek 7 BW of op grond van de Arbowet op hem rusten, kan zijn handelen of nalaten worden aangemerkt als een onrechtmatige daad.

Bij het starten van een dergelijke actie wordt wel meer nadruk gelegd op de rol van het handelen van de werknemer, in tegenstelling tot de werkgeversaansprakelijkheid uit boek 7 BW. De eigen schuld bepaling uit 6:101 BW speelt binnen het algemene

aansprakelijkheidsrecht immers wel een rol. Indien de schade aan de gezondheid of veiligheid van de werknemer deels toegerekend kan worden aan het handelen van de werknemer zelf, kan de plicht tot schadevergoeding die op de werkgever rust naar rato van bijdrage worden verminderd.115 Het handelen van de werknemer speelt binnen boek 6 dus een grotere rol dan

111 Artikel 6:170 lid 1 BW.

112 Artikel 6:170 lid 3 BW; HR 9 november 2001, ECLI:NL:PHR:2001:AD3985; Grinten 2018, p. 284.

113 Artikel 6:162 lid 1 BW.

114 Artikel 6:162 lid 2 BW.

115 Artikel 6:101 BW.

32 in boek 7, waar de rol van de werknemer enkel meespeelt indien de schade is ontstaan als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid van de zijde van de werknemer.116

4.4 Handhaving en sanctionering

De artikelen uit het Burgerlijk Wetboek, en dus ook de zorgplichten van de werkgever en werknemer die in dit wetboek geregeld zijn, worden gehandhaafd via een civielrechtelijke procedure. De werknemer, die als gevolg van het uitoefenen van zijn werkzaamheden schade heeft geleden, kan via een dergelijke procedure schadevergoeding van zijn werkgever

vorderen.117 In tegenstelling tot handhaving van de Arbowet, waarbij in geval van een overtreding van een zorgplicht een boete aan de werkgever kan worden opgelegd, krijgt de werkgever bij een procedure op grond van de werkgeversaansprakelijkheid de mogelijkheid om zijn geleden schade vergoed te krijgen. De schadelijdende werknemer kan een

civielrechtelijke procedure starten op grond van artikel 7:658 BW, maar kan er ook voor kiezen om een procedure te starten op basis van algemene civielrechtelijke beginselen, zoals een actie uit onrechtmatige daad. In beide gevallen spelen de omstandigheden van het geval een belangrijke rol bij het vaststellen van de aansprakelijkheid van de werkgever, van de geleden schade en van de hoogte van de schadevergoeding.

4.5 Conclusie

Op grond van boek 7 van het Burgerlijk Wetboek is de werkgever verplicht om de arbeid die binnen zijn bedrijf wordt verricht dusdanig in te richten dat zo veel mogelijk wordt

voorkomen dat de werknemers schade lijden als gevolg van het uitoefenen van hun werkzaamheden. Bij het beschikbaar stellen van arbeidsplaatsen, arbeidsmiddelen en arbeidsmethoden dient de veiligheid en gezondheid van werknemers zo veel mogelijk gegarandeerd te worden, voor zover dit op basis van de omstandigheden van het geval redelijkerwijs van hem gevergd kan worden.

Wanneer werknemers als gevolg van het uitoefenen van hun werkzaamheden toch schade lijden, is de werkgever aansprakelijk voor deze schade. Indien de werkgever in een dergelijk geval onvoldoende maatregelen heeft getroffen om de gevaren te voorkomen of te beperken, is hij verplicht de schade van de werknemer te vergoeden.

Daarnaast vereist ook het principe van goed werkgeverschap van de werkgever dat hij risico’s voor het welzijn van zijn werknemers voorkomt. Goed werknemerschap vereist echter van de

116 Grinten 2018, p. 284.

117 7:658 lid 2 BW.

33 werknemer dat hij zich ook inzet om de veiligheid en gezondheid op de werkplek te

bevorderen. Indien een werkgever op basis van de omstandigheden niet heeft voldaan aan de eisen van goed werkgeverschap, is hij eveneens verplicht om de schade te vergoeden.

De zorgplicht van de werkgever in het civiele recht is in grote mate afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Indien een werknemer schade heeft geleden als gevolg van de uitoefening van zijn werkzaamheden, kan hij op grond van deze artikelen zijn werkgever aansprakelijk stellen. De civielrechtelijke zorgplicht biedt, in tegenstelling tot de

Arbowetgeving, de werknemer de mogelijkheid om de geleden schade vergoed te krijgen.

34

5. Zorgplichten van de werkgever met betrekking tot het gebruik