• No results found

Hoofdstuk 4. De Belgische rechtspraktijk

4.5 Analyse criteria EHRM in Belgische jurisprudentie

Van 2012 tot 2014 was er in België een discussie gaande over de vraag wanneer er sprake is van een ernstig humanitair risico in de zin van art. 9ter Verblijfswet. De vraag was specifiek of vreemdelingen die, dankzij behandeling in België, nog niet terminaal ziek zijn maar wiens

176 Kruispunt Migratie - Integratie (2015). Wat zijn de voorwaarden voor een gegronde 9ter-aanvraag? 177 Ibidem.

178 Jaarverslag Federale Ombudsman België 2013, p. 24.

179 Kruispunt Migratie - Integratie (2015). Wat zijn de voorwaarden voor een gegronde 9ter-aanvraag? 180 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 2005/06, 2478/001 (MvT), p. 35.

181 Welke limieten van de rechtspraak van het EHRM worden bedoeld wordt niet duidelijk gemaakt in zowel de

42

gezondheid snel en ingrijpend zal verslechteren als zij zouden moeten terugkeren naar hun land van herkomst waar geen adequate behandeling aanwezig is, een beroep kunnen doen op art. 9ter Verblijfswet.182 Er was verschil van mening tussen de Franstalige en de

Nederlandstalige kamer van de RvS. De Franstalige kamer van de RvS was van oordeel dat een vreemdeling alleen in aanmerking komt voor art. 9ter Verblijfswet indien de vreemdeling een direct levensbedreigende ziekte heeft in een vergevorderd en kritiek stadium.183 De Nederlandstalige kamer van de RvS leidde uit de rechtspraak van het EHRM af dat een vreemdeling kan worden uitgesloten van art. 3 EVRM indien geen vergevorderd, kritiek dan wel terminaal of levensbedreigend karakter van de ziekte blijkt. In dat geval hoeft geen verder

onderzoek naar de behandelingsmogelijkheden in het land van herkomst te worden gedaan.184

Omdat art. 9ter Verblijfswet echter een nationale norm is die ruimer is dan art. 3 EVRM wordt in België daarentegen toch verder gekeken, aldus de Nederlandstalige kamer van de RvS. De Nederlandstalige kamer van de RvS was (op grond van de tekst van art. 9ter Verblijfswet) dan ook van oordeel dat elke gezondheidstoestand die een reëel risico inhoudt voor het leven of de fysieke integriteit of die een reëel risico inhoudt op een onmenselijke of vernederende behandeling wanneer er geen adequate behandeling in het land van herkomst aanwezig is in aanmerking kan komen voor art. 9ter Verblijfswet.185

De Raad voor Vreemdelingenbetwistingen186 (hierna: RvV) oordeelde dat een medische

aandoening waarbij geen onmiddellijk levensgevaar bestaat maar wel een reëel risico op onmenselijke of vernederende behandeling in het land van herkomst vanwege een gebrek aan beschikbare en toegankelijke noodzakelijke zorg wordt beschermd door art. 9ter

Verblijfswet.187 De Nederlandstalige kamer van de RvS kwam op grond van de tekst van art.

9ter Verblijfswet op hetzelfde uit maar de RvV gebruikt een andere argumentatie. De RvV benadrukte dat het EHRM oog heeft voor alle omstandigheden van de zaak waaronder ook de algemene omstandigheden in het land van herkomst en de persoonlijke situatie van de

vreemdeling. Het is immers mogelijk dat factoren en omstandigheden die op zichzelf genomen geen aanleiding geven tot een schending van art. 3 EVRM in combinatie wel aanleiding kunnen geven tot een schending van art. 3 EVRM, aldus de RvV. De RvV is van

182 Kruispunt Migratie – Integratie (2015). Raad van State verdeelt over draagwijdte artikel 9ter Verblijfswet. 183 RvS 19 november 2013, nr. 225.522 en 225.523.

184 RvS 28 november 2013, nr. 225.632, r.o. 6.1.

185 RvS 19 juni 2013, nr. 223.961, r.o. 7.1 en 28 november 2013, nr. 225.632, 225.633 en 225.635.

186 Indien een aanvraag op grond van art. 9ter Verblijfswet wordt afgewezen kan de vreemdeling in beroep bij de Raad

voor Vreemdelingenbetwistingen. Een negatieve beslissing van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen kan worden aangevochten bij de Belgische Raad van State.

43

oordeel dat de eventuele beschikbaarheid van de medische behandeling in het land van herkomst en de eventuele aanwezigheid van sociale opvang in het land van herkomst van

even groot gewicht zijn.188 Volgens de RvV dient de DVZ dan ook niet enkel te bekijken of

de vreemdeling nu, met behandeling in België, lijdt aan een ziekte die een ernstig humanitair risico inhoudt maar moet ook rekening houden met behandelmogelijkheden in het land van herkomst en beoordelen of de vreemdeling dan lijdt aan een ziekte die een ernstig humanitair risico inhoudt.189 Ondanks dat art. 9ter Verblijfswet niet gelijk gesteld kan worden met art. 3 EVRM en art. 9ter Verblijfswet een ruimere bescherming biedt dan art. 3 EVRM leidt de RvV dit standpunt toch af uit de jurisprudentie van het EHRM.

Op 16 oktober 2014 heeft de Franstalige kamer zich aangesloten bij de Nederlandstalige

kamer van de RvS.190 De DVZ-arts mag sindsdien de toepassing van art. 9ter Verblijfswet

niet alleen beperken tot direct levensbedreigende ziektes of vreemdelingen in een kritieke gezondheidstoestand. Een beroep op art. 9ter Verblijfswet is ook mogelijk voor

vreemdelingen die dankzij hun behandeling in België nog niet terminaal ziek zijn, maar wiens gezondheid snel en ingrijpend zal verslechteren als zij moeten terugkeren naar het land van herkomst waar geen adequate behandeling is.191

Criterium 2: De aanwezigheid van familieleden in het land van herkomst

De aanwezigheid van familieleden in het land van herkomst wordt in de jurisprudentie beoordeeld bij de beschikbaarheid en feitelijke (financiële) toegankelijkheid van de zorg. Er zijn een aantal vereisten. Zo is een loutere verwijzing naar de aanwezigheid van familieleden

in het land van herkomst onvoldoende.192De DVZ moet ook onderzoeken wat de financiële

situatie is van de familieleden en of ze wel bereid zijn om de vreemdeling te steunen.193

Daarnaast kan de tijdsduur dat de vreemdeling in het land van herkomst heeft gewoond voordat hij naar een ander land ging een rol spelen. Zo vond de RvV in een zaak het erg onwaarschijnlijk dat de vreemdeling die een lange tijd in het land van herkomst heeft gewoond (42 jaar) geen familie, vrienden of kennissen had bij wie ze terecht kon voor (tijdelijke) opvang en hulp bij de benodigde zorg of voor (tijdelijke) financiële hulp.194Dit

188 RvV 19 december 2013, nr. 116.096, r.o. 3.1. 189 RvV 12 december 2013, nr. 115.592. 190 RvS 16 oktober 2014, nr. 228.778.

191 Kruispunt Migratie - Integratie (2015). Raad van State unaniem: artikel 9ter Verblijfswet is een nationale norm die

ruimer is dan Europese normen.

192 RvV 29 januari 2013, nr. 96.043. 193 RvV 23 januari 2012, nr. 73.792.

44

argument kan alleen naast andere argumenten naar voren worden gebracht. In de zaak speelde verder nog mee dat de echtgenoot bij terugkeer ook zijn steentje kon bijdragen in de

financiële situatie en dat in Turkije een green card195 systeem aanwezig is.196

Indien mantelzorg deel uitmaakt van de noodzakelijke hulp en/of noodzakelijk is voor de vreemdeling, dient de DVZ ook te onderzoeken of mantelzorg effectief aanwezig is in het land van herkomst.197 In beide uitspraken ging het over een psychiatrische vreemdeling die zou vervallen in een psychose indien er geen mantelzorg aanwezig zou zijn.

Criterium 3: De mogelijkheid van een medische behandeling in het land van herkomst

Nadat is komen vast te staan dat er sprake is van een ziekte die een reëel risico voor het leven of de fysieke integriteit of een reëel risico inhoudt op een onmenselijke of vernederende behandeling indien er geen adequate behandeling in het land van herkomst is, wordt onderzocht of medische behandeling beschikbaar is in het land van herkomst. Indien

medische behandeling beschikbaar is wordt vervolgens onderzocht of medische behandeling voor de specifieke vreemdeling ook toegankelijk is.198 Hierbij wordt gelet op de financiële, etnische en geografische toegankelijkheid. Als het gaat om psychiatrische aandoeningen dient er bij de vraag of er een adequate behandeling is in het land van herkomst, tevens rekening te

worden gehouden met wat de vreemdeling heeft meegemaakt daar.199

Financiële toegankelijkheid

Er is geen adequate behandeling in het land van herkomst indien de medische behandeling voor de vreemdeling niet financieel toegankelijk is. Hiervoor gelden een aantal vereisten. Zo moet de vreemdeling bij de aanvraag zelf aantonen dat hij geen gebruik kan maken van het

zorgsysteem in zijn land van herkomst.200 Verwijzing naar een algemeen document waaruit

blijkt dat een systeem van sociale zekerheid tekortkomingen kent is onvoldoende. Hiermee wordt niet aangetoond dat de vreemdeling zelf geen beroep op het systeem kan doen. Om aan te tonen dat vreemdelingen geen beroep kunnen doen op bijvoorbeeld het green card systeem of een ander systeem van sociale zekerheid dienen zij specifiek aan te tonen dat zijzelf bij

195 Het green card systeem is een systeem in Turkije waar Turkse burgers een beroep op kunnen doen indien zij hun

medische kosten niet kunnen betalen.

196 RvV 13 december 2010, nr. 52.906, r.o. 3.4.

197 RvV 28 november 2011, nr. 57.077, r.o. 2.15 en RvV 26 november 2013, nr. 114.457, r.o. 4.3.2.7. 198 Zie bijv. RvV 22 november 2011, nr. 70.381, r.o. 2.

199 Zie bijv. RvV 31 juli 2012, nr. 85.381 (waar de vreemdeling was verkracht door vertegenwoordigers van haar land),

RvV 13 december 2011, nr. 71.779 en RvV 31 januari 2012, nr. 74.439.

45

terugkeer geen beroep hierop kunnen doen.201 Andersom mag de DVZ ook niet alleen stellen

dat er een systeem van sociale zekerheid is in het land waarnaar wordt uitgezet, maar dient de DVZ tevens aan te tonen dat deze vreemdeling er toegang tot heeft. 202

Een systeem van sociale zekerheid is niet verplicht. Indien een land geen systeem van sociale zekerheid heeft maar wel een systeem waarbij zorg gratis is voor patiënten uit sociaal zwakke groepen of voor patiënten die een aandoening hebben die is opgenomen op een specifieke lijst

en de vreemdeling onder het systeem valt is de medische zorg financieel toegankelijk.203

Etnische minderheden, discriminatie en stigmatisatie

De DVZ moet bij de toetsing of adequate behandeling aanwezig is in het land van herkomst ook rekening houden met stigmatisatie en de etnische toegankelijkheid tot de medische zorg

en deze motiveren.204 Indien wordt aangevoerd dat mensen met bijvoorbeeld HIV/AIDS

worden gestigmatiseerd in het land van herkomst (in casu Nigeria) dient de DVZ hierop in te

gaan en de specifieke individuele toegangsmogelijkheden beoordelen.205 Verder is een

verwijzing naar een rapport van Amnesty International waarin staat dat er in het land van herkomst sprake is van discriminatie ten aanzien van een etnische groep te algemeen om aan te tonen dat de vreemdeling persoonlijk het slachtoffer zal worden van discriminatie tot

toegang tot de gezondheidszorg. Dit moet met andere bewijsmiddelen worden aangetoond.206

Geografische toegankelijkheid

De DVZ en de RvV gaan streng om met het criterium van de geografische toegankelijkheid. Soms wordt er van de vreemdeling verwacht dat hij verhuist naar een woning die dichtbij de plaats van de medische zorg staat. De vreemdeling voerde in casu aan dat ze op 175 km van de medische zorg woonde, geen auto had en dat zij eerst 15 km diende te lopen naar de bushalte om vervolgens 6 à 7 uur met de bus naar het ziekenhuis te moeten rijden. De vreemdeling had echter niet duidelijk gemaakt waarom zij niet in Marokko (land van herkomst) een woning kon kiezen dichtbij de stad waar de medische zorg was in plaats van

een woning op een afstand van 175 km.207 Daarnaast is de RvV van oordeel dat medische

201 RvV 13 december 2010, nr. 52.906, r.o. 3.4.

202 Zie bijv. RvV 30 september 2010, nr. 48.809 en RvV 19 oktober 2010, nr. 49.781. 203 RvV 9 november 2011, nr. 69.775, r.o. 2.4.2.

204 RvV 15 december 2011, nr. 71.856 (de vreemdeling had aangevoerd dat de toegang tot zorg van Roms als

asielzoekers in Hongarije anders is dan die van Roms die als inwoners in Hongarije verblijven).

205 RvV 19 februari 2009, nr. 23.216, r.o. 3.12. 206 RvV 19 maart 2012, nr. 77.480, r.o. 4.3.1. 207 RvV 16 mei 2011, nr. 61.464, R.o. 2.1.3.

46

behandeling beschikbaar is indien het ziekenhuis 1554 km verwijdert is van de geboorteplaats van de vreemdeling. Voor de beoordeling van de toegankelijkheid dient de vreemdeling aan te tonen dat hij niet in staat is om lange reizen te maken.208

Bronnen over beschikbaarheid en toegankelijkheid van medische zorg

Om aan te tonen dat medische zorg al dan niet beschikbaar en toegankelijk is mogen zowel

vreemdelingen als de DVZ verwijzen naar verschillende informatiebronnen.209 Dit kunnen

zowel landenrapporten zijn als correspondenties met deskundigen in het herkomstland. De RvV en de RvS hebben zich uitgesproken over de kwaliteit van deze informatiebronnen. Één van de vereiste is dat de informatiebronnen recent dienen te zijn. De DVZ mag zich

bijvoorbeeld niet baseren op een ambassadeverslag dat ouder is dan vier jaar.210 De DVZ mag

zich ook niet baseren op bijvoorbeeld een landenrapport uit 2008 en op grond daarvan tot de conclusie komen dat de medische behandeling toegankelijk is terwijl er recentere rapporten zijn die aangeven dat er problemen zijn met betrekking tot de toegankelijkheid.211 Recentere

rapporten hebben voorrang.212 Daarnaast geldt dat de informatiebronnen openbaar dienen te

zijn. Indien de informatiebronnen niet openbaar zijn, dienen ze in het administratief dossier te worden opgenomen zodat de rechter kan nagaan of de besluitvorming steunt op correcte feitenvinding.213 Een verwijzing naar informatiebronnen die algemeen van aard zijn is ook

onvoldoende.214 Er dient uit de informatiebronnen specifiek te blijken dat de medische behandeling voor de vreemdeling aanwezig is. Zo is een verwijzing naar een website die vermeldt dat ziekenhuizen en artsen aanwezig zijn onvoldoende om aan te tonen dat de

apparatuur voor de noodzakelijke echografie ook beschikbaar is. Een vermelding dat de dienst hematologie en endocrinologie aanwezig zijn toont tevens onvoldoende aan dat een

driemaandelijkse bloedlabo mogelijk is.215 Met een verwijzing naar een website met

ziekenhuizen wordt tevens niet aangetoond dat er een afdeling neuropsychiatrie is.216 Tenslotte wegen rapporten van algemene aard niet op tegen rapporten van deskundigen ter plaatse die concretere informatie bevatten.217

208 RvV 17 november 2010, nr. 51.186, R.o. 2.1.3.

209 Op de website van Kruispunt Migratie (www.kruispuntmi.be) staan een aantal bronnen genoemd die kunnen worden gebruikt om de (niet-)beschikbaarheid en (on)toegankelijkheid van de medische zorg en medicatie in het land van herkomst aan te tonen.

210 RvV 16 april 2008, nr. 10.046. 211 RvV 16 mei 2011, nr. 61.543, r.o. 3. 212 RvV 16 mei 2011, nr. 61.449, r.o. 2.3.

213 Zie bijv. RvV 30 maart 2011, nr. 58.892, r.o. 3.1.3, RvV 15 april 2011, nr. 59.849, r.o. 2.3, en RvV 27 augustus 2014, nr. 128.269, r.o. 2.9.

214 Zie bijv. RvV 25 januari 2012, nr. 73.906, RvV 27 januari 2012, nr. 74.131 en RvV 19 maart 2012, nr. 77.480. 215 RvS 12 maart 2013, nr. 222.826.

216 RvV 31 mei 2012, nr. 82.220.

47 4.6 Tussenconclusie

De vreemdeling die lijdt aan een ziekte die een reëel risico inhoudt voor zijn leven of fysieke integriteit of een reëel risico inhoudt op een onmenselijke of vernederende behandeling wanneer er geen adequate behandeling aanwezig is in het land van herkomst kan een beroep doen op art. 9ter Verblijfswet en een verblijfsvergunning aanvragen. Een beroep op art. 9ter Verblijfswet is niet alleen mogelijk indien de ziekte levensbedreigend is, maar is ook mogelijk voor vreemdelingen die dankzij hun behandeling in België nog niet terminaal ziek zijn, maar wiens gezondheid snel en ingrijpend zal verslechteren als zij moeten terugkeren naar het land van herkomst waar geen adequate behandeling beschikbaar is.

Er is geen adequate behandeling aanwezig indien de medische behandeling niet beschikbaar, niet toegankelijk of zeer beperk beschikbaar is. Om vast te stellen of er adequate behandeling is wordt dan ook onderzocht of er een gepaste en voldoende toegankelijke behandeling bestaat in het land van herkomst. De DVZ-arts houdt rekening met de financiële, etnische en

geografische toegankelijkheid en adviseert de ambtenaar die de beslissingsbevoegdheid heeft

over de verblijfsaanvraag.De DVZ-arts maakt een beoordeling op grond van verschillende

informatiebronnen. Indien aan een aantal vereisten is voldaan kan de DVZ-arts zich op allerlei informatiebronnen baseren. De informatiebronnen dienen recent en openbaar te zijn.

Daarnaast mogen de informatiebronnen niet te algemeen van aard zijn. De DVZ en de vreemdeling dienen specifiek aan te tonen dat de medische behandeling en/of medicatie voor

deze vreemdeling (niet) toegankelijk is. Verwijzing naar bijvoorbeeld algemene informatie dat

er een sociale zekerheid is in het land van herkomst of dat een bepaalde etnische groep wordt gediscrimineerd is onvoldoende. Daarnaast speelt een rol of de vreemdeling familieleden heeft in het land van herkomst die de vreemdeling kunnen en willen ondersteunen. Opgemerkt dient te worden dat art. 9ter Verblijfswet ruimere bescherming biedt dan art. 3 EVRM en de Kwalificatierichtlijn. Met de invoering van art. 9ter Verblijfswet heeft de Belgische wetgever de bestaande Belgische praktijk namelijk willen verankeren. De hoge drempel die het EHRM hanteert in D/Verenigd Koninkrijk kan de toepassing van art. 9ter Verblijfswet dan ook niet bepalen of beperken. Mij is niet duidelijk waarom deze bestaande praktijk in België meer bescherming bood dan art. 3 EVRM.

48

Hoofdstuk 5. Vergelijking Nederlandse rechtspraktijk met jurisprudentie